Ter Neuzensche Courant. Zaterdag 23 Januari 1904. 44» Jaargang.
tweede blad.
Binnenland.
DE ESI0EHAME.
FEPILLETON.
Rusland> Japan.
Duitschland.
Frankrijk.
De ramp te Bloemfontein.
Het gala-diner, dat gisteravond ten half
zeven ten Hove aanving ter eere van het ju-
bileum van H M. de Koningin-Moeder, was in
de groote balzaal en telde 80 couverts.
H M de Konigin-Moeder zat aan tafel tusschen
de Konigin en den Prins. Teg nover Hare
Majesteiten zaten de voorzitters van de Eerste
«i Tweede Kamer der Staten-Generaal en ver-
der aan dezelfde zijde der tafel de ministers,
hoofden der d partementen en de genoodigden
uit de hooge staatslichamen. De leden van de
hofhouding zaten aan den kant van dekonink-
lijke familie. De tafel was versierd met ro-
zen en de Koninklijke Militaire Kapel hracht
tijdens het diner verschillende nummers ten ge-
hoore, waaronder het Waldeck-Pyrmontsche
volkslied.
H.M. de Koningin heeft een heildronk aan
Haar Moeder gewijd in de volgende woorden
Lieve Moeder.
Wij gevoelen Ons gedrongen als Uwe Kinderen
U van ganscher harte gelnk te wenschen met
het heugelijke feest dat U viert.
Ik ben overtuigd dat Ik de tolk ben van al
de aanvvezigen, maar zeker niet minder van
Mijn geheele volk, waar ik U toewensch dat
God U immer moge zegenen en U voor Ons
en voor het vaderland lange jaren spare.
Yoor een kwart eeuw betrad U voor het eerst
het grondgebied van den staat, waarin U Uw
verder leven zoudt doorbrengen. Ik wil hier
niet in herinnering brengen het vele dat U in
dit tijdperk doorleefde. Wij weten alien dat
het 25 jaren van zegen waren voor hetNeder-
landsche volk. Wij weten hoe U steeds wist
in dagen van vreugde U te vertlijden met de
blijden en in dagen van smart mede te lijden
met de treurendon.
Het was toenmaals de hand van Mijn dier-
baren Yader die U binnenleidde in Zijn land
en op dit oogenblik staat ons alien zeker Zijn
beeld voor den geest. Zijne nagedachtenis leeft
in de eerste plaats in Mijn hart in dankbare
herinnering voort.
Ik stel U alien voqr met My in te stemmen
in den heildronk op het geluk en het welzijn
van de Koningin-Moeder.^
De vredelievende gezindheid van den Cz-.ar,
zijn woorden bij de nieuwjaarsreceptie in het
Winterpaleis, en de aandrang der Europ^esche
mogendheden hebben hun invloed niet gemist.
Vandaag is het alom //pais en vree" volgens
de berichten. Niet alleen van Russische zijde.
Ook uit Japan wordt gemeld, dat de vrees voor
oorlog geweken is, en dat men den vrede voor
langen tijd verzekerd acht.
En de gouverneur-generaal van Oost-Azie,
admiraal Alexejef, die als de meeste oorlogszuchtige
aller Russen werd voorgesteld, heeft zijn meening
uitge8proken, luidende dat thans een oorlog
verderfelijk voor Rusland zijn zou. Hij meende
dat door een diplomatieke oplossing thans niets
verloren zal zijn, daar Rusland en door zijn
geographische ligging en door zijn militaire macht
ten slotte toch doen kan wat het wil. Maar op
dit oogenblik is Rusland voor den strijd niet
voorbereid.
Hoelang de tijd dus ziju zal, waarvan het
Japansche bericht spreekt, is niet te bepalen.
Wellicht wordt een regeling getroffen die voor
goed aan het geschil een eiude maakt. Doch
zeker schijnt het, dat voorloopig de vrede niet
verstoord zal worden.
De interpellate van den heer Ilaase in den
Duitschen Rijksdag en het antwoord van baron
Von Richthofen heeft doen zien welke zonderlinge
toestanden in het Duitsche Rijk heerschen.
Uit de interpellate bleek, dat de Duitsche
Regeering toestaat aan Russische geheime politie-
agenteu om in Duitschland toezicht te houden
op Russische en Duitsche onderdanen.
