BlJRGrEBLIJKE ST Am
Hanrtelshmchten
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
Hikoeera vertrokken. Wij zagen overal in zee
drijvenle cocosnoten, stukken hout en allerlei
andere voorwerpen, die al deden vermoeden, dat
er ergens een ramp was gebeurd. Toen wij voor
Hikoeera aankwamen herkeuden wij het eiland
nauwelijks. Aan de kust bespeurden wij spoedig
een groote groep menschen, die een Fransche
vlag zwraiden. Ik liet stoppen en ging met twee
man aan land. Dr. Brnnati kwam dadelijk op
mij t< e en vertelde mij het drpma van den
1 5ien januari. lrr den avond van dien dag was
een orkaan, door een groote vloedgolf vergezeld,
over het eiland gegaan. Alle woningen, pakhuizen
en hooten werden vernield, 400 menschen ver-
dronken of kwamen om het leven bij het ineen-
storteu der huizen. Zij die in leven bleven, 896
in getal, waren gevlucht naar de plaats aan de
kust, waar ik hen vond. Het bivouak, dat zij
zich hier onder half ontwortelde cocosnoteboomen
hadden opgeslagen, zagen er allertreurigst uit.
De menschen waren heelemaal versuftniemand
schreide meer. De mazslen en de bnikloop waren
uilgebroken, en bij het groote getal lijken, die
bij het kamp lagen of ronddreven in de lagune
(de Toeamotoe-eilandeu zijne alle koraalrifeilanden)
was typhus te vreezen.
Op voorstel van Dr. Brunati werd besloten, de
menschen, die niet op Hikoeera wilden blijven
gedeeltelijk te verdeelen over de naburige eilanden
en de overigen naar Tahiti te brengen. Dadelijk
nam ik 138 inboorlingen aan boord. Wij kwamen
den 23sten Januari op Haoa aan en zetten 125
menschen aan wal. Ook hier hadden de huizen
veel geleden. Vier personen waren in den vloed
omgekomen, een vijfde had zich twee dagen later
uit wanhoop verdronken. Den 24sten kwamen
wij te Marokau aan en zetten daar de andere
13 menschen aan wal. De plaats waar het dorp
had gestaan, was als met een bezem schoongeveegd.
Een "wervelwind had van de huizen en boomen
een rui'ne gemaakt, 100 meter lang, 30 meter
breed en anderhalf meter hoog. In de lagune
dreven ontwortelde cocosnoteboomen. Aan sommige
van die boomen zaten touwen, waarmede de be-
woners zich waarschijulijk aan de stammen hadden
vastgebonden.
Voor een huisje, dat was blijven staan, lagen
twee planken, waaropgeschrevenstond: //95dooden,
de 88, die in leven zijn gebleven, zijn gevlucht
naar eeu der kleine zuidoosteiijke lagutie-eilanden."
Wij vonden hen daar ook en gaven hun twee
zakken meel. Wij keerden naar Hikoeera terug
en brachten vervolgens 134 inboorlingen naar
Neakemo. Het dorp was geheel verwoest, maar
er waren geen menschen omgekomen. Vijf en
zeventig bewoners van Kikoeera gingen met mij
mee naar Tahiti, waar ik den 278ten Januari ben
aangekomen.
Het rapport van den kapitein gaat vergezeld
van een opgaaf der levensmiddelen, die hij onder
de bevolking der geteisterde eilanden heeft verdeeld.
Zitting van Donderdag 5 Maart 1903.
