A I g e m e e n Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 4406. Zaterdag 18 Juli 1903. Stemming Verkser. 43e Jaargang. Belasting op bedrijfs- en andere inkomsten. ABONNEMENT: Voor Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,324. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven houders. ADVEBTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsrnimte berekend. Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgav© BERSTB BLAD. Provinciale Staten van Zeeland. RECHTSZAKEN. Omtrent de behandeling der zaak tegen de 21-jarige N. M. N., zonder beroep, geboren te Hoek, wonende te Ter Neuzen, beklaagd van kindermoord, voor de arrondissements-rechtbank te Middelburg, op Dinsdag 11., ontleenen wij het volgende aan de M. Ct. In deze zaak werden drie getuigen en 1 deskundige gehoord, terwijl als ambtshalve verdediger optrad de heer Mr. P. Dieleman, advocaat te Middelburg. Beklaagde erkende bij haar eerste verhoor, zoowel voor de politie te Ter Neuzen als na hare arrestatie voor den recbter-commissaris te Middelburg, dat zij het kind door worging van het leven had beroofd. Zij heeft echter eenigen tijd later hare bekentenis herroepeu, omdat zij de straf, die, naar zij van den rechter-commis- saris had vernomen, zeer zwaar kon zijn, te hoog vond om die onschuldig op zich te nemen, daar niet zij, maar haar oom P. W. N., die bij haar vader inwoont en wist dat zij bevallen moest, het kind voor haar van het leven had beroofd, en het daarna ook, op haar verzoek, heeft begraven, teneinde dit voor haar vader te ver- bergen. Door den president opmerkzaam gemaakt dat zij als eene zeer slechte straat-protistuee bekend staat en dus aan hare tweede verklaring weinig geloof zou kunnen worden gehecht, bleef zij niettemin bij die laatste verklaring volharden. De heer Dr. J. C. Bolle, daarna als deskun dige gehoord, zeide bij zijn, in deze zaak met den heer A. W. Verheijden, arts te Middelburg, opgemaakt rapport te blijven volharden, waarvan de conclusie luidde dat het kind heeft geleefd, levensvatbaar was en door worging is overleden. Daarna werd als getuige gehoord de heer Mr. J. H. van Bel, die verklaarde dat beklaagde op kalme wijze aan hem de eerste bekentenis heeft afgelegd dat zij zwanger was van een agent van politie te Ter Neuzen, die haar beloofd had het kind te zullen wegmaken wanneer het dood was, dat zij daarna bevallen is van een kind dat leefde en dat zij het geworgd heeft door het een band om het halsje te doen, het vervolgens in een schort heeft gewikkeld en het op zolder nederlegddat op haar verzoek haar oom het daarna achter op het erf van haar vader heeft begraven. Getuige verklaarde dat beklaagde zoo buitengewoon kalm was, dat hij haar heeft gevraagd of zij wel bewust was welke strat op het door haar begane feit was gesteld, waarna hij haar het maximum daarvan voorlegde. Daarop schijnt beklaagde geschrok- ken te zijn en heeft zij daarna eene omstandige verklaring afgelegd dat niet zij, maar haar oom P. W. N., het kind had gedood. Daarna, zeide getuige, is de zaak tegen dien oom, voor het verbergen van een lijk, onderzocbt en is het hem opgevallen dat deze, niettegen- staande hij bekende het kinder lijkje begraven te hebben, erg zenuwachtig was, zoo zelfs dat hij nauwelijks zijn naam kon schrijven. Beklaagde en haar oom zijn vervolgens geconfronteerd, bij welke gelegenheid zij mededeelde dat zij haar oom op handslag beloofd had zelf de schuld op zich te nemen indien hij het lijkje begroef en zij daarvoor dan ook wel een 9 maanden gevange- nisstraf over had. De hooge straf echter, die op zulk een feit stond, heeft haar hare eerste bekentenis doen intrekken, waarna zij toen weer verklaarde dat niet zij, maar haar oom de schuldige was, die echter halstarrig bleef ont- kennen zich daaraan te hebben schuldig gemaakt. Vervolgens werd nog als getuige gehoord de heer C. Klaassen, inspecteur van politie te Ter Neuzen, die verklaarde dat beklaagde, na eerst iets anders verklaard te hebben, later bekende van een levend kind bevallen te zijn en dit op het erf van haar vader te hebben verborgen, wat hem bij