BlJRGrEBLIJKE ST Am Hanrtelshmchten Gemeenteraad van Ter Neuzen. Hikoeera vertrokken. Wij zagen overal in zee drijvenle cocosnoten, stukken hout en allerlei andere voorwerpen, die al deden vermoeden, dat er ergens een ramp was gebeurd. Toen wij voor Hikoeera aankwamen herkeuden wij het eiland nauwelijks. Aan de kust bespeurden wij spoedig een groote groep menschen, die een Fransche vlag zwraiden. Ik liet stoppen en ging met twee man aan land. Dr. Brnnati kwam dadelijk op mij t< e en vertelde mij het drpma van den 1 5ien januari. lrr den avond van dien dag was een orkaan, door een groote vloedgolf vergezeld, over het eiland gegaan. Alle woningen, pakhuizen en hooten werden vernield, 400 menschen ver- dronken of kwamen om het leven bij het ineen- storteu der huizen. Zij die in leven bleven, 896 in getal, waren gevlucht naar de plaats aan de kust, waar ik hen vond. Het bivouak, dat zij zich hier onder half ontwortelde cocosnoteboomen hadden opgeslagen, zagen er allertreurigst uit. De menschen waren heelemaal versuftniemand schreide meer. De mazslen en de bnikloop waren uilgebroken, en bij het groote getal lijken, die bij het kamp lagen of ronddreven in de lagune (de Toeamotoe-eilandeu zijne alle koraalrifeilanden) was typhus te vreezen. Op voorstel van Dr. Brunati werd besloten, de menschen, die niet op Hikoeera wilden blijven gedeeltelijk te verdeelen over de naburige eilanden en de overigen naar Tahiti te brengen. Dadelijk nam ik 138 inboorlingen aan boord. Wij kwamen den 23sten Januari op Haoa aan en zetten 125 menschen aan wal. Ook hier hadden de huizen veel geleden. Vier personen waren in den vloed omgekomen, een vijfde had zich twee dagen later uit wanhoop verdronken. Den 24sten kwamen wij te Marokau aan en zetten daar de andere 13 menschen aan wal. De plaats waar het dorp had gestaan, was als met een bezem schoongeveegd. Een "wervelwind had van de huizen en boomen een rui'ne gemaakt, 100 meter lang, 30 meter breed en anderhalf meter hoog. In de lagune dreven ontwortelde cocosnoteboomen. Aan sommige van die boomen zaten touwen, waarmede de be- woners zich waarschijulijk aan de stammen hadden vastgebonden. Voor een huisje, dat was blijven staan, lagen twee planken, waaropgeschrevenstond: //95dooden, de 88, die in leven zijn gebleven, zijn gevlucht naar eeu der kleine zuidoosteiijke lagutie-eilanden." Wij vonden hen daar ook en gaven hun twee zakken meel. Wij keerden naar Hikoeera terug en brachten vervolgens 134 inboorlingen naar Neakemo. Het dorp was geheel verwoest, maar er waren geen menschen omgekomen. Vijf en zeventig bewoners van Kikoeera gingen met mij mee naar Tahiti, waar ik den 278ten Januari ben aangekomen. Het rapport van den kapitein gaat vergezeld van een opgaaf der levensmiddelen, die hij onder de bevolking der geteisterde eilanden heeft verdeeld. Zitting van Donderdag 5 Maart 1903. (Vervolg en slot,) q. De Voorzitter deelt mede dat met 15 Jan. 1.1. het aantal te Sluiskil schoolgaande kinderen 210 bedroeg een getal dat volgens de wet noodig maakt het aanstellen van een onderwijzer met verplichte hoofdakte. Het is echter zeer de vraag of die te benoemen onderwijzer daar zal kunnen blijven, daar het volgend jaar dat getal kinderen misschien niet meer wordt bereikt en die onderjswjzer dan als over compleet op nouactiviteit zou moeten worden gesteld, tenzij de Raari 'anders besliste. Het aantal