A I g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
Herhaalde Oproeping.
No. 4413.
Dinsdag 4 Augustus 1903.
43e Jaargang.
Onderwijzer
FEUILLETON.
SIGN0RA STELLA.
ABONKEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
Bij deze courant behoort eeu bijvoegsel.
Chamberlain over den toestand
in Zuid-Afrika.
Zuid-Afrikaansche weduwen en
weezen.
Het conclave.
Het Hongaarsch schandaal.
Het Engelsche Koningspaar
in lerland.
iat^^vw^^a»ao<ariTCw>aM»plratw*/aq^wwiii h—
TER SEUZESSCHE 101 RlAT.
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postVoor
Nederland /1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Am.erika 1,824.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Mit blad -verscliijnt Maaadag-, Woeosilag- en Vrijdagavond, nitgeznnderd op Keestilagen, l»ij de Kir ma P. J. VAS DE lAA'DE te Ter A'euien.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
roepen op sollicitanten voor de betrekking van
met verplichte hoofdakte en 23jarigen leeftijd, op
eene aanvangsjaarwedde van f 500,en J 250,
voor de hoofdakte, en voorts overeenkomstig het
wettelijk minimum voor het aantal dienstjaren.
Sollicitatiestukken franco in te zenden aan den
Burgemeester vooi* 8 September 1903.
Ter Neuzen, 1 Augustus 1908.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFF, Secretaris.
LoDden, 30 Juli. Het Lagerhuis heeft de be-
grooting van het departement van Kolonien m^t
184 tegen 74 stemmen aangenomen. In den loop
der beraadslagingen zei Chamberlain, dat een van
de grootste moeilijkheden, waarmee wij (de
Engelschen) te kampen hebben in Zuid-Afrika,
niet was de verhoudiug tusschen Boeren en
Engelschen, maar de verhouding van de Boeren
onderling. Hij had bij zijn bezoek aan Zuid-
Afrika zijn best gedaan, verbetering te brengen in
die betrekkingen en hij was verheugd te kunnen
zeggen, dat er bevredigende berichten werden ont-
vangen over dit onderwerp. Hij dacht, dat het
noodzakeiijk was, dat de regeering van Transvaal
bleef beschikken over een krachtige bezetting en
a]8 wij bevonden, dat het werk der bevestiging
des vredes ongedaan werd gemaakt, dan moesten
wij die macht zonder aarzelen gebruiken en de
aanstokers van hun misdadig bedrijf wegzenden.
Aan Botha's brief hechtte hij geen waardedie
brief zou den invloed van Botha doen afnemen.
Met betrekking tot de ontdekking van diamant-
mijuen zei hij, dat het oogmerk der regeering was,
elke penny die maar mogelijk was voor den staat
te verzekeren zonder de ontginning der mijnen te
bemoeilijken.
Vrij bewerkt door AMO.
Zoo liepen zij in vluggen tred voort, totdat
zij kwamen bij een open plek in het bosch, waar
het huisje van den boschwacbter stond, omriugd
door omgehouwen boomen en groote hoopen
takkenbossen.
Een talrijke troep kinderen speelde nabij het
huis. Zoodra zij het meisje ifl het oog kregen,
riepen ze»Daar komt onze DollyDaar is
ouze Dolly 1" en een vrouw met gerimpeld
voorhoofd kwam aan de deur, door Dolly begroet
met een kus en een hartelijk //Dag, xnoeder
Jack werd bevrijd van zijn last en voor zijne
moeite beloond met een stuk taart nit de mand.
De kinderen schreeuwden daarop om ook zulk
heerlijks, en ze zwegen niet, voordat ook hunne
monden gestopt waren met eenig gebak.
Nu ging Dolly met hare moeder en de mand
de woning binnen, en zij sloot de dear zorgvul-
dig, alvorens tot het uitpakken der mand werd
overgegaan.
Daar was een stuk ham, een overgebleven stuk
van een schapebout, eenige aangesneden pasteien
en taarten, boter, kaas, een flesch bier, een flesch
appelwijn, en nog verscheidene andere aangesneden
eetwareu. Alles was echter van de beste soort en
goed ingepakthet was een zeer welkom geschenk
voor het talrijke gezin van den boschwachter.
ffDat is beerlijk!" zeide hare moeder verheugd.