onderzoek is gebleken de waarheid te zijn. Getuige verklaarde verder, dat de oom, die hij eveneens een verhoor heeft doen ondergaan over het verbergen van een lijk, zeer zenuwachtig was en eerst ontkende zich daaraan te hebben schuldig gemaakt. Bekl. heeft toen nog tegen haar oom gezegd -<Oom Piet, zeg het maar, dan zijn wij beiden gered." Toen P. W. N. werd gearresteerd, zeide hij ,/geef maar andere kleeren mee, want ik zal vooreerst niet thuis komen." De laatste getuige, P. W. N., werd op verzoek van den verdediger namens de bekl. als haar oom, niet gehoord. De ambtenaar van het openb. ministerie begon met zijn spijt uit te drukken dat door den verdediger was verzocht om P. W. N. niet als getuige onder eede te hooren. Vervolgens toonde de ambtenaar in het breede aan dat de rechtbank hier voor een zeer moeilijk feit stond, daar bij den een de overtuiging zal vast staan dat de bekl. de moordenares van haar kind is en bij den ander die overtuiging geheel zal ontbreken. Hij als officier van justitie heeft de overtuiging dat de bekl. zich aan dit feit heeft schuldig gemaakt en vorderde haar veroor- deeling tot 2 jaren gevangenisstraf. De verdediger begon zijn pleidooi met erop te wijzen dat beklaagde iemand is die op zeer jeugdigen leeltijd hare moeder heeft verloren en weinig toezicht ondervond van haar vader, veel bloot heeft gestaan aan verleiding, waarvaa misbruik is gemaakt door hen, op wie de eerste schaduw dient te vallen van het gebeurdezij brachten beklaagde zoo ver. De verdediger ging in het breede na de verschillende door haar afgelegde verklaringen en sprak zijn overtuiging uit dat beklaagde gertist van hier vertrekken kon met de zekerheid dat een vrijspraak zal volgen. Uitspraak Vrijdag 24 dezer. Als tweede zaak, met vorengenoemde in verband staande, gold P. W. N., ter zake dat hij op 21 Mei 11. te Ter Neuzen het lijk van het meergenoemde kind onder een vat met kalk in een kuil in de schuur, staande op het erf achter de woning van haar vader, heeft begraven en alzoo verborgen, met het oogmerk om de geboorte van dat kind te verhelen. In deze zaak waren 2 getuigen, nl. C. Klaassen voornoemd, en N. M. N. (de bekl. in de vorige zaak.) Na het getuigenverhoor bekende beklaagde zich aan bovengenoemd feit te hebben schuldig gemaakt, en dit te hebben gedaan om haar voor straf van haar vader te vrijwaren. Hij heeft dit op haar verzoek gedaan omdat hij een zwijgzaam persoon is. De ambtenaar van het Openbaar Ministerie vorderde schuldig verklaring van bekl. aan het feit en zijne veroordeeling tot 2 maanden gevangenisstraf. Uitspraak Vrijdag 24 Juli a.s. fivvivrnii1 Ji*.. Hit blatl verscJiiint Jlaandag-, Woenstlatf- en Vrijdagavomd, Mitgezonderd op IhYestilageii. bij de Firma I*. J. VAX OK SAXOE <e Ter leuien. M——BB—J—BMIIMI I De Burgemeester van TER NEUZEN brengt bij deze ter kennis van de daarbij belanghebbenden, dat het door den Directeur der Directe Belastingen enz. te Middelburg, den lOen Juli 1903 invorderbaar verklaard kohier van de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten dezer gemeente over het jaar 1903/04, No. 1, op heden aan den Ontvanger der Directe Belastingen, ter invordering, is ter hand gesteld en dat ieder verplicht is zijnen aanslag, op den bij de wet bepaalden voet, te voldoen. Ter Neuzen, den 14 Juli 1903. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN brengen ier algemeene kennis dat volgens schrijven van den heer Commisearis der Koningin in Zeeland van 8 Juli 1903, A no. 523, 2e Afdeeling, het verkeer over de brug over de Ravelijnsgracht 45 der vesting Neuzen van 3 tot en met 15 tugtiwin* a. s.) zal zijn gestremd. De gemeenschap kan plaats hebben langs den bedekten west voor front 4 5 en over de brag naast den Zuidbeer. Ter Neuzen, 14 Juli 1903. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. P. GEILL, Burgemeester. J. L. OOSTERHOFE, Secretaris. Zitting van Dinsdag 14 Juli. (V E R V O L G.) De voorstellen tot toekenning van een subsidie ad f 400.