Ter Neazenschs Coarant
en
^emengde berichten.
Zaterdag 10 Maart 1906. No. 4813.
ZDZEERJDE BLAD.
Buitenland.
FEUILLETON.
Binnenland
Vrij bewerkt door AMO.
(8 L 0 T.)
Toen zij tegenover de trouwe arbeiders op deze
wijze hun plichten hadden vervuld en naar het
directie-gebouw lerugkeerden, vouden zy daar een
menigte vrienden en kennissrn, die hun de hand
drukten en de beate wemchen voor hun geluk
uitspraken/Op de eereplaats zat Johnnj's moeder,
dejoude mevrouw Van Elverdaal. Zij'stak haar
zoon de beide bevende handen toe en zeide een-
voudig: »John, ik wensch je het goede. Jij
bent de rechte erfgenaam Je weet, wat ik meen.
Nu, het goede
Daar was ook zijn zuster Annj, die sedert drie
masnden net Will Burns getrouwd was. De
jonge vrouw zsg er knap en fleurig ait; meteen
kort woord wenschte zy het^verloofde paar geluk,
maar John wist wel, hoe'goed gemeend dat korte
woord was. Will was er natuurlyk ook. Dan
waren er mijnheer Twellinghood met ziju kuappe
dochters, en bij gevolg ootbrak ook mijnheer
Jerez niet. Nog altijd had Jerez zijn jacht niet
verkocht, by wilde het niet mear verkoopeu,
sedert hij wist, hoe veel behagen Marie Twelling
hood en haar zuster in het schip haddeu.
Nadat de tafel was afgedekt en aan alle ge-
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Arbeidscontract.
De algemeene bescbouwingen worden voortgezet.
De heer Tak betwijfelt, of dit wetsontwerp wel
zoo groot voordeel zal brengen aan den arbeider.
Het zal den arbeider niet brengen een algemeene
verheffiug van ziju levensstandaard en geen ver-
zekeriug in tqden van werkloosheid, en het zal
hem met geven eeu effectieve bescherming tegen
uitsluiting, waaraau zijn arbeidskracht blootstaat.
In al deze zaken wordt wel eenige verzachting
aangebracht, maar in wezen ^ondergaan zij geen
veraudering. Daarbij komt dat alles over 6ea
kam wordt geschoreugeen rekening wordt ge-
houden met de verscbillende arbeidersgroepen in
verscbillende vakken'^en^bedrijven.
Spreker betoogt, dat zijn partij is r66r arbeids-
wetgeving, mits deze brengt eenig voordeel en
bevredigiug van matige eischen. Maar zij is tegen
zoodanige wetgeviug, wanneer deze onder vermorn-
ming van bescherming van den arbeid de kracht en de
vrije ontwikkeling der arbeidersorganisatie belet en
belemmert. Eu dat gebeurt wa'nneer men beletde
werkstaking, een instituut |_en atrijduaiddel in de
arbeiderswereld, door arbeiders van elke politieke
kleur onmisbaar geacht. Spr. laakt ook de pri-
vaatrechtelijke regelingjn het ontwerp. Bij de
bepalingen betreilende staaugeld en opzeggingster-
mijn komt de foul ten-aanzieui van laatstgenoemde
regeliug duidelijk in het licht, terwijl ook het
ontbreken van strafrechterlijke bepalingen tegen
de gedwongen winkelnering eigenlijk een bespot-
ting is van de beschermiog van den arbeider,
Maar er is meer. Wordt de arbeider willens en
weteus door den werkgever in het nakomen van het
contract bedrogen, kau hij naar den kantonrechter
gaan en scbadevergoediug vragen. Maar hij zal
het bewijs moetcn leveren van de bedriegerij.
Hoe zal hij dat kunnen Eu daarbij komt dan
de gebrekkige rechtspraak,^ diej.niets zal baten
zonder iuvoering van het scheidsgerecht, het eenige
middel tot oplossing van arbeidersgeschillen.
