A I g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 4404.
Dinsdag 14 Juli 1903.
UiUlag Verkieaing.
voor den Gemeenteraad.
De vesting Terneuzen
43e Jaargang.
if'
HBRSTE3MMIITG
FEUILLETON.
SIGN0RA STELLA.
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
VAN DALE A.
VAN DETNSE F. C.
DE FEIJTER Pz. Sr. JOZ.
VAN DER HOOFT C.
DE KOEIJER L.
MOGGRE A.
STANDAERT G. A.
WIELAND G.
Paus Leo XIII.
TF.B SEIIZMSCHE COIIRMT.
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maauden biuDeu Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,S2£.
Men abonneert zich bij alle Boekhaudelaars, Postdirecteuren en Brieven-
houders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts t w e e m a a 1 berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Hit blutl verscliijut naaadag-, Woensdas- en Vpijdatfavond, uilgeziimleril op Feenlitagcn, bij de Fir.na I". J. VAI HE HIDE te Ter Xeuien,
Burgemeester en Wethouders der gerneente TER NEUZEN,
maken bekend, dat een afschrift van het proces-verbaal,
vermeldende den uitslag der op 10 Juli 1903 gehouden
stemming, ter verkiezing van vijf leden van den Gemeenteraad
is aangeplakt en voor een ieder ter gemeente-secretarie ter
inzage ligt.
Ter Nenzen, den 10 Juli 1903.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFE, Secretaris.
De Burgemeester der gerneente TER NEUZEN brengt
ter openbare kennis, dat op DitiMlag' den 21 Juli
aaiiHtaamle, van des morgens aclat tot des namiddags
vijf uren, de lierstemmins zal geschieden ter ver-
vnlling van vier plaatsen in den Cienieenteraad.
De candidaten, in alphabetische volgorde, zijn
Tevens wordt de aandacht gevestigd op art. 128 van het
Wetboek van Strafrecht, luidende
.Ilij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende aan
eene kraehlens wettelijk voorschrift uitgesehreven verkiezing
deelneemt, wordt geitraft met gevangenisstraf van ten hoogste
EEN JAAK".
Ter Neuzen, den 10 Juli 1903.
De Burgemeester voornoemd,
J. A P. GEILL.
DOOR
L. M. A. VON SCHMIDT.
IV.
Nederland verlangt zich met te men gen in tie gescliillen
zijuer buren, maar nok niet tegen wil en dank daarin
betrokken te worden. Het wil, zoo lang het kan, neutraal
zijn.
Onder neutraliteit verstaat men in het algemeen den
toestand waarin een Staat verkeert, die vreemd wenseht
te blijven aan gescliillen, die tusschen andere Staten
zijn gerezen. Leidt het geschil tot een oorlog, dan mag
«h* neutrale Staat daaraan op geenerlei wijze oeeliiemen.
Hij mag geen maatregelen treften waardoor d.e eene partij
bo veil de andere bevooriveht wordt ol' die ten liadeele
zouden kunneii strekken van een der oorlogvoerenden.
>ok mag de neutrale Staat niet toelaten dat door anderen
op zijn grondgebied zoodanige maatregelen worden
genomen.
De ontliouding aan jietgeeu er als uitvloeisel van den
oorlogstoestand bij de in geschil zijnde partijen gebeurt,
Vrij bewerkt door A MO.
17}
Menigmaal heb ik spijt gevoeld, orodat mij geen
zoon was geschonken, maar nu verheug ik mij daar-
nver. Laat in zijn leven trouwde uw vader; toen
hij stierf, liet hij u achter onder rnijne bescher-
miug. Met vreugde nam ik dien last op mij
uw bestaan bevorderde rnijue plannen in plaats van
ze tegen te werken. Ik had slecht gehaudeld, maar
ik hoopte, dat uit het kwade toch iets goeds zou
voortkomen, toen ik zag, hoe goed en edel uw
inborst was.