— aan het Zeeuwsch Genootschap der wetenschappen gedurende 10 jaren en tot toekenning van een subsidie ad 275.aan de Vereeniging School voor hand- en bouwkundig teekenen te Tholen" gedurende 5 jaren worden daarna zonder hoofde- lijke stemming aangenomen. Alsnu was aan de orde het voorstel tot toekenning aan de gemeentebesturen van Borssele, Ovezande en 's Heerenhoek van een renteloos voorschot voor wegsverbetering tot een bedrag van f 7035. Het algemeen verslag wordt uitgebracht door den heer Den Boer Vcrschillende leden maken bezwaar tegen het voorstel, daar reeds een goede verbinding naar den provincialen steiger hestaat. Een der leden maakt bezwaar tegen het verleenen van de f 670 voor kosten van toezicht, daar de 3 gemeenten dit zelf best kunnen betalen. Een ander lid had liever een andere richting gezien, n.l. dat de weg van den dijk van den Hollestellepolder recht werd doorgetrokken tot den reeds verharden weg, die loopt van den steiger naar Drie wegen. De heer Ilamniacher achtte de zaak van niet zoozeel belang als werd voorgesteld, om daar voor een renteloos voorschot te geven. Het rnaakte volgens hem niet den indruk van eene algemeene behoefte. De heer Mulder zeide, hoewel hij niet ten voile bevredigd was, omdat slechts de helft was toegestaan, hij niettemin Gedep. Staten dank zei voor hnnne medewerking. Hij twijfelde er geenszins aan, dat, indien de leden roaar eenigszins bekend waren met den toestand der wegen niemand tegen het voorstel zou zijn. Hij meende te kunnen zeggen, indien deze verbetering tot stand kwam, het vervoer nog grooter fcal zijn. Het voorstel daarna in stemming gebracht, wordt aangenomen met 85 tegen 1 stem, die van den heer Hammacher. Daarna kwam het voorstel tot wijziging van het Reglement op de wegen en voetpaden. Het algemeen verslag werd uitgebracht door den heer Wisboom Verstegen. In eene afdeeling vindt een lid de onderwerpelijkc uitbreiding onnoodig en vraagt zich af of de toezicht hebbende rijksveld- wachters en marechaussees, indien zij met de reglementen op de hoogte zijn, niet de incest geschikte cn gewenschte onpar- tijdige personen zijn, om overtredingen te kunnen constateeren dit lid vraagt tcvens, of de vrouweu der vaste arbeiders winkelnering mogen doen, waarop een lid van Gedep. Staten antwoordt, dat het hem niet bekend is, dat dit in de instructie vevboden is. Een ander lid dier afdeeling vindt het eveneens bezwaarlijk arbeiders, die toch geacht kunnen worden, niet in staat te zijn, behoorlijk overtredingen te knnnen consta- teerea, als zoodanig aan te stellen dit lid vraagt, wat Gedep. Staten aauleiding heeft gegeven tot de onderwerpelijke uit breiding over te gaan, en hondt zich nadat daaromtrent door een lid der Gedep. Staten inlichtingen zijn gegeven overtuigd, dat men alleen het oog hceft op motorrijtuigen. Het voorstel in die afdeeling daarna in stemming gebracht zijnde, verklaarden zich daarvdor 8 leden, daar tegen 3 leden. In eene andere afdeeling kwam een der leden het eveneens bedenkelijk voor, om aan zoodanige ondergeschikte menschen, als hier bedoeld zijn, de bevoegdheid op te dragen tot het opmaken van proces-verbaal bij overtredingen op het berijden van wecren. Een ander lid dier afdeeling deelde dit bezwaar niet. Bij stemming in die afdeeling bleken 8 leden te zijn vddr en 3 tegen het voorstel van Gedep. Staten. In de overige afdeeling konden alle leden zicli met het ▼oorstel van Gedep. Staten vereenigen. De heer Henneqnin zeide, dat de onafhankelijkheid van menschen, wier huisgenooten nering uitoefenen, misschien zoude inboeten bij overtredingen, die door hunne klanten zouden worden gemaakt. Be heer De Veer constateerde, dat juist 3 juridische leden tegen het voorstel van Gedep. Staten waren. De heer Van Lijnden antwoorclde alsnu, dat de inwonenden van zulke personen geen winkelnering mogen uitoefenen. Het voorstel wordt daarna aangenomen met 25 tegen 11 stemmen. Het voorstel tot afwijzing van het verzoek van Smit V, Diepevcen en Van der Bent, om tegemoetkoming in te betalen bedrag aan den uitvoerder van den wagendienst IlulstWalzoorden wordt daarna aangeDomen zonder hoofde- lijke stemming. Alsnu komt in behandeling het voorstel van Gedep. Staten om aan hen de beslissiug te