Spreker en de zijnen weteu dat zij thans geen
arbeiderswetgeving kunnen krijgen uaar hun
zin. Zij zullen dus pogen, in dit ontwerp ver-
beteringen aan te brengen eu het dan aaonemen
op afbetaliug. Maar blijft het bevatten belem-
meringen van de onafhankelijke arbeidersbewegiDg
dau zal spr. s partij haar houding geheel rnoeten
wijzigen.
Instemming betuigende mef het ontwerp, vraagt
de heer van Wichen vooralsnog, lettende op de
wenschen van deu Boerenbood, den landbouw
en tuinbouw niet in dit arbeidscontract te regelen.
in sfwachling van de voorgenomen enquete naar deD
toestand der landarbeiders.
De heer Van Nispen^keurt scherp de houding
der sociaal-deraokraten in deze af, en stelt daar-
tegenover het juiate standpunt der christelijke
arbeiders, om daarna te verdedigen de algemeene
regeling van het ontwerp.
De heer Schaper wijst op het verschiHn stand-
pnnt tusschen hem en het agitatiecomit^. Dit
laatste wil verwerping van het wetsontwerp zonder
meer, omdat de materie geregeld is in het Bur-
gerlijk Wetboek sprektr daarentegen niet. Maar
zijn hoofdbezwaar tegen dit wetsentwerp is dat
er te veel in is opgenomen dat thuisbehoort by
het strafrecht, waardoor de arbeiders meer worden
bruiken van een Engelsche verloving wag vol-
daan, zeide Burnett»Zeg eens, mijnheer Jerez
wat zijt ge toch eigenlijk van plan |Hoe hebt
ge er over gedacht
Jerez keek den directeur eens aan. *Wat bedoelt
ge vroeg hy.
//Wel, ik bedoel dat met Marie en met u zelf".
Zoo? Nu, luister dan eens goed, mijnbeer
De meeste oude kapiteins, die de zee vaarwel
zeggen om hun verder leven rustig aan den wal
te slijten, denken aan een huwelijk met een jonge
vrouw, maar ik zal niet trouwsn".
yWat?" riep Burnett verbaasd.
»Ik houd veel van Marie, en daarom hoop ik,
dat zij een kuappen jongen man krijgt. Daar kan
zy meer genoegen mee beleven dan met zoo'n
ouden grijskop als ik ben. De oude Scheppers
)eging een dwaasheid, toen hij de jonge markiezin
trouwde. En zou ik nu even dwaas handelen
zfMaar
,/Hoor eens, hoe ik er over denk. Ik wil mij
vergenoegen met een rustig leven in een kleinen
[ring van goede, oude vrienden zooals u, mijnheer
Jurnett, en Twellinghood. Dan loop ik geen
gevaar op den eenen of anderen dag wreed ont-
goocheld te (worden. En komt dan eindelijk
Magere Hein welnu dan komt hij. Het jacht
zal wel een nieuwen eigenaar krijgen en het overige
ook. Daar zal Marie wel voor zorgen."
Burnett kuikte goedkeurend en sloeg hem met
een vertrouwelijk lachje op den schouder.
bescbermd. En zoo heeft spreker nog meer be
zwaren, waardoor het wetsontwerp voor hem niet
veel waarde heeft. Aan de vereenigde werklieden
zal het weinig, aan de onvereeuigden, bv. aan do
dienstboden, m&r geven. Hij houdt vol dat dit
ontwerp geen ramp is voor de onafhankelyke
vakbeweging, maar ,tegen belemmering dier be-
wegjog wil spreker waken. Wordt die belemmering
niet weggenomen, dan zou spreker er niet v6dr
kunnen stemmen, ondanks het goede dat hij er in
erkent.
De heer Van Doom verklaart zijn stem te zul
len geven aan dit ontwerp, omdat het een wet
van juridieke waarde is, niet om haar sociale
beteekenis. Spreker ontdekte slechts 44n punt in
het ontwerp, dat in de toekomst van voordeel kan
zijn de erkenning van het collectieve arbeidscon
tract. Komt daarbij in de toekomst de regeling
van de lakvereenigingeD, dan kan er uit sociaal
oogpunt iets goeds geboren worden.
