redding van het te land en ter zee bedreigde
vaderland.
Moge deze dag bij U alien, die tot de Zeemacht
behoort, de herinnering verlevendigen aan het
overwegend aandeel, welk onze oorlogsvloot gehad
heeft aan de wording en de grootheid van het
Nederlandsche Volk, dat zijne vlag met Gods
hulp steeds door die vloot met eere zag hoog
houden, zoowel in tijden van oorlog als in dagen
van vrede.
Ik acht mij gelukkig de scheepsmacht in oogen-
schouw te nemen, welke hier op de reede ligt
en onder welke zich de divisie bevindt, welke in
het Vaderland is teruggekeerd na inspannenden
en langdurigen dienst in onze Kolonien en waar-
van de beuaanning zoovele blijken van onvermoeiden
ijver en van toewijding heeft gegeven. Deze heeft
opnieuw bewezen, dat nitnmer tevergeefs een be-
roep kan worden gedaan op de voortreffelijke
plichtsbetrachting der Zeemacht, waarvan zoo
menige bladzijde uit de geschiedenis van onze
overzeesche bezittingen getuigt en die van haar
vaak zware offers vorderde. Eene plichtsbetrach
ting, welke mij met rechtmatigen trots vervult
en mij de overtuiging scbenkt, dat de roemvolle
traditien onzer zeehelden en hun geest van ge-
hoorzaamheid, voortvarendheid en moed in U
voortleven.
Met het oog op God gericht en bouwende op
Uwe toewijding, zie ik met vertrouwen de toe-
komst voor ons Vaderland tegemoet."
Niet zoodra waren de laatste woorden uitge-
sproken van deze rede of de ofiicieren hieven een
drie«verf //leve de Koningin" en j/leve de Prins" aan.
H. M. wisselde .vervolgens enkele woorden met
sommige officieren en verliet daarop weer derotonde.
Hiermede waren dus de kanoneu officieel ingewijd.
De twee onde kauonnen die op de rontonde zijn
geplaatst, zijn opgesteld op rolpaarden door het
gemeentebestunr vervaardigd, zoodat het standbeeld
thans deze aan weerszijden is geflankeerd.
De kauonnen hebbeu hoewel ze twee en een halve
eenw onder water hebben gelegen den tand des
tijds goed doorstaan. Zij zijn als het ware nog
in geheel ongeschonden staat. Zooals bekend zijn
ze in de straat van Messina opgevischt en dragen
de jaartallen 1617 en 1622.
Rechts van het standbeeld is geplaatst het kanon
van 1617, dat tot opschrift draagt
>Anno domini 1617 die admiralitit tot Amstlre-
dom Carhardvs Kost rvs me fecit Amstlredam.
3460".
Dit cijfer beteekent het oorspronkelijke gewicht
in oud-Hollandsche ponden van het kanon.
Het ter linkerzijde opgestelde kanon, van 1622,
bevat het volgende
Admiraliteit residerende tot Rotterdam A"
16 ZZ A rent Van der Pot m' fecit Rotterdami
1 f>ZZ 2954."
De temigkeer.
In dezelfde volgorde als de stoet van het
station was geredeu werd weder den terugweg
aanvaard.
Schier elk plaatsje was bennt om het Koninklijk
echtpaar op zijn terugweg opnieuw te kunnen
begroeten.
Overal hadden zich honderden en honderden
opgesteld om der geliefde Vorstin nog blijk te
kuunen geven van de trouw en aanhankelijkheid.
Ook nu werd weder in open rijtuigen gereden,
hoewel de regen nog steeds met dikke stralen
neerkletterde.
Aan het station teruggekeerd werd onmidkellijk
uitgestapt en waren daar weder verschillende
autoriteiten aanwezig.
Op het perron.
H. M. ontbood op bet perron enkele antori-
teiten, die H. M. persoonlijk wenschte te deco-
reeren.
Met een korte toespraak tot elk der begiftigden
afzonderlijk gericht, overhandigde H4 M. achter-
eeDvolgeus aan den burgemeester het offlcierskruis
der Oranje Nassau-orde, aan den majoor H. Spruijt,
garnizoens-commandant, eveneens het officierskruis
en voorts aan de heeren P. A. Ziegeler, chef
van het mil. hospitaal en J. C. Fanoij, commis-
saris, de ridderorde van Oranje-Nassau.