thans te Sluiskil school gaande kinderen, bedraagt 198. Daar onder dat getal van 210, kinderen uit de gemeente Sas van Gent begrepen waren, zijn deze terstond de school ontzegd, omdat Burg, en Weth de hoop koesterden dat, wanneer dat getal kinderen niet meer aauwezig was, de hoogere autoriteiten de gemeente zouden ontslaan van de verplichting om een onderwijzer met hoofdakte aan te stellen. Uit de gevoerde correspondentie is evenwel gebleken dat men vasthoudt aan het op 15 Jan. aantal schoolgaande kinderen. Burg, en Weth. stellen daarom voor eene oproeping te doen op de gewone voorwaarden en dat te eventueel te benoemen onderwijzer zoo spoedig mogelijk in dienst moet treden. De beer Wieland Dat is dns eigenlijk een cadeautje dat we aan de gemeente Sas van Gent te danken hebben. De Voorzitter Helaas ja. De heer Wieland acht het een moeilijke toestand, want men kan nu toch maar moeilijk een onderwijzer gaan be noemen, om die het volgend jaar weer op nonactiviteit te zetten. De heer De Jonge: Maar men zou hem toch in het vooruitzicht kunnen stellen om later te Ter Neuzen geplaat>t te worden. De Voorzitter: Ja, als er behoefte is. Buitendien, dat levert geen bezwaar op, daar de onderwijzers in den laatsten tijd zijn henoen d bij het oponbaar onderwij* te Ter Neuzen, zonder aanduiding van school, en dus kunnen geplaatst worden waar het noodig is. De hei r WielandDns de onderwijzers van vdor dien tijd uit de kom, zouden moeten solliciteeren om in Sluiskil benoemd te worden De Voorzitter antwoord bevestigend. De heer DeesHet spijt mij, dat wij nu voor Sluiskil een onderwijzer met hoofdakte moeten aanstellen, als gevolg van het toelaten van kinderen nit andere gemeenten, terwijl vroeger, toen vermeerderirg van personeel en vergrootiug der school in het vooruitzicht stond, besloten werd om die te weren. Wie is nu de schuld van dezen toestand De heer Wieland wil op beantwoording dier vraag maar niet aandringen. Gedane zaken nemen geen keer. Het is nu zoo en voor het vervolg moet er dan op gelet worden De heer Dees: Jawel, maar er is reeds besloten, dat gewaakt moest worden voor overschrijding van het wettelijk maximum, door toelating van kinderen uit andere gemeenten en nu is het toch gebeurd. De heer Wielapd Dan is het een ander geval. De Voorzitter beaambt, dat er destijds sprake was van kinderen uit de gemeente Axel, maar betwijfelt of er toen sprake was van kinderen uit de gemeente Sas van Gent. De heer Dees meent zich te herinneren dat er in het alge- meen van alle aangrenzende gemeenten sprake was, met uit zondering van Westdorpe, dat in de kosten voor het onderwijs te Sluiskil bijdraagt De heer De Koeijer is het daarmee eens en vraagt ook aan wie de schuld De VoorzitterJa, dat is moeilijk te zeggen, toen we de lijst ontvingen zagen we ineens dat het getal overschreden was. De heer Moes zegt dat het hoofd der school Burg, en I Weth. tijdig had moeten waarschuwen. De Voorzitter Zoodra we die wetenschap bezaten, hebben we de kinderen uit Sas van Gent de school ontzegd, hoewel het nogal erg is om die kinderen, welke zoover van de school hunner gemeente verwijderd zijn, weg te sturen. De heer Wieland stemt dat toe, maar merkt op dat daarin verandering komt als Sas van Gent een school bouwt in den Van Remoorterepolder, waarmee nu al een paar jaar gedraald wordt. Buitendien zit Ter Neuzen zelf al voor zulke zware