laten op het adres van P. van Dijken, pachter van den tol op den weg van Neuzen naar Axel, bij Axel, om verraindering van pachtsom De heer Van Teijlingen achtte in de afdeeling de bevoegd heid van Gedep. Staten in dezen niet zeker en stelt voor het voorstel aan Gedep. Staten terug te zenden, met verzoek dien- aangaande een nader voorstel te doen. Hij werd hierin versterkt, nadat hij de voorwaarden van den pachter had ingezien. Nadat hem door Gedep. Staten de noodige inlichtingen waren veratrekt, o. a. dat verraindering van pachtsom werd toegestaan, indien de weg tijdelijk gesloten werd, kon hij zich met het voorstel vereenigen hetwelk daarna zonder stemming wordt aangenomen. Het voorstel tot toekenning van een jaarlijksch subsidie van f 100.aan de gemeente Westkapelle ter voorziening in de geneeskundige hulp, wordt met 24 tegen 10 stemmen aangenomen. Eveneens dat tot opening van een crediet van ten hoogste /3000.aan de afdeeling Zeeland van de Vereeniging «het Nederlandsche Rundvee-Stamboek" voor de jaren 1904, 1905 en 1906, zonder hoofdelijke stemming. Alsnu kwam het voorstel betreffende het verzoek van het bestuur van de afdeeling Goes en orastreken der Nederlandsche Maatschappy van tuinbouw en plantkunde om een subsidie van 100,voor eene in September te houden tentoonstelling van bloemen en vruchten in behandeling. In de afdeelingen was door een lid de opmerking gemaakt, dat de bijdrage der gemeente Goes, 25,niet hoog genoeg is, in evenredigheid van de gevraagde som. De heer Hammacher vond het zoo gering, dat hij het verzoek niet gemotiveerd achtte. Hij verzocht over het voorstel stemming, hetwelk met 27 tegen 6 stemmen werd aangenomen. Tegen de heeren Hammacher, Moes, Maas, Houter;oans, Loois en De Smidt. Het voorstel tot intrekking van het besluit der Staten, dd. 9 Juli 1902, No. 26, tot het aaogaan van eene geldleening van ten hoogste f 165.000,en tot sluiting van eene geld- leeniug van ten hoogste f 100.000,werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Idem tot vaststelling der rekening en goedkeuring der verantwoording van de enkel Provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven over 1901, met algemeene stemmen. De voorstellen tot wijziging van de begrooting der enkel Provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven voor 1902 tot wijziging van de begrooting der enkel Provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven voor 1903 tot voordracht aan de Koningin van de begrooting der kosten van het Provinciaal bestuur, voor zooveel het Rijks- bestuur is, voor 1904, worden achtereenvolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Bij de behandeling van het voorstel tot vaststelling van de begrooting voor 1904, vroeg de heer De Veer aan Gedep. Staten hem de verzekering te geven, dat het ongecorrigeerde verslag, dat aan de leden wordt toegezonden en dikwijls zeer onnauwkeurig en slecht is en geen waarde heeft, in het vervolg beter zal zijn, vooral ook met het oog daarop, dat het thans loopend contract weldra zal geeindigd zijn. Deze verzekering werd hem gegeven. Door de heer De Veer werd opgemerkt dat door de Belgische spoorweg-maatschappijen aan de stations Brugge, Gent, Oostende en Antwerpen retourbiljetten worden uitgegeven naar Vlis- singen, waarin is opgenomen de retourvracht voor Vlissingen en welke biljetten goedkooper zouden zijn dan de enkele retourbiljetten VlissingenTer Neuzen of VlissingenBreskens terwijl omgekeerd geene retourbiljetten van Vlissingen naar de opgcnoemde Belgische steden worden uitgegeven. Gedep. Staten verklaarden bij rnonde van den heer Rompu, voor 't oogenblik niet bij machte te zijn de heer De Veer daarop een bevredigend antwoord te kunnen geven, maar wezen er op, dat het uiterst moeilijk is, op een boot zulke biljetten in te voeren, doch zeide genoemde heer een onderzoek toe. Door den heer Hammacher werd gewezen op het ongerief dat de reizigers voor den laatsten dienst van Vlissingen naar Breskens bijua dagelijks ondervinden als zij, wachtende op de aankomst van de boot van Ter Neuzen, die hen naar Bres kens moet overvoeren en meestal