En de Duitsche Minister van Buitenlandsche
Zaken heeft dit erkend, en pogen te verdedigen
met de opmerking dat de Pruisische Regeering
aan Rusland vergunning had gegeven, zich op de
hoogte te houden van het doen en laten van
Russische anarchisten in Duitschland.
»Wij betreuren het," zegt de Voss. Ztg., //dat
de Duitsche Minister zulk een zwak antwoord gaf,
en wij betreuren het nog meer dat hij geen oeter
antwoord kon geven.'' In geen enkelen anderen
Staat zou dat mogelijk geweesc zijn. Het komt
voor, dat men aan vreemde geheime politie-agenten
toestaat, als zij zich behoorlijk gelegitimeerd hebben,
om het spoor vau een misdadiger te volgeu
maar dat kan alleen geschieden voor een bepaalden
misdadiger, en als gevolg van een bepaald vergrijp
tegen het gemeene recht. Geen Staat zal echter
ooit toelaten, dat vreemde politie-agenten een
volmacht krijgen om een geheele klasse van
staatkundige vluchtelingen te bewaken een Staat,
die dat doet, geeft een deel van zijn gezag uit
handen. Wanneer werkelijk de klasse, die hier
bedoeld wordt, misdadige bedoelingeu heeft, dan
is iignaleeren ervan door de eeue mogendheid
aan de andere voldoende. De Staat heeft het
recht en den plicht in dat geval maatregelen te
nernen, ter bewaking of beveiliging, maar mag dat
recht en dien plicht niet overlaten aan vreem-
delingen over wie geen gezag noch controle kan
worden uitgeoefend. Of moeten de eigen politie-
beambten weder de vreemde bfcwaken
Feitehjk hebben Russische politie-agenten in
Duitschland het recht om Russische onderdanen
na te gaan, en van dat recht hebben zij een ruim
gebtuik gemaakt.
Nu wijzen de Duitsche bladen er op, dat de heer
Von Richthofen het woord //anarchisten" zeer ten
onrechte he ft gebruikt.
In Rusland zijn geen of weinig anarchisten.
De Russische revolulionairen, die in Duitschland
worden bewaakt, behooreu tot verschillende groepen,
maar anarchisten vindt men daaronder niet.
Terwijl in Duitschland de quaestie van de be
waking door vreemde politie-spionnen aan de
orde werd gesteld, houdt Frankrijk zich bezig met
de quaestie der uitzetting van een geestelijke uit
den Elsass. De interpellatie over de zaak Delsor
is verleden week uitgesteld, en zal morgen plaats
hebben. Wij zullen dan wel hooren, wat de
minister Combes tot zijn verdediging en die van
den prefect Humbert heeft in te brengen. In-
middels is het wel van belang eens na te gaan,
wat de Fransche pers zegt over het recht van
uitwijzing. De Republikeinsche bladen ziju vau
verschillende meening. Enkele willen dit recht
handhaven, anderen willen het heelemaal afschaffeu,
een derde groep wil het wettelijk regelen. Tot
deze laatste behonrt de Petit Parisien", het orgaan
van den oud-minisier en senator Jean Dupuy, die
een regeling van het recht van uitwijzing op
grond der moderne democratische rechtsopvatting
wenscht. Hij noemt de thans bestaande wet, die
uit het jaar 1849 stamt, slecht en hard. Want
volgens die wet kan de Minister van Biunenlandsche
zaken bij maatregel van politie iederen buiten-
laeder die in Frankrijk reist of woont, onmiddellijk
doen gelasten het Fransche gebied te verlaten, en
hem zelfs over de grenzen laten zetten. Zelfs
vreemdelingen die het recht van domicilie in
Frankrijk verkregen zijn daaraan blootgesteld. In
de grensdistricten zijn het de prefeeten, die dit
recht kunnen uitoefenen tegenover vreemdelingen
die niet in hun departementen wonen, mits de
prefi-cten daarvan onmiddellijk kennis geven aan
de Minister van Binnenlandsche Zaken.
Milner heeft aan de regeering te Londen ge-
sein dat de rivier bij Bloemfontein Ziterdag op
Zondag geweldig gezwollen was zoodat Zoudag-
middag het geheele lager gelegen gedeelte der
staa onder water werd gezet. Tal vau hnizen, bij
de //Spruit" gelegen, werdeu vernield. Honder-
den personen werden in het stadhuis onder dak
gebracht en in andere openbare gebouwen.