,/Ach God, had ik toen alles zoo duidelijk in-
gezien als ik thans doe, nu ik sta op de scheiding
tusschen het aardsche leven en de eeuwigheid
maar belaas het is te laat. Ik moet oogsten,
wat ik gezaaid heb er blijft mij geen tijd over
oui de fout te herstellen. Het is te laat
ffMaar ik keer terug tot den zoon van mijn
broeder, Ik liet hem Cellini noeroen naar mijne
lnoede.r, en plaatste hem op tene Engelsche school,
totdat hij lien jaar oud was. Toen zond ik hem
naar eene buitenlandsche hoogeschool, en bij het
bereiken van zijn een-en-twinligste jaar gaf ik hem
eene jiarlijksche toelage van duizend pond sterling,
onder voorwaarde dat hij uooit naar Eugeland zou
terugkeeren.
,(Met genoegpu nam hij die voorwaarde aan,
gaat echter niet verder dan met de belangen van ;den
neutralen Staat vereenigbaar zou zijn. liet is moeilijk
zich een oorlog van twee Staten te denken, gedurende
welken niet ook de positie van derden met gevaren
bedreigd wordt. Groote mogendheden vooral hebben
niet alleen haar souvereine rechten te besrhermen maar
zijn Ronis niet minder naijverig op aaiispraken, tot welke
zij slechts zijdelings in betrekking staanwanneer
internationale toestanden, die zij allicht mee opgebonwd
of bevorilerd hebben, veranderingen onclergaan, willen
zij daarin gekend worden. En naarniate de eigen machts-
middelen geduehter zijn, kunnen zij eischen, dat door
de oorlogspartijen ook hun meer verwijderde rechten
en aaiispraken worden ontzien. Met het oog op een en
ander gaat een neutraliteitsverklaring eener groote
mogendheid altijd met een voorbelioud gepaard. Groote
mogendheden plegen, als zij van dreigende verwikkelingen
of van een uitgebroken oorlog kennis krijgen, ten aanzien
van welke een neutraliteitsverklaring nuttig wordtgeaeht,
te kennen te geven, dat zij den loop der gebeurtenissen
zullen afwachten en onzijdig zullen blijven zoolang de
eigen positie niet door de eventualiteiten van den oorlog
getroffeu wordt. Zij bedoelden daarmee geenerlei provo-
catie, maar behouden zich bare gedragslijn voor en nemen
zooals men het noemt een afwacbtende ot voorwaardelijke
neutraliteit aan.
De verklaring van voorwaardelijke onzijdigheid eener
groote mogendheid wordt door de oorlogvoerenden altijd
gaarne aanvaard. Het is ondenkbaar dat een der par
tijen, door bezwaren te opperen, de kans zou willen
loopen ont nog tegen een groot leger meer te nioeten
veehten. Integendeel, een oorlogvoerende Staat zal zich
beijveren am voor een voorwaardelijk neutrale groote
mogendheid iedere reden en zooveel mogelijk ook ieder
voorwendsel om zich tegen hem te verklaren weg te
nemen.
Voor .Staten, die niet tot de groote mogendheden
worden gerekend, is de toestand anders. Ilet meest
nat.Hurlijke ook voor een kleinen Staat zou zijn, om bij
het aanvaarden eener neutrale bonding eveneens te
verklaren tot zoolang onzijdig te willen blijven, tot de
eigen belangen inmenging mochten vorderen. Maar op
dat standpunt kunnen kleine Staten zich niet plaatsen.
Een verzoek om opheldering zou vermoedelijk niet
uitlilijveil. De kans, dat aan het verzoek om meer
inliclitingen aanstoot zou genomen worden, is hij een
kleinen Staat gering. Het t'eit zelf behoefde, indien het
bij den aanvang der vijandelijkheden plaats had, voor
een groote mogendheid niet altijd een ernstig gevaar
op te leveren. Bedenkelijker zou het daarentegen kunnen
wezen, vooral als de geogralische ligging er toe meewerkt,
indien een kleine Staat tijdens den oorlog partij koos en
dientengevolge voor een opereerend leger onverwarht
een bedreiging in rug of tlank mogelijk werd. Dit
gevaar ware voor een groote mogendheid allicht meer
te due'hten dan een aansluiting bij de tegenpartij aan het
begin van den oorlog. Om deze en soortgelijke redenen
is het een algemeen geijkte gewoonte, dat kleine .Staten
met een verklaring, die meer waarborgen geeft, diplo-
matisehe inoeilijkheden voorkomen. Zij plegen, zoodra
zij van een oorlog kennis krijgen, te antwoorden dat zij
strikt neutraal zullen blijven, waarmede wordtuitgedrukt,
dat zij in den aangeganen oorlog zich geen eventuali
teiten denken, die den onzijdigen Staat zou nopen de
neutraliteit op te geven. De verklaring van strikte
neutraliteit wordt meestal ook ter kennis gebracbt van
de regeenngen, waarbij de betrokken mogendheid een
diploinatieken vertegenwoordiger heeft, opdat overal
bekend zij, dat men onzijdig is en zeer bepaald verlangt
onzijdig te blijven.