»Ja, het is iets goeds, moeder. 'laute Jenner
Toen Botha te Londen een onderhoud met
Chamberlain had, beloofde deze hem beslist, dat
de Engelsche Regeering voor de weduwen en
weezen der gevallen Boeren zou zorgen. Deze
belofte, door generaal Botha aanstonds dankbaar
aangenomen en herhaaldelijk als een bewijs van
den verzoenenden geest der Regeering zijn volk
voorgehouden daarmee Engeland ook stelsel-
matig aau zijn belofte herinnerende werd een
der redeoen waarom de generaals hun tocht door
Europa bekortten en naar Amerika opgaven.
Siuds dien heeft generaal Botha moeite gedaan
om deze aangelegenheid met de Engelsche Regeering
te regelen. Maar de uitslag
Te Kaapstad is nu de officieele briefwisseling
tusschen generaal Botha en de //koloniale autori-
teiten" over deze aangelegenheid openbaar gemaakt.
Daaruit blijkt, dat generaal Botha eerst aanbood,
jaarlijks 432,000 voor de Boerenweduwen en
weezen bijeen te brengen op voorwaarde, dat de
Regeering jaarlijks f 768,000 bijdroeg. Later
trok generaal Botha dat aanbod in, zeggende dat
het geld reeds besteed was aan dadelijken onder-
stand, noodig geworden door het uitblijven van
regeeringshulp en sir A. Lawley had daarop toen
geantwoord, dat de repatriate reeds voor den
tijdelijken nood had gezorgd en voorgesteld, dat
de vermiste millioenen van de Transvaalsche
Regeering nu maar voor de weduwen en weezen
moesten worden gebruikt.
Rome, 31 Juli. De kardinalen-conclavisten en
enkele prelaten vereenigden zich in de Pachine-
kapel van het Vatikaau tot bij woning van de
plechtige voorbereidende mis voor de werk-
zaamheden van het conclave.
Mgr. Ardi sprak een Latijnscbe rede uit, waarbij
hij de kardinalen voorhield, een godvruchtig, wijs
en liefderijk man te kiezen.
De kardinalen zullen hedenavond te 5 uur in
het conclave binnentreden.
Rome, 81 Juli. De deuren van het conclave
zijn gesloten voor de verkiezing van een nieuwen
Paus.
Alles is in den St. Pieter in gereedheid gebracht,
opdat de Paus zijn zegen kan geven uit de buitenste
loge of de binnenste loge der basiliek.
De Giornale dell' Italia" interviewde twee
laat u groeten zij heeft mij dit alles meegegeven
en zelf heeft zij voor het inpakken gezorgd. Ik
heb ook verlof gekregen hier te blijven van nacht
en morgen den geheelen dag. Wetende, hoe vader
is, zei ze, dat ik niet met ledige handen naar
huis mocht gaan."
Het is noodig, hier mede te deelen, dat Mr.
Freer niet Dolly's vader was. Hare moeder was
dienstbode geweest op het kasteel, en later getrouwd
met een jachtopziener, een broeder van juffrouw
Jenner. Zeer korten tijd na Dolly's geboorte
was de jachtopziener gedood in eene ontmoeting
met wildstroopers na een paar jaren hertrouwde
de weduwe met John Freer, den boschwachter.
Deze man bleek echter een ruw, onvriendelijk
echtgenoot en geen zachtzinnig vader voor de vele
kinderen, uit dit huwelijk ontsproteu. nOch, vader
is nogal zorgzaam, Dolly."
z/Noemt ge hem zorgzaam Nu, dat is hij
nogal."
Doch nu begon Dolly over iets anders. //Wei
moeder, wat zegt ge daarvan Ik moet Paaschzon-
dag den lofzang zingen in de abdijkerk, en eenige
dagen te voren zal er een repetitie gehouden worden
in de groote hal van het kasteel, ten aanhoore
van den graaf, omdat zijn gezondheid niet toelaat,
dat hij naar de kerk gaat."
z/Wel, kind, wat zeg je Maar eigenlijk ben ik
er niet zoo erg verwonderd over. Je vader had
een heel mooie stem, en die heb jij ook. En
zijne stem was zoo vol en krachtig. Ik herinner
me nog, dat de pachter Dyne een prachtigen stier
had, dien men overal in Asherton kon hooren,
wanneer hij loeide maar ik geloof stellig, datje
vader even ver gehoord kon worden, wanneer hij
zong: Gewoonlijk overstemde hij de groote bas-
violen in het koor, Dolly."
kardinalen, die van oordeel waren, dat het conclave
lang kan duren.
