BIJVOEGSEL Tor NGUZQnschs Courant Zaterdag 11 October 1902. No. 4289. Gemeenteraad van Ter Neuzen. VAN DE VAN Vergadering van Donderdag 9 October 1902. Voorzitter de heer J. A. P. Oeill, Burgemeester. Aanwezig de heeren Moes, Van den Hoek, lte leijter, Harte, Visser, De Koeijer, Qrenn, Dees, Van de Velde, De Jonge en Veralnijs. Afwezig de heeren Wieland en Van der Hooft Na opening der vergadering worden gelezen de notulen der voorgaande, die worden goedgekeurd. Daarna stelt de Voorzitter aan de orde: 1. Ingekomen stukken. a. Scbrijven van J. 1. Israel, dat hij zijne benoeming tot onderwijzer bij het openbaar lager onderwijs alhier aanneemt. b. Scbrijven van N. J. Imandt, die onder dankbetuiging bericht dat hij de benoeming als onderwijzer bij het herha- lingsonderwijs te Slniskil aanneemt. c. Schrijven van C. F. Kohler, die onder dankbetuiging bericht de benoeming tot onderwijzer bij het herhalings- onderwijs aan school A te aanvaarden. «i. Een schrijven van den eervol ontslagen ambtenaar ter secretarie I. A. Koene, waarbij deze zijnen hartelijken dank betuigt voor het hem toegekende wachtgeld, ten bedrage van 150 'sjaars. e. Mededeeling van de door Burg, en Weth. gehonden aanbesteding der straatreiniging. Voor de kom is het gegund nan H. Ruben voor 1040 en voor Driewegen aan A. van Drongelen voor f 60. f. Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, dd. 6 Sept. 1902, waarbij de goedkeuring wordt bericht van het raads- besluit van 30 Aug. 11. tot wijziging der begrooting voor 1902. g', Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, dd. 6 Sept. 1902, waarbij de goedkeuring wordt bericht van het raads- beslu'it van 30 Aug. 1.1. tot beschikken op den post voor onvoorziene uitgaven op de begrooting voor 1902. Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, dd. 13 Sept 1902, waarbij van het bewijs hunner goedkeuring voorzien wordt teruggezonden het suppletoir kohier van den hoofde- lijken omslag voor 1902. i. Brief van Gedep. Staten van Zeeland, dd. 20 Sept. 1902, waarbij de goedkeuring wordt bericht van het raads beslu'it van 2 Sept 1.1. betreffende nadere regeling van dejaar- wedde van den in de vacature-Nieuwkoop te benoemen onder wijzer voor het verplieht bezit der akte voor de Fransehe taal. J, Kennisgeving van Ged. Staten van Zeeland, dd. 20 Sept. 1902, dat bij Kon. beslnit van 6 Sept. 1902, no. 59, voor school B itj de gemeente voor het tijdvak van 1 Januari tot 1 Juli 1902 ontheffing is verleend van den eisch, gesteld in het 4e lid van art. 45 der wet tot regeling van het lager ondernijs. De Voorzitter herinnert dat deze ontheffing betreft de vacntnre- Faas, hij voorziet dat ook voor de vacature-Nieuwkoop ont heffing zal moeten worden gevraagd, daar het zich niet laat voorzien dat de vacature tijdig zal vervnldzijn. Het wil met de oproeping niet erg vlotten. Al!e hierboven genoemde stukken worden aangenomen voor kennisgeving. It. Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, dd. 13 Sept. 1902, waarbij wordt teruggezonden de verordening tot heffing van schoolgeld, daar de daarin aangebrachte wijzigingen aan Ged. Staten nog niet voldoende voorkomen. Wanneer zij de be- doeling der regeling duidelijk vatten, dat voor het taalonderwijs en dat in wiskunde van 3J4J uur aan school B gegeven, en dat tot het onderwijs op de dagschool gerekend wordt, wil reductie wordt toegestaan voor meerdere kinderen uit hetzelfde gezin, en voor dat gegeven nh die uren niet, dan verdient het naar hunne meening aanbeveling den slotzin van art. 3 aldus te lezen.Voor dit onderwijs en voor herhalingsonderwijs, wordt geene reductie toegestaan, wanneer mecr dan d£n kind uit den gezin daarvan gebruik maakt." De Voorzitter, desgevraagd, toestemmende dat de bedoeling van het artikel van eerst af zoo is geweest, stelt voor art. 3 te wjjzigen zooals Ged. Staten aangeven, waartoe z. h. s. wordt besloten. 