De vruag kan worden gesteld, of een kleine Staat ook
een strikte neutraliteit moet aannemen, wanneer Staten
van denzelfden rang elkander beoorlogen. Met het oog
op de complication, die uit iederen oorlog licht kunnen
voortkomen, bestaat de wenschelijkheid daarvan inder-
want Eugeland had voor hem weinig aautrekkelijks.
Sedert dieD tijd leefde hij te Florence, zijn tijd
doorbrengende met muziekmeesters en kunslschil-
ders, en met het verzamelen van schilderijen en
marmeren beeldhouwwerken.
,.Ik was voorneuiens mijn geheim mee te nemen
in het graf en de bewijzen mijuer misdaad op het
laatste oogenblik mijns levens te vernietigeu,
doch ik beb eene verkeerde rekening gemaakt
mijne krachten sehielen te kort om dien zwareu
last op mij te lateu drukken. Op aandrang van
eene dienslbode stemde ik toe om vandaag het
heilige sacrament te outvangen, en de toespraak
van den geestelijke, die het toedieude, had op mij
zulk eene uitwerking, dat ik, ondanks mij zelf en
onder een aandrang, waaraan ik geen weerstand
kon bieden, deze schuldbelijdenis heb neergeschre-
ven en er alle bewijzen bij ingesloteu heb.
Percival, ziedaar wat ik u te zeggen had. Thans
is de keuze aan u. Wilt gij voortgaan op den
weg, dien ik gewandeld heb, dan is er geen
hinderpaa! op uw weg. De bedienden van mijn
broeder en alle andere getuigen zijn stellig al lang
dood. Zij waren alien ouder dank ik. Gij behoeft
deze papieren slechts te vernietigen, dan is elk
bewijs verloreu. Niemand op aarde zal ouit uw
geheim vernemen. Enrico Cellini zal r.ooit het
onrecht kennen, en ongetwijfeld is hij minder
geschikt om den rang en den stand in te nemen,
waartoe hij door zijne geboorte gerechtigd is.
Wanneer dit dus uwe keuze is, dau staat uiets u
in deu weg. Maar Percival, Percival, als ik thaus
daad. In ben toestand van voorwaardelijke neutraliteit
schuilt altijd eenig- clement van een bedreiging. Voor
een Staat, die zich voorwaardelijk neutraal heeft verklaard,
is bij opkomende verwikkelingen de gedragslijn reeds
een weinig gepraejudicieerd. Uit een voorwaardelijk
neutrale stelling zou bijvoorbeeld een poging tot een
opdracht aan arbiters allicht kansen beloopeii van op
exception te stuiten. Voor Nederland zal het daarom,
indien het een verklaring van onzijdigheid aflegt, wel
steeds zaak zijn, een strikte neutraliteit aan te nemen.
Nog dient in aanmerking te komen, dat de bijzondere
wapeni tig, waarmede de neutrale positie sonis kan gepaard
gaan, niet den naam moet hebben van een waarborg
tegen eigen onzekerheidzij mag slechts een voorzorg
heeten om, zoo noodig, van de internationale verplich-
lingen zich met de wapenen te kunnen kwijten.
f Wordt vervolgd).