te laat te Vlissingen aan- komt, in alle weer en wind op den ponton moeten wachten door een lid van Gedep. Staten werd opgemerkt, dat er een wachtlokaal van de Provincie nabij de aanlegplaats is en dat het publiek daar onder dak kan komenvolgens het lid, dat de zaak ter sprake brncht, is dit onder het publiek weinig bekend, en daarom werd door bedoeld lid van de Gedep. Staten beloofd, dat het pdrsoneel, aan den stoombootdienst verbonden, op deze zaak zal worden attent gemaakt cn de aanwezigheid van het bedoelde lokaal zooveel mogelijk aan het publiek zal worden bekend gemaakt. Bij nader onderzoek bleek echter den heer Hammacher, dat bedoeld wachtlokaal zich bevond in het oude station, terwijl door het nieuwe station, deze wachtkamer dus van geenerlei waarde is voor de reizigers. Gedep. Staten gaven dien heer de verzekering, dat in de toekomst zooveel mogelijk in dit bezwaar zal worden voorzien. Nog werd gedurende de behandeling van de begrooting het woord gevraagd door den heer Hennequin. Hij wilde het voorstel doen om aan hoofdstuk 8 een nieuw artikel 24bis toe te voegen en aan de Maatsch. tot Bevordering van Landbouw en Veeteelt een crediet te verleenen van f 250. In duidelijke woorden zette spreker uiteen, het belang van de zuivelbereiding en alles wat daarmede in verband staat, en noemde de hooge kosten, welke aan een en ander ver bonden zijn. Hij wees op het groote belang van de zuivelbereiding in onze provincie en sprak de hoop uit, dat de vergadering zich met zijn voorstel zou kunnen vereenigen. Het was toch niet de eerste maal, zei hij, dat dergelijke zaken in de vergadering werden besproken. Ook de heer Maas wees op het groote belang daarvan en ondersteunde het voorstel ten zeerste. Het voorstel daarna in stemming gebracht, werd aangenomen 20 tegen 11 stemmen. Tegen de heeren Siegers, De Jonge Hollestelle, Bolier, De Casembroot, Heijse, Mulder, Van Rompu, Moerdijk, Oggel en Loois. De post voor onvoorziene uitgaven werd daardoor met f 250 verminderd. De geheele begrooting, geamendeerd, werd daarna met algemeene stemmen aangenomen. Het voorstel tot heffing van opcenten op de grond- en op de personeele belasting ten behoeve van de Provincie, nl. 28 op de gebouwde, 36 op de ongebouwde eigendommen en 21 op het personeel, werd zonder stemming aangenomen. Daarna wordt de zomervergadering door den Voorzitter in naam der Koningin gesloten. In de afdeelingen was bij de behandeling der begrooting naar aanleiding van den post »subsidie stoombootdienst Wal zoorden-Vlake en wagendienst VlakeHansweert" de toe- stand van het vervoermiddel tusschen Vlake en Hansweert door een lid totaal onhoudbaar genoemdde wagen is te klein en kan het groot getal reizigers niet bevattente voet kan men trein of boot op tijd niet halenhet getal reizigers is kolossaal toegenomen, sedert de tram Hulst—Walzoorden in exploitatie is; de stoom boot wordt ook te klein hij spreekt de wenschelijkheid uit, dat tegen het einde der concessie (31 December 1904) aan deze bezwaren zal worden gedacht bij het eventueel vernieuwen der tegenwoordige of het verleenen eener nieuwe concessie. Bij den post subsidie stoomtram HulstWalzoorden" werd in eene afdeeling de vraag gesteld, wanneer de stoomtram zal doorrijden tot paal 0. In eene andere afdeeling werd onder de aandacht van het Gedep. College gebracht het bezwaar, dat er geen bepaald wachtlokaal is voor het publiek Ie Walzoorden, noch te Hulst, en dat daardoor dikwijls de tram vertrekt, terwijl de wachtende passagiers zich in verschillende herbergen hebben begoven om het vertrek af te Wachten, terwijl daar niet wordt ge- waarschuwdhet lid, dat deze zaak ter sprake bracht, zou het wel een geschikt middel vinden, dat het vertrek van de tram 5 minuten te voren werd aangekondigd door een stoot op de stoomfluit. Hiertegen werd aangevoerd dat het publiek, in afwachting van het vertrek, in de wagens kan plaats nemen, en door een lid van Gedep Staten werd opgemerkt, dat het toezicht op de tramwegen niet meer bij hun College is, maar bij het rjjk.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1903 | | pagina 1