De laatste onderscheiding op het perron was
bestemd voor den heer D. L. vao der Zwaal,
werkzaam bij de Maatsch. ,/Zeeland". Zij bestond
uit de zilveren eere-medaille van Oranje-Narssau
Hierop begaf de Koningin zich weer naar de
vorsterlijke wachtKamer. Op den weg daarheen
werd H. M. nog een bloemstuk aangeboden door
de jonge juffrouw W. A. P. de Meester, dochtertje
van den directeur van de Maatschsppij //Zeeland".
H. M. bedankte met eenige vriendelijke woorden
voor deze altentie.
In de wachtkamer waren aanwezig de Spaansche
gezant met zijn secretaiis en de etat-major van
het Spaansche oorlogsschip.
H. M. met. den Prins ouderhielden zich eenige
oogenblikken met deze hoogwaardigheidsbekleeders
en reikte aan den Spaanschen Schout-bij-nacht
het grootkruis van de Oranje-Nassau-orde uit en
aan den commandant het commandeurskruis.
Na afloop van deze plechtigheid begaven de
vorstelijke personen zich door de hal naar de
ponton om zich naar de daar gemeerd liggende
//Utrecht" te begeven.
Alvorens aan boord te gaan werd afscheid ge-
jiomen van de verschillende autoriteiten.
Aan de staatsie-trap van de //Utrecht" werd H. M.
ontvangen door den commandant van dat schip.
Dadelijk nadat H. M. zich aan boord bevond
werd de Koninklijke standaard in top geheschen,
de op het dek geschaarde officieren hieven luide
vreugdeklanken aan en het op het voordek opge
steld marine muziekkorps begroette H. M. met
het Wilhelmus.
Na enkele oogenblikken aan dek vertoefd te
hebben begaven de vorstelijke personen zich naar
de voor hen gereserveerde salons.
Daar intusschen het zich niet liet aanzien dat
het ongunstige weer spoedig een gewenschte
wending zou nemen, had H. M. beslist dat van
het voornemen om naar den Hoek van Holland
te stoomen, was afgezien en was besloten dat om
4 uur per extra trein de terugreis naar het Loo
zou worden aanvaard.
Toch werd de //Utrecht" losgemaakt en naar
de reede gestoomd. Daar lagen de schepen gepa-
voiseerd en stonden de manschappen geparadeerd.
Zoodra het vlaggeschip op de reede kwam
werdea de verschuldigde eerbewijzen gebrachtdoor
het lossen van saluutschoten.
Aan boord van het vlaggeschip werd intusschen
de lunch gebruikt waaraan de autoriteiten deel-
namen in ons vorig nummer reeds genoemd.
Tijdeus den tocht van H. M. de Koningin met
de //Utrecht" naar de reede, werden door de op de
Mij. //De Schelde" alhier gebouwde onderzeesche
torpedoboot manoeuvres gemaakt. Deze werden
met belangstelling gevolgd door H. M. de Koningin
en den Prins. De manoeuvres werden uitgevoerd
onder leiding van den luit. ter zee le klasse
P. Koster, die later zal belast worden met het
commando over deze boot en den heer Hay,
Amerikaansch ingenieur, die met het toezicht op
den bouw is belast geweest.
Bij de manoeuvres bleek dat deze eerste onder
zeesche torpedoboot beter zeevaardig was dan de
gewone oppervlak torpedobooten, waardoor de
goede hoedanigheid van dit moderne mariuevaar-
tuig werd bewezen.
Wij verzuimden te melden dat de eerewacht
van de schutterij werd gecommandeerd door den
le luitenant J. W. Jacobze.
Om even 4 uur verlieten de Koningin met de
Prins de //Utrecht" en begaven zij zich door de
hal naar de vorstelijke wachtkamer. Onderwijl
bulderde het geschot.
Na een kort oponthoad in de wachtkamer waar-
bij de burgemeester tegenwoordig was, wederom
in ambtsgewaad, maakten het Kuninklijk echtpaar
zich op voor het vertrek.
Op het perron, waarop thans zeer velen waren
toegelaten werd H. M. toegejuicht.
Na in den trein gestapt te zijn en de Koningin
en de Prins afscheid hadden genomen van den
burgemeester, verliet de trein om even 4 uur
(spoortijd) het station met bestemming naar het Loo.
Door Hare Majesteit de Koningin is aan den
Burgemeester ter hand gesteld eene som van 1000
voor de armea en 150 voor politiefonds.