lasten, dat men er ten believe van andere gemeenten ook nog geene behoeft te dragen. Dat men met goed gevolg te Sas van Gent om eene vergoeding voor die meerdere kosten zou kunnen aankloppen, daaraan behoeft niet gedacht te worden. De heer DeesZou er geen kans zijn dat wij van die ver plichting tot vermeerdering van personeel ontslagen worden, nu het getal schoolgaande kinderen beneden het wettelijk maximum gedaald is? De VoorzitterNeen, want daarvoor hebben wij pogingen aangewend. Je hebt zooeven echter zelf het besluit van den Minister gehoord, dat hij vasthoudt aan de wet. De heeren Wieland, Dees en De Jonge betreuren, dat niet voorkomen is dat het aantal kinderen boven het maximum volgens het tegenwoordig personeel is gestegen. De heer Visser merkt op, dat het zeer waarschijnlijk is, dat men het aantal alleen dit jaar nog daar beneden kon houden, en dat door het ter school komen van kinderen uit de ge meente zelf, het maximum toch overschreden wordt. De heer Van den Hoek is het daarmee eens als de uit- voering der kanaalwerken aldaar begint, zullen er uit de gemeente zelf zoo veel kinderen ter school komen, dat ver meerdering van onderwijzead personeel toch niet kan uitblijven. De heer Dees is van meening dat rekening moet gehouden worden met de toestand zooals die is, want als men onder- stellingen gaat maken, kan ook de mogelijkheid geopperd worden dat de kloosterbroeders daar eene school stichten ^en dan zal er op de openbare school zeker overcompleet van personeel komen. De heer Visser meent dat zich, bij bekendheid met de omstandigheden, niet veel sollicitanten zullen opdoen. Kan die te benoemen onderwijzer, mocht hij te Sluiskil niet meer noodig zijn, ;iiet worden overgeplaatst naar de kom De Voorzitter: Dat hangt van omstandigheden af, ofschoon we hier in den regel wel onderwijskrachten kunnen gebruiken. De heer Dees wijst er op dat het tegenwoordige personeel aan de school te Sluiskil volgens de wet in overeenstemming is met het werkelijk getal schoolgaande kinderen. Het onder wijs zal er dus niet onder lijden, als geen onderwijzer met hoofdakte wordt aangesteld, waarom spreker het nog maar wat zou willen afzien. De Voorzitter wijst er op dat de Raad zich niet kan ont- trekken aan den wettelijken plicht om een onderwijzer met hoofdakte op teroepen. Als er zich geen sollicitanten opdoen, zal zelfs het salaris moeten worden verhoogd. Immers, wanneer er geen uitzicht bestaat dat tijdig in de vacature zal kunnen worden voorzien, moet aan de Koningin ontheffing van de verplichting worden verzocht, om de rijkssubsidie voor het onderwijs niet te verliezen, en dan moet wel degelijk kunnen worden aangetoond dat al het mogelijke is gedaan om een onderwijzer te krijgen. De heer Versluijs: Zou het niet mogelijk zijn dat een der onderwijzers met hoofdakte uit de kom te Sluiskil benoemd werd Dan kon men hier volstaan met een gewoon onder wijzer te benoemen. De heer WielandDat wou ik ook vragen. De Voorzitter: Dan moeten ze willen solliciteeren. De discussie wordt gesloten en besloten voor de school te Sluiskil een onderwijzer met hoofdakte op te roepen, op de bestaande voorwaarden. r. De Voorzitter doet mededeeling van een door de commissie tot wering van schoolverzuim, ingevolge art. 5 van het reglement ingezonden schrijven, waarbij wordt bericht dat zijn herbenoemdtot voorzitter S. van Rees, tot plaats- vervangend-voorzitter D. van den Ouden, tot secretaris L. J. de Vries en tot plaatsvervangend-secretaris J. C. Jansen. Aangenomen voor kennisging. 