Van 20 tot en met jPositie der stoomschepen. worden opjden voorgrond gesteld en mijn meaning is dat het algemeen belang alleen gediend wordt door adverteeren in eene courant die door iedereen kan worden geiezen en daarom heeft mijn voorstel te meer recht em te worden aangenomen. Er kan m. i. geen kwestie van bestaan dat die 75 ten behoeve van het Ter Neuzensch Volksblad nog op de be- grooting zouden kunnen blijven staan. Let wel, heeren, ik heb dat tronwens reeds gezegd, ik ben van meaning dat er ook geen gelden voor Luctor et Emergo op zouden mogen gebracht worden. Ik wil echter in verband met mijn voorstel nog verder gaan en moet zeggen dat die post voor het Ter Neuzensch Volksblad niet meer op de begrooting thuis hoort, dat het mij ver- wonderde die er nog op te vinden, want het Ter Neuzensch Volksblad, waarmede vroeger een acooord werd gesloten, heeft opgehouden te bestaan en er is een vrijzinnig orgaan verschenen de redactie heeft zelf aan het publiek aan't hoofd van het blad meegedeeld, dat zij meende tot die verandering te moeten overgaan. Er zal dus moeten worden beslist of we zullen voortgaan met in dat van richting veranderde blad zullen blijven adver teeren. De gemeenteraad heeft geen recht, om dat blad, ingericht voor een zekere categorie van personen te steunen, door het plaatsen der aankondigingen. Dat blad dient niet meer het algemeen bolang, evenmin als dat kan gezegd worden van Luctor et Emergo. De Ter Neuzenscbe Courant alleen, die op prijzenswaardige wijze zich boven de partijen stelt en daurdoor in algemeenen zin werkt, is het aangewezen blad. Ik hond daarom aan mijn voorstel vast. De Voorzitter merkt op, dat het wat het Volksblad nog altijd Ter Nevzensch Volksblad heet. De heer Dees Er staat nu vrijzinnig Nieuws- en Adver- tentieblad. De heer Versluijs meent dat toch niet gezegd kan worden dat het Volksblad thans minder geiezen wordt dan voorheen. Overigens lijkt het wel of de heer Dees hier reclame maakt voor de Ter Neuzensche Courant. Naar de meening van spreker moet hier alleen gevraagd worden of het gemeentebe- stuur met ook in het Voldsblad te adverteeren voldoet aan den eisch tot publiek maken. Er is vroeger A gezegd en hij is het in dezen eens met den heer Wi eland, die reeds meermalen heeft gezegdin bestaande toestanden moeten we maar geen verandering brengen, zoolang de menschen niet uit den tyd zijn. De heer Wieland weet daar niets van en vraagt eens zulke gevallen te noemen. wanneer hij ontdekt zich te hebben vergist of verkeerd te hebben gehandeld, wil hij zoo mogelijk 't later altijd nog verbeteren. De heer Versluijs meent wel andere posten op de begroo ting te kunnm aanwijzen, waar de heer Wieland 't niet mee eens is, doch waarin hij toch berust. Het gaat z. i. niet aan om uit partijoogpunt de /75 voor 't Volksblad te schrappen. De heer Wieland Vroeger ben ik daarvan ook abonne geworden, maar sedert het zoo veranderd is, heb ik bedankt, velen met mij en daarom vind ik het erg dat het geld op die manier wordt uitgegeven, door dat te steunen. De heer Van den Hoek Tegenover hen die bedankien staan weer anderen die abonne geworden zijn, dat zal wel tegen elkaar opwegen. lets anders is, dat de Raad geen partij mag steunen, dat ben ik geheel eens en ik zal daarom voor het voorstel-Dees stemmen. Den heer Visser komt dit vreemd voorhet geldt hier niet het steunen eener partij, maar wel gebruik maken van de publiciteit die het Volksblad biedthij meent voorts dat de heer Van den Hoek, als wethouder, verplicht is, om voor den post