(Vervolg en slot,)
q. De Voorzitter deelt mede dat met 15 Jan. 1.1. het
aantal te Sluiskil schoolgaande kinderen 210 bedroeg een
getal dat volgens de wet noodig maakt het aanstellen van
een onderwijzer met verplichte hoofdakte. Het is echter zeer
de vraag of die te benoemen onderwijzer daar zal kunnen
blijven, daar het volgend jaar dat getal kinderen misschien
niet meer wordt bereikt en die onderjswjzer dan als over
compleet op nouactiviteit zou moeten worden gesteld, tenzij
de Raari 'anders besliste. Het aantal thans te Sluiskil school
gaande kinderen, bedraagt 198. Daar onder dat getal van
210, kinderen uit de gemeente Sas van Gent begrepen waren,
zijn deze terstond de school ontzegd, omdat Burg, en Weth
de hoop koesterden dat, wanneer dat getal kinderen niet
meer aauwezig was, de hoogere autoriteiten de gemeente
zouden ontslaan van de verplichting om een onderwijzer met
hoofdakte aan te stellen. Uit de gevoerde correspondentie
is evenwel gebleken dat men vasthoudt aan het op 15 Jan.
aantal schoolgaande kinderen.
Burg, en Weth. stellen daarom voor eene oproeping te
doen op de gewone voorwaarden en dat te eventueel te
benoemen onderwijzer zoo spoedig mogelijk in dienst moet
treden.
De beer Wieland Dat is dns eigenlijk een cadeautje dat
we aan de gemeente Sas van Gent te danken hebben.
De Voorzitter Helaas ja.
De heer Wieland acht het een moeilijke toestand, want
men kan nu toch maar moeilijk een onderwijzer gaan be
noemen, om die het volgend jaar weer op nonactiviteit te
zetten.
De heer De Jonge: Maar men zou hem toch in het
vooruitzicht kunnen stellen om later te Ter Neuzen geplaat>t
te worden.
De Voorzitter: Ja, als er behoefte is. Buitendien, dat
levert geen bezwaar op, daar de onderwijzers in den laatsten
tijd zijn henoen d bij het oponbaar onderwij* te Ter Neuzen,
zonder aanduiding van school, en dus kunnen geplaatst
worden waar het noodig is.
De hei r WielandDns de onderwijzers van vdor dien
tijd uit de kom, zouden moeten solliciteeren om in Sluiskil
benoemd te worden
De Voorzitter antwoord bevestigend.
De heer DeesHet spijt mij, dat wij nu voor Sluiskil
een onderwijzer met hoofdakte moeten aanstellen, als gevolg
van het toelaten van kinderen nit andere gemeenten, terwijl
vroeger, toen vermeerderirg van personeel en vergrootiug
der school in het vooruitzicht stond, besloten werd om die
te weren. Wie is nu de schuld van dezen toestand
De heer Wieland wil op beantwoording dier vraag maar
niet aandringen. Gedane zaken nemen geen keer. Het is
nu zoo en voor het vervolg moet er dan op gelet worden
De heer Dees: Jawel, maar er is reeds besloten, dat
gewaakt moest worden voor overschrijding van het wettelijk
maximum, door toelating van kinderen uit andere gemeenten
en nu is het toch gebeurd.
De heer Wielapd Dan is het een ander geval.
De Voorzitter beaambt, dat er destijds sprake was van
kinderen uit de gemeente Axel, maar betwijfelt of er toen
sprake was van kinderen uit de gemeente Sas van Gent.
De heer Dees meent zich te herinneren dat er in het alge-
meen van alle aangrenzende gemeenten sprake was, met uit
zondering van Westdorpe, dat in de kosten voor het onderwijs
te Sluiskil bijdraagt
De heer De Koeijer is het daarmee eens en vraagt ook
aan wie de schuld
De VoorzitterJa, dat is moeilijk te zeggen, toen we de
lijst ontvingen zagen we ineens dat het getal overschreden was.
De heer Moes zegt dat het hoofd der school Burg, en I
Weth. tijdig had moeten waarschuwen.
De Voorzitter Zoodra we die wetenschap bezaten, hebben
we de kinderen uit Sas van Gent de school ontzegd, hoewel
het nogal erg is om die kinderen, welke zoover van de school
hunner gemeente verwijderd zijn, weg te sturen.
De heer Wieland stemt dat toe, maar merkt op dat daarin
verandering komt als Sas van Gent een school bouwt in den
Van Remoorterepolder, waarmee nu al een paar jaar gedraald
wordt. Buitendien zit Ter Neuzen zelf al voor zulke zware
lasten, dat men er ten believe van andere gemeenten ook
nog geene behoeft te dragen. Dat men met goed gevolg te
Sas van Gent om eene vergoeding voor die meerdere kosten
zou kunnen aankloppen, daaraan behoeft niet gedacht te
worden.
