R. K. Kiesveree
Gr« A.
A.
Mr, F.
A. C,
A.
Liberals Kiesv;
A. V
Mr. F. C.
A. C.
A.
G. A. S
Arie Yerpoorte A
Loopjongen gevrs
pile nieuwe ZOUTE1
groote sorteering fijne PODDING POEDERS,
A. van Herp,
M. J. VAN DIXHQORN. - Ter Neuzen.
te T
J. D. Thielman-Bauwens,
Gegarandeerd zuiver en fijn. Wederverkoopers rabat.
Beddcn, Matrassen, Veeren, Kapok, Houlwol,
Zeegras, Vlokken, Beddetijken, enz.
Voor de a. s. verkiezi
raad op 10 Juli a. s., w<
aanbevolen de heeren:
De kiezers worden
bovengemelde heeren ui
Voor de verkiezing
op 10 Juli a. s., zijn can
aanbevolen de heeren
De kiezers worden
bus te komen en op gem
Kiezers van Zaams!
UNTVANGE
Steeds voorhanden
alsVanille, Amandel, Frambozen, Citroen, Aardbezien, Sinaasappel,
Ananas, Chocolade, Griesmeel en Maizena.
Onder aanbevel
VEEREN enz. per E.g. gelijk.
THT
J D. THIELM/\N-BAUV\v
aan de Roomsche Kerk. TER NEUZEN.
N°. 2 een biljetje van „een groot aantal
anti-revolntionairen aan de anti-
revolntionaire kiezers"
Bierbottelarij, Wijnhandel, „De Gekroonde Valk."
J. DE
J. v. i
P. J. 1
J. C.
gij wordt vriendelijk doch dringend vt
de aanstaande stemming voor den ge
uwe stem uit te brengen op deu heer
Koopman en Landhuurder,
zijude een knap en goed volksman,
lid is van drie vereenigingen. Dt
belangen van de gemeente behartigen,
er op vertrouwen dat hij eeu man
ziine opinie z»l uitkomen.
J VELE K
kunnende lezen en schrijven, voor Ka
Te bevragenA. MEDAETS
CLERCQ, nieuwe sluiswerken, te 1
I ,pl -*• "*J
b/d Roomsche Kerk, Ter Neuzen. FRAEIJENHOVE, IJzerhandel, Ter Neuzen.
't getuigen. En het spijt mij dan ook te
moeten zeggen, dat dit kattebelletje van nie
mand anders afkomstig kan zijn, dan van
z. g. vele anti-revolutionairen, die ermee roet
zochten te gooien in 't eten van de samengaande
liberalen en katholieken.
Ook van dat //groot aantal" vveten we dat
't eeu potnat is met het //veie. Uit deszelfs
inhoud blgkt ecliter, dat er nog antirevolutio-
naireu zijn, die hun Katholieke medeburgers
geen zet'el in den Raad gunnen. Dit heeft
me verwonderd, omdat oulangs een hunner
lioofdmannen, de heer De Wilde, hun hier
orpzeo-d heeft, dat zij dat wel inoesten doen.
Ik wilde wel, dat iemand mij eens zeggen kon,
wat kwaad een katholiek in onzen Raad zou
kunnen doen V Hij zou, dunkt me, daar zitten
als Saul midden tussehen de profeten. De
partijeu links en rechts zouden aan hem hunne
lioekjes en kantjes kunnen afslijpen, en hier
is wel iets voor te zeggen, zou ik meenen.
Ik ben een vredelievend man en gun ieder
wat. En als onze katholieke medeburgers
nu er op staan, een hunner op de groene
kussens te zien zitten, waarom zouden wij
hun dat plezier misgunnen Indien er wette-
lijke vertegenwoordiging bestond, zouden zij
precies een Katholiek in den Raad brengen.
Voor mijn part mag hij daar gerust een cent
in 'tbord gooien. Want ik ben altijd voor
gelijk recht geweest en voor eerlijk deelen.
N°. 3 is de //Ter Neuzensche Verkiezings-
courant."
