A I g e m e 8 n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwscfi-Vlaanderen.
r,
1,
OHMSSHf ERAAi).
fetjilletoh.
BIJKBSM en &ELUK.
- 4799.
Dinsdag 6 Februari 1906
4op Jnargang.
.lechV iTrt'ktT' *»ri' "6 t*
Binrienland.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgava
en
ren
te
n
IS.
Frankrijk en Duitschland.
R U S L A N D.
EERSTE KAMER.
TER NEUZEN, 5 Februari 1906.
Vrij bewerkt door AMO.
SEilZESSCHE ('OI R I VT
Per drie ma&nden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82£.
Men abonneert zich by alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
Voor
ADVEBTENT1U.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor dken regel meer iiJO.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekena
D
14.
jaar
sTT-
ilka
nu bl»,l w«,whq«t Maaaday., W«en.d.,. en VriJ*»g»vBnd, wltge,on4eyrt ..p K^.trt^yenT biJ de Firm* f. J. VAM
i
D«i Bnrgemeester der gemeente TER NEUZEN
maakt b.kend, dat eene Openbare Vergadering
Taa den Gemeenteraad is belegd tegen Donderdag dm
8 Februari l!KK>, de» voormiddags te 10 lire.
Tar Nenzen, den 5 Februari 1906.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
lusschen de pessimisliaehe mededeeliagen, die voort-
durend over de betrekkingen tusschen Frankrijk en
Duitschland worden verspreid, maakt de rederoering,
die prins Radolin, de Duitsche gezant te Parijs, ge-
houden heeft, een verblijdenden indruk. De gezant
sprak aan het feestmaal ter eere van 's Keizers verjaar-
dag gehoudenin zijn toespraak behandelde hij den
politieken toestand en zeide daarvan
j.De wolken die den politieken kernel bedekt kebben
achijnen weg te trekken. Wij kunnen rertrouwen, dat
de orjlangs saamgekomen conference te Algeciras een
bevredigende opiossing der vragen zal brengen, die tot
langdurige onderhandelingen tusschen Frankrijk en
Duitschland aanleiding gaven.
t Er is geen grond voor bezorgdheid, dat de ontwik-
keling der vriendschappelijke betrekkingen, die door
beide landen gewenscht worden, verstoord zal worden.
yf.en duurzame toenadering tusschen Frankrijk en
Duitschland is de zekerste waarborg voor den wereld-
vrede. Niemand wenscht die meer dan da Keizer, die
een vredesvoorstander it en blijft. In den wensch met
de nabnrige stater in vrede en vriendschap te leven
neemt de Keizer in de eerste plaats Frankrijk op. Hij
is bereid de hand te biedcn voor verzoeuing, in de
zekere vorwachting dat zijn bereidwilligheid tegemoet-
koming zal vinden en dat die verzoening in oveieea-
j(Stemming te brengen is met de levensbelangen van het
Duitsche volk. Duitschland rerlangt niets onbillijks,
maar het moet zijn positie als wereldmacht bewaren.
-Hut bchoud daarvan beteekent geen bedreiging van wie
dan ook, eveamin als de geregelde ontwikkeling van
leger en vloot. De verzoenende geest, die ook de Fran-
sche regeering in haar onderhandelingen met ons heeft
getoond, geeft ons het reckt aan te nemen,dat het resul-
taat atom bevrediging wekken zal.
yWij kunnen dus in het bewustzijn raa ons recht
getroust de toekomst tegemoet zien en de hoop koesteren,
dat hcl nieuwa jaar voor onzen heerseher zegenrijk,
glorierijk en zorgloos moge zijn."
De positie, waarin prins Radolin gepiaatst it, geeft
hem het recht om zoo te Bprekenen zijn woorden
Arygcn er te hooger beteekenis daor.