De heer DeesZou er geen kans zijn dat wij van die ver
plichting tot vermeerdering van personeel ontslagen worden,
nu het getal schoolgaande kinderen beneden het wettelijk
maximum gedaald is?
De VoorzitterNeen, want daarvoor hebben wij pogingen
aangewend. Je hebt zooeven echter zelf het besluit van den
Minister gehoord, dat hij vasthoudt aan de wet.
De heeren Wieland, Dees en De Jonge betreuren, dat
niet voorkomen is dat het aantal kinderen boven het maximum
volgens het tegenwoordig personeel is gestegen.
De heer Visser merkt op, dat het zeer waarschijnlijk is, dat
men het aantal alleen dit jaar nog daar beneden kon houden,
en dat door het ter school komen van kinderen uit de ge
meente zelf, het maximum toch overschreden wordt.
De heer Van den Hoek is het daarmee eens als de uit-
voering der kanaalwerken aldaar begint, zullen er uit de
gemeente zelf zoo veel kinderen ter school komen, dat ver
meerdering van onderwijzead personeel toch niet kan uitblijven.
De heer Dees is van meening dat rekening moet gehouden
worden met de toestand zooals die is, want als men onder-
stellingen gaat maken, kan ook de mogelijkheid geopperd
worden dat de kloosterbroeders daar eene school stichten ^en
dan zal er op de openbare school zeker overcompleet van
personeel komen.
De heer Visser meent dat zich, bij bekendheid met de
omstandigheden, niet veel sollicitanten zullen opdoen. Kan
die te benoemen onderwijzer, mocht hij te Sluiskil niet meer
noodig zijn, ;iiet worden overgeplaatst naar de kom
De Voorzitter: Dat hangt van omstandigheden af, ofschoon
we hier in den regel wel onderwijskrachten kunnen gebruiken.
De heer Dees wijst er op dat het tegenwoordige personeel
aan de school te Sluiskil volgens de wet in overeenstemming
is met het werkelijk getal schoolgaande kinderen. Het onder
wijs zal er dus niet onder lijden, als geen onderwijzer met
hoofdakte wordt aangesteld, waarom spreker het nog maar
wat zou willen afzien.
De Voorzitter wijst er op dat de Raad zich niet kan ont-
trekken aan den wettelijken plicht om een onderwijzer met
hoofdakte op teroepen. Als er zich geen sollicitanten opdoen,
zal zelfs het salaris moeten worden verhoogd. Immers,
wanneer er geen uitzicht bestaat dat tijdig in de vacature
zal kunnen worden voorzien, moet aan de Koningin ontheffing
van de verplichting worden verzocht, om de rijkssubsidie
voor het onderwijs niet te verliezen, en dan moet wel degelijk
kunnen worden aangetoond dat al het mogelijke is gedaan
om een onderwijzer te krijgen.
De heer Versluijs: Zou het niet mogelijk zijn dat een der
onderwijzers met hoofdakte uit de kom te Sluiskil benoemd
werd Dan kon men hier volstaan met een gewoon onder
wijzer te benoemen.
De heer WielandDat wou ik ook vragen.
De Voorzitter: Dan moeten ze willen solliciteeren.
De discussie wordt gesloten en besloten voor de school
te Sluiskil een onderwijzer met hoofdakte op te roepen, op
de bestaande voorwaarden.
r. De Voorzitter doet mededeeling van een door de
commissie tot wering van schoolverzuim, ingevolge art. 5 van
het reglement ingezonden schrijven, waarbij wordt bericht
dat zijn herbenoemdtot voorzitter S. van Rees, tot plaats-
vervangend-voorzitter D. van den Ouden, tot secretaris L. J.
de Vries en tot plaatsvervangend-secretaris J. C. Jansen.
Aangenomen voor kennisging.
2. Behandeling van de verordening op de heffing van
kturloonen.