2. Behandeling van de verordening op de heffing van kturloonen. De Voorzitter brengt ter tafel eene verordening tot heffing van loon voor het keujen van vee, vleesch en visch in de gemeente Ter Neuzen. Hij deelt mede dat deze verordening hoofdzakelijk gelijk is aan de thans vigeerende verordening, en dat alleen die wijzigingen zijn aangebracht welke noodig waren omdat nu ook voor het keuren van visch, dat tot hiertoe vrij was, een keurloon zal moeten betaald worden. Voorts is geschrapt de slotbepaling van art. 7, dat voor de keuring van vleesch dat elders geslacht is en waaromtrent een rerklaring van een deskundige wordt overgelegd, dat het voor de consumptie geschikt is, geen keurloon moet worden betaald Door dit te schrappen wordt het bezwaar opgeheven bedoeld in het adres der keurmeesters. En die bepaling was ook voor de keurmeesters onbillijk. In het afgeloopen jaar werd te Sluiskil veel vleesch ingevoerd uit Zaamslag. De keurmeesters moesten 58 maal naar Sluiskil om ingevoerd vleesch te keuren en kregen daarvoor nitts vergoed. In het vervolg moet dan voor ingevoerd vleesch ook betaald worden. De heer Ver.duijs vindt het nog steeds een slechte regeling, dat degenen wier vleqgch gekeurd moet worden, dit zelf moeten betalen. De gemeenteraad wil zekerheid hebben dat de inge- zeienen goed vleesch krijgen en schrijft daarom keuring voor. Z. i. zou dan ook de gemeente zelf de kosten moeten betalen. Voor hen, die veel slachteu wordt het nog al een groote uitgaaf. De VoorzitterIk ben van meening dat juist zij die veel slachten best kunnen betalen. Buitendien de gemeente maakt geen winst met dat keurloon, daar er 60 pCt wordt uitgekeerd aan de keurmeesters en de overige iiikomsten moeten dienen voor het aanschaffen van registers, stempels enz. De heer Versluijs: Jawel, maar de slachters moeten het toch allemaal zelf betalen De Voorzitter Och, die zullen het wel op de consumenten weten te verhalen, door het vleesch een cent per kilo duurder te verkoopen. De heer Van den Hoek gelooft dat niet, evenmin als hij gelooft dat de slachters ook maar een cent zouden afslaan als ze geen keurloon meer moeten betalen. De heer Wieland vindt de regeling zooals die thans bestaat nog niet zoo kwaad Wanneer de alagers door dat bedrag van het keurloon te kort kwamen, zouden ze dat wel weten te vinden door opslag van het vleesch, en worden de kosten alsdan gedragen door de vleesch verbruikers. Als de keur- eesters echter uit de gemeentekas werden bezoldigd, zou men dat bedrag weer moeten vinden door verhooging van den hoofdelijken omslag en zou dat weer op alien drukken, want aan dien hoofdelijken omslag wordt ook bijgedragen door menschen met 400 en f 500 inkomen, die weimg of nooit vleesch gebruiken. De heer Versluijs blijft er bij dat hel een onbillijke toestand is. De Voorzitter ziet dat niet in. De leden kunnen de lijst ter inzage krijgen, waaruit blijkt dat er slachters zijn die gemiddeld 3 beesten per week slachten. Voor deznlken zal 25 cent keurloon per beest, het bedrag dat meestal betaald moet worden, niet bezwarend zijn. Buitendien op wie kan 't beter verhaald worden dan op de consumenten De heer De JongeAls er maar voldoende geld was, dan zou het geen bezwaar zijn ora van geineentewege