De toestand in Rusland is nog altoos vol tegenstrijdig-
ueden elke dag brengt nieuwe berickten, die vaak in
lynrechte tegenspraak met elkander zijn. Maar de daden,
n«ra' maan^en yerwacht worden, blijven nog steeds
nit. vVanneer de rijksdoema zal bijeenkomen is nog
tang met bepaald de verkiezingen zijn zelfs nog niet
nitgeschreven en de kiezerslijsten nog niet opgemaakt.
Het is gebleken, dat de daurvoor vastgestelde termijn
veel te kurt was, zoodat die tot Februari verlenird
cnoest worden.
Inmiddels blijkt dttidelijk, dat van een grondwet in
West-Europeeschen zin geen sprake zijn zalde auto
cratic blijft bestaan en de Czaar heeft dat duidelijk en
onomwonden uitgesproken in de redevoering, die hij
gehouden heeft bij de ontvangst eener deputatie uit
den yBond van Russische mannen": .Ik zal den last
alleen dragen en ik ben er zeker van, dat het Rmsische
volk mij zal steunen. Aan God zal ik rekening en
verantwoording afleggen van de wijae, waarop ik de
regeering voerde
Dit is de meest besliste verzekering, dat de Czaar er
niet aan denkt, zijn alleer.keersckappij door eenige
grondwet te beperken, of in de volksvertegenwoordiging
een wetgevend lichaam te zien.
De Nowoje Wremja deelt mede, hoe de regeling dan
wel zijn zal. Het blijkt uit haar mededeeling, dat bij
de regeering, vooral de bedoeling voorzit, de kool en
de geit te sparen. Het blad meldt
.Zonder wijziging van den titel des monarchen, zal
toch het begrip der alleenheerschappij worden gewijzigd.
De invoering van een eed op de grondwet ligt niet in
het plan maar het manifest over de wijziging van de
grondwet zal waarborgen geven voor de naleving daar
van door den erlgenaam van den troon en diens na-
komelingen.
De wetgevende mackt zal berusten bij den Czaar, de
rijksdoema en den rijksraad. Een ontwerp, dat door
de doema of den rijksraad verworpen is, kan in dezelfde
zitting niet weder worden ingediend. Besluiten, die in
strijd zijn met de grondwet of met de wetten, kunuea
door het eerste departement van den senaat worden
opgeheven.
rWordt de doema ontbonden, voor het einde van
den termijn, voor welken zij gekozen is, dan moet
tegelijkertijd het tijdstip voor de nieuwe verkiezingen
worden bepaald en dat, waarop de nieuwe zitting ge-
opend zal worden. Hierbij moet worden in acht ge-
nomen, dat de verkiezingen niet later dan^vier maar.den,
de opening der nieuwe zitting niet later dan zes maanden,
na t tijdstip der ontbinding mogen plaats hebben.
.De vaststelling der burgelijke rechten gesehiedt bij
de wet op de wijze van de Wester-Europeesche con
stitnties
Het ontwerp getuigt in sommige opzichten van liberale
beginselen, maar die worden teniet gedaan door de
slotbepaling dat bij speciale wetten uitzonderingen
van de algeraeeue wettelijke reehten en voorschriften
kunner. worden gemaakt.
Al het goede, dat in het ontwerp opgenomen is.
wordt door die bepaling verzwakt en op losse schroeven
gezet.
De algemeene beschouwingen worden gesloten
en daarna de hoofdstukken I en II aangenotnen.
Vergadering van Zaterdag.
Algemeene beschouwingen.
De heer Thooft blijft in zake bet verlof aan
Minister Kraus volhouden hetgeen hy heeft gezegd.