Tegenover dit betoog stelt de heer Talma als
zijn meening, dat dit ontwerp van beteekenis is
voor de arbeiders.
De algemeene regeling in dit wetsontwerp is
voor spreker aanuemelijk, omdat zy de behoefte
aan afzonderlijke regelingen zal doen erkennen,
die op die algemeene regeling in de toekomst zal
moeten worden voorgesteld.
Spreker is nu verheugd, dat de heer Tak het
standpunt der sociaal-demokraten heeft aiteenge-
zet, waarbij meer zakelijke overwegingen op den
voorgrond traden, dan tijdens de agitatie tegen
het ontwerp.
De heer Drucker hoopte dat dit ontwerp bet
Staatsblad zal bereiken, omdat het voor de arbei
ders een stap is in de goede richting, hoewel
spreker er geen overdreven verwachtingen van
heeft, overtuigd als hij is dat het geen omwen-
teling zal brengen in den economischen toestand
van dejvers'chillende klassen van het volk. Immers
een nadere regelingj van de vakvereenigingen
een wettelijke regeling van het stakingsverschijnsel
en een regeling van de collectieve overeenkomst
bevat dit ontwerp niet,
Spreker verweet den sociaal-democraten, alles
af te keuren wat niet strikt in het belang der
arbeiders is, terwijl zij in meetings aandringen op
maatregelen waarvan de regeling uiterst moeilijk is.
Voorts verdedigde spreker de inlassching in
het Burg. Wetboek, dat voor opneming van con-
tracten de natuurlijke plaats en de eenige plaats
is voor een regeling van contracten tusschen alle
werkgevers en alle werkoemers.
De heer Van der Zwaag betoogt tegenover den
heer Drucker, dat de wettelijke sanctie van het
staangeld wel degelijk een verslechtering en in
geen geval eeu verbetering voor den arbeider is.
Z. i. worden door het ontwerp de handen dei
arbeiders meer gebonden.
Mocht hij van het tegendeel overtuigd worden.
dfcn zal hij voor het ontwerp stemmeu. Echter
niet eerder.
TER NEUZEN, 9 Maart 1906.
Nnar wjj vernemen heeft de commissie
voor de oprichting van een ambachtsschool te
Ter Neuzen met haar pogingen voorloopig een
vr|j bevredigend resultaat gehad. Een 130tal
leden hebben zich opgegeven en een aanvankelvjk
hoopgevend bedrag aan contribution is inge-
komen. Er is dan ook goede kans dat het plan tot
uitvoering zal komen, waartoe Woensdag in de
volgende week, blijkens achterstaandeadvertentie,
een vergadering zal worden belegd.
Ook over terrein is men reeds in onder-
handeling getreden, aanvankelijk met goeden
uitslag. Men heeft op het oog het terrein over
de rolbrug bij het oude kruithuis.
Koewacht. In vrorger jaren legden vele
landbouwers in deze en omliggende gemeenten
zich toe op den verbouw en de bewerkiog van
Dat was in het voorjaar, en in den herfst zouden
John en Alice trouwen. Weinige dagen voor het
huwelijk kwam Alice op zekereu morgen om Johu
uit de fabriek t^ halen.
/rEr is een vreemde dame, die je wenscht te
spreken, Johnny zei ze.
,/Een vreemde dame?" herhaalde John verwon-
derd. //Wat heb ik met een vreemde dame uit
te staan Maar hij ging toch met Alice naar
huis, en trof in den salon de markiezin d'Aigre aan.
//Wat verschaft mij de eer, mevrouw vroeg hy
met overholen verbazing.
De markiezin zag er bleek en lijdend uit. Pas
twee dagen geleden was zij uit de gevangenis
ontslageu. Ofschoon nog wel te zien was, dat zij
vroeger een schoone vrouw wa« geweest, kon zij
geen hoop meer voeden op nieuwe veroveringen.
Zy scheeB dit ook te begrijpen en'zich daarin te
troosten.