te stemmen, dien hij zclf op de begrooting heeft helpen brengen. De heer DeesIk maak hier geen reclame voor de Ter Neuzensche Courant, maar ik breng daaraan een woord van lof, omdat zij zich beweegt in een lijn die mij het meest gewenscht voorkomt, omdat zij zich buiten den partijstrijd houdt. Ik ben een tegenstander van alie mogelijke partij strijd en ik ben dus v<5or dat blad omdat het naar mijne meening op die wijze het best de algemeene belangen dient. De heer MoggreWordt er regei van gehoud n om van eenmanl bestaande toestanden niet meer af te wijken De Voorzitter De begrooting wordt telkenjare behandeld. de raad kan dus afwijken en op vroegere besiuiten terugkomen maar een andere vraag is, of het gewenscht is. De heer VersluijsHet is toch de gewoonte niet er op terug te komen. De Voorzitter Of er moeten reden voor zijn. De heer Dees zegt nog dat het hem leed doet dat in deze kwestie bestuursleden van het Volksblad gemoeid werden, of personen die er aan geparenteerd zijn, maar hij meende aldus te moeten spreken, men moet hem dat niet kwalijk nemen. De heer Visser: Ik ben geen bestuurslid en ook zou dit bij mij niet wegen, en ik geloOf ook niet bij den heer Ver sluijs, want al steun ik het blad, 200 laat het mij koud, of de uitgever al of niet die /75 krijgt. De heer Versluijs is van gevoelen dat het voorstel van den heer Dees alleen uit partij-oogmerk gedaan is. De heer Dees betwist dit en meent eerder de zaak te moeten omkeeren wanneer de post wordt behouden zal eerder kunnen gezegd worden dat dit uit partij-oogmerk geschiedt. Wij echter staan zegt spreker op een zuiver terrein, want ik zou ook aau Luctor et Emergo weigerenwij staan dus geheel vrij. De heer VersluijsIk acht uw voorstel niet gemotiveerd met de bewering dat het Volk-blad omgezet is. We moeten alleen vragen of de publicatien door opneming in een blad al of niet geiezen worden, zonder te vragen of dat blad liberaal, antirevolutionair of wat ook is. Het voorstel van den heer Dees wordt alsnu in stemming gebracht, met den uitslag dat zich 4 stemmen voor en 4 tegen verklaren. Voor stemmen de heeren Van den Hoek, Wieland, Dees en De Jonge; tegen de heeren Visser, Versluijs, Moggre en De Masier. Bij hoofdstuk III, art. 1, vervolgingskostrn van belasting- schuldigen f 104, merkt de heer Van den Hoek op dat die post met f 50 kan verminderd worden, daar na het vertrek van den heer Werps, die 50 salaris genoot, eene andere regeling is getroffen, en de nu benoemde beambte geen vast salaris krijgt. Bij hoofdstuk IV, afd. 3, kosten der straatverlichting 5671,06*, vraagt de heer Visser of die som wel hoog genieg is. Als dat in 19 4 reeds werd uitgegeven, zullen we daarmee in 1906 toch wel niet toekomen, want de lampen vermeerderen steeds. Ziet b. v. naar de De Feijterstraat, daar staan de lampen wel 100 meters uit elkaar. dat kan eeuvoudig zoo niet blijven, daar is 't veel te donker. De VoorzitterAls de kosten hooger loopen kan het nog altijd bij suppletoire begrooting gevonden worden. De heer VisserU kunt er met het uitgetrokken bedrag zeker niet komen. De VoorzitterMaar er moet toch getracht worden de begrooting kloppend te krijgen en de post voor onvoorziene uitgaven is maar f 115 groot. De heer Versluijs Maar 't kan toch niet donker blijven. De heer Visser stelt voor dezen post op 60CO te ramen, welk voorstel door den heer Van den Hoek wordt gesteund en aangenomen met 5 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren Van den Hoek, Visser, Versluijs, Moggre en De Masier, tegen de heeren