De Voorzitter brengt ter tafel eene verordening tot heffing
van loon voor het keujen van vee, vleesch en visch in de
gemeente Ter Neuzen.
Hij deelt mede dat deze verordening hoofdzakelijk gelijk
is aan de thans vigeerende verordening, en dat alleen die
wijzigingen zijn aangebracht welke noodig waren omdat nu
ook voor het keuren van visch, dat tot hiertoe vrij was, een
keurloon zal moeten betaald worden.
Voorts is geschrapt de slotbepaling van art. 7, dat voor
de keuring van vleesch dat elders geslacht is en waaromtrent
een rerklaring van een deskundige wordt overgelegd, dat
het voor de consumptie geschikt is, geen keurloon moet
worden betaald
Door dit te schrappen wordt het bezwaar opgeheven bedoeld
in het adres der keurmeesters. En die bepaling was ook voor
de keurmeesters onbillijk. In het afgeloopen jaar werd te
Sluiskil veel vleesch ingevoerd uit Zaamslag. De keurmeesters
moesten 58 maal naar Sluiskil om ingevoerd vleesch te keuren
en kregen daarvoor nitts vergoed. In het vervolg moet dan
voor ingevoerd vleesch ook betaald worden.
De heer Ver.duijs vindt het nog steeds een slechte regeling,
dat degenen wier vleqgch gekeurd moet worden, dit zelf moeten
betalen. De gemeenteraad wil zekerheid hebben dat de inge-
zeienen goed vleesch krijgen en schrijft daarom keuring voor.
Z. i. zou dan ook de gemeente zelf de kosten moeten betalen.
Voor hen, die veel slachteu wordt het nog al een groote
uitgaaf.
De VoorzitterIk ben van meening dat juist zij die veel
slachten best kunnen betalen. Buitendien de gemeente maakt
geen winst met dat keurloon, daar er 60 pCt wordt uitgekeerd
aan de keurmeesters en de overige iiikomsten moeten dienen
voor het aanschaffen van registers, stempels enz.
De heer Versluijs: Jawel, maar de slachters moeten het
toch allemaal zelf betalen
De Voorzitter Och, die zullen het wel op de consumenten
weten te verhalen, door het vleesch een cent per kilo duurder
te verkoopen.
De heer Van den Hoek gelooft dat niet, evenmin als hij
gelooft dat de slachters ook maar een cent zouden afslaan
als ze geen keurloon meer moeten betalen.
De heer Wieland vindt de regeling zooals die thans bestaat
nog niet zoo kwaad Wanneer de alagers door dat bedrag
van het keurloon te kort kwamen, zouden ze dat wel weten
te vinden door opslag van het vleesch, en worden de kosten
alsdan gedragen door de vleesch verbruikers. Als de keur-
eesters echter uit de gemeentekas werden bezoldigd, zou
men dat bedrag weer moeten vinden door verhooging van
den hoofdelijken omslag en zou dat weer op alien drukken,
want aan dien hoofdelijken omslag wordt ook bijgedragen
door menschen met 400 en f 500 inkomen, die weimg of
nooit vleesch gebruiken.
De heer Versluijs blijft er bij dat hel een onbillijke toestand is.
De Voorzitter ziet dat niet in. De leden kunnen de lijst
ter inzage krijgen, waaruit blijkt dat er slachters zijn die
gemiddeld 3 beesten per week slachten. Voor deznlken zal
25 cent keurloon per beest, het bedrag dat meestal betaald
moet worden, niet bezwarend zijn. Buitendien op wie kan
't beter verhaald worden dan op de consumenten
De heer De JongeAls er maar voldoende geld was,
dan zou het geen bezwaar zijn ora van geineentewege de
keurmeesters te bezoldigen.
De heer Van den HoekMaar zou men, als de keur
meesters een vaste bezoldiging genoten, een even goeden
waarborg hebben dat de keuring naar eisch plaats had,
als thans, nu de keurmeesters door hunne percentsgewijze
belooning er persoonlijk belang bij hebben hunne taak naar
behooren te verrichten
De Voorzitter is ook van gevoelen dat de toestand, zooals
die thans bestaat, de beste is. Zij die uithoofde hunne om
standigheden geen vleesch kunnen eten, behoeven nu ook in
de kosten van het keuren niet te betalen.