1. Een verzoek van het BeBtuur der Ecrste Nederlandsche Cooperatieve Beetwortelsuikerfabriek te Sas van Gent, om adhaesie te verleenen aan het adres in zake de beetwortel- cultuur, door genoemd bestunr gericht tot de Ministers van Buitenl'andsche Zaken, Financien, Waterstaat, Handel en Nijverheid en Kolonieu Met algemeene stemmen wordt besloten adhaesie te verleenen. ■si. Een adres van F. Dekker Az. en 8 andere bewoners der Nieuwediepstraat in de buurt van eerstondergeteekende, waarin verzocht wordt het daarheen te leiden dat de toestand van den gemeentegrond, liggende langs de schuur en voor het erf van Dekker, verbeterd worde, daar dit een ware modder- en slijkpoel is. Tevens wordt beleefd verzocht de electrische lamp op den hoek zdo te plaatsen, dat de bewoners van den achtergang aldaar er ook licht van kunnen genieten, wat thans niet het geval is. De Voorzitter atelt namens Bnrg. en Wetb. voor dit adres weder in hnnne handen te stellen, onder opmerking dat de financieele toestand der gemeente op dit oogenblik niet ge- doogd de noodige verbetering aan te brengen. Wat plaatsing van een lantaarn betreft, de Raad moct daarvoor de fondsen toestaan, doch het bepalen der plaats behoort tot de competentie van Burg en Weth. Burg, en Weth. hebben den toestand aldaar opgenomen, en daarbij bleek hun, dat het terrein voor de schuur van Dekker werkelijk minder goed ligt, doch de bestrating is vrij voldoende, er liggen ook wel enkele putten, maar die vindt men in elke straat. En eene geheele verbetering van dat terrein zou nog al een aanmorkelijk bedrag vorderen. Burg, en Weth. hebben echter het voor- nemen ora regelmatig, zoodra de financien het toelaten, ook daar verbetering aan te brengen. Zij stellen voor dit aan adressanten te berichten en het adres in hunne handen te stellen Z. h. s. aldus besloten. n. Overgelegd wordt bet proces-verbaal van de door Burg, en Weth. op 25 Sept. 1902 gehouden kasopname by den gemeente-ontvanger. Daaruit blijkt dat over de dienstjaren 1901 en 1902 is ontvangen eene som van 119050,01} en blijkens voor- handen zijnde bewyzen van uitgaaf was uitgegeren 109324,29, zoodat meer ontvangen dan uitgegeven was een bedrag van 9725,88$. Het goed slot dor rekening van 190O, ad 2761,40, het welk niet op de loopende begrooting in ontvang is gebracht bedraagt nihil zoodat dus in kas moest zijn f 9725,88*, juist overeenkomende met de vertoonde bewijzen. Aangenomen voor kennisgeving. o. Een adres van H. Kaijser e. a. welke verzoeken aan hnnne respectieve woningen in de nieuwe verbindingstraat tusschen de Nieuwediep- en Donze-Visserstraat over de trottoirs draaiende blinden te mogen aanbrengen lie Voorzitter stelt namens Burg, en Weth. voor dit adres naar hull college te renvoyeeren, aangezien blykens art. 22 der bouw verordening de beslissing over zoodanig verzoek by Burg, en Weth. behoort. Z. h. s. aldus besloten. Een adrei van D. P. Solleveld, welke een gedeelte van "een achter zijne woning liggenden gang, eigendom der gemeente, in erfpacht wenscht te krijgen De Voorzitter stelt namens Bnrg. en Weth. voor dit adres aan te houden en te renvoyeeren naar dat college voor nader onderzoek Er zijn andere menschen die daar in dien gang, aan de gemeente behoorende, doch niet in erfpacht uitgegeven, nitwe°- hebben. Van een perceel zou de uitgang vervallen doch adressant zou die dan op een andere plaats willen maken Met het oog op dit een en ander is een nader onderzoek 86 Wordt'besloten het adres aan te houden tot een volgende vergadering. Een adres van P. J. Scheele, dat hij voornemens is in deze gemeente eene openbar-- straat aan te leggen. blijkens de overgelrgde beschrijving en teekening zou de nieuw te leggen straat worden aangelegd tegen den tuin van den heer Schalk Aan de zijde der te mnken straat zullen geen woningen worden gebouwdhet doel is alleen een toegangsweg te. maken van de Kerkhollaan naar de daarachter gelegen straat. Deze zal eene breedte