De //Tribuna" zegt, dat 19 kardinalen voor
Rampolla zijn, 29 tegen dezen en dat 14 zich
onzijdig houden.
De //Frankf. Ztg." geeft de volgende lezing van
het geval van omkooperij, waarvan de deswege
afgetreden gouverneur van Fiume, zonder dat er
tegenspraak op gevolgd is, beschuldigd wordt.
Het aftreden van graaf Ladislaus Szapary, den
gouverneur van Fiume, die aau Dienes de steek-
penningen voor Papp gegeven heeft, wekt groote
opschudding. Vrienden van Szapary stellen de
zaak zoo voor, dat Szapary het offer is geworden
van eenige politieke tinnegieters, die hem hadden
voorgespiegeld, dat men de dwarsdrijvers in het
parlement met geld kon sussen. Hij handelde,
zonder medeweten van den minister-president, op
eigen hand. In de kringen van de oppositie hecht
men daar echter geen geloof aan, maar denkt men
veeleer, dat zekere kringen de goedgeloovige nai've-
teit van Szapary misbruikt hebben, om hem in
geval van mislukking als zondebok op te kunnen
offeren. Bovendien is Szapary met graaf Khuen,
den nieuwen premier, nauw bevriend, en heeft ook
nog een tweede hooggeplaatst aristokraat, de opper-
dorpelwachter, graaf George Banffy, evenals graaf
Szapary, met de tusschenpersonen bij de poging
tot omkooperij in de laatste dagen veel geconfereerd.
Behalve Dienes, die, naar ik uit betrouwbare bron
verneem, de wijk heeft genomen naar Berlijn, waren
n?g verscheidene bemiddelaars bij de omkooperijen
betrokken, die alien, op den journalist Singer na,
voortvluchtig zijn.
Boedapest, 81 Juli. Er is een bevel tot
inhechtenisneming uitgevaardigd tegen Martin
Dienes, wegens poging tot omkooperij en uitgifte
van valsche wissels.
Boedapest, 31 Juli. In de Kamer zei Kossuth,
dat hij zonder eenige verdenking te willen
uitspreken nu de gouverneur van Fiume, die
nauw met de regeering is verbonden, verklaard
heeft de bedrijver te zijn van de poging tot
omkooping, toch moest opmerken, dat verdeuking
zou valleu op den minister-president. Daarom
moest deze de openbare meening geruststellen of
aftreden.
Op voorstel van graaf Apponyi nam de Kamer
eenstemmig aau een commissie van enquete te
ffAch, moeder! Ge moet niet zeggen, dat mijn
vader bulkte als een stier," zeide Dolly, beschaamd
en teleurgesteld. //Och, wel neen, lief kind Ik
heb niet gezegd, dat hij bulkte als een stier, maar
ik zeg, dat hij even ver gehoord kon worden en
dat houd ik vol. Wanneer hij aan de eene zijde
van Caulding Plain had staan zingen, zou men hem
zeker aan de andere zijde hebben kunnen verstaan."
„Hoe aardigDat is precies hetzelfde, wat de
heeren van mijne stem zeggen."
„Welke heeren, kind
/,De vioolspeler van mylord, en Mr. Winter, de
organist van de abdijkerk. Zij doen allebei hun
best om mijn geluid te beschaven voor dien lof
zang.
Dat alles zal ik u wel vertellen, zoodra wij alleen
zijn, moeder. Laat ons alles gereed zetten, opdat
vader in goed humeur raakt als hij binnenkomt."
Toen Mr. Freer thuis kwam, bracht de aanblik
van den welvoorzienen disch hem in een aangename
stemming. Hij begroette zijne stiefdochter met
ruwe vriendelijkheid. Liefde had tusschen stiefvader
en stiefdochter, uooit bestaan, maar wanneer zij
elkander thuis of elders ontmoetten, behandelden
zij elkaar toch altijd met iets, dat voor vriendschap
kon doorgaan.
Mr. Freer was gewoon zijne vrouw dagelijks een
goede portie scheldwoorden ensnauwen toe tedienen,
doch hij begreep wel, dat Dolly niet bijzonder te-
vreden zou wezen, als hij dit ook in haar bijzijn
deed, en daar het gezin menig voordeel trok uit
Dolly's verhouding tot juffrouw Jenner, toonde hij
altijd een goed humeur, als Dolly ihuis was.