Alsnu brengt de Voorzitter ter sprake art. 6, waarin is
bepaald het voor het keuren van visch te betalen loon. Hij
wijst er op dat het voorkomt dat hier eene partij visch wordt
aangebracht welke aan verschillende personen wordt verkocht
welke die visch uitleurcn. Die uitleurders moeten dan ook
een bewijs hebben dat de visch goedgekeurd is en daarom
wordt voorgesteld te bepalen dat deze voor 5 cent een afschrift
van het keuringsbewijs kunnen krijgen.
De heer Versluijs vraagt hoe het gaan moet met de ge-
droogde visch en haring.
De Voorzitter antwoordt dat die gekeurd worden bij hen
die zulke visch invoeren en dan ter beoordeeling van den
keurmeester kan gelaten worden op welke wijze hij het bewijs
van goedkeuring op de partij wil bevestigen, hetzij door een
briefje aan de mand te hangen of op een andere wijie.
De heer Versluijs: Maar de menschen dan die bij de
grossiers met enkele ponden komen inslaan, om die weer
in 't klein te verkoopen
De VoorzitterDie zouden dan een afschrift van het
goedkeuringsbewijs moeten vragen.
De heer Versluijs is van meening dat die bepaling be
zwarend werken zal.
De heer Wieland is het daarmee eenshij acht keuring
in de magazijnen niet slecht, maar op de wijze zooals het
nu voorgesteld wordt zal het moeilijk uit te voeren zijn.
In de groote winkels wordt voor de kleine winkeltjes veel
visch bij kleine partijtjes verkocht.
De Voorzitter wijst er op, dat bij de toepassing der ver
ordening rekening kan gehouden worden met de omstandig
heden en men zich niet zoo precies aan de letter der ver
ordening zal houden.
De heer Wieland: Jawel, maar ik ben er tegen
om wetten te maken die toch niet uitgevoerd worden dan
kunnen we het maken eener verordening beter laten.
De heer Versluijs zou het keuren willen bepalen tot
versche visch.
De heer Visser merkt op dat men toch niet kan toelaten
dat ingevoerde bedorven gezouten of gedroogde visch wordt
verkocht.
De heer Van den Hoek geeft in overweging om, als het
keurloon te hoog geacht wordt dit te verminderen tot de
helft van het voorgestelde bedrag.
De heer Wieland vreest dat de uitvoering der bepaling
niet wel mogelijk zal blijken.
De heer Versluijs is het hiermee eens. De voorgestelde
maatregel heeft eene uitgebreide strekking. Hoe moet de
keuring plaats hebben Moet men, als de schipper aankomt
en er een 40 tot 50 mandjes haring worden aangevoerd die
alien gaan openmaken om ze te laten keuren Moet men
een ton met zoutevisch terstond openslaan om die te laten
keuren of men die al noodig heeft of niet Dan is er ook
nog stokvisch en weer op andere wijze verduurzaamde visch-
soorten. Wil men dat alles onder de keuring begrijpen,
dan krijgt men eigenlijk een heel andere toestand.
Zoo'n keurmeester van visch zou dan een goed bezoldigd
baantje krijgen, want dan zouden er dagen zijn, als de beurt-
schippers arriveeren, dat er voor f 3 h 4 te keuren viel.
En wie moet dat betalen Zooeven werd gezegd dat de ge-
goeden nu zelf het vleeschkeuren betalen, omdat de mindere
man weinig of geen vleesch gebruikt, maar hier zou de last
juist op den minderen man drukken, omdat de haring en
droge visch onder den minderen man haar weg vindt. Het
keurloon zou allicht den prijs van de visch met 1 k lucent
per K.G. verhoogen
De Voorzitter weerspreekt dit laatste. Volgens de voor
gestelde beffing moet b.v. voor 100 K.G. visch 25 cent be
taald worden, dat is maar cent per K.G.