hebben van 4 Meter, met een verhard gedeelte van 3 Meter, bestaande, vanaf de straat tot aan den duiker onder de sloot, uit een zandbed dik 15 c. M., waarop een bestrating van Waalklinkers. en het gedeelte vanaf den duiker onder de Bloot tot aan de grintbaan der Kerkhofiaan, te ver- harden met grint ter diite van 20 c. M. De klinkerbestratmg heeft eene lengte van 28,50 M. en de grintbaan eene lengte van 7,50 M. De Voorzitter deelt mede dat het verder bouweu van hnizen aan die straat is <erhinderd, omdat deze kwamen biunen een afstand van 50 M. van de begraafplaats, Wat volgens de wet verboden is. De ondernemers hebben daarop aan Ged. Staten verzocht daarvan te mogen afwijken, waarop evenwel nog geene b achikking is ingekomen. Afgescheiden daarvan meenen Burg, en Weth. dat op het verzoek toch niet gnnstig kan besehikt worden, aangezien de straat niet voldoet aan de tischen, welke in art. 14 der verordening voor het aanleggen van openbare straten zijn geateld. De straat zou maar over 3 meter breedte verhard worden, en er wordt niet van trottoirs gesproken, en adressant ook nog een deel met grint wil verharden, en de verordening van straatkeien of klinkers spreekt. Bnrg. en Weth. stellen daarom voor het verzoek niet toe te staan. De heer Visser wil daaromtrent nog wat opmerken. Hij is wel persooDlijk bij de zaak betrokken, maar hij geeft er niet om of het verzoek wordt toegestaan of niet, daar er voor de ondernemers in het geheel gecn voordeel in gelegen is. Het is alleen hunne bedoeling ten gerieve der bewoners van de achtergelegen straat een toegangsweg te maken naar de Kerk hofiaan, nu kan dit nog geschieden, doch als de achterliggende J straat tot het einde tie is volgebouwd, zou er geen loegaug meer kunnen gemaakt worden. De nieuwe straat kan evenwel •ok gemist worden. De Voorzitter Maar de huizen die daar gebouwd worden moeten toch nitgang hebben. De heer Visser Die is er, daar de straat gansluit aan den Provincialen weg. We wilden nu evenwel de ontworpen straat maken opdat de menschen die aan de achterliggende straat wouen niet een omweg zouden moeten maken om de Kerkhofiaan te bereiken. Het is volstrekt niet het voornemen om aan de nieuwe straat te bouwen. De heer Van den Hoek acht de straat te srn.il, want als die er eenmaal is zal er ook door gereden worden. De heer Visser merkl op dat men op verschillende polderwegen rijdt, waar de bestrating niet breeder is dan 2,75 M. De Voorzitter wijst er op dat door de gezondheids- en woningwetten de bemoeiingen van Burg, en Weth. ten deze nog zullen uitbreiden, en bij gemeenten van boven de 10,0(10 zielen, wat hier wel eerlang het geval zal zijn, deze college's zelfs zullen kunnen bepalen de richtingwaarin nieuwe straten zullen moeten worden aangelegd. Het gevraagde betreft een straatje dat nu misschien wel voor het oogenblik van geringe beteekunis kan blijken, maar later ook zou kunnen moeten dienen voor verbindingen van nog andere aan te leggen straten, en zou alsdan de breedte zooals die nu is opgegevon niet voldoende blijken. Wil de Raad vergnnning toestaan, zoo heeft zij daartoe het volste recht, doch Burg, en Weth. hebben nauwkenrig de zaak overwogen en meenen dat het verzoek niet kan worden ingewilligd. De heer Visser blijft van meening dat hetgeen adressant vraagt niet in eigen belang, maar in dat der gemeente is. Wordt het toegestaan dan wordt de achter de Kerkhofiaan liggende straat geen doodloopende en komt er een doorgang, die zal worden verhard, en waarvoor de eigenaars dan aldus eene uitgaaf doen, die zij voor hun persoonlijk belang niet noodig hebben, terwijl zij in het tegenovergestelde geval die nitgaaf niet doen, en bovendien den grond ook nog ksnnen verkoopen. De heer DeesMaar als de straat er eenmaal ligt kan er toeh ook aan gebouwd worden De heer Visser weerspreekt dit. De andere straten knnnen alleen in de bestaande richting worden volgebouwd, met de