Zoodra alien genoeg hadden gegeten en de tafel
was afgeruimd, ging men in een kring om den haard
zitten. De boschwachter had vrij gebruik van brand-
houtgroote blokken en dikke takken lagen opge-
benoemen. Tevens werd de zittiug der Kamer
verdaagd tot uiterlijk 10 Augustus.
In antwoord op Kossuth, verklaarde later de
minister-president, graaf Khiin-Hedervary, dat hij
voor de enquete-commissie zou verschijnen. (Tee-
kenen van goedkeuring op alle banken.) Kossuth,
zoo voegde graaf Khun er bij, verklaajde geen
verdenking tegen mij te willen uiten in deze
omkoopingsgeschiedenis, maar hij noodigt me uit
mijn ambt te verlaten. Naar mijn meening zou
ik schuldig staan tegenover mij zelven en ook
tegeuover het land, indien ik aan deze sommatie
voldeed.
Boedapest, 1 Augustus. De gouverneur van
Fiume erkende voor de parlementaire commissie
schuld aan de poging tot omkooping, en verklaarde
te hebben gehandeld om een einde te maken aan
den onwettigen toestand in 't land. Hij bezwoer
de onschuld van den minister-president.
Koning Edward en Koningin Alexandra zijn op
hun Iersche reis ook te Buncrana en te London
derry met geestdrift ontvangen. Te Londonderry
zou het dochtertje van den burgemeester een
bloemruiker overhandigenmaar het kind was
verlegen en durfde met naar voren komen. De
Koningin, die dit zag, trad toen met een vriendelijk
lachje het meisje tegemoet en nam de bloemen
van haar over.
In de toespraak, welke Koning Edward daar
hield, zei hij o. a., en als meermalen de woorden
van dezen Engelschen Koning, klinken ook deze
weer hartelijk,/Ik verheug mij in den geest
van vertrouwen in de toekomst, welke, naar ik
bevind, mijn volk bezielt, zoowel hier als in andere
deelen van lerland en ik neem een gunstig voor-
gevoel met mij mee, dat door den zegen der
Voorzienigheid en het vereenigde pogen van alle
Ieren, een betere toekomst voor dit land zal
aanbreken."
Na het bezoek aan Londonderry begonnen de
Koning en de Koningin hun kruistocht langs de
noord- en de westkust. Zij zullen kennis maken
met de woeste romantische natuurtooneelen van
Donegal, Mayo, Galway, enz.
Door Connemara zullen zij per automobiel rijden
en zoo een blik slaan in het leven van de een-
zame Iersche boeren.
hoopt en verspreidden eene heerlijke warmtede
dag was zonnig geweest, maar in Maart zijn de
avonden en nachten nog koud.
Mr. Freer haalde zijne pijp voor den dag, de
moeder nam haar naaiwerk in handen de kinderen
waren bezig met noten en appelen, terwijl ze steels-
gewijze grapjes onder elkaar hadden. Luid mocht
dat niet gebeuren, want Mr. Freer was een echte
vreugdebederver in zijn huisgezin.
Toen alien rustig zaten, zei vrouw Freer ^Kom
aan, Dolly, vertel ons nu wat nieuws van het
kasteel."
De inwoners van het stadje Asherton en van
den ganschen omtrek hadden, behalve naar eteu
en drinken ook altijd een sterk verlangen naar
kasteelnieuws.
//Is het waar, Dolly, dat de nieuwe lord een
aap heeft met een rood jasje aan en met een
gouden horlogeketting vroeg een van de jongens.
//En lijkt hij zelf niet veel op een aap?"
schreeuwde een ander.
„Ik heb van een der knechts gehoord, dat er
op het kasteel een wonderlijke vioolspeler is, die
mooie liedjes kan spelen op een viool, waar slechts
eeu snaar op zit," zei Mr. Freer.
En een aardig hondje, in blauwe kleeren, die
met zilver en parels opgesierd zijn. Dat beest
zit den geheelen dag op mylords schoot," riep
een andere kleine.
ffEn zes witte muizen, die op de muziek dansen,
Joe! Die zou ik wel eens willen zien," zei weer
een ander.
(Wordt vervolgd.)