Wieland, Dees en De Jonge. De heer Visser deelt nog mede bij den directeur der electrische eentrale te hebben geinformeerd of de prijs van den stroom niet kon verminderd worden van 30 op 25 cent, doch deze zeide, dat dit nog niet kon, doch wellicht zou dit later, wanneer het aantal aangeslotenen toeneemt, mogelijk zijn. Kon dit geschieden, dan zou het natuurlijk in het belang der gemeente en der ingezetenen zijn. Hoofdstuk V, afd. 1, art. 1, jaarwedde van den bouwmeester f 1000. De heer Visser zou in uitzicht willen stellen dat de jaar wedde van dezen ambtenaar kon worden verhoogd. Men heeft reeds ondervonden dat, wanneer men een goeden bouw meester heeft, dat deze spoedig weggaat. omdat hij elders een hoogere bezoldiging kan krijgen. Wordt verhooging in uitzicht gesteld, dan zal dit wellicht tot blijven uitlokken. Met het oog op den financieelen toestand zal spreker geen voorstel doen om thans reeds ver-hooging te geven. De heer Van den Hoek moet zieh bij deze woorden aan- sluiten. Hij is overtuigd dat het salaris voor eeno gemeente als Ter Neuzen, waar zooveel werk gevergd wordt, te laag is en gestacfige wisseling van personeel is ook niet in het algemeen belang. Hij zou wel onmiddellijke verhooging willen voorstellen. De heer Dees acht het gevaarlijk om tot verhooging van salarissen over te gaan wanneer daar niet om ge vraagd wordt. Zoolang dat niet gebeurt meent hij dat men het veilig op hetzelfde houden kan. De heer Van den Hoek Officieel is het niet gevraagd dat is waar, maarenfljn, hierop kan ik niet verder ingaan. De heer Versluijs is tegen dadelijke verhooging en kan beter meegaan met het voorstel van den heer Visser om verhooging in uitzicht te stellen, ook met het oog op de financien. De heer Vissor: Dan zouden zij toch moeten weten hoeveel en wanneer. Bij den provincialen waterstaat is het aanvangsalaris 1200 en dan wordt er van hen niet zooveel gevergd als hier van den gemeentebouw- meester en dat kan klimmen tot 2000. Ik zou niet zoover willen gaan en het maximum op 1400 bepalen, na 5 of 6 jaren te behalen, maar toch ook niet aan die 1000 houden. Wanneer de bouwmeester gehuwd is en 200 of /250 woninghuur moet betalen, kan hij daarvan niet fatsoenlijk bestaan en hij mag buitenaf ook niets verdienen. Men moet geen rekening houden met een vroegeren bouwmeester, die misschien buitenaf nog meer verdiende dan zijn salaris, want dat is nu geheel buitengesloten. Wanneer hem verhooging in uitzicht wordt gesteld zullen wij dezen bouwmeester misschien houden, maar anders zal hij ook wel trachten weg te komen. De heer Dees merkt op dat de voorwaarden bekend waren, er werd door de sollicitanten wel gezegd dat het salaris laag was, ook omdat particulier werk ver- boden is, maar er waren toch vele ii fhebbersmen geeft toch de voorkeur aan eene vaste betrekking. De heer Van den Hoek Maar daarvan mogen we .geen misbruik maken; als men niets heeft trachc men natuurlijk wat te krijgen. Ik stel voor reeds met Janu- ari aanstaande verhooging te geven. De heer Visser steunt dit voorstel. Het wordt verworpen met 5 tegen 3 stemmen. Voor de heeren Van den Hoek, Visser en De Masier; tegen de heeren Wieland, Dees, De Jonge, Versluijs en Moggrd. De heer Versluijs stelt voor 3 tweejaarlijksche ver- hoogingen toe te kennen van 100, dan is het maximum f 1300. De heer Van den Hoek zou dat liever op 1400 be- paald zien en doet deswege een voorstel. Dit wordt eveneens met 5 tegen 3 stemmen verworpen (dezelfde voor en tegenstemmers). Daarna wordt het voorstel van den heer