//Mynheer van Everdaal," begou zij, //u zal wel
weten, dat mijn man zaliger indertyd bij testament
aan mijn zoon Gaston een jaargeld van twee duizend
francs heeft toegelegd."
z/Wel zeker, mevrouw, dat weet ik, en ik heb
aan den advocaat Twellinghood last gegeven om
die jaarlijksche uitgave af te koopen door in £6ns
de hoofdsom van veertig duizend francs uit te
betalen. Dan zou ik met uw zoon hebben af-
gerrkend, maar men weet niet, waar uw zoon
verblijf houdt."
j/Hy is dooijmijnheer."
(/Dood?" vroeg John verwonderd.
het vlas. En daar in die dagen, zoowel voor
het groen als voor het blauw en wit vlas goede
prijzen werden besteed, heeft menigeen toen met
den vlashandel veel geld verdiend. Later eohter
daalden de marktprijzen en werd op vele plsatsen
de vlasbouw vervangen door de beetworielteeit.
Nu echter door Belgische fabrikauten weer veel
Zeeuwsch vlas wordt opgekocht en de beetwortel-
prijs van f 12,50 u 13 van het vorige jaar
gedaald is op JO h 10,50, bu zullen vele
landbouwers zich weer op de vlastaelt gaan toe-
leggen. In de laatste dagen is hier zelfs veel
vraag naar vlas en aauzienlijke hoeveelheden gaan
over de grens. Het is voor de landbouwers te
hopen, dat de tegenwoordige prijzen zich stsande
houdendoch ook voor de arbeiders is dit van
veel belang. Vlas toch eischt het geheele jaar
door vele handen. Eerst het wieden, daarna het
uittrekken en binden, dan het rooten, dat tegen-
woordig ook veel zelf gedaan wordt en ten Blotte
in den winter het zwingelen. In dit jaargetijd#
tocb, wanneer voor de arbeiders op veld en akker
niets te verdienen is, kunnen dezen aan den
zwingelmolen een daggeld verdienen, dat hun eu
hun huisgezin zeer te stade komt.
F r a n s Rosier*.
Men meldt uit Utrecht a:tn de N. R. Ct.
De persoon, die hier als verdacht Frans
Rosier te zijn, aangehouden is, werd Woensdag-
iniddag met den trein. van 5 uur, sterk geboeid
en onder geleide van vier rijksveldwachters van
hier naar Rotterdam vervoerd.
Per celvvagen gekomen, lieten zijn geleiders
hem eenige oogenbiikken in de derde klasse-
wachtkamer zitten, doch wegens de groote
nieuwsgierigheid van het publiek vonden dezen
het beter hein tot aan het vertrek van den
trein in een ledigen bagagewagen te bergen,
lietgeen dan ook geschiedde.
Over de arrestatie van Frans Rosier deelt
het U. D. o. in. nog mede
De verpleger uit het gesticht te Medemblik.
wiens komst telegrafisch verzocht was, werd
Dinsdagavond te elf uur in het Huis van be
waring aan het einde van de Gansstraat te
Utrecht, waarheen de arrestant inmiddels per
dievenwagen was overgebracht, met hem gecon-
fronteerd en heeft hem zonder moeite herkend.
De confrontatie duurde niet lang en Frans
heeft geen woord willen spreken. Ook ontkende
hij niet de gezochte te zijn, zooals hij aan
vankelijk op het hoofdbureau van politie gedaan
heeft. Hij be waarde een hardnekkig stilzwijgen
zonder een boe of ba te beweren.
Toen hij in het huis van bewaring aankwam,
speelde hij eveneens de stotnme. De directeur
stelde hem vruchteloos eenige vragen. Hy
nam nergens notitie van en staarde met koele
en starre blikken in het rond.
Om 7 uur is Frans Dinsdagavond naar het
huis van bewaring getransporteerd. Hy liet
zich zonder eenig trouwens volkomen nutte-
loos verzet uit de wacht naar de op het
binnenplein van het het hoofdbureau gereed-
staande //vigelante" overbrengen. Kalm stapte
hij naar biunen en nam in een der hokjes
plaats. Vervolgens werden de deuren goed
verzegeld, nam een politieagent op den bok
naast den koetsier plaats en een rijksveld-
wachter achter op de treeplank. Daarmede was
de voorstelling af'geloopen en werd de zweep
over de paarden gelegd. Inmiddels had zich
op het Oudkerkhof een groote menigte nieuws-
gierigen verzameld oin den wagen te zien
uitrijden.
