A I g e m e 8 n
ieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaandere
No. 4495.
Zaterdag 13 Februari 1904.
BI EEFSiSAME.
Gemengde berichten.
rgang.
BBRSTB BLAD.
Binnenland.
FETJIILETON.
Intending van adverte.ntien v6or 3 uren op den dag der uitgave
Onze onzijdigheid.
TER NEUZEN, 12 Februari 1904.
RECHTSZAECEE
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENT!;^:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsiug derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Uit blail versclaijut Jlaamtag-, Woensdag. en Vrijdagavoad, nitgeaomlerrt op Feestdagen, bij de Firma P. J. VAS OE iAA'dK te Ter Xeii
zen,
ma* Burgemeester en Wethouders van
HOEK inaken bekend, dat de meisjes,
die verlangen deel te nemen aan het op 1 Maart a. s.
aan te vangen herhalingsonderwijs, zich
daartoe tot en met 27 Februari as., bij het
hoofd der school kunuen aaumelden.
Hoek, 9 Februari 1904.
A. WOLFERT, Burgemeester.
J. M. DREGMAN8, Secretaris.
Naar //Het Vaderland" verneemt, heelt de
Minister van Kolonien Dinsdag een telegram
afgezonden aan den gouverneur-generaal van
Ned -Indie met verzoek om in Indie af te
kondigen een proclamatie van neutraliteit in
den oorlog tusschen Rusland en Japan. De
tekst der proclamatie is in het telegram in
hoofdzaak aangegeven. Den ingezetenen van
Ned.-Indie wordt daarin verzocht geenerlei
hande'ing te plegen, die de neutraliteit zou
kunnen schenden. De beslissing in twijfelach-
tige gevallen wordt overgelaten aan de plaatse-
lijke autoriteiten. Zoo zal o. a. over het al
of niet verschaffen van kolen aan oorlogs-
schepen van een der beide partijen in de
Sabangbaai de gouverneur van Atjeh hebben
te beslissen.
Omtrent de neutraliteitsverklaring van Neder
land schrijft //Het //Vaderland'
,/In verband met de handhaving van onze
neutraliteit dringt zich allereerst de vraag op
den voorgrond, welke de houding zal zijn van
de Nederlaodsch-lndische autoriteiten, zoo
Russische oorlogsschepen een onzer Indische
havens binnenloopen om kolen in te nemen.
Wij wendden ons, om een antwoord hierop te
verkrijgen, tot een hooggeplaatste Nederlandsche
autoriteit en deze verklaarde in aansluiting
bij wat onze medewerker Mr. J. B. B. eer-
gisteren schreef dat volgens de regels van
het ongeschreven volkenrecht in tijden
van oorlog zeer zeker slechts aan vreemde
schepen kolen geleverd worden in zoodanige
hoeveelheid dat zij de dichtsbijzijnde haven
van eigen nationaliteit kunnen bereiken. Ook
is het gebruik, dat dergelijke schepen niet
langer dan 24 uur in de haven blijven en zoo
- - r riiniiT t «aT»—
z/Ik bfgrijp volkomen de redenen die u bij uwe
wijze van handelen leiden, doch het zal u evcnzeer
begrijpelijk voorkomen, mijnheer Lund, dat ik het
zeer bedenkelijk vind bij de uitvoering mijner
plannen afhankelijk te zijn van den grilligeu wil
eener krankzinnige
#Zoo is het toch inderdaad."
,/Dat ik mijn best zal doen om dit te voor-
komen, zult gij wel brgrijpen. Door ons gesprek
ben ik tot de overtuiging gekomen, dat het mij
niet zal gelukken u door overreding van uw een-
maal genomen besluit af te brengen. Veroorloof
inij daarom een anderen weg in te slaan, die mij
beter voorkorat om tot mijn doel te gerakeu.
De storing in uw huiselijk leven en de moeiie,
die het onaangename voorval u veroorzaakt heefr,
schat ik zeker Diet gering. Om voor uw tsctvol
optreden en uw bereidwilligheid om aan onze
billijke wenschen te voldoen, een bewijs van
erkeutelijkheid te geven, heeft lord Norman mij
bevoleu u deze banknoot ter hand te stellen hij
hoopt tevens dat op deze wijze alle bedenkingeu
uwerzijds uit den weg geruimd zullen worden."