Versluijs 3 tweejaarlijksche verhoogingen, gerekend van het tijd- stip dat de bouwmeester in dienst is getreden, aange nomen met 5 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren heeren Van den Hoek, Visser, Versluijs, Moggre en De Masier; tegen de heeren Wieland, Dees en De Jonge. Art. 2, jaarwedde van de vaste arbeiders 940. De heer Van den Hoek stelt voor dezen post met met 50 te verhoogen en de arbeiders elk 25 te verhoogenhet is 5 jaar geleden dat ze wat gehad hebben en J 450 is toch niet veel voor menschen die zooveel vnil werk moeten doen. De heer Wieland Hebben ze ook nog emoulementen? De heer Van den Hoek: De Bruijne krijgt 40 voor de bediening van het sluisje aan de westhaven, maar moet daarvoor ook nacht- en Zondagsdienst verrichten. En de menschen hebben het gevraagd, ze informeerden of het noodig was een request in te dienen en toen heb ik hun toegezegd dat dit niet noodig was, en ik een voorstel tot verhooging zou doen. De heer Visser kan met het voorstel meegaan het is een sober loontje dat de menschen krijgen. Het voorstel wordt aangenomen met 6 tegen 2 stemmen, die der heeren Wieland en Dees. Art. 4, jaarwedden van de beambten op de begraaf- plaats, f 390. Bij dezen post brengt de Voorzitter ter tafel het reeds vroeger vermelde adres van Ph. Haak, grafdelver, om ver hooging van zijn f 280 bedragend salaris, wegens toegeDomen werkzaamheden, die hem beletten andere bezigheden te verrichten terwijl zijn salaris onvoldoende is voor leven - onderhoud, terwijl zijn gereedschap door de kwade grond van het nieuwe deel van het kerkhof veel te lijden heeft en spoediger vernieuwing behoeft. De Voorzitter stelt namen- het Dag. Best, voor afwijzend te beschikkenadressant geniet ook nog f 50 voor het schoonhouden, zoodat zijn jaarwedde eigenlijk f 320 bedraagt. Uit de cijfers over de 3 laatste jaren blijkt, dat het motief van adressant als zouden zijne werkzaamheden toegenomen zijn, onjuist is, terwijl die nu door opening der begraafplaats te Sluiskil ook minder zullen zijn. De heer De Jonge Maar i3 dat inkomen toch werkelijk niet wat laag De heer Wieland acht 330 ook te weinighij heeft toch geen gelegenheid om op eene andere plaats te gaan werken. De heer Van den Hoek Hij ontvangt ook nog geld van particulieren voor het onderhoudeu van graven en is niet steeds voor de gemeente werkzaam als hij op de begraaf plaats is. De heer Versluijs vindt het toch ook weinig en stelt voor om het salaris met f 20 te verhoogen, en dus te brengen op 300. x Met 7 tegen 1 stem, die van den heer Van den Hoek, wordt dit voorstel aangenomen. De heer Van den Hoek zegt dat deze post nog met f 75 moet worden verhoogd, wegens het salaris voor den grafdel ver te Sluiskil, waar nog niet op gerekend was. Z. h. s. aldus beslotcn. Eveneens wordt z. h. s. besloten art. 2 van afd. 2, onder houd van strateu, pleinen, markten enz. f 1762, te ver hoogen met 1(10, met welk bedrag art. 5, onderhoud van riolen enz. f 1018,50 wordt verminderd. Hoofdstuk VII, afd. 3. art. 1 jaarwedden der onderwijzers pensioeusbijdragen f 22370. Bij dezen post brengt de Voorzitter in behandeling het adres van W. D. de Vries en 25 andere onderwijzers, onderwijzere3sen en hoofden van scbolen, verzoekende ver hooging der aanvangssalarissen met behoud der verdere regeling. Nevens dit adres is ingezonden de volgende memorie van toelichting De wet-Borgesius van 1901 bracht eene andere regeling in de onderwijzerstraktementen, het minimum o. a. voor gewoon onderwijzer werd voor het geheele land gebracht