zijgevels tot aan het verbindingsstraatje. De Voorzitter merkt op dat, wordt de voor het straatje bestemde grond nn volgebouwd, er dan toch altijd nog de tuin van den heer Schalk naast ligt, waarover een toegangs weg naar eventueel later nog achter de bestaande straat nan te leggen nieuwe zon knnnen worden gemaakt De heer VisserMaar dat zou dan toch meer kosten De VoorzitterDaar hebben wij niets mee te maken, dat moeten de aanleggers van straten zelf weten. De heer De Feijter Maar als het voor de gemeente gelijk is, is het toch beter den voordeeligsten weg te kiezen. Het komt den heer Visser voor dat de leden niet goed met den plaatselijken toestand op de hoogte zijn, waarom hij voorstelt het verzoek aan te houden, dan kunnen de leden ter plaatse eens gaan kijken. Aldus wordt besloten. r. Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, waarbij wordt medegedeeld dat is goedgekeurd het raadsbesluit van 2 Sept. IX tot verzetten van den datum der jaarlijksche veemarkt. Aangenomen voor kennisgeving. m. De Voorzitter stelt namens het Dag. Best, voor de begrooting voor 1902 te wijzigen door onder de ontvangsten op te nernen een post van f 8000 voor de gesloten tijdelijke geldleening en onder de uitgaven f 8000 voor aflossing dier lecning, benevens /215 voor rente van dat kapitaal, en f 32,74 voor verzekering tegen ongevallenhet bedrag der onvoorziene uitgaven waarop zonder nadere goedkeuring van Ged. Staten mag worden besehikt, wordt verininderd met 247,74. Goedgekenrd z. h. s. De openbare vergadering wordt alsnu ge.schorst en gaat over in eene met gesloten deuren. Na het weder openbaar worden der zitting komt aan de orde 3- Vaststelling instructie gemeentebode Deze instrnctie, waarin als nieuwe bepalingen is opgeno men dat de instrnctie ten alien tijde door den raad kan worden gewijzigd en dat de bode een ambtsecd moet atleggen, wordt zonder discussie met algemeene stemmen goedgekenrd. 3Overname straat van J. A. Klaassen. De Voorzitter deelt mede dat de heer Klaassen zijn ver zoek heeft ingetrokken en dit punt der agenda dus is vervallen. 41 Benoemen gemeente-lowomeesttr. De Voorzitter deelt mede dat zich daarvoor, zooals de leden nit de ter visie liggende stukken hebben kunnen zien, 26 sollicitanten hebben aangemeld. Tot stemming wordt overgegaan, waarvan de uitslag is dat met 8 stemmen wordt benoemd H. Brand, opzichter-toekenaar te Giesendam, 3 stemmen zijn uitgebracht op P. Willen;se, hoofdopzichter te Leiden. De indiensttreding wordt bepaald op 16 November a. s. d. Benoemen gemeente-bode. De Voorzitter deelt mede dat zich daarvoor ll sollicitanten hebben aangemeld. Benoemd wordt met 7 stemmen II. Sonnevijlle, chef-veld- wachter te De Steeg; J. Bunrman, commissionair te Ter Neuzen verkreeg 3 stemmen. Een briefje was bianco. (iSuppletoir kohier hondtnbelas/ing. Het suppletoir kohier der hondenbelasting wordt z. h. s- vastgesteld op een bedrag van 52,25. 7. Suppletoir kohier schoolgeld. Het tweede suppletoir kohior der sehoolgelden wordt vast gesteld op een bedrag van 1. HReclames schoolgeld. De Voorzitter deelt mede dat in de vergadering met gesloten deuren afschrijving van schoolgeld is verleend aan A C. Risseeuw f 3,45, A.J. Faas f 1,22$, J. Goedemond 7,24 A. Meij 6,90. D. P. Solleveld 0,80, C. J. Berwald 1,F. Rosenga f 2,10. Voorts is aan A. Meij en F. Rosenga, wtgeus vertrek uit de gemeente, afschrijving op den hoofdelijken omslag verleend. respectievelijk over 5 en 4 maanden. De vergadering wordt te 1 ure geschorst. Nadat des namiddags 2 ure de vergadering geopend is, zijn weder alle des voormiddags tegenwoordige leden aanwezig en komt aan de orde 11. Gemeente-begrooting voor 1903. De Voorzitter geeft lezing van het volgende rapport: De Commisaie, belast geweest met het onderzoek der ge meente-, en andere begrootingen voor het dienstjaar 1903, heeft de eer het volgende rapport aan den gemeenteraad in te dienen. Bij hoofdstuk