Reeds een week lang blikt geheel de wereld
met zorgvolle belangstelling naar het Vaticaan,
waar de grijze Paus met den dood worstelt. Met
kunst- en vliegwerk, zegt de Neue freie Presse
wordt hij in het leven gehouden. //Al wat de
wetenschap vermag wordt gedaan om zijn bestaan
nog met enkele dagen te rekken. Maar tegen de
kwaal die Leo XIII wegroept is geen kruid ge-
wassenen alle pogingen vau de geneesheeren
baten niet. Want het is de ouderdom die het
teere lichaam van den grijsaard sloopt.
Bewonderenswaardig is de wijze waarop Leo XIII
de pijn met geduld en deemoedigheid verdraagt.
Zijn geest, die aan helderheid en scherpte niets
heeft ingeboet, zweeft boven het lijden van de
laatste dagen. Hij weet, dat zijn draad afgeweven
is, dat zijne dagen geteld zijn. wMorgen zal ik
sterven", zeide hij met buitengewone kalmte en
tevredenheid tot Mgr. Angeii toen deze afscheid
van hem nam.
En hij dichtte een Latijnsch Carmen, een laatsten
zang uit het stervend dichterhart opwellend, een
zang van dankbaarheid en berusting.
/Stervend laat de zonne aan 't avondrood de
kroon"
zegt hij, met innige voldoening, dat een door
hem gekozen kardinaal zijn opvolger zijn zal.
Maar tevens met godvruchtige nederigheid
z/De lange, zware weg loopt uit op 't graf,
vUw heilige wil, mijn Heiland, wacht ik af".
De wereld, die hij met gebroken oog beschouwt,
is echter vol contrasten. En terwijl hij daar
stervend neerligt, zijn in de kamer daarnaasl de
kardinaleu bezig te beraadslagen, wie zijn opvolger
zal zijn.
De kardinaal-kamerlengho Oreglia di Santo
Stefano, gedi;oeg zich eerst als gebieder in het
Vaticaan; en zijn bestuur was krachtiger dau men
van hem, ook al een oude man, verwachten zou.
Hij was verleden week Zondag al rusteloos bezig.
En een zijner eerste dadrn was een gewichtige
nogmuals de keuze kon doen en de geheele wereld
kon winnen, dan zou ik niet doen, zooals ik gedaau
heb. Nu zie ik duidelijk, dat het dwaasheid van
mij was, doch te laat te laat
Richard Craven,
ten onrechte graaf van Asherton.
En binnen in was nog een papier, waarop
geschreven stond
z/Nu moet, ik u nog met iets belasten,
Percival. Wanneer gij uwe keuze hebt ge
vestigd op den graveniitel en de bezittingen
van onze familie, breng dan het testament
♦e voorschijn, waarin aan uw neef Enrico
Cellini, gewoonlijk genoemd graaf Cellini,
een jaargeld van vijf duizend pond sterling
wordt toegewezen. Valt uwe keuze anders
uit, breng dan het andere testament te voor-
schiju, waarin aan u de vijf duizend pond
sterling per jaar wordt gegeven. Gij moet
alzoo een van de twee testamenten vernietigen,
dit is mijn laatste wensch. Ik herhaal nog
eens de keuze is aan u, en uwe keuze is
ook de miine Vaarwelvaarwel
R. C.
Dit was de inhoud van het noodlottige pakket.
Met het hoofd op de gekruiste armen rustende,
zat Percival bij de tafel en kermde, terwijl onbe-
schrijfelijk leed zijn hart verscheurde. //Als dit
waar is als dit alles blijkt waar te zijn
dan moet ik Gwendolin verliezen."
Dien geheelen nacht bleef Percival ten prooi
daad. Hij brak, volgens de N. F. Presse, met
de tradities, die door Pius IX en Leo XIII sedert
meer dan dertig jaren zijn gehandhaafd. Hij gaf
den kardinaal-staatssecretaris Rampolia last, zelf
naar het Italiaanscbe ministerie van buitenlandsche
zaken op de Piazza Florentina te gaan en officieel
aan de Italiaansche regeering mededeeling te doen
van den toestand van den Paus.