Met het oog op het zeer slechte weder werd
door de feestcommissie besloten de feestelijkbedeu,
die heden zouden plaats hebben, uit te stollen
tot Donderdag a. s., den jaardag van H. M. de
Koningin.
Zoudagmorgen woonde H. M. de Koningin
met gevolg de godsdienstoefening bij in de Ned.
Herv. kerk te 's Graveland, ter gelegenheid van
den doop van een kind van baronesse Roell,
geb. Sloet van Marxveld, vroeger hofdame van
H. M. de Koningin. Ds. G. van Wolfswinkel
sprak naar aanleiding van Psalm 83 18. Het
kerkgebouw was overvol. H. M. de Koningin,
die per landauer van Soestdijk gekomen was,
hield het kind zelf ter doop en keerde ongeveer
half twaalf terug.
TER NEUZEN, 30 Augustus 1905.
De Feestcommissie alhier, heden avond
spoedeischend vergaderd besloot met algemeene
stem men het feest op morgenfe latendoorgaan.
De overplaatsing van den Commies-titulair
der posterijen en telegrafie F. de Jong van Roosen-
daal naar Ter Neuzen is ingetrokken.
Met 1 September wordt op zijn verzoek van
het bij post- en telegraafkantoor Katendrecht
(Rotterdam) naar Hulst overgeplaatst de klerk der
posterijen en telegrafie J. A. van Dale, vroeger alhier.
Geslaagd voor het eximen Fransch 1. o.
mej. A. B. J. Wissel te Ter Neuzen.
Gist.eren slaagde te 's Gravenhage voor bet
examen Hoogduitsch 1. o. mej. J. F. de Kraker
van Ter Neuzen.
Naar men ons mededeelt heeft de anti-
revolutionaire kiesvereeniging //Nederland en
Oranje" alhier, Maandagavond eene vergadering
gehouden waarin o. m. door het Bestuur mede-
deeling werd gedaan van het volgend ingekomen
schrijven
Ter Neuzen, 23 Augustus 1905.
Aan het Bestuur der
A n ti-rev. kiesvereeniging
te Ter Neuzen.
M. H.,
Bij het Bestuur der liberale kiesvereeniging
z/De Vrijheid" te Ter Neuzen is een schrijven
ingekomen van het raadslid Mr. F. C. van
Deinse, waarin deze zijn voornemen te kennen
geeft, als lid van den gemeenteraad te bedanken
indien de vacante plaats door een katholiek
kan worden ingenomen.
Wei beseffende, dat tegenover een anderen
candidaat de kans van slagen voor een katholiek
niet groot is, noodigt hij ons uit aan Uwe
kiesvereeniging hare medewerking te vragen tot
eene goede oplossing van deze zaak.
Wij vragen dus namens hem en tevens namens
onze kiesvereeniging of U in dat geval geen
candidaat wilt stellen en tevens bereid zijt,
eene candidatuur, buiten Uwe vereeniging om
gesteld, te bestrijden.
AUeen in dat geval kan Mr. Van Deinse zijn
aan bod gestand doen en kan onze vereeniging
hierop ingaan.
Waar van Uwe zijde meermalen blijk is
gegeven- dat tegen een katholiek geen bezwaar
bestaat, zal Uwe vereeniging misschien tot
medewerking worden bereid gevonden.
Van het voorloopig Comite van R. K. kiezers
aan hetwelk door ons van het plan des heeren
Van Deinse was kennis gegeven, is een schrijven
ingekomen, waaruit blijkt, dat eene vergadering
van R. K. kiezers, gisteravond gehouden, zich
met genoemd plan zeer ingenomen toonde en
bij mogelijk ingaan door Uwe vereeniging op
ons voorstel voor de te ontstane vacature als
vermoedelijk candidaat genoemd wordt de heer
J'. D. Thielman.
Gaarne Uw geeerd antwoord tegemoet ziende,
floogachtend,
Namens het Bestuur,
J. v. d. Peijl, Secretaris.
Naar aanleiding van dit schrijven ontstond
een zeer geanimeerd debat, waarbij de voorslag
der Liberale kiesvereeniging van verschillende
kanten werd bezien.
Na langdurige besprekingen werd besloten
den brief van de kiesvereeniging//De Vrijheid"
te beantwoorden met het volgend schrijven
Aan het Bestuur der
Liberale kiesvereeniging De Vrijheid''
te Ter Neuzen.
Ter Neuzen, 28 Augustus 1905.