De heer Wieland heeft nog zoo geen bezwaar tegen het
loon, als tegen de voorgestelde regeling. Als de keurmeesters
zoo af en toe de magazijnen eens kon bezoeken en dan de
vischwaren keureD, zou het wel gaan, maar alles te keuren op
het tijdstip dat het aangevoerd wordt, veroorzaakt grooten last.
De heer Versluijs verklaart dat hij, voor zijn persoon, er
zooveel niet om geeft, daar hij weinig in die zaken doet,
maar hij kent ook anderen, die er wel veel in omzetten en
de kleinhandel wordt er door belemmerd. Buitendien is het
een last die op den minderen man zal drukken, als zijnde
dit de verbruikers van droge visch en haring.
De Voorzitter noemt dit schermen met groote woorden
een last die op den minderen man zal drukken. Bij 100
k.g. is het een keurloon van V4 cent per k.g. en bij grootere
partijen wordt het nog minder. Dat kan men toch geen
drukkenden last noemen. Spreker vraagt wat een niandje
haring zoo ongeveer weegt.
De heer Wieland meent van 12 b 13 k.g.
De heer Versluijs Het voorgestelde keurloon korat dan
op 5 cent per mandje.
De heer Wieland Ja, dat is nog al veel.
De heer Versluijs Het i9 zeker veel, als men nagaat,
dat tengevolge de concurrence een mandje haring somsmet
5 en 7i cent winst wordt omgezet.
De heer Wieland is met tegen keuring en hij zou er ook
wel wat voor willen laten betalen, want zegt hij als
er menschen ziek worden tengevolge van het eten van be
dorven waar, kunnen de gevoJgen ernstig zijn, en kost dat
veel geld. De keurmeesters zoud n toegang moeten hebben
tot de magazijnen en daar keuren.
De heer Versluijs zou de keuring alleen van toepassing willen
verklaren op de visch welke in verschen toestand verkocht
wordt, maar niet opde gedroogde of op andere wijze verduurzaamde.
De heer Visser: En mag die dan in bedorven staat verkocht
worden
De heer Versluijs Dat mag nu ook nietdie kan nu ook
door de politie in beslag genomen worden.
De heer Wieland stemt dat toe en merkt voorts op dit de
keuring van spek gemakkelijker isals een kist wordt open-
gemaakt, laat men den keurmeester roepen.
De heer Moes vraagt of het ook voorkomt dat bedorven ge-
conserveerde visch aangevoerd of verkocht wordt.
De heer Wieland antwoordt dat dit, voor zoover hem bekend
is, niet voorkomt. Het zou alleen kunnen zijn in het artikel
zoutevisch, waarin, om den hoogen prijs, ook wel een minder
waardige soort, z. g. »koolvisch" wordt verkocht. Spreker
meent dat het een stap in de go de rich'ing zou zijn, en ook
voldoende, als de burgemeester de politie op de verkocht
wordende visch een oogje wilde laten houden.
De heer Versluijs is het daarmee eens. Dit gebeurt ook met
andere artikelen. Als de politie zegt spreker bij mij
b. v. om een monster peper komt, om dat te laten keuren,
moet ik daarvoor ook geen keurloon betalen. Hij stelt voor
om de voorgestelde heffing van keurloon alleen op versche
visch van toepassing te verklaren.
De Voorzitter wil thans het voorstel van den heer Versluijs,
als van de vt-rste strekking, in stemming brengen.
De heer Moes geeft te kennen voor de stemming de ver-
gadering te zullen verlaten, want na de gevoerde discussie weet
hij thans waarlijk niet hoe hy in dezen beslissen moet.
De heer Versluijs geeft in overweging om de keuring van
visch thans geheel te laten vervallen eo nader te overwegen
welke bepalingen in deze gewenscht zijn.
De Voorzitter oppert daartegen het bezwaar, dat de tegen
woordige verordening met 1 April vervalt, en men dus, als
er met dien datum geen nieuwe verordening is, geen keurloon
zou kunnen heffen. Daar de verordening KouinkUjk goed
gekeurd moet worden, is het thans hoog tijd die vast te
stellen en in te zenden. Voorts acht hij het ongewenscht
om in eene verordening die Koninklijke goedkeuring behoeft,
reeds aanstonds wijzigingen te maken.