Terwijl de rdvocaat bij deze woorden zoo vrien-
delijk mogelijk keek, trok hij uit ziju veslzakje
een bankbiljft van honderd pond sterling en
bood het den jongen Lund aan. Bij deze onbe-
schaamdheid voelde Walther het bloed naar de
zij averij hebben gekregen, deze alleeu door
eigen middelen hersteld mag worden.
z/Komen nu Russische oorlogsschepen naar
Ned.-Indie en dit is niet onwaarschijnlijk,
waar men in Singapore zich wel niet zal
haasteu hun kolen te verstrekken, terwijl dan
onze kolenstations voor hen ook de eenige
gelegenheid zijn - dan moeten dus kolen
meegegeven worden, voldoende om de eerste
Russische haven te bereiken en dat is Port
Arthur. Dit beteekent niet alleen, dat de
oorlogsschepen dus geheel volgeladen zullen
worden (de reis naar Port Arthur duurt ongeveer
tien dagen), maar vooral ook dat Rusland n et
alleen nu maar in het geheele verdere verloop
van den oorlog bij ons kolen zal kunnen laden
voor zijn oorlogsschepen om de Japansche vloot
aan te tasten.
//Japan zal dan die inschikkelijkheid van
onze autoriteiten een onvriendschappelijke daad
kunnen noemen, maar naar het onge
schreven volkenrecht is geen aanmerking
te inaken. Wat echter niet wegneemt, dat
Japan dat van ons wel in herinnering zal
blijven houden om het later, als het te pas
mocht komen, ons betaald te zetten. Verzetten
onze autoriteiten zich zoo noodig met hulp
onzer oorlogsbodems tegen het innemen
van steenkool door Russische oorlogsschepen
wat dus feitelijk met de gebruiken niet zou
strooken dan is het denkbaar, dat het bij
Rusland wel zwaarder wegen zal steenkool te
hebben voor zijn vloot om Japan aan te tasten
dan de vriendschap van Nederland te behouden.
Dat het echter tot een gewelddadig optreden
van Rusland tegenover ons zou kunnen komen,
dit is zeer onwaarschijnlijk, ook omdat Rusland
dan weer met andere mogendheden in moeilijk-
heden zou komen.
z/Ter illustratie van het bovenstaande diene
een voorbeeld uit den Spaansch-Amerikaanschen
oorlog. De Spaansche oorlogsvloot nam kolen
in op Curafao en de Vereen. Staten hebben er
niet aan gedacht er aanmerking op te maken.
De Spaansche vloot, die later zoo jammerlijk
bij Santiago verwoest werd, zou men zal
het zich herinneren eerst door de Roode Zee
naar de Philippijnen stoomen. Maar in
Ka'iro weigerden de Egyptische autoriteiten om
meer steenkool te laden dan tot de naaste
Spaansche havenplaats, d. i. Spanje zelf dus
de Spanjaarden konden het Suez-kanaal niet
door.
wangen vliegeu. Men gaf zich bloat door het
rniddel van omkooping aan te wenden, om te
verkrijg n wat men langs wettelijken weg gemak-
kelijk en zonder moeite zou hebben kunnen ver
krijgen, indien de verklariugen van Carringshliff
slechts eenigermate_.de waarheid behelsd hadden.
Welke redenen waren er voor deze poging, nadat
men weinige uren geleden met de tusschenkomst
van het gerecht gedreigd had Stellig waren dS
omstandigheden anders dan men ze hem zooeven
bad voorgesteld. En hoe gewichtig men het achtte,
het meisje weder in zijn macht te hebben, bewees
de buiteDsporig groote soma gelds, die men voor
zulke onbeteekenende medewerkingdaartoe aanbood
//Ilet spijt mij, dat on* gesprek op een punt
gekomen is, waar ik genoodzaakt ben het af fe
breken. Het zou met mijn eergevoel in strijd zijn,
als ik u langer aanhoorde, mijnheer Carringshliff,"
sprak Walther, zoo koel hem dit mogelijk was.