WelEdele Heeren
De anti-revolutionaire kiesvereeniging //Neder
land en Oranje" te Ter Neuzen, heeft in hare
hedenavond gehouden vergadering het door U
aan het Bestuur dezer vereeniging gericht
schrijven, betreffende het aanbod van den heer
Mr. F. 0. van Deinse om voor zijn lidmaatschap
van den Raad onzer gemeente te bedanken,
mits onze vereeniging hare medewerking ver-
leene tot de verkiezing van een Roomsch-
Katholiek, ernstig overwogen.
Omtrent die overwegingen en het daarna ge
nomen besluit, hebben wij de eer, U het vol
gende te berichten.
le. Onze vereeniging waardeert ten zeerste
de poging door U aangewend, om ten aanzien
van de vertegenwoordiging in den Raad door
overleg tusschen de verschillende partijen, die
zich organiseerden, tot overeenstemming te
komen. Naar onze overtuiging is deze poging
een stap in de goede richting, die, wordt hij
door andere gevolgd, veel zal kunnen bijdragen
tot matiging van den atrijd tusschen de partijen.
Om deze reden spreken wij hier gaarne, mede
namens onze vereeniging, onzen dank uit voor
het door U in dezen genomen initiatief;
2e. In de tweede plaats werd in onze ver
gadering de vraag besproken, waarom deze
voorslag, om ten behoeve van een Roomsch-
Katholiek zijn zetel beschikbaar te stellen, juist
door den heer Mr. Van Deinse was gedaan
Immers het is van algemeene bekendheid, dat
Uwerzijds in 1903 de candidatuur van Mr. v.
Deinse werd aanbevolen op grond van de om-
standigheid, dat de toenmalige samenstelling
van den Raad, benevens de dikwijls moeilijke
rechtskwesties waar toe gemeentelijke verorae-
ningen aanleiding kunnen geven, de verkiezing
van een rechtsgeleerde dringend noodzakeiijk
maakte.
In verband hiermede viel het eenigszins op,
dat thans de eenige rechtsgeleerde in den Raad
zijn zetel wil beschikbaar stellen. Men meende,
dat hiervoor eerder andere liberale leden in
aanmerking kwaraen, wier talenten wellicht
beter konden gemist worden, dan de zijne.
Anderzijds werd opgemerkt, dat de beant-
woording dezer vraag misschien moest gezocht
worden in de omstandigheid, dat de zwakke
staat zijner gezondheid gelijk met leedwezen
werd geconstateerd den heer Van Deinse be-
letten geregeld de zittingen van den Raad bij
te wonen. Naar werd meegedeeld, heeft hij in
de verloopen twee jaren, slechts 14 van de 34
zittingen bijgewoond. Een aantalleden meenden,
dat hierin waarschijnlijk de verklaring moest
gezocht worden van het feit, dat Mr. Van
Deinse en niet een ander lid zijn zetel beschik
baar stelde.
3". Voorts werd gevraagd naar de beweeg-
redenen, die Mr. Van Deinse, zoomede Uwe
vereeniging noopten, den ter beschikking ge-
stelden zetel te reserveeren voor een Roomsch-
KatholiekAangezien in Uw schrijven geen
antwoord werd gegeven op deze vraag, heeft de
vergadering getracht harerzijds dit antwoord te
vinden.
Mogelijk werd geacht, dat dankbaarheid voor
betoonde hulp van Uw leant de reden was tot
het doen van dezen voorslag. Immers Uwe
partij in den Raad werd in de laatste jaren be-
langrijk versterkt, juist door de hulp U door
de Roomsch-Katholieken verleend.
Evenwel ofschoon de dankbaarheid zeker
een schoone deugd is en hare beoefening alles-
zins lof verdient, ook waar zij gevonden wordt
bij eene liberale kiesvereeniging waar die
versterking geschiedde, ten koste der anti-revo-
lutionairen, meende de vergadering niet van U
te mogen veronderstellen, dat Uwerzijds de mede
werking onzer vereeniging zou worden inge-
roepen om dezen plicht der dankbaarheid te
vervullen.
Met meer grond werd verondersteld, dat Uw
aanzoek tot medewerking voortsproot uit de
overweging, dat elke georganiseerde partij ouder
de kiezers, naar evenredigheid van haar aantal,
hare vertegenwoordigers behoort te hebben in
den Raad. Mocht dit inderdaad de beweegreden
zijn, die Mr. Van Deinse en U tot dezen voor
slag leidden, dan is het ons een genoegen te
mogen constateeren dat wij het op dit punt
geheel met U eens zijn.