De heer VersluijsHet komt toch meer voor dat in
verorden ngen wenschelijk geachte wijzigingen worden aan
gebracht
De Voorzitter: Men zou als tegemoetkoming aan de
bezwaren met het oog op den kleinhandel kunnen laten
vervallen dat zij, die kleine partijtjes gedroogde of op andere
wijze verduurzaamde visch koopen, voor 5 cent een afschrift
van het goedkeuringsbewijs moeten vragen.
De heer Wieland zou dat wel goed vinden.
Het voorstel van den heer Versluijs, om alleen keurloon
te heffen van versche visch, wordt alsnu in stemming gebracht.
De heer Moes, uit overweging dat nu in de bepalingen
concessie's voor den kleinhandel zullen worden gemaakt stemt
tegen, eveneens de heer Van den Hoek, De Eeijter, Visser
en Grenu voor stemden de heeren Harte, Wieland, Van der
Hooft, De Koeijer, Dees, De Jonge en Versluijs.
Het voorstel is alzoo aangenomen met 7 tegen 5 stemmen.
De verdere artikels en ten slotte de verordening en bloc,
worden aangenomen met algemeene stemmen.
a. Behandeling eener ins true tie voor de keurmeesters.
Op voorstel van den Voorzitter wordt de behandeling der
instrnctie voor de keurmeesters wegens het gevorderde uur
aangehouden.
4. Behandeling eener verordening op de heffing van be-
grafenisrechten.
De^ Voorzitter stelt namens het Dag. Best voor de ver
ordening op de heffing van begrafenisrechten vast te stellen
gelijklnidende aan de tot 1 April a. s. geldende.
Met algemeene stemmen aldus besloten.
5. Voorstel tot wijziging der begrooting voor 1903.
De Voorzitter deelt mede dat wijziging der gemeente-be-
grooting voor 1903 noodig is, wijl op den post onderhond
van straten, pleinen en markten (hoofdstnk 5, afdeeling 2
arl. 2 der uitgaven) een bedrag van 853,49 is vrijgekomen'
omdat het maken eener schutting achter het Nienwediep niet
behoeft te geschieden, terwijl als aandeel der gemeente in de
kosten der gezondheids-commissie 256,34 moet worden
uitgetrokken.
Voorts wordt voorgesteld met het resteerende ran het
eerstgenoemd bedrag den post voor onvoorziene uitgaven te
verhoogen.
Aldus z. h. s. besloten.
Omvraag.
De heer Visser vraagt of het niet mogelijk zou zijn
om de vergaderingen in den namiddag te honden. Nu, bij
de vergaderingen in den voormiddag, zijn de leden als' het
raadszitting is den dag voor eigen zaken geheel kwijt.
Enkele leden zijn het hiermee eens, terwijl anderen het
liever zonden laten zooals het nu is.
De Voarzitter, die verklaart bij het uitschrijven der vet-
gadenngen zooveel mogelijk met de wensehen der leden
rekening te houden, zal overwegen of verandering in dezen
gewenscht is.
h. De heer Dees verzoekt bij de schouwing der wegen
eens te letten op de wegens de kanaalwerken omgelegde
wegen die verkeeren in zeer slechten toestand.
De Voorzitter zegt toe de betrokken autoriteiten daarop
te zullen wijzen.
Daarna sluit de Voorzitter de vergadering.
Ter Seuzen. Huwelijks-aangiften. 6 Maart. Jan
Willem de Regt, oud 23 j., jtn. en Johanna de Smit, oud
20 j., jm.
Huwelijks-voltrekkingen. 5 Maart. Aren Johannes van
der Sloot, oud 28 j., jm. en Hendrika van Damme, ond 25
j„ jd. Willem Verlinde, oud 24 j., jm. en Rernke Jongen,
ond 23 j., jd.