Terwyl hij, na zyne arrestatie, in depolitie-
wacht op een bank gezeten was, beantwoordde
hij zoo nu en dan de door de agenten tot hem
gerichte vragen. Hij wilde echter rolstrekt
niet met Frans aangesproken worden en dreigde
//Hij is in* een ziekenhuis gestorveu, nadat
hijNu, van de dooden nieti dau goeds,
last ik dus zwijgen," snikte de markiezin.
//Had zij over hair man zaliger ook maar zoo
gedacht," zei John bij zichzelven, maar hy liet
niets blijken.
z/Nu wilde ik u in uw groote goedheid
beleeld verzoekeu om dat jaargeld op my'te willen
overdragen, mijnheer van Everdaal. Ik ben arm
en kom nit de gevangenis, waar Thomas Green
en Brockers nog zitten. Heb medelyden met een
ongelukkige en laat het jaargeld aan my uitbetalen.
Ik wil mij terugtrekken naar mijn bloedverwanten
te Toulouse. Ik beloof u plechtig, dat ik uooit
meer uw levenspad zal kruisen, en ik zal mya
leven lang voor u eu uw familie bidden maar
verlaat mij niet in mijn bitteran nood."
tfDoor het noodlot|gebroken," dacht John, toen
hy de vrouw^ zoo diep gezonken voor zich zag,
die aan zyne familie zooveel zorgen en verdriet
had berokkend. Zeker zij had veel op haar
geweten, maar zij had er swaar voor gaboet
en ze waa een vrouw.
Zoo stond hij haar dan het jaargeld toe, dat
haar overleden oom zou genoten hebben en
schonk haar bovsndien eeu ruim reisgeld om naar
haar vaderland terug te keereu.
EINDE.
VAN
De Fransche regeering schijnt bang geworden voor
de boeren ran Pradelles en om'streken, over wie we in
ons vurig nummer schreven. Zij zal althans de boedel-
beschrijvingen in de kerken van de Boven-Loire en
npg eep paar departementen van bet zuiden niet op de
gewone wijze doorzetten, rnaar aan de wet voldoen,
door den ambtenaar, die op rerzet stuit,proces-Terbaal
te laten opmaken en dit proces-verbaal te hechten aan
een boedeibeschrijving, die rroeger in der minne door
de burgemeesters en pastoors is opgemaakt.
Dat hebben dan toch die boeren met hun oorlogs
toebereidtelen er bij gewonnen. Ze bekoeven nu niet
raeer gansche dagen en nachten in de kerk te zitten,
niet meer hnn schuren leeg te dragen van alierlei
oorlogstnig, geen electrische draden op itraat door te
snijden, zooals ze dat te Saint-Sigolene van plan waren,
om die op de gendarmes te laten neerkomen, enz. En
de ambtenaren en gendarmes loopen geen kans meer
armen of beenen, waarop de inwonerg van Saint-Sigo
lene bet bijzonder sehenen voorzien te bebben, kwijtte
taken. Men zoa zoo zeggen voor alle pai tijen de beste
oplossing. Want ook de regeering begon met die
bloedig* boedelbeschrijvingen leelijk in de war te zitten.
In de steden giug dat nog, daar kon men bet met
brandspuiten ai een beel eind brengen. Het waren
daar meest politieke lawaaimakers, die kwamen be-
toogen, en de gloed van politiek schijnt inenkelegoed
geriehte waterstralen gauw af te koeien Maar op bet
land was bet anders. Daar streden de boeren nit ge-
lootaovertaiging voor hun kerk en waren zoo makkelijk
niet weg te krijgen. En in bet departement van de
Boven-Loire dreigde bet een ware godsdienstoorlog te
worden. Het beet nu al, dat een socialistisch afgevaar-
digde de regeering over dit besluit interpelleehm zal.