III, afd. 3, artikel 8 der inkomsten op de gemeentebegrooting, werd de opmerking gemaakt dat de ver- hooging der opcenten op de personeele belaating zeer belang- rijk isen rees de vraag of velen hierdoor niet bovenmate zwaar zullen worden getroffen. Bij de uitgaven onder hoofdstuk II, meent de commissie den Raad in overweging te moeten geven, voortaan onder de kosten van »bestnnr der gemeente" ook te brengen de ver- teringskosten voor de raadsvergaderingen en die ran Burg en Weth., voor zoover zich die tot gebruik van koffie en thee met eenig klein gebak beperken, daar het onbillijk wordt geacht hen, die in het belang der gemeente bijeenkomen, zelve daarvan de kosten te doen dragen. Naar aanleiding van de kosten der straatverlichting, voor- koinende onder hoofdstuk IV, afd. 3, meent de commissie dat de verlichting in lichtsterkte veel te wenschen laat en dat verbetering hierin dringend noodzakelijk is. Het trok de aandacht der commissie dat op de begrooting van den grintweg Ter NenzenHoek meer grind was uit- getrokken dan vorige jaren, terwijl toch een aanmerkelijk gedeelte van den weg niet meer bestaat. Overigens gaven de begrootingen geene aanleiding tot bijzondere opmerkingen. L. DE KOEIJER. A. VISSER. GRENU. De Voorzitter wil de verschillende opmerkingen der com missie bespreken bij behandeling der posten waarop ze van betrekking zijn en brengt artikelsgewijze in behandeling de I I T G A V E K. Hoofdstuk II, afd. 1, art. 5. De Voorzitter merkt op dat deze post lOOhoogcr wordt voorgesteld, met het doel het salaris der ambtenaren ter secretarie Dieleman en De Vos ieder f 50 te verhoogen, wat Burg, en Weth. billijk achten. De heer Visser heett bij het nazien der begrooting van het Burgerlijk Armbestimr bemerkt, dat men daar voorneinens is om het salaris van De Vos, die daarvan secretaris is, ook met f 25 te verhoogen, zoodoende krijgt deze dan 75 verhooging, waarom spreker het billijk zon achten ook Dieleman f 75 verhooging te geven, dan blijven de salarissen dier ambtenaren ook meer in evenredigheid. De heer Moes stemt toe dat het Armbestuur besloten heeft, indien hare begrooting zoo word! goedgekenrd, het salaris van den secretaris te verhoogen. Dat is echter ge- daan omdat er zoo machtig veel werk aan is, wat nog steeds toeneemt. En nu is het wel waar dat De Vos de ver- gaderingen van het college die iedere maaod worden gehouden, en een paar uur duren, in den bureautijd bijwoont, doch het overige, en juist het meeste werk, doet hij thuis. Dat sa'aris verdient hij dus buitenaf. De heer Visser gunt aan De Vos die verhooging wel, maar zou billijkheidshalve Dieleman ook met f 75 willen verhoogen. Burg, en Weth. hebben aan die andere verhooging van De Vos ook niet gedacht, althans een der wethouders zeker niet. De heer Van den Hoek stemt toe, daarop niet bedacht geweest te zijnhij had ook evenwel de begrooting van het Armbestuur nog niet gezien. De heer Moes blijft van meening dat men daarmec in dezen geen rekening kan houden. Op een geheel jaar wordt De Vos daarvoor maar 24 uren aan zijn bureautijd ont- trokken en wat hij daar bniien verdient, daarvoor doet hij extra-werk. De heer De Koeijer is het daarmee eens. Wat DeVos thuis verdient, daarmee moet men geen rekening houden Dieleman zal ook nog wel verdiensten hebben van werk- zaamheden die hij thnis verricht. De beerVisBer wijst er op dat DeVos ook nog f 50, van den heer Grenu krijgt, voor de werkzaamheden die hij voor dezen als ambtenaar van den burgerlijken stand verricht en dat werk wordt toch geheel in den bnreautijd gedaan. De VoorzitterDat kan ook niet anders, want het publiek meet hier in de bureau uren komen en dan ook geholpcn worden. Ik meen voorts dat, waar hier sprake is van het vaststellen der jaanvedd* die de besproken ambtenaren van de gemeente zullen krijgeD, men ook alleen moet baoordeelen de diensten die zij voor de gemeente verrichten. Al het andere valt