op 500. Uit verschillende nitlatingen van Minister Borgesius in de Kamer bleek voldoende, dat het zijne bedoeling was, dit minimum alleen te doen gelden voor de allerkleinste gemeenten terwijl in gemeenten, waar de levensstandaard hooger is, dit minimum door den gemeenteraad verhoogt kan worden. Nu meenen de onderteekenaars van bijgaand verzoekschrift, dat Ter Neuzen tot die grootere gemeenten behoort, hetwelk blijkt uit het volgende Een onderwijzer kan in Ter Neuzen voor minder dan 30 per maand geen kosthuis krijgen de huishnur is aanzienlijk hooger dan in kleinere gemeenten. Aangezien met 1 Januari 1906 de pensioensbijdrage verhoogd wordt van 2 tot 7 procent der jaarwedde, worden de uitgaven aanmerkelijk grooter. Een jong onderwijzer geniet dan na aftrek van pensioensbijdrage, per maand f 38,75, waarvan afgaat f 30 voor kostgeld, blijft f 8,75. Wil hij studeeren voor hoofd- akte of taalakte, dan moet daar minstens nog 6 af voor lessen, boeken enz., zoodat er voor kleederen, belasting, het bezoeken van ouders, en voor andere noodzakelijke uitgaven, slechts 2,75 per maand overblijft. Het komt den onderteekenaars van bijgaand adres voor, dat dit bedrag te laag is om die uitgaven te bestrijden. Ook in vergelijking met andere gemeenten, waar de levens standaard minder of even hoog is, verkeert Ter Neuzen in minder gunstige conditi s, wat blijkt uit het volgende: Het beginsalaris te Wormerveer, Sloten, Heemstede, Bussum, Haarlem mermeer, enz. bedraagt f 600. Apeldoorn geeft een beginsalaris van f 5o0 met 5 driejaarlijksche verhoogingen van f 50. Bussum begint met f 6u0 met 6 tweejarige ver hoogingen van f 50. Sloten begint met f 600 met 4 vijf- jaarlijksche verhoogingen van J 50 enz. Het is dus op grond van het bovengenoemde, dat do onderteekenaars van meening zijn, dat verhooging der minima met behoud van de opklimming, zooals die nu geregeld is, dringend noodzakelijk geacht moet worden. De Voorzitter wijst er op, dat er twee wegen bestaan om die zaak te verhoogen, namelijk door de salarissen met J 50 te verhoogen en de 4 vierjaarlijksehe ver hoogingen te veranderen in vijtjaariijksehe, het maximum wordt dan 750, of wel door de aanvangssalarissen te verhoogen en dan maar 3 vierjaarlijksehe verhooging en te geven het maximum blijft dan 700. De eersl- genoemde wijzigicg zou der gemeente op een hoogere uitgaaf van 1000, komen te staan, terwijl volgens het tweede voorstel maar een 450, meer zou moeten worden betaald. De heei Visser: Dan krijgen de oudsten in dienst- jaren geen verhooging en daar ben ik tegen; dan zijn de jongelui wel geholpen, maar volgens dat tweede voorstel krijgen de ouderen geen cent meer. De heer De Masier acht het eerste voorstel het beste dan wordt ongeveer vergoed wat ze nu zullen moeten inschieten voor verhoogde pensioensbijdrage. Die bij- drage beloopt 38, zoodat ze dan nog maar weiaig voordeel genieten van de verhooging waarop ze recht hebben. De Voorzitter: Denk er om heeren, dat we de ver hooging moeien betalen en dat we moeten zien hoe aan de duiten te komen, zooals reeds herhaaldelijk is opgemerkt. De heer Van den Hoek Dat zullen we straks wel zien. De Voorzitter: Als de heeren nog een post weten waarop wat te vinden is, zal mededeeling daarvan mij hoogst aangenaam zijn; ik moet eerlijk bekennei dat ik er geen weet. Wij moeten beheeren en nu heb ik er niets op tegen dat de uitgaven worden gevoteerd, als men ons maar het equivalent aanwijst waar we het geld vandaan kunnen halen. De heer Visser Maar voor de verhooging van 500 zou u