de keurmeesters te bezoldigen. De heer Van den HoekMaar zou men, als de keur meesters een vaste bezoldiging genoten, een even goeden waarborg hebben dat de keuring naar eisch plaats had, als thans, nu de keurmeesters door hunne percentsgewijze belooning er persoonlijk belang bij hebben hunne taak naar behooren te verrichten De Voorzitter is ook van gevoelen dat de toestand, zooals die thans bestaat, de beste is. Zij die uithoofde hunne om standigheden geen vleesch kunnen eten, behoeven nu ook in de kosten van het keuren niet te betalen. Alsnu brengt de Voorzitter ter sprake art. 6, waarin is bepaald het voor het keuren van visch te betalen loon. Hij wijst er op dat het voorkomt dat hier eene partij visch wordt aangebracht welke aan verschillende personen wordt verkocht welke die visch uitleurcn. Die uitleurders moeten dan ook een bewijs hebben dat de visch goedgekeurd is en daarom wordt voorgesteld te bepalen dat deze voor 5 cent een afschrift van het keuringsbewijs kunnen krijgen. De heer Versluijs vraagt hoe het gaan moet met de ge- droogde visch en haring. De Voorzitter antwoordt dat die gekeurd worden bij hen die zulke visch invoeren en dan ter beoordeeling van den keurmeester kan gelaten worden op welke wijze hij het bewijs van goedkeuring op de partij wil bevestigen, hetzij door een briefje aan de mand te hangen of op een andere wijie. De heer Versluijs: Maar de menschen dan die bij de grossiers met enkele ponden komen inslaan, om die weer in 't klein te verkoopen De VoorzitterDie zouden dan een afschrift van het goedkeuringsbewijs moeten vragen. De heer Versluijs is van meening dat die bepaling be zwarend werken zal. De heer Wieland is het daarmee eenshij acht keuring in de magazijnen niet slecht, maar op de wijze zooals het nu voorgesteld wordt zal het moeilijk uit te voeren zijn. In de groote winkels wordt voor de kleine winkeltjes veel visch bij kleine partijtjes verkocht. De Voorzitter wijst er op, dat bij de toepassing der ver ordening rekening kan gehouden worden met de omstandig heden en men zich niet zoo precies aan de letter der ver ordening zal houden. De heer Wieland: Jawel, maar ik ben er tegen om wetten te maken die toch niet uitgevoerd worden dan kunnen we het maken eener verordening beter laten. De heer Versluijs zou het keuren willen bepalen tot versche visch. De heer Visser merkt op dat men toch niet kan toelaten dat ingevoerde bedorven gezouten of gedroogde visch wordt verkocht. De heer Van den Hoek geeft in overweging om, als het keurloon te hoog geacht wordt dit te verminderen tot de helft van het voorgestelde bedrag. De heer Wieland vreest dat de uitvoering der bepaling niet wel mogelijk zal blijken. De heer Versluijs is het hiermee eens. De voorgestelde maatregel heeft eene uitgebreide strekking. Hoe moet de keuring plaats hebben Moet men, als de schipper aankomt en er een 40 tot 50 mandjes haring worden aangevoerd die alien gaan openmaken om ze te laten keuren Moet men een ton met zoutevisch terstond openslaan om die te laten keuren of men die al noodig heeft of niet Dan is er ook nog stokvisch en weer op andere wijze verduurzaamde visch- soorten. Wil men dat alles onder de keuring begrijpen, dan krijgt men eigenlijk een heel andere toestand. Zoo'n keurmeester van visch zou dan een goed bezoldigd baantje krijgen, want dan zouden er dagen zijn, als de beurt- schippers