Ze is met de binnenzijde naar buiten ge-
vouwen, wat denkelijk de schuld van rnijn
vrouw zal wezen, hoewel ze anders de ordelijk-
heid zelve is, al zeg ik 't zelf, en den gods-
ganschen dag bijna poetst en wrijft en riddert.
Maar zoo komt 't, dat rnijn oog dadelijk valt
op die groote letters over een doode stad.
Het heet er bij dat de anti-revolutiounairen
van ons goede Ter Neuzen een doode stad
willen maken, alsof deze menschen heelemaal
geen conscientie liadden Ik kan niet zeggen
wie 't was maar er moet een groot man in
ons land geweest zijn, die gezegd heeft, dat
er in de verkiezingsdagen andere taal gesproken
en geschreven wordt. Ik begrijp niet waartoe
het dient. Ik heb heel rnijn leven dezelfde
taal gesproken tot rnijn kalanten en de gewone
menschen, en aan overdrijven heb ik nooit
gedaan, ook niet van de prijzen mijner waren
en rekeningen, toeu ik nog in zaken was.
Ik heb er mij goed bij bevonden. In ieder
geval, dat flood maken kan en moest men
er in de verkiezingschrifturen buiten laten
Want 't ergste er van is geweest, dat mijn
vrouw dit ook gelezen heeft. En nu bad it
haar te goeder trouw daarbij verteld, in rnijn
jeugd wel eens gehoord te hebben, dat onze
stad door de Schelde ondermijnd werd en alle
menschen op een goeden nacht met huid en
haar verzwolgen konden worden. Het goeie
mensch geraakt nadien iederen nacht vreeselijk
aan 't droomen, waarbij ze met armen en
beenen geweldig te keer gaat, alsof ze in
't water ligt te spartelen, en waarbij ze ook
allerakeligst gilt Dit is erg onplezierig voor
een uiensch, die zoozeer op rust en vrede ge-
steld is als ik.
N°. 4 uit den stapel is //Luctor et Emergo"
van 1.1. Woeiisdag.
Nu moet ik toch zeggen, dat mijn zacht
moedigheid op zware proef wordt gesteld, als
ik daarin de Aprilbeweging van 1853 met
dankbare herinnering zie vermeld. Ik heb
ze beleefd, die Aprilbeweging, en ik herinner
me, hoe mijn ouders 's avonds ons met hen
den Heere deden bidden, opdat die storm inoge
voorhijgaan. Ik herinner mij ook, dat weinige
jaren nadien, ik en mijne protestantsche mede-
broeders ons over die beweging schaamden.
Welk trouw en oprecbt vaderlander en Oranje-
man wenscbt niet, dat die donkere bladzijde
uit onze geschiedenis kon worden gescheurd.
Ik zal niet toornen en mijn hart in lank-
moedigheid bewaren, maar ik mag toch zeggen
aat die vijftigjarige oude koe diep begraven
iggen want ze riekt afschuwelijk, ook voor
onze protestantsche neuzen.
N°. 5 is een //Opwekking aan de Kiezers."
Ik zie daarin beweerd. dat de verkiezings-
courant gespot heeft met bet Heilige. Ik wil
er nu baring of kuit van hebben, wat er van
aan is en leg daarom beide courantenstukken
naast elkaar. Want mijn christelijk hart zou
niet koud gebleven zijn, als ik zulke heilig-
schendende spotternij gelezen had. Beware
Ik moet eerlijk bekennen, dat ik er schijn
noch blijk van heb kunnen vinden. En ik
kan allevel goed lezen en eveneens Hollandsch
verstaan, al zeg ik 't zelf. Van den Bijbel
wordt alleen gezegd, dat er in staat David
heeft voor de Arke gedanst en onder't Oude
Verbond werd er muziek gemaakt ter eere
van den Heere onzes Gods en de Psalmen
geven daar van getuigenis. Nu vraag ik u
wat kwaad kan een christenmensch doen met
dat te zeggen of te schrijven 'tis toch de
pure waarheid. Het staat wel degelijk in den
Bijbel. Of ik kan niet meer lezen en versta
geen Hollandsch meer, en dit laat ik mij door
niemand gezeggen, hoezeer ik ook met iedereen
in vrede en rust wil leven.