Maar wil de Minister van spreker een motie
uitlokken, dan zou hij het eventneel doen in
dezen »orm ffDc Kamer, van oordeel dat in
zake het verlof aan Miniater Kraui's lands belang
niet behoorlijk is gediend, gaat over lot de orde
heen te gaan
Daarna repliceerfc de heer Van Houten, die
betoogt dat dit Rabinet is opgetreden door de
overwinning, behaald als gevolg van de tot stand
gekomen school wet-Kuy per. En daarom kenrt
spreker het af dat die Lager onderwjjswet onge-
moeid wordt gelaten. Overigens hondt hu vol
dat het geen zin heeft Grondwetaherziening voor
te stellen, zonder voorstellen te doen tot uitbreiding
van het kiesrecht zelf. Maar voor uitbreiding
van het kiesrecht is geen waging van de Grond
wet noodig. Die uitbreiding met honderd-
duizenden is mogelijk bg verandering van
bepalingen in de bestaande Kieswet.
Wat het verlof-Kraus aaugaat, de groote grief
is dat een Minister zich in vreemden staatsdienst
begeeft, een Minister die een twee-eenheid vormt
met de Kroon. De practische weg ii dat de
Minister zgn ontslag neemt, en zjjn plaats open
wordt gehouden. Maar de Eerste Kamer behoeft
zich niet door een motie uit te apreken, waar
spoedig de andere Kamer daartoe in de gelegenheid
zal zijn. Spreker wil de Regeering geen raad
geven. Zy moet zelf weten wat haar te doen
ataat. Maar wM merkt hij op, dat zy zich zeer
verzwakt door een toestand als door het verlof
zal geboren worden aan het land op te driugen.
IVadat de heer Willinge had verklaard in eersten
termijn te hebben weergegeven de meening van
verschillende leden der Kamer, trad de heer
Havelaar opnieuw in eenige beschouwingen over
de spoorwegovereenkomsten.
De Minister van Financien erkent, wat het
verlof aan Minister Kraus aangaat, de bezwaren.
Maar in haar geheel was de Regeering van oordeel,
dat de bezwaren niet zoo overwegend waren. De
bezwaren zijn gereduceerd bovendien door zoo
mogelijk den duur van het verlof te beperken
door een ad-interem Miniater te doen optreden]
en doer zooveel mogelyk thans tiles te voorbereiden
aan het departement van Waterstaat, wat daarvoor
in aanmerking komt.
Lokte de Regeering een motie van vertrouwen
uit, dan zou zij een gebruik iuvoeren, dat hier
te lande niet bestaat. Evenmin verzoekt de
nn L 1 u^Gliy "ivll
Hy de behandeling der begrooting van Builen-
landsche Zaken bepleir de heer Woltjer aausluiting
bij de Berner Conveutie.
De heer Van Welderen Rengera wil Rijks-
zuivelcoBsuleuten in het buitenland asnstellen.
Het denkbeeld wordt door den heer Michiels van
Kesaenich ondersteund. DaareDtegen bestrijdt de
heer De Jong de aanstelling.
De Minister van Buitenlandsche Zaken wyst
op den tegenstand tegen de aansluiting bij de
Berner Conventie, waarop men, in afwachting van
de behandeling van de motie-Van der Vlugt c. s.,
niet moet vooruitloopen. De consulenten-kwestie
zal overwogen kunnen worden.
Na eenige discussie werd de begrooting aan-
genomen, zoomede goedkeuring van het fcraktaat
met Portugal in zake de onderwerpiug van zekere
geschillen aan het Hof van Arbitrage,
Bij de behandeling van de Justitiebegrooting
proteateerde de heer Van Waterschoot v. d. Gracht
tegen de intrekkiug van de Strafwetnovelle.
In de op a. s. Donderdag, des voormiddags
uren, te houden openbare vergadering van
den gemeenteraad alhier, komen de volgende
punten in behandeling
Ingekomen stukken benoeming leden slem-
bnreaux verkiezing leden van den Raad; aan-
gehouden zaken.
Eene gisteravond door Ds. A. Timmerman
alhier en Ds. De Visser, van Middelburg, in
de Herv. kerk alhier met christelijke werklieden
gehouden vergadering, ten doel hebbende aan
sluiting aan den Christeljjken Nationalen
n erkmansbond had tot resultaat dat eene af-
deehng werd gevormd, waarvoor 18 personen
zich als lid opgaren.