In 't geheel werden 176 huizen, waarvan 128
particuliere woningen, 25 magazijnen, 3 hotels,
3 restaurants, enz. vernield.
De schade bedraagt, 2,4 millioen gulden.
De gemeente stond 12.500 toe ten bate van
de slachtoffers. Drieentwintig lijken zijn gevon-
den. Men Bchat het getal der verongelukten op
dertig.
Van alle kanlen kwamen betuigingen van deel-
neming in, o.a. van Koning Edward.
TER NEUZEN, 22 Januari 1904.
Ter herdenking van den dag dat H. M. de
Koningin-Moeder heden voor 25 jaar haren
intocht in Nederland deed, woei hier van open-
bare en talrijke particuliere gebouwen de
driekleur.
Het volgende telegram werd heden verzonden
Aan
Hare Majesteit de Koningin-Moeder,
's Gravenhage.
Ingezetenen uit Ter Neuzen bieden eerbiedig
gelukwenschen aan en brengen erkentelijk hulde
aan Uwe Majesteit.
Commissie Huldeblijk,
J. A. P. Geill, eere-voorzitter, P. J. Scheele,
voorzitter, Th. Bruggeman, vice-voorzitter, H.
J. van den Ouden, le secretaris, A. van Dale,
2e secretaris, J. L. Jurrij, penningmeester.
J. 1. Woensdagavond vergaderde alhier de
commissie, welke zich op initiatief van den
burgemeester heeft gevormd voor het inzamelen
van een Huldeblijk aan H. M. de Koningin-
Regentes.
Besloten werd met lijsten te circuleeren voor
een huldeblijk en tevens voor eene feestviering.
Deze feestviering zal eventueel op nader te
bepalen dag worden gehouden en is het de
bedoeling der commissie in de allereerste plaats
de ingekomen gelden te doen strekken voor
armenbedeeling en een schoolfeest, terwijl voorts
bij genoegzame deelneming een optocht en
volksspelen zullen worden georganiseerd.
Voor de feestviering zou voor de kom der
gemeente en Sluiskil een afzonderlijke dag
worden vastgesteld.
Op het oogenblik dat hij den kuop wilde om-
draaien, voelde hij een zachte hand op zijn arm
leggen. Verbaasd keek hij op en zag een jong,
vrouwelijk schepsel met bleek gelaat en losse
haren voor zich staan. Ondanks het ruwe weder
droeg hit meisje een dunne,lichtgekleurdekleeding.
Zij bleef hem strak aankijkrn en reeds wilde
hij zijn arm vrijmaken en haar aan heur lot over
laten, daar hij haar voor een verloopen vrouw-
mensch hield, zooals er zoovelen 's nachts in
Londen rondloopen, toen zij haar zachte, vleiende
stem liet hooren, waardoor hij onwillekeurig van
plan veranderde.
z/Erbarm u over mijn elleude," zeide zij //heb
medelijdeu met een ongelukkige Hoor, hoe mijn
vervolgers naderen Zij willen mij weer terug-
slepen naar de plaats, vanwaar ik door een ge-
lukkig toeval ontvlucht ben. Red mij, mijnheer,
uit barmhartigheid, om Gods wil 0, daar
komen zij reeds. Waar zal ik mij verbergen
en zij wees in de richting vanwaar zij gekomen
waren.
Daar klonk het geratel van een uaderend
rijtuig al duidelijker en duidelijker, in een oog-
wenk zou het in huune nabijheid zijn.
Een minuut lang bleef de jonkmau in twijfel
omtrent het vleiend smeeken van het jonge wezen
hij overwoog de vraag of hij met eeue ongelukkige
of met eene verworpelinge te doen had. Door
zijn dralen was het rijtuig bijna in hun onmid-
dellijke nabijheid gekomen aan den hoek der
straten kwamen de lantaarus er van te voorschiju
en men zag de vonken, die den paarden van de
hoefijzers sprongen.
z/Erbarm u, erbarm u smeekte het meisje op
Blijkens de goedgekeurde rekening en ver-
antwoording van de penningmeesteres van he
Dames-comite tot steun der vereeniging voor
ziekenverzorging alhier, heeft de in de vorige
maand gehouden verloting, uit de baten waar
van meubelair voor het ziekenhuis zal worden
aangeschaft, onzuiver opgebracht de som van
893,25® waaronder begrepen enkele giften,
als een van f 60,en eenige kleinere van
samen f 12,Na aftrek der gemaakte on-
kosten, ad f 74,91, is de zuivere opbrengst
f 818,34®, waarlijk een mooie som, waarvoor
heel wat is aan te schaffen.