arriveeren, dat er voor f 3 h 4 te keuren viel. En wie moet dat betalen Zooeven werd gezegd dat de ge- goeden nu zelf het vleeschkeuren betalen, omdat de mindere man weinig of geen vleesch gebruikt, maar hier zou de last juist op den minderen man drukken, omdat de haring en droge visch onder den minderen man haar weg vindt. Het keurloon zou allicht den prijs van de visch met 1 k lucent per K.G. verhoogen De Voorzitter weerspreekt dit laatste. Volgens de voor gestelde beffing moet b.v. voor 100 K.G. visch 25 cent be taald worden, dat is maar cent per K.G. De heer Wieland heeft nog zoo geen bezwaar tegen het loon, als tegen de voorgestelde regeling. Als de keurmeesters zoo af en toe de magazijnen eens kon bezoeken en dan de vischwaren keureD, zou het wel gaan, maar alles te keuren op het tijdstip dat het aangevoerd wordt, veroorzaakt grooten last. De heer Versluijs verklaart dat hij, voor zijn persoon, er zooveel niet om geeft, daar hij weinig in die zaken doet, maar hij kent ook anderen, die er wel veel in omzetten en de kleinhandel wordt er door belemmerd. Buitendien is het een last die op den minderen man zal drukken, als zijnde dit de verbruikers van droge visch en haring. De Voorzitter noemt dit schermen met groote woorden een last die op den minderen man zal drukken. Bij 100 k.g. is het een keurloon van V4 cent per k.g. en bij grootere partijen wordt het nog minder. Dat kan men toch geen drukkenden last noemen. Spreker vraagt wat een niandje haring zoo ongeveer weegt. De heer Wieland meent van 12 b 13 k.g. De heer Versluijs Het voorgestelde keurloon korat dan op 5 cent per mandje. De heer Wieland Ja, dat is nog al veel. De heer Versluijs Het i9 zeker veel, als men nagaat, dat tengevolge de concurrence een mandje haring somsmet 5 en 7i cent winst wordt omgezet. De heer Wieland is met tegen keuring en hij zou er ook wel wat voor willen laten betalen, want zegt hij als er menschen ziek worden tengevolge van het eten van be dorven waar, kunnen de gevoJgen ernstig zijn, en kost dat veel geld. De keurmeesters zoud n toegang moeten hebben tot de magazijnen en daar keuren. De heer Versluijs zou de keuring alleen van toepassing willen verklaren op de visch welke in verschen toestand verkocht wordt, maar niet opde gedroogde of op andere wijze verduurzaamde. De heer Visser: En mag die dan in bedorven staat verkocht worden De heer Versluijs Dat mag nu ook nietdie kan nu ook door de politie in beslag genomen worden. De heer Wieland stemt dat toe en merkt voorts op dit de keuring van spek gemakkelijker isals een kist wordt open- gemaakt, laat men den keurmeester roepen. De heer Moes vraagt of het ook voorkomt dat bedorven ge- conserveerde visch aangevoerd of verkocht wordt. De heer Wieland antwoordt dat dit, voor zoover hem bekend is, niet voorkomt. Het zou alleen kunnen zijn in het artikel zoutevisch, waarin, om den hoogen prijs, ook wel een minder waardige soort, z. g. »koolvisch" wordt verkocht. Spreker meent dat het een stap in de go de rich'ing zou zijn, en ook voldoende, als de burgemeester de politie op de verkocht wordende visch een oogje wilde laten houden. De heer Versluijs is het daarmee eens. Dit gebeurt ook met andere artikelen. Als de politie zegt spreker bij mij b. v. om een monster peper komt, om dat te laten keuren, moet ik daarvoor ook geen keurloon betalen. Hij stelt voor om de voorgestelde heffing van