Of moet de spotternij soms hierin gezocht
worden, dat die pure waarheid wordt aangehaald
ten bewijze, dat muziek maken en dansen
uiteraard onschuldig is, al geschied het op
straat of in huis, in concertzaal of herberg
Maar zou 't de Heere dit dan niet uitdrukkelijk
verboden hebben, terwijl de Psalmen het om
zoo te zeggen verordineeren ter Zijner ver-
heerlijking En waar is in den Bijbel van
zoo'n verbod iets te vinden
Voor alle sekuriteit en voor de gerustheid
van ons Christelijk conscientie hebben mijn
vrouw en ik saampjes den heelen Bijbel nog
eens nagezien, van 't begin tot't einde, bladje
na bladje, ieder aan een leant, regel na regel,
met onzen vinger er onder. Drie voile dagen
hebben wij er aan besteed, behalve voor
't eten en slapen. Het is paardewerk geweest
Onze dokter zegt, dat mijn vrouw's zenuwen
er door van streek zijn geraakt en ze daarom
zoo allerakeligst droomt. Doch ik houd vol,
dat 't droomen komt van die doode stad.
In ieder geval hebben wij geen woord of
letter gevonden, die in de verste verte op
zoo'n verbod lijken.
Nu moeten mijn anti-revolutionaire mede
burgers niet denken, dat mijn vrouw en ik
danslustige menschen zijn en veel wereldsche
liedjes zingen. Het komt misschien hierdoor,
dat soort altijd soort zoekt, want wij beiden
hebben nooit dansen geleerd en zijn natuurljjk
te oud om "t nog te leeren. Wij hebben wel
ooren, doch geen muzikale onren, zoodat wij
geen noot zingen kunnen, zoo groot als de toren
van onze Groote Kerk. Maar ik stop evenwel
mijne ooren niet dicht voor een vroolijk
liedje of een jolig muziekstukjeevenmin
sluit ik rnijn oogen voor een dansend paartje.
En toch heb ik daarmee mijn christelijk
conscientie nooit bezwaard gevoeld en gevreesd,
dat ik deswege een verworpeling was voor
't aanschijn van den Heere. Ik weet zeer
goed, dat een boerenpummel heel anders danst
al een sjiek heertje en een straatmeid weer
anders als een fijn dametje. Maar ik weet
ook, dat zonder dans veel meer slechte en
heel wat ergere dingen gebeuren dan bij den
dans dat er op straat niet minder gehost en
geschreeuwd en getierd word en orde- en
rustvejstoring plaats heeft al wordt er nergens
muziek gemaakt. En wie, behalve schorre-
morrie, kedrt dat niet af En als de politie
dat belet en de justitie de daders straft, keurt
elk christenmensch, anti-revolutionair of niet,
dat goed. Ik zeker, want we gaan graag
vroeg naar kooi. Maar men moet niet van
't eene uiterste tot 't andere vervallen of,
zooals mijn vrouw zegt, met 't badwater ook
't wichtje wegsmijten. Men beroove niet de
gansche fatsqenlijke bevolking van een
uiteraard onschuldig vermaak of zondelooze
ontspanning, omdat somtnige lieden zich
daarbij of daarna vergalopeeren. Men dringe
zijn medemenscben zijn eigen levensbegrippen
en levenswijze niet met geweld en belasting
op, en men treffe ben ook niet in hunne
affaires. Ik ben een vredelievend man en
spreek niet gaarne van iemand kwaad maar
tot mijn spijt moet ik toch toegeven, dat
onze anti-revolutionaire raadsleden zoo on-
redelijk, onbillijk, onrecbtvaardig, gehandeld
hebben met de politieverordening. Men moet
ook niet, want 'tis niet christelijk, zoo met
verachting neerzien op herbergiers en soort-
gelijken. Onder alle standen aan weerszijdeu
vindt men nu en dan een schurftig schaap.