toch ook geld moeten hebben. De Voorzitter meent dat dit bedrag nog wel hier en daar op te vinden zou zijn. De heer Visser: Het zal maar 't best zijn thans eene toelichting te geven omtrent de bedoeling van mij en eenige andere iedenwij willen namelijk voorstellen om weder eene subsidie te vragen ingevolge art. 49 der wet tot regeling van het lager ODderwijs. Verscheidene jaren, van 1892 tot 1898 hebben we zoo'n bijdrage genoten, wat de oorzaak is, dat die niet meer werd ontvangen doet nu niets tpr zake, maar zooals onze begrooting in elkaar zit is er alle reden om deze subsidie aan te vragen en zal die ons, wanneer een en ander goed wordt toegelicht niet worden onthouden. De Voorzitter: U wdt dus de gemeente armlastig maken ik kan niet zeggen dat dit denkbeeld mij toe- lacht; ik ben in de eerste plaats van meening dat de gemeente moet trachten zichzelf te bedruipen maar men komt dan ook ondereen strenge en lastige controle. De heer Visser ziet dat niet zoo erg in; we hebben het 7 jaar gehad en met het bouwen van school C de geheele benoodigde som 20,000, maar er zijn nooit geen moeilijkheden geweest, wel moeten er goede inlichtingen gegeven worden. Het is toch bekend dat de hoofde lijken omslag en de opcenten op het personeel zeer hoog zijn opgevoerd, terwijl het schoolgeid zoo hoog is als het kan zijn. Ik zie er geen bezwaar in dat we 't niet zullen krijgen en we moeten wel iets doen. Ik zou als lid -wan het Dag. Best, met eene begrooting zooals die thans is het nieuwe dienstjaar niet tegemoet durven gaan. De Voorzitter: Nu, de Raad moet het weten, Burg, en Weth. zullen zich niet verzette-n, er zou dan kunnen besloten worden om, indien we de subsidie niet kunnen krijgen, dan onder bezwarende voorwaarden, de ver hooging ook niet te geven. De heer Dees Het is mooi en goed om de salarissen^ te verhoogen en ik zal niet ontkennen dat daarvan ge- gronde motieven kunnen aangevoerd worden, maar de inkomsten moeten er toch maar zijn om het te kunnen betalen. De heer Wieland is altijd een tegenstander geweest van het aanvragen van subsidie en het bezwaart hem dat hier maar steeds hoogere uitgaven worden voorge- steld, waaronder door personen die bij de vaststelling van den hojfdelijken omslag maar steeds klagen dat ze te hoog zijn aangeslagen en dus behooren verlaagd te worden, daar ergert hij zich aan. De heer De Masier: Het trekt mijn aandacht dat er nu zoovele bezwaren worden geopperd tegen eene ver hooging, die de onderwijzers hoog noodig hebben, terwijl men daarvan bij andere verhoogingen die zoo- even werden .toegeataan niets hoorde. Zit hem dat soma in het eindcijfer Dan sluit het wel een zonder- ling principe in. Men moet er toch van overtuigd zijn dat het onderwijs een voorname factor is en dat het van veel belang is dat een onderwijzer meer noodig heeft dan gewoon levensonderhoud. Wil hij steeds vooruit gaan en zich boven zijn standpunt verheffen, dan moet hij voortgaan met studeeren, dan moet hij tijdschriften en dagblader. lezen, om te blijven in het millieu waar hij in past. Het is ook van groote be- teekenis dat de onderwijzer goed gesalarieerd wordt en zich met ijver en geestkracht aan zijn taak kan wij den. En nu mag toch eene verhooging van 50, waarmee ze eigenlijk nog geen f 25 vooruitgaan niet te hoog genoemd worden. De heer De Jonge: Daar is niets tegen te zeggen, maar we deinsen terug voor de kosten, waar moet het vandaan komen. De heer De Masier Ik geloof niet aan mijn plicht als raadslid te kort te komen, wanneer ik niet in de eerste plaats