Daardoor heeft zooals de Berliner Volkszeitung
uiteenzet, de kardinaal-kamerlengho de garantiewet
vau 31 Mei 1871 erkend. Deze stap van kardinaal
Oreglia, een stap die in 1878 door kardinaal
Pecci met voordacht werd nagelateD, wordt bij
zijn dood een gebeurtenis vau groot historisch
gewicht. De plaatsvervanger vau den Paus zou
aldus. als Italiaansch burger, het bestuur van
het huis Savove erkennen. Zou deze daad de
voorlooper van een Dieuwen toestand zijn Of
is deze stap, na het vertrek van Oreglia, toch
achterwege gebleven
Niet alleen de kardinalen, maar geheel de wereld,
ziet met belangstelliDg de besiissing van het
conclave te gemoet. Vooralsnog wordt den Carme-
lieter Gotti de meeste kans toegeschreven. Leo
XIII heeft eens schertsend tot hem gezegd //Zoo
gij gekozen wordt behoeft men u slechts de roode
kraag en de muts te geven" er op zinspelende,
dat kardinaal Gotti als Carmelieter steeds een witte
soutane draagt.
De Soleil vraagt of de Fransche regeering nog
steeds voornemens is tegen de verkiezing vau
Gotti van het recht van veto gebruik te maken.
Toen Leo XIII voor twee jaar ziek was, had
Waldeck-Rousseau het denkbeeld van dit oude
voorrecht der Fransche Koningen gebruik te maken,
omdat Gotti die ook toen als de meest waar-
schijnlijke candidaat genoemd werd hem een
brief geschreven had met scherpe verwijten over
zijn houding in de zaak der congregaties. De
Fransche minister-president wilde den onbuigzamen
Carmelieter-monuik daarvoor straffeo, zegt de Gau-
loisen hij droeg aan kardinaal Lecot, aarts-
bisschop van Bordeaux, op, om namens de Fransche
regeering tegen de verkiezing van Gotti te prote-
steeren. Maar kardinaal Lecot weigerde die opdracht
te aanvaarden.
De Gaulois vraagt spottend of Combes nogmaals
wil trachten dat veto-recht uit te oefenen Het
conclave, zegt het blad, zou zich daar niets van
aantrekken. Maar de Fransche regeeiing zal ook
wel zoo verstandig zijn het niet te beproeveu.
Dat het recht van veto nog bestaat, en door
sommige monarchen kan worden uitgeoefend, wordt
stellig ontkend. Maar er wordt toch druk over
gesproken. Uit Rome wordt gemeld De gematigde
Italiaansche kardinaals verzetten zich krachtig
aan de onbeschrijfelijk bange smart, hem bereid
door de groote teleurstelling, weike al de hoop
zijns levens vernietigde. Doch de eeuige woordeu,
waarin zijne smart uitdrukking vond waren //Ik
moet Gwendolin verliezen."
Evenals zijn oom aarzelde hij echter niet in de
keuze van den te volgen weg. Ilij zou alles
onderzoekeu, elk bewijs toetsen en wanneer zijne
vrees werd bewaarheid, wanneer alles waar bleek
te zijn, dan zou hij liever afst.and doen van eere-
titels en rijkdommen dan ten onrechte den graven-
kroou van Asherton op zijn hoofd te laten drukken.
Den volgenden morgen werd Mr. Gale onlboden
en geraadpleegd. De ontsteltenis van den advocaat
was inderdaad zeer groot.
Dat verhaal is al te monsterachtig I" zeide hij.
vik denk, dat het verstand van lord Richard
ouder den iuvloed zijuer ziekte was verzwaktik.
ben er van overtuigd, dat die vioolspelende en
schilderende buitenlauder niet de wettige zoon van
lord Henry was. Dat zal ik nooit gelooven.
Geen enkele rechtbank in geheel Engeland zou
dit als wettig feit erkennen, en anders zouden
wij elkeu duim gronds aan de tegenpartij be-
twisten. Hoe jammer, dat lord Richard al dien
onzin aan het papier heeft toevertrouwd En
in zijn gedachten votgde Mr. Gale er bij //Hoe
jammer, dat Petcival Craven zoo'n dwaas is, dat
hij die gebeurtenissen niet geheim houdt."
(Wordt vervolgd.)