,/Maar ik begrijp volstrekt niet, wat er voor
beleedigends gelegen kan zijn in mijn weloverwogen
woorden," zei de advocaat, die met open tuond
en groote oogen den jonkman zat aan te kijken,
terwijl bij het bankbiljet in de hand hield. ,/ISUar
ik vernomen beb, zijt ge in den hand/1. Wat
kuiil ge in mijn aanbod anders zien dan een koop,
waarbij ge geen duit van uw kapitaal behoeft te
wagen
z/Ik zal liierop niet antwoorden," sprak de auder
met dezelfde koelheid als te voren, //maar ik wil
u niet oubekend laten met mijn besluit omdat ge
zult weten, wat u verder te doen staat. Bet is
mij bekend dat ik geen recht heb de jonge dame
in mijn huis te hosden. Dit ligt ook niet in mijn
plan, doch aan uwe handen, mijnheer Carringshliff,
vDat echter niet altijd hieraau de hand ge-
-fiouden wordt en-ook het recht van den sterkste
bier weer spreekt, heeft de oorlog tegen de
Boeren geleerd. Want dan hadden de Engelsche
schepen, die door de Roode Zee naar Lorenzo
Marquez, Port Elisabeth en Kaapstad gingen,
in Ka'iro ook niet meer kolen mogen laden dan
totMaltha. Dat het anders gebeurde is
bekend en zelfs werd geen enkel protest daar-
tegen gehoord."
De besluren der waterkeeringen van de
calamiteuze polders en waterschappen in Zeeland
zijn door Gtdeputeerde Staten uitgenoodigd het
gevoelen van den dijkraad in te winnen omtrent
de vraag of in 1905 eene nieuwe sehatting der
pachtwaarde van de belastbare grouden voor de
regeliug van bet dijkgeschot al dan niet wenschelijk
moet worden geacht, en dit gevoelen aan Gedepu-
teerde Staten mede te deelen.
Volgens art. 94 van het reglement voor de
calamiteuze polders of waterschappen kunnen
Gedeputeerde Staten, na verhoor van den dijkraad,
bepalen dat geen nieuwe sehatting plaats heeft,
in welk geval de laatste sehatting, gedureude een
nieuw tiental jaren, dient tot grondslag van den
aanslag in het dijkgeschot.
Door het prov. comite van anti-rev. kies-
vereeuigingen in Zeeland is een commissie beuoemd
om de wetking der Leerplichtwet in deze provincie
na te gaan, teneinde hare bevinding te rapporteeren
aan het comitd, hetwelk dan in de maand Mei,
wanneer het in buitengewone vergadering weer
samenkomt, naar aanleidiug daarvan zich al of niet
tot de regeering zal wenden, wijl de druk dier
wet voor de landbouwende bevolking in onze
provincie zeer groot is.
Sluiskil. Toen Donderdagmorgen de smid
Meijer alhier bezig was een werk met gesmoltcn
lood te verrichten, spatte eensklaps dit gesmolten
metaal uiteen, met het gevolg dat beide oogen
van den man hevig getroffen werden.
Order de ondraaglijkste pijnen hielp men aan-
vankelijk eeuige stukjes lood uit de oogen te
verwijderen.
Hij kon niets zien en begaf zich daarom direct
naar Gent om zich onder behandeling van een
bekwaam oogdokter te stellen. Men vreest eveuwel
dat de man het gezicht kwijt is.
zal ik haar nooit overleveren. Er zijn slechts drie
redenen waarom zij uit mijn huis zal gaan haar
eigen vrije wil, de komst van haar rader of een
bevel van de rechtbank. Kies nu zelf, wat ge
wilt, het is mij ouverschillig."
Hij schelde en het dienstmeisje kwam.
z,Laat dezen heer de deur uit, Betsy zeide hjj.
//Mijnheer wenscht te vertrekken."
De advocaat wierp een blik vol loom en haat
op den jonkman, keerde zich toen om en verliet
zonder groet de kamer. Walther was alleen.
Zoo was dit gesprek dan heel anders geeindigd
dan het begin Het verwachten. Hij had gepoogd
ziju goedhartigheid van den afgeloopen nacht le
vergoeden, door zijn beschermelinge hem door
het toeval toegevoerd te willen teruggeven aan
hen, die recht op haar hadden, doch het uoodlot
had het anders gewild het had niet toegelaten,
dat hij haar overgaf aan een man, die zijn
eergevoel op de proef stelde. Had hij goed
gehandeld Goed, dat was buiten twijfel,
maar verstandig? Dat zou uit den loop van
zaken blijken.
Hij keerde naar de ontbijtkamer terug, waar
hij Edith en Alice aantrof. Mama sliep nog of
wilde haar zoon dezen morgen nog niet ontmoeten
na de botsing in din afgeloopen nacht.