Maar herbergiers zijn menschen, die in hun
zaak een fatsoenlijk stuk brood trachten te
verdienen, evenals ik, toen ik nog in kruide-
niers- en koloniale waren deed, en evenals
de slijters, die jenever en andere snaps leveren
aan die door hen verachte of niet verachte
herbergiers. Nog eens, ik zeg dit niet om
van iemand kwaad te spreken, omdat ik met
iedereen graag in rust en vrede leef. Maar
ik zou graag zien, dat ook mijne anti-
revolutionaire broeders en zusters anderen
in rust en vrede lieten.
No. 6 is nog eens Luctor et Emergo.
Daarna stop ik.
Ik geloof, dat zij, die daarin geschreven
hebben, heusche grappenmakers zijn, die
meenden ons voor 't lapje te kunnen houden.
Wie bij mij slagen wil, moet vroeger opstaan.
Verbeeld U, ze willen aan de liberale raads
leden de schuld geven, dat de Donze-Visserstraat
zoo slecht bestraat is. Nu, het zijn brutaal
slechte keien daardit getuigen mij telkens
mijn eksteroogen op zeer gevoelige wijze.
Alvorens die straat werd overgenomen, werd
daarover rapport uitgebracht, door een com-
missie, waarin zitting badden een liberaal en
twee anti-revolutionairen en toen't voorstel tot
overname gedaan werd, heeft niet een anti-revo
lutionair lid geprotesteerd of tegen gestemd.
Menschen blijven menschen, ook raadsleden, en
kunnen falen. Maar met een serieus gezicht
kan men in deze de eene partij niet zwart maken
en de andere schoon willen houden, zou ik
denken.
Yerder beet bet, dat de liberalen de gemeente
op kosten willen drijven, omdat hier in eene
openb. school te veel kinderen in de klassen
zitten. in de Sluiskilsche een onderwijzer met
boofdakte te kort komt. Maar is dat te groot
aantal kinderen in school ik vraag 't u
de schuld van de liberalen of van de
ouders, die de kinderen kweeken V Of zouden
die grappenmakers 't spijt mij dat ik 't
zeggen moet gewild hebben, dat die ouders
zich met 't Nieuw-Maltbusianisme badden
afgegeven Al kost 't geld, wanneer er te
veel kinderen in de klassen zitten, moet er
ruimte voor gevonden worden, en komt er
een onderwijzer te kort, dan moet er een bij-
komen. De wet wil hetdaar gaat niets van
af. Het christelijk Ministerie-Mackay heeft
't cijfer van't aantal klasleerlingen zoo bepaald.
En onze Christelijke Minister, Dr. Kuiper,
heeft voor een onderwijzer met hoofdakte te
Sluiskil geen dispensatie willen verleenen.
Daar kan niemand iets aan doen, liberaal
of niet.
Waarom ik ook nog die schrijvers voor
grappenmakers houd Wijl zij er niet bij—
zeggen, dat de anti-revolutionairen bier
het schoolgeld veel hebben verhoogd. Die ver-
hooging vind ik al zeer ongelukkig voor den
minderen man. Waarom heeft de anti-revo
lutionaire partij niet liever mijn soort menschen,
die een stuivertje hebben overgegaard, geen
of weinig kinderen te onderhouden hebben,
wat hooger in den hoofdelijken ornslag aan-
geslagen en alzoo die verhooging uitgespaard
voor den werkman, die in 't zweet des aari-
schijns 't brood verdienen moet voor zijn talrijk
kroost Ik denk altijd 't beste van mijn
evenmensch, maar ik moet bekennen, dat ik
zeer onaangenaaui verrast werd, toen de anti-
revolutionaire raadsleden die verhooging van
schoolgeld ook voor den minderen man met
alle geweld doordreven.
Een Christen burger man.