vraag wat iets kost dat ik acht te zijn in het belang der gemeente. Dat goed onderwijs van groot belang is voor de samenleving, daar is men het tegenwoordig vrij wel over eens en om dat goed te doen zijn is een behoorlijke salarieering der onderwijs- krachten een eerste vereischte. De heer Van den Hoek: In Ter Neuzen wordt thans niets meer betaalt dan in het kleinste dsrpjehet leven is hier daarentegen niet goedkoophet is on- verantwoordelijk om het op hetzelfde standpunt te laten. Juist met het oog op de groote onderwijskosten moeten we trachten een buitengewoon subsidie te krijgen. De VoorzitterAl die redeneeringen zijn zeer mooi, maar ik heb er het bezwaar tegen dat het dan wordt teeren op eens andermans zak. Het wil zeggen als de gemeente het dan niet betalen kan moeten we maar bij een ander aankloppen. Tusschen de verhooging van 1000 of 450 is nogal een groot verschil. De heer Van den Hock: Waar zou u die /450 willen vinden. De Voorzitter Door te schrappen op gebouwen en straten. De heer Van den Hoek: Maar die kan men toch ook niet laten verwaarloozen. De heer Versluijs Wanneer ik mij tegen het voorstel van den heer De Masier verklaar, doe ik dat met het oog op den financieelen toestand, maar zou er nu geen mogelijkheid zijn een middenweg te bewandelen Het is toch zaak om de minima te verhoogen. De heer DeesHet eigenlijke verzoek spruit toch voort uit de omstandigheid dat het minimum-salaris te laag is. Evenwel heeft het aan sollicitanten nimmer ontbroken het zijn meestal jonge onderwijzers die hier komen en met studeeren behalen zij al spoedig eene taalakte waardoor hunne positie verbeterd, terwijl zij ook elders gemakkelijker in aanmerking komen. Met het oog op i de financien is verhooging bezwarend want, waar moet het vandaan komen. De heer Van den Hoek: Zooeven is de weg gewezen. Het behalen van eene taalakte geeft aan onze onderwijzers geen enkel voordeel, zoolang ze deze akte niet voor bet geven van onderwijs noodig hebben eerst dan krijgen zij vergoeding. Wij geven hier niets meer, dan waar we toe verplicht zijn met uitzondering dat de 5jaarlijksehe verhoogingen zijn veranderd irt 4jaarlijksche. De heer De Masier stelt thans voor de salarissen voor de onderwijzers te bepalen op 550, 600, 650, 700 en 750, dat zal het eerste jaar eene verhoogino- van ongeveer 800 geven. De Voorzitter: Wij berekenen het op 1000. De heer De Masier: Wanneer de 4jaarlijksche ver hoogingen werden veranderd in 5jaarlijksche zou het voor de eerste jaren wat minder zijn. De heer Versiuijs: Ik zou wat willen schipperenen de salarissen der onderwijzers die het hoofd bijstaan willen verhoogen met /25, dan bewandelen we den middenweg. De heer Van den Hoek vindt zoo'n verhooging te kinderachtig. Het voorstel-De Masier, verhooging met f 50, wordt verworpen met 5 tegen 3 stemmen; voor de heeren Van den Hoek, Visser en De Masier. De heer Van den Hoek acht eene verhooging van f 25 te gering. De heer Visser: 'tis dan toch iets. Het voorstel-Versluijs, verhooging met 25, wordt aangenomen met 5 tegen 3 stemmen. Tegen de heeren Wieland, Dees en De Jonge. De heer Van den Hoek merkt ip dat de aan deorde zijnde post nog met 50 moet worden verhoogd wegens de verhooging der bezoldiging van het hoofd van school A voor het onderwijs in de Fransche taal. De heer De Masier dacht dat die verhooging f 100 bedroeg De Voorzitter deelt mede dat hem daarvoor volgens de bepalingen der verordening maar 50 verhooging toekent. Het hoofd van school A is opgeroepen met verplichte akte Fransche taal