Met zekerheid kan alsnu worden medegedeeld,
dat de officieele opening van de inrichting zal
plaats hebben in de 2" helft der maand Februari
a.s. en het gebouw j.l. Maandag door de ver-
pleegster-directrice, mejuffrouw Haseberg is
betrokken.
Na de opening zal het gebouw gedurende
eenige dagen ter bezichtiging worden gesteld
voor leden en donateurs der vereenigiug en
verdere belangstellenden.
De kommies 4e klasse bij's rijks belastiugen
H. Post is verplaatst van Leiden (tijd.) naar
Zuiddorpe.
De verplaatsing van den kommies 4e klasse
0. van Krimpen van Hulst naar Schinveld en
de benoeming van J. Weijenberg tot kommies
4e klasse te Hulst is ingetrokken.
Uit Sas van Gent schrijft men aan de M.Ct.
Wegens de uitgebreidheid en de groote toe-
name van den smokkelhandel in suiker is door
den Minister van Financien bevel gegevem tot
opberging en verzegeling van den voorraad
suiker in de beide suikerfabrieken alhier, be
staande uit 200.000 K. G. in de cooperatieve
en 120.000 K. G. in de oude fabriekzoodat
verzending niet langer mogelijk is.
De rijksambtenaren, aan de fabrieken gede-
tacheerd, worden deze week naar hunne eigene
posten teruggezonden, om die weder eenigszins
te versterken.
Zal deze maatregel baten
Ons dunkt van niet.
Een smokkelaar verdient 16, zegge zestien
gulden, met een zak suiker te sluiken en de
werkman loopt zonder werk. Commentaar
overbodig.
Zaamslag. Maandag 1.1. vierde mej. Maria de
Feijter, wed. A. Dieleman, haren 75sten geboor-
tedag. Vele blijken van belangstelling vielen
haar ten deel, terwijl haar door het muziekge-
zelschap //De Volharding" eene serenade werd
gebracht. Een groote hoeveelheid krentenbrood
werd door haar aan behoeftigen in de gemeente
uitgereikt, 't laat zich begrijpen dat dezen haar
daarvoor dankbaar waren, evenals het muziekge-
zelschap voor het guile onthaal.
Boschkapelle. Bij regenachtig weer en druk
vervoer is de weg van af 't Ruischende Gat tot
het Veer schier onbiuikbaar.
Plannen tot verbetering zijn tot heden mislukt,
doch naar wij vernemen worden er vaG zekere
zijde weer ernstige pogingen in 't werk gesteld
om tot verbetering te geraken. Mogen zij gelukken
Een onzer voerlieden overkwam een groot
ongeluk. Met een kar haver huiswaarts rijdende
viel zijn paard nabij Hulst dood neer. Het is
een harde slag voor den man aldus zijn kostwinner
te moeten verliezen.
Hengstdijk. Naar wij vernemen zal binnen-
kort de heer J. van Waesberghe, lid der Prov. Staten
haar knieen daar zijn ze, laat me toch niet in
hunne handen vallen 1" Zij zeide deze woorden
op zulk een hartverscbeurenden toon, haar gebaren
drukten zooveel angst en oorust uit, dat alle
bedenkingen plotseling bij hem ophielden.
z/Als u werkelijk aan een onrechtvaardige ver-
volgiug bloot staat, wil ik u op dit oogenblik
althans niet van mijn drempel jagen. Sta dus
op eu volg mij. In huis zijn vrouweu, die voor
u zullen zorgen."
Hij opende het hek, liet haar biunengaan, sloot
den toegang met den sleutel af en volgde haar.
Slechts weinige schredeti en zij stonden voor de
huisdeur, die hij nu opende. Zij sloop in het
voorhuis, toen het rijtuig voor het huis bleef
stilstaan. Een heer stapte haastig uit en kwam
juist aan de deur van het tuinhek, toen de jonkman
de huisdeur zou sluiien.