Trouwens het is bekend en in Uw schrijven
wordt er aan heriunerd -dat onze kiesveree
niging om die reden ook gaarne zou zien, dat
de Roomsch-Katholieken hunnen vertegenwoor-
diger in den Raad hadden en reeds meer dan
eens hadden hieromtrent samensprekingen plaats
tusschen de besturen der Roomsch-katholieke
en Anti-revolutionaire kiesvereenigingen. Dat
die besprekingen niet tot het gewenschte doel
voerden, is, naar wij meenen, niet aan onze
vereeniging te wijten.
Het zal U daarom niet bevreemden, wanneer
wij U mededeelen, dat Uw voorslag door ons
met ingenomenheid wordt begroet. De anti-
revolutionaire kiesvereeniging //Nederland en
Oranje" spreekt het openlijk uit, dat de Roomsch-
Katholieken in Ter Neuzen recht hebben op
een zetel in den Raad en zij verklaart zich
gaarne bereid, onder zekere voorwaarden, hare
medewerking te verleeneu tot de verkiezing van
een lid dier partij.
Naar het oordeel onzer vereeniging is echter,
hetgeen thans door U wordt voorgeslagen,
slechts een halve maatregel.
Uwerzijds zal niet worden tegengesproken,
dat de liberale en anti-revolucionaire partijen
in Ter Neuzen ongeveer tegen elkaar opwegen,
wat het aantal aanhangers betreft.
Plaatst men zich nu op het standpunt ge
lijk wij veronderstellen, dat dit de reden is tot
het doen van uw voorstel en waarmede wij
kunnen instemmen dat elke partij behoort
vertegenwoordigd te zijn naar evenredigheid van
het aantal harer aanhangers, dan is het duide-
lijk, dat men met de verkiezing van een Roomsch-
katholiek nog maar halverwege is. Dan toch
telt Uwe partij nog 8 vertegenwoordigers in
den Raad en de onze slechts 4, terwijl het aan
beide zijden 6 zou moeten zijn.
Wil ons ten goede houden, waar wij onze
verwondering uitspreken, dat dit punt aan Uwe
aandacht schijnt ontsnapt te zijn bij Uw alles-
zins loffelijk streven, om elke partij eene even-
redige vertegenwoordiging te geven.
4e. Met niet geringe verbazing constateerde
de vergadering onzer kiesvereeniging, dat in
Uw schrijven niets wordt vermeld, omtrent de
houding door Uwe vereeniging en die der
Roomsch-Katholieken in het vervolg aan te
nemen tegenover de onze en de door ons te
stellen candidaten. Nadrukkelijk werd op dit
punt gewezen en herinnerd, dat van Uw kant
in vereeniging met de Roomschen sinds eenigen
tijd alle pogingen in het werk worden gesteld,
om de leden onzer pa rtij tot den laatsten man
toe uit den Raad te drijven.
Gewezen werd op een artikel in het te dezer
stede verschijnend Vrijzinnig Nieuws-en Adver-
tentieblad, jvaarin uit naam van het algemeen
belang de buitensluiting van anti-revolutionairen
uit den Raad werd geeischt.
Wei werd hier tegen opgemerkt, dat dit b'ad
niet het officieele orgaan Uwer vereeniging is
zoomede, dat enkele Liberalen en Roomsch-Katho
lieken althans hadden meegewerkt aan de ber-
kiezing van 2 anti-revolutionaire raadsleden.
Hiertegen werd echter aangevoerd, dat Uwe ver-
eenigingofs vereeniginghet met de beschouwingen
van genoemd blad scheen eens te zijn, getuige de
ernstige pogingen door U .aangewend bij de
laatste gemeenteraadsverkiezing om het aantal
onzer leden in den Raad op slechts 2 te
brengen.
De vergadering meende, dat het wel het
toppunt van onnoozelheid zou zijn, op Uw
voorslag in te gaan zonder waarborgen te hebben
voor de toekomst.
Op grond van deze overwegingen werd na
breedvoerige besprekingen besloten
le aan Uw Bestuur te antwoorden, dat onze
vereeniging gaarne bereid is, mede te werken
en al haren invloed aan te wenden tot de ver
kiezing van een Roomsch-Katholiek lid van
den Raad in de plaats van de heer Mr. F. C.
Yan Deinse,
mitsa nog twee liberale raadsleden voor
o o