en heeft daarvoor ge- durende jaren belooning ontvangen zonder dat hij onderwijs behoefde te geven. De heer De Masier Het betreft een zaak van bil- lijkheid er is aan school A nimmer onderwijs in de Fransche taal gegeven en de verordening kent daarvoor eene vergoeding van 100, toe. De Voorzitter: Volgens de verordening komt de heer Vooren naar het oordeel van Burg, en Weth. eene verhooging van slechts 50 toe. Ik kan nog wel meedeelen dat de heeren terstond na het verschijnen van het verslag der raadszilting waarin bepaald werd dat ook aan school A onderwijs in het Franseh zou gegeven worden, een request hebben ingezonden aan. Ged. Staten. Daarop is nog geen antwooi'd ontvangen, daar het request ontijdig was ingediend en het onder wijs in de Fransche taal aan school A nog niet is gegeven. De heer De Masier vraagt hoe de verwarming der scholen is ingericht. Het komt voor, dat de kinderen in school van koude verkleumd zitten en de onder wijzers niet veel minder. L)e Voorzitter: Ja een eentrale verwarming houden we er niet op na en verwarming met kachels heeft dat nadeel, dat zij die er dichtbij zitten het dikwijls te warm hebben en anderen, die er ver vandaan zitten koude lijden. De heer De Masier zegt dat niet te bedoelen, maar wel dat er geen voorraad is om de kachels op te stokener zijn maar een paar schopjes kolen en de onderwijzers brengen soms sigarenkistjes mee om den brandvoorraad wat te verlengen. De Voorzitter: Het verwarmen wordt aanbesteed de aannemer moet de kachels goed brandend en met voldoenden voorraad brandstof aan de hoofden der klassen overgeven maar reclames als waarvan de heer De Masier mededeeling doet, zijn nog nimmer gehoord als het niet in orde is, ligt het- dus aan hen. De hear De Masier zegt het als lid der schoolcommissie een paar malen bij schoolbezoek te hebben aangetroffen dat er geen kolen waren, hij vroeg daarom'hoe die zaak geregeld is. Vervolg in het Hoofdblad.) ZEET 1.1 1 INGE IV. Van 20 tot en met 22 Oct. 1905. VLAG NAAM. M3. Van en naar. Lading. Eng. s.s. idem Deen. s.s 22 Eng. s.s. idem idem 21 20 22 Eng. s.s. Eng. s.s. idem Zweed. s.s Duits. s.s. Deen. s.s. Eng. s.s. Eng. sch. Eng. s s. Noor. s.s. Eng. s.s. idem ft our Ter ieuzen Hailing Abbotstord Nordland River Lagan Federation Golfer 2199 Londen 2979 Leith 4442 Windau Londen Goole Londen I an Ter leuzen Ann Webster 2241 Londen Voor tbcent 2272 2232 1066 Sea Hound Sea Serpent Montala .Mrom Albert Clement Alfred Hage Tadorna Abeja Gipsy Fantoft City of Frankfort Sea Gull 3085 2554 3845 3320 4220 3730 492 1796 2894 2600 2762 Londen idem Borga Gefle St. Fetersb. Liverpool Charlestone 11 am hurg Riga Hamburg Londen Van Kent Eng. s.s. Avocet Deen. s.s. Inger Eng. s.s. Truro idem Ouse idem Faraday idem Sea Hound Noor. s.s. Laboremus Duits. s.s. George Mahn 3984 Manchester 3247 Methil 3366 Hull 2158 Goole 2525 New-Castle 3085 Londen I 1681 Frederikstad 3062 Grimsby stukg. idem hout St. kg kolen ledig stukg. stukg. idem hout idem idem stukg. pijpaarde stukg. hout stukg. idem stukg. ledig stukg. idem idem idem ledig ijzergrond Onstsluizeu alhier 69 binnenvaartuigeo op- en 62 afgeschutdoor de Wests], 9 op-en 17 afgeschut. s.s. HENRY vertrekt morgen van St. Petersburg n oar Yarmouth. s.s. GUIDO thans in lading te Hango, voor Calais. s.s. HARALD in reparatie te Rotterdam. s.s. JENNY van Methil naar Kroonstadt, passeerde heden Elsinoere Zuidgaande. s.s. RICHARD arriveerde gisterenavond van Wiborg te Rotterdam.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1905 | | pagina 6