^8 Besl. is, met ingang van 1 Febru
ari 1906, belast m.'t de waarneming van de
functie van district-inspecteur der zpoorweg-
diftnuflPn rl<4 Q^ivv I.*' r* i 8
i«V* VTCH"
u- m," diensten de adjunct-ingenieur bij den Raad van
mster den heer Thooft een motie ven efkeuring Toezicht op de Spoorwegdiensten, de heerj. A de
L Ji V "e,.d,t doen' dan u dai Dint e. i., thans te's Gravenhage, tot voor korten
zijn zaak. Jio na de lndiemug is er dan ?oor I tyd alhier.
»God zy dank," klonk het met een zucht van
verlichting uit den mond der markiezin. Zij zou
dvs toch eiudelijk nog in het bezit komen van
het zoo lsng en zoo vurig verlangde geld. De
ironic van het noodlot, waaronder zij haar leven
laug gebukt had gegaari, zon nu dan van haar
aflaten, in de vreugde van haar hart zou zij
den advccaat wel omhelsd hebben, als zij niet ge-
vieesd had haar gunst te verspillen aan een ge-
voellooze. Perkins verkiaarde haar op drogeu
toon, hoe alles g«gaan was om de overeenkomst
tot stand te brengen en welke formaliteiten zij
roest vervullen. NatuurJijk vergat hij daarbij
"ich zelven niet; een der eerste stukken, die hii
de markiezin liet onderteekenen, was een schuld*
lekentenis van raim elf duizend acht honderd
pond voor onkosten, voorschotten, rente en be-
loouing zijner diensten. Zij ooderteekende, zonder
eenige aaamerking alles, wat hij haar voorlegde.
Zy wilde den man, die haar uit den nood had
geholpen, niet beknibbelen alles moest nu spoedig
en zonder onaangenaamheden afgedaan worden.
Z', had nu haast en uoaakte in slilte reeds een
bcrekeniug ua aftrek van alle kosten zou zij nog
ruiuj twee millioen o>erhouden, en Voorloopig
«ou die som nog wel voldoeude zijn.
//Zou ik Donderdag het geld kunnen ont-
vangeu vroeg zij onder het schry ven door. Het
leek wel of zij vreesde, dat het geld haar nog
kon outglippen. Dat kwam op rekening van de
irouie van het noodlot. Zoo mCnigmax] had zij
gedacht, dat zg het geluk in hauden had, en toch
was het haar telkens ontglipt.
jrWanneer alles goed gaat., kan u Donderdag-
avond ^of Vrijdagmorgen het geld in handen
krijgen," antwoordde Perkins drooK. #Maar wat
komt het er nu op een dag aan
De markiezin had er echter haast mee, zij iou
wel vrede genomen hebben met een groote korting,
als zij maar dadelijk het geld had kunnen ont-
vangen. Als zij vandaag haar millioenen kreeg,
was zy iv.orgen reeds in haar geiiefd Frankrijk
of elders, waar zij niets tneer zon hooren of zien
van Engelsche advocateo, Engelsche rechtbanken
en Engelsche politie. Zy had nu genoeg geleden
door verveling, ergernis en vrees, zy wilde rust
hebbeB. Juist kort voor dat Perkins bij haar
binnentrad, was zij doodelijk verschrikt door een
ontdekking, die de rechter Son it h fi *1 d had gedaan.
Deze brave rechter leidde het onderzoek tegeu
Thomas Green en daarbij had hij in het vest
van den verdachte tusschen de voering ge-
naaid een wissel van honderd duizend francs
gevonden, onderteekend door de markiezin d'Aigre.
Nu wilde die Suaithfield ointrent dien wissel
volstrekt het fijne van de. zaak weten, en daarom
had hij de markiezin naar zijn kautoor ontboden.
De arme geplaagde vrouw was hierdoor zoo out-
steld, dat zij aanvankelijk geen woord kou uit-
brengen. Zij was dau ook in tranen losgvbarsten
en had verzekerd, dat zij er totssl niets van wist.