keurloon alleen op versche visch van toepassing te verklaren. De Voorzitter wil thans het voorstel van den heer Versluijs, als van de vt-rste strekking, in stemming brengen. De heer Moes geeft te kennen voor de stemming de ver- gadering te zullen verlaten, want na de gevoerde discussie weet hij thans waarlijk niet hoe hy in dezen beslissen moet. De heer Versluijs geeft in overweging om de keuring van visch thans geheel te laten vervallen eo nader te overwegen welke bepalingen in deze gewenscht zijn. De Voorzitter oppert daartegen het bezwaar, dat de tegen woordige verordening met 1 April vervalt, en men dus, als er met dien datum geen nieuwe verordening is, geen keurloon zou kunnen heffen. Daar de verordening KouinkUjk goed gekeurd moet worden, is het thans hoog tijd die vast te stellen en in te zenden. Voorts acht hij het ongewenscht om in eene verordening die Koninklijke goedkeuring behoeft, reeds aanstonds wijzigingen te maken. De heer VersluijsHet komt toch meer voor dat in verorden ngen wenschelijk geachte wijzigingen worden aan gebracht De Voorzitter: Men zou als tegemoetkoming aan de bezwaren met het oog op den kleinhandel kunnen laten vervallen dat zij, die kleine partijtjes gedroogde of op andere wijze verduurzaamde visch koopen, voor 5 cent een afschrift van het goedkeuringsbewijs moeten vragen. De heer Wieland zou dat wel goed vinden. Het voorstel van den heer Versluijs, om alleen keurloon te heffen van versche visch, wordt alsnu in stemming gebracht. De heer Moes, uit overweging dat nu in de bepalingen concessie's voor den kleinhandel zullen worden gemaakt stemt tegen, eveneens de heer Van den Hoek, De Eeijter, Visser en Grenu voor stemden de heeren Harte, Wieland, Van der Hooft, De Koeijer, Dees, De Jonge en Versluijs. Het voorstel is alzoo aangenomen met 7 tegen 5 stemmen. De verdere artikels en ten slotte de verordening en bloc, worden aangenomen met algemeene stemmen. a. Behandeling eener ins true tie voor de keurmeesters. Op voorstel van den Voorzitter wordt de behandeling der instrnctie voor de keurmeesters wegens het gevorderde uur aangehouden. 4. Behandeling eener verordening op de heffing van be- grafenisrechten. De^ Voorzitter stelt namens het Dag. Best voor de ver ordening op de heffing van begrafenisrechten vast te stellen gelijklnidende aan de tot 1 April a. s. geldende. Met algemeene stemmen aldus besloten. 5. Voorstel tot wijziging der begrooting voor 1903. De Voorzitter deelt mede dat wijziging der gemeente-be- grooting voor 1903 noodig is, wijl op den post onderhond van straten, pleinen en markten (hoofdstnk 5, afdeeling 2 arl. 2 der uitgaven) een bedrag van 853,49 is vrijgekomen' omdat het maken eener schutting achter het Nienwediep niet behoeft te geschieden, terwijl als aandeel der gemeente in de kosten der gezondheids-commissie 256,34 moet worden uitgetrokken. Voorts wordt voorgesteld met het resteerende ran het eerstgenoemd bedrag den post voor onvoorziene uitgaven te verhoogen. Aldus z. h. s. besloten. Omvraag. De heer Visser vraagt of het niet mogelijk zou zijn om de vergaderingen in den namiddag te honden. Nu, bij de vergaderingen in den voormiddag, zijn de leden als' het raadszitting is den dag voor eigen zaken geheel kwijt. Enkele leden zijn het hiermee eens, terwijl anderen het liever zonden laten zooals het nu is. De Voarzitter, die verklaart bij het uitschrijven der vet- gadenngen zooveel mogelijk met de wensehen der leden rekening te houden, zal overwegen of verandering in dezen gewenscht is. h. De heer Dees verzoekt bij de schouwing der wegen eens te letten op de wegens de kanaalwerken omgelegde wegen die verkeeren in zeer slechten toestand. De Voorzitter zegt toe de betrokken autoriteiten daarop te zullen wijzen. Daarna sluit de Voorzitter de vergadering. Ter Seuzen. Huwelijks-aangiften. 