Maar interpelleeren gaat makkelijker dan eeu boop
verbitterde, gewapende boeren tot rede te brengen. Ja,
wanneer men er zulke hardhandige methoden op na
houdt als de Kussiscbe bondgenootDie bekreunt
zich niet ora den dood van ettelijke bonderden lands-
kinderen. Trouwens hij beeft er oak meer te missen
daa de Irausebe republiek en behoeft er dus niet zoo
zuinig mee te wezen.
In 't bijzonder de Joden hebben kunnen onder-
vinden, want niemand gelooft, dat de regeering steeds
geheel buiten die Jodenvervolgingen is gebleveu.
Te Kief is dezer dagen de bebandeling begonnen van
bet proces over een van die vervolgingen. Daar staan
48 ehristenen terecht wegens gewelddadigheden nit
rassenhaat en twee Joden wegens doodslag. Er zijn
248 getuigen opgeroepen. De advokaten trachten uitstel
van behandeling te krijgen, omdat op 't oogenblik de
strooraing in bet land niet erg liberaal is. 'tBegint er
anders de laatste dagen wel heel liberaal uit te zien.
De verkiezingen in den omtrek van Petersburg zijn
begonnen en een keizerlijk manifest heeft alierlei be
palingen omtrent de Rijksdoema openbaar gemaakt.
Zoo op het oog lijken die bepalingen nog al tamelijk.
Maar of er wat van terecht zal komen Geen wet kan
door den keizer bekrachtigd worden, zonder dat ze ook
door de Doema is aangenomen. Maar waar de Rus-
sisehe regeering zich meestal weinig om wetten be-
kommert en de zaken, als ze zin heeft, administratief
regelt, wat geeft het dan In een gemeente, waar ge-
kozen moest worden, heeft men dan ook al geweigerd
om mee te doen, omdat die beele Rijksdoema toch niets
dan een vertooning zou zijn.
Lijkt zoo Rusland's buitenlandscbe politiek al heel
weinig op de Iransche, in buitenlandscbe aangelegen
r» onon O n kl'lnnn d L J
r nan jcicgctf
xieaen schijnen de bondgenooten nog troaw lijn te
trekken. I)e Russisciie afgevunrdigde op de conference
te Algeciras heeft een ontwerp yun een regelinf
de politie ingediend, waarbij, overeenkomstif? 1
rijk'i - 8
officii
voor
o j wyj v•uivwiiisv/iuovig iHrank"
njk wensch, aileen Franschen en Spanjaarden lot
ficieren werden benoembaar verklaard. Hij lichtte
dit toe met te zeggen, dat deze natien als bekend met
Marokko, met Arabische taal en zeden, daarvoor uit-
sluitend in aanmerking moesten komen. Frankrijk,
Fngeland, Spanje en Portugal vielen hem bij. Duitsch-
land verklaarde, later te iullen antwoorden en van dit
antwoord zal de verdere loop van zaken geheel af hangen.
t Schijnt, dat Duitschland tot toegeven geneigd is, als
Frankrijk eenige waarborgen wil geven en op het sink
der bank-kwestie aan Diitschland concessies wil doen.
In elk ge/al is nu dit politie-vraagstuk uit het duister
der ondarhandsche besprekingen gehaald enjvoor het
groote publiek gebracht. Dat is al iets gewonnen.
Bij een interpellate van Plichon ten aaizien ran de
toepmssing der wet op de scheiding van kerk en staat
en inventarisatie der kerken, rerwierp Rouvier elke
motie, waarbij opschorting van de inrentarisatie geeischt
word. Hij vroeg de Kamer de motie van Feret aan te
nemen, waarbij da verklaringen der regeering worden
beaamd. Deze motie is yerworpen met 267 tegen 234
stemmen. Rouvier verklaarde geen belang meer te heb
ben bij het vervolg der beraadslagingen en verliet met
de overige ministers de zaal. De meerderheid, die bet
ministerie ten val bracbt bestaat uit recbterzijde, repu-
blikeinen, progressisten, socialisten en radicaal-socialis-
ten.
Rouvier heeft bij den president de ontslagaanvraag
van het kabinet ingediend, dat deze verleend heeft.