Nu was die rechter wel vrieudelijk geweest, maar
of hij haar geloofd had, stoud te betwijfelen.
Reeds meermalen hsd zy inannen aangetroifen,
die door haar tranen niet overtuigd werden. En
wat heeft een vrouw in haar voordeel tegenover
da mannen, als zelfs haar tranen geen uitwerking
meer hebben
Als Green nu maar veratandig was, dan zou
by ooic zeggen, dat die wissel valsch was, en dat
de markiezin er part noch deel aan had. Dat
kon hij gerust volhouden, hy zou er geen nadeel
van hebben. Wat gaf de markiezin om houderd
duizend francs, als haar zaken naar wensch geregeld
waren Tusschen haar en Green was een wissel
overbodig maar zou hy wel zooveel doorzicht
hebben Dat was de vraag, die haar martelde
en daarom was zy besloten, zoo spoedig mogelyk
Engeland te verlaten en een ander laud op te
zoeken, waar de mannen zich nog lieten overtuigen
door de tranen van een bekligenswaardige vrouw.
Doch daar had zij geld voor noodig daarom
»roeg zij, of zij reeds Donderdag het bedougeu
kapitaa! kon octvangen.
//Zoo", zeide Perkins eindelyk, terwijl hij al
zijn papieren bijeeupakte, »nu kaa my wel eens
vertellen, wat voor noodlottigs er gebeurd is,
mevrouw."
«/Och, daar is geen haast bij, mijnheer Perkins.
Ik zal u daar nu maar niet lastig mee vallen.
Zorg maar, dat ik zoo spoedig mogelyk het geld
uitb.taald kryg. Ge weet wel, hoe schraaJ ik
bij kas ben, en ik zal n daarom voorloopig met
geen andere zaken den lijd doen verliezen."
De markiezin was nog altijd een client, aan
wie hy flink geld verdiende zonder op zijn reke
ning te knibbelen. Daarem droug by niet verder
aan en nam zeer beleefd afscheid.
ACHTTIENDE HOOFD8TUK.
De verdienste van den mensch wordt niet altijd
naar waarde geschat, dat is bekend. Tot haar
groote droefheid moest dat ook juffrouw Badsley
ondervinden, toeu mevrouw Van Elverdaal haar
op zekeren dag mededeelde, dat men haar diensten
niet langer noodig had en zij dus ontslagen werd.
De juffrouw toonde zich eerst veroutwaardigd over
zooveel ondank, en heriunerde er aau, dat zy
A any gevormd had tot een jonge dame, die in
de vooruaamste gezelschappen kon schittereu. Toen
dit niet* hielp, zeide zij, dat zy ziclsveel van
Anny hield au niet van haar scheiden kon. Al
had zij soms gedwaald, dan moest men bedenken,
dat ieder mensch dwalen kan. Anny toonde echter
volstrekt geen aandoening en zoo besloot juffrouw
Badsley dan om maar heen te gaan. Het troostte
haar eenigszins, dat Potters, de portier, Jack de
hnisknecht, en nog een half dozija andere be-
dienden ontslagen werden, omdat ze gemist konden
worden.
Op het punt staande om heen te gaan, nam
juffrouw Badsley afscheid van den ontslagen portier,
tosn Anny juist gekleed naar bo»en kwam. Dade
lijk stonden de oogen van de brave gouvernaute
weer onder water en zij verzekerde in aandoenlijke
woorderi, dat zij eeuwig de vriendin en moederlijke
raadgeefster van haar jonge meesteres zou blijven.
,1k dank u, juffrouw Badsley," autwoordde
Auny kortaf, //maar ik heb nu geen tijd, Ik
moet nzar de apotheek."
//Die apotheek kennen wy wel," mompelde
juffrouw Badsley, terwijl zij haar tranen droogde.
(Wurdt vtrvtlgd.)