#Mag ik u even spreken riep de heer. //Wij
zagen zooeven een vrouwspersoou door dit tuinhek
gaanwij zoeken haar, zij is ontvlucht. Ik
verzoek u daarom, haar onmiddellijk aan ons uit
te leveren wij hebben haast."
z/Ik heb geen reden om u in dit nachtelijk
uur voor de deur van mijn huis te woord te
staan", antwoordde de aangesprokene. //Als u
een oogenblik geduld wilt hebben, tot ik terugkom,
zal ik bereid zijn om te antwoorden op hetgeeu
u mij te vrageu mocht bebbeu" en daarop sloot
hij de deur.
Zijn beschermelinge zat ineengedoken op de
onderste trede der trap.
//Kom mee," zeide hij, //leun gerust op mijn
arm, als ge u zwak gevoelt, ik zal u bij rniju
moeder brengen." (Wordt vervolgd.)
j - i W»
I.
De mist, die Londen gedurende een groot deel
van het jaar in een sluier hult, was dien dag
minder dieht geweest dan gewoonlijk. De lente
begon te naderen, het was April doch de
Maartsche buien waren nog lang niet voorbij.
Het was reeds lang na midderuacht. De lautaarns
wierpeu haar onvoldoeud licht op de nalte straten,
waar nu en dan de voetstappen weerklonkeu van
personen, die zoo laat huune woning opzochten
of die als veiligheidspolitie hunne ronde deden.
Naarmale men zich van de Cit j ver wij derde en
Southwark naderde, werden de straten eenzamer,
de voetgangers schaarscher.
Southwark is bepaald het rninst fraaie gedeelte
der stad een dichte huizenmassa, vol fabrieken.
Eerst in de. buitenwijken wordt het aauzieu beter.
Daar treft men kleinere, meer sierlijke huizen aan,
met kleine tuinen en giasperken.
In £6n dezer straten van Southwark liep in
dit nachtelijk uur een jonkman. Zijn stap was
licht en vlug, het slechte weer scheen zijn vroo-
lijke luim niet te bederven, want nu eens floot
bij een hrkend opera-deuutje, dan weer herhaalde
hij de melodie halfluid met zijn aangename tenor-
stem. Juist brak de maan door de wolken en
wierp haar licht op de straten, die ondanks de
brandende lantaarns tamelijk duister waren.
j>Daar was het al weer!" sprak de jonkman
zacht en hij bleef staan om opmerkzaain naar de
overzijde der straat te zien. ,/Wat mag dat toch
zijn Het lijkt wel een kleine, witte wolk, die
plotseling voor mij komt en dan weer verdwijnt.
Het schijnt wel een mensch te zijn, maar die
vlugge bewegingen, nu weer aan de eene, dan
weer aan de andere zij le der straat neen, het
zal een dier ziju, die zijn verblijf ontvlucht is."
Hij vervolgde zijn weg en hoorde in de verte
aan de overzijde een man met zwaren tred naderen.
Daar vloog de verschijning haastig en zonder
gedruisch de straat dwars over om den naderenden
man te ontwijkeu. Het was nu slechts vijftig
schrede'n voor hem.
Het scheen een jonge vrouw, klein van postuur
en in zeer lichte kleeding. Daar kwam juist weer
een wolk, die de maan verduisterde, de regen
stortte bij stroomen neder; hij zag niets meer
van de verschijning.
Flink doorstappende ging hij aan de overzijde
den politie-agent voorbij, dien hij in de verte had
hooren aankomen. Deze bleef echter niet staan
en keek niet om achter hem stak het geheim-
zinuige wezen de straat weer over, als bevreesd
voor den naderenden jonkmau deze sloeg er echter
geen acht meer op. Zijn opmerkzaamheid was
nu gericht op een huis in de nabijheid, waarvan
nog een paar vensters op de eerste verdieping
kelder verlicht warenwerd hij daar verwacht P
Daar nadt rde in de verte een rijtuig met groote
snelheid uit de City. Ook dit was hem volkomen
onverschillig. Hij stond voor het hek, dat toegang
verleende tot een tuintje voor het huis met de
verlichte vensters, haalde den sleutel te voorschijn
en draaide dien in het slot om.