De meisjes beantwoordden zijn morgengroet
hij bsmerkte echter onmiddellijk, dat Alice hevig
ontsteld was. Zij had niets aangeraakt van wat
op de tafel stond of wat Edith met ware vrien-
delijke bezorgdheid op haar bord had gelegd; in
angstige spanning keek zij Walther aan. De
jonkman kon haar smcekendeu blik niet weerstaan,
hij nam een stoel, ging zitten cn zeide
Kijkuit, 10 Febr. Heden werd alhier door
de vereeuiging Voorwaarts" aanbest:ed de leve
ring van
a. 112,500 Kg. kunstmesfc. Hiervoor werd
ingeschreven door de heeren Weijkman te Breskens
voor f 7,58J. Rottier te St. Jan steen voor
7,20; P. Verbeek te Z.-Clinge voor f 7,19;
P. J. Scheele te Ter Neuzen voor
Hoste te St. Laureijns voor f 7,12Y2.
Gegund aan den minsten inschrijver.
b. 60,000 Kg. superphosphaat,. Hiervoor werd
ingeschreven door de heeren J. Rottier te St.
Jansteen voor 2,54 D. J. Oggel te Ax'I voor
f 2,43 A. Hamelink te Ter Neuzen voor 2,43.
Bij loting gegund aan A. Hamelink.
c. 21,400 Kg. Chilisalpeter Hiervoor werd
ingeschreven door de heeren: A. Wieland te Ter
Neuzen voor 11,38; C. van Gassen te St. Jan
steen voor 11,30.
Gegund aan den minsten inschrijver.
Arrondissements-reclitbauk te Middelburg.
De rechtbank heeft in hare zitting van
12 Febr. de volgende vonnissen uitgesprokeu
B. F. H., oud 46 j., gemeente- en onbez.
rijksveldwachter te Westdorpe, is wegens het
dooden van een anders dier veroord. tot 25
boete of 25 dagen hecbt.
M. D., oud 22 j., landbouwer te Graauw, is
wegens mishandeling veroordeeld tot 3 weken
gevangenisstraf.
P. J. D., oud 18 j., bootwerker te Ter Neuzen,
is wegens wederspannigheid veroord. tot 14
dagen gevaug.
le. P. d. B., oud 34 j., 2e. J. J. d. L., oud
24 j., arbeiders te Sas van Gent, zijn wegens
liuisvredebreuk, de 1° bovendien wegens mis
handeling, veroord. tot 3 weken gevang., de 2a
tot f 5 boete of 5 dagen hechtenis.
Dinsdagavond had in de werkplaats van
den bierhandelaar en mineraalwaterfabrikant,
den heer Regeur, te Leiden, een ongeluk plaats,
waarvan de fabrikant het slachtoffer werd. Er
was in de werkplaats eene nieuwe machine
geplaatst voor koolzuurdruk, door een Utrecht-
sche firma geleverd. De monteur was met den
eigenaar nog aanwezig en men wilde het werk-
tuig nog eens probeeren, toen plotseling een
ontploffing plaats ha'd, tengevolge waarvan de
heer Regeur onmiddellijk ter aarde stortte.
De ontboden geneesheeren, konden slechts
den dood constateeren. Men vermoedt, dat de
//Mijnheer Carringshliff heeft zoo pas het huis
verlateu."
#Is hij weg?" riep Alice uit, met een zucht
van verlichting. Ik verwachtte hier in angst
het oogenblik, dat u zoudt komeu en mij aan
hem overleveren. Wsat ik zag uit het venster
van mijn kamer zeir goed wie uit het rijtuig
stapte, dat voor de deur bleef sliistaan. Het
was of mij een doadelijke wonde werd toegebracht,
toen ik het gelaat van dien lastigen man zag."
#ls u dikwijls met mijnheer CarringshLff in
aanrakiug gekomen
//Hij kwam dikwijls in Bedlam, om naar mijn
toestand te vragen, zooals hij zeide, en hij is
ingewijd in alle zaken die mij betreffm. Maar
geloof niets van a 1 lea wat hij zegt, mijnheer Lund.
Zijn woorden zijn leugens, zijn daden zijn bedrog.
Hij wil mij niets dau kwaad berokkeneu en zou
mij liefst ten verderve brengen."
z/Tegen hem rich! zich dus haar idee fixe," dacht
Walther. //Nu heel onverstandig is dat nit t. Ik
durf mij wel onder de verstandige menschen
rekenen, maar miju tegenzin tegen mijnheer Car
ringshliff is niet minder dau de hare."
//Hij gaf mij de noodige ophelderingen en
wenschte u mede te nemen, m ar hij gedrozg
zich tegenover mij niet als een gentle an, en
dit was de aanleidiug waarom ik zijn verzoek
afsloeg."
//Mag ik dan hier bij u blijven vroeg het
meisje met oprechte vreugde.
(Wordt vervo'gl).