6 Maart. Jan Willem de Regt, oud 23 j., jtn. en Johanna de Smit, oud 20 j., jm. Huwelijks-voltrekkingen. 5 Maart. Aren Johannes van der Sloot, oud 28 j., jm. en Hendrika van Damme, ond 25 j„ jd. Willem Verlinde, oud 24 j., jm. en Rernke Jongen, ond 23 j., jd. Geboorten. 3 Maart. Lonis Abraham, z. van Jacobus van Doeselaar en van Jacomina Louisa Adriaansen. 4 Maart. 1 ieternella Rachel, d. van Andries Sibrand Hamelink en van Anna Margrietha Wieland. Overlijden. 7 Maart. Zacharias Jacobus van Wijck, oud 2 j., z. van Willem en van Maria Verhage. Rotterdam, 9 Maart 1903. Binnenl, Granen. De aanvoer was meer dan voldoende voor de vraag. Mindere soorten van Tarwe waren moeilijk te verkoopen. Winter- eu Zomergerst met weinig vraag. Boonen en Erwten als voren. Men noteert Pnike Zeenwsche Tarwe f 6,90 a 7,50 mindere en goede 6,a 6,50 Rogge 4,50 it 5,20 Wintergerst 4,50 ft/ 4,75; Zomer gerst 4,25 a 4,50 Chevaliergerst f 5,25 a 5,50 Ge.rst per 100 kilo 7,a 8,25 Haver f 2,75 a 3,50 Paardeuboonen f 6,25 6,50 Witte boonen f 9,a f 12, Bruine Boonen 8,it 12,Kookerwten f 7,50 a f 8,mindere soorten 6,50 k f 7, Kroonerwten 8,k f 9,Kanariezaad 13,a f 15,alles per hectoliter. Buitenl. Granen. Tarwe per 2400 kilo f 168 a f 170 en per 100 kilo 7,a 8,50 T Rogge per 2100 kilo 132 a 135; Gerst Zwarte Zee f 120 a f 121 Amerik. Mais 127 a f 130 per 2000 kilo; Haver Russische 6,20 it f 6,75 per 100 kilo. Meel. Prima inlandsch 11,25 a 11,75 1" soort /10,25 a f 10,75; Zeeuwsche Tarwebloem 11,50 a f 12,prima Belgisch 11,50 a 12,50; le soort 10,25 h f 11,25 prima Fransch 10,a /ll,J- prima Duitsch 12,25 a 13,— 1« soort 11,— If 11,75 extra puik Hongaarsch 15,25 a 16, prima Amerik. 11,50 a 12,501" soort 10,75 a 11,25 2e soort 9,75 k 10, Inl. Roggebloem 9,50 a 10,75; Duitsche 9,25 k 10,75, alles per 100 kilo netto. Runderprijzen.52 k 68; Stiereu 40 k 56Kalveren 80 k 95Schapen 50 it 60 Varkens 38 a 42 cent, alles per kilo. Melkkoeien /105a/ 230 Kalfkoeien 130 a f 270 Stieren 50 it 180 Vaarzen 70 k 120; Pinken 50 a 80; Graskalveren 20 a 30 nuchtere 7 k 14 Biggen /6a f 15, alles per stuk. Aardappelen. Zeeuwsche jammen 2,60 k 2,80 Brielsche kra en 3,25 3,50 Geldersche 2,50 a 2,80Magnus Bonum 2,75 Poters 1,70 per mud; Maltha-aard- appelen 8 a 8J cent per kilo. Boterprijzen in vaten gemiddeld 54 en stukken van een half kilo 65 a 70 cent. Zeeuwsche Eieren f f 2,80 a 3, en Buitenlandsche f 2,10 per 100. Zoetemelksche Kaas 25 per 50 kilo. Zeeuwsche Ajuin 0,50 h 0,75 per 60 kilo. Zeeuwsch Vlas /1,50 a 1,60. Blauw Hollandsch 1,50 a 2,30 per steen. Lijnzaad 9,50 a /ll,— per hectol. Karwijzaad 11,25 k f 11,30 per 50 kilo. Amerik. Petroleum in houten vaten per 100 kilo 11,40 a 11,50 en 8 a 8^ cent per kan. Java-koffie in balen gewone soorten 28 cent en dito Santos 18 cent per half kilo. VEEHANDEL IN BELGIE. Veeprijzen ongewijzigdvette varkens dalend aan 82 tot 92 c.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1903 | | pagina 2