Geboorten. 3 Maart. Lonis Abraham, z. van Jacobus
van Doeselaar en van Jacomina Louisa Adriaansen. 4 Maart.
1 ieternella Rachel, d. van Andries Sibrand Hamelink en van
Anna Margrietha Wieland.
Overlijden. 7 Maart. Zacharias Jacobus van Wijck, oud
2 j., z. van Willem en van Maria Verhage.
Rotterdam, 9 Maart 1903.
Binnenl, Granen. De aanvoer was meer
dan voldoende voor de vraag. Mindere soorten
van Tarwe waren moeilijk te verkoopen. Winter-
eu Zomergerst met weinig vraag. Boonen en
Erwten als voren. Men noteert
Pnike Zeenwsche Tarwe f 6,90 a 7,50
mindere en goede 6,a 6,50 Rogge 4,50
it 5,20 Wintergerst 4,50 ft/ 4,75; Zomer
gerst 4,25 a 4,50 Chevaliergerst f 5,25 a
5,50 Ge.rst per 100 kilo 7,a 8,25
Haver f 2,75 a 3,50 Paardeuboonen f 6,25
6,50 Witte boonen f 9,a f 12,
Bruine Boonen 8,it 12,Kookerwten
f 7,50 a f 8,mindere soorten 6,50 k f 7,
Kroonerwten 8,k f 9,Kanariezaad
13,a f 15,alles per hectoliter.
Buitenl. Granen. Tarwe per 2400 kilo
f 168 a f 170 en per 100 kilo 7,a 8,50 T
Rogge per 2100 kilo 132 a 135; Gerst Zwarte
Zee f 120 a f 121 Amerik. Mais 127 a f 130
per 2000 kilo; Haver Russische 6,20 it f 6,75
per 100 kilo.
Meel. Prima inlandsch 11,25 a 11,75
1" soort /10,25 a f 10,75; Zeeuwsche Tarwebloem
11,50 a f 12,prima Belgisch 11,50 a
12,50; le soort 10,25 h f 11,25 prima
Fransch 10,a /ll,J- prima Duitsch
12,25 a 13,— 1« soort 11,— If 11,75
extra puik Hongaarsch 15,25 a 16,
prima Amerik. 11,50 a 12,501" soort
10,75 a 11,25 2e soort 9,75 k 10,
Inl. Roggebloem 9,50 a 10,75; Duitsche
9,25 k 10,75, alles per 100 kilo netto.
Runderprijzen.52 k 68; Stiereu 40
k 56Kalveren 80 k 95Schapen 50 it 60
Varkens 38 a 42 cent, alles per kilo.
Melkkoeien /105a/ 230 Kalfkoeien
130 a f 270 Stieren 50 it 180 Vaarzen
70 k 120; Pinken 50 a 80; Graskalveren
20 a 30 nuchtere 7 k 14 Biggen
/6a f 15, alles per stuk.
Aardappelen. Zeeuwsche jammen 2,60
k 2,80 Brielsche kra en 3,25 3,50
Geldersche 2,50 a 2,80Magnus Bonum
2,75 Poters 1,70 per mud; Maltha-aard-
appelen 8 a 8J cent per kilo.
Boterprijzen in vaten gemiddeld 54
en stukken van een half kilo 65 a 70 cent.
Zeeuwsche Eieren f f 2,80 a 3,
en Buitenlandsche f 2,10 per 100.
Zoetemelksche Kaas 25 per 50 kilo.
Zeeuwsche Ajuin 0,50 h 0,75 per
60 kilo.
Zeeuwsch Vlas /1,50 a 1,60. Blauw
Hollandsch 1,50 a 2,30 per steen.
Lijnzaad 9,50 a /ll,— per hectol.
Karwijzaad 11,25 k f 11,30 per 50 kilo.
Amerik. Petroleum in houten vaten
per 100 kilo 11,40 a 11,50 en 8 a 8^ cent
per kan.
Java-koffie in balen gewone soorten 28
cent en dito Santos 18 cent per half kilo.
VEEHANDEL IN BELGIE.
Veeprijzen ongewijzigdvette varkens dalend
aan 82 tot 92 c.