daarbuiten, De heer Van den Hoek zou het salaris van Dieleman, ook om dat wat meer in overeer.stemming te brengen van den secretaris, willen verhoogen van 7 00 tot f 800. Bij afwezigheid van den secretaris is Dieleman de aangewezen persoon om dezen te vervangen en wanneer hij nn 800 krijgt, is zijn salaris nog maar iets meer dan de helft van dat van dien titularis. De heer GrenuMaar hoe moet het dan met De Vos. De heer Van den Hoek acht de voor dezen voorgestelde verhooging voldoende, daar Dieleman, door hetgeen De Vos op andere wijze krijgt, nog maar met dezen gelijk staat. De heer Moes blijft er by dat men met hetgeen De Vos van 't Armbestuur ontvangt hierbij niet kan rekenen. Dat staat niet gelijk met de door de gemeente te geven verhooging. Het voorstel van den heer Van den Hoek om den post nog f 50 hooger te ramen, teneinde het salaris van Dieleman met f 100 te verhoogen, wordt aangenomen met 6 tegen 5 stemmen. Voor stemmen de heeren Grenu, Van de Velde, Versluijs, Van den Hoek, Harte en Vissertegen de heeren Dees, De Jonge, Moes, De Feijter en De Koeijer. De Voorzitter brengt alsnu in bespreking het idee der commissie om de kosten van koffie of thee en gebak, gebraikt wordende bij vergaderingen van den Raad, van Burg, en Weth. en van commission uit den Raad te brengen onder de kosten van het bestuur der gemeente. De heer Dees heeft er niets op tegen om dat te doen voor de vergaderingen van Bnrg. en Weth., die zoo dikwijls ver- gaderen, maar waarom zouden wij vraagt hij er voor den Raad verandering in brengen Wij hebben nu al zoolang zelf de kosten gedragen. De VoorzitterEr is een voorstel om het voor alle ver gaderingen te doen, dat is dus van de verste strekking Zij die het dan alleen voor de vergaderingen van Burg, en Weth. zonden willen doen, kunnen tegen stemmen, waarna bij ver- werping over hun voorstel kan gestemd worden. Het voorstol om de verteringakosten van alle vergaderingen te brengen ten laste van de gemeente, wordt aangenomen met 6 tegen 5 stemmenvoor stemmen de heeren Grenu, Van de Velde, Moes, Van den Hoek, Harte en Vissertegen de heeren Dees, De Jonge, Versluijs, De Feijter en De Koeijer. Alsnu wordt met algemeene stemmen besloten, als art. 8 der afdeeling, voor het bestrijden der uitgaven voor die ver- verschingen, welke berekend worden op*25 cent per persoon en per vergadering, f 100 uit te trekken. Onder hoofdstuk IV, afd. 1, art. 4 is voor memorie uitge- trokken -kosten eener nieuwe politiewacht." De VoorzitterDeze post is voor memorie uitgetrokken, om den Raad in principe te doen uitmaken of hij genegen is in den tegenwoordigen onhoudbaren toestand verandering te brengen Het tegenwoordige houten bureau op de Markt is veel te klein voor de menschen die daar moeten verblijven. Ook is er geen aparte kamer voor den inspecteur en als er een verhoor moet plaats vinden in een of andere zaak, moeten de agenten en getuigen zoolang naar buiten worden gezonden. De toestand is dus zeer slecht en verschillende malen is er reeds getracht er iets op te vinden. Zoo heb ik by den vorigen bouwmeester nog een plan laten opmaken voor het bouwen van een politiewachthuis aan de Vischinarkt, waar de gemeente het daarvoor noodige terrein bezit, en dat volgens het ontwerp zou bevatten een kamer voor den inspecteur, een voor de agenten, de noodige arrwtantenkamers, een privaat, dat aan de tegenwoordige waeht geheel gemist wordt, maar toch dringend noodzakelijk is, en op de tweede verdieping een geschikte bergplaats voor in beslaggenomen goederen waarvoor thans in dat kleine kotje op de Markt ook geen gelegenheid bestaat. Wanneer de Raad in principe tot ver betering besluit, kan later een definitief voorstel worden gedaan en de kosten voor de inrichting gevonden worden uit eene leening of, als deze dit toelaat, uit de begrooting, De Wethouders achten de vischmarkt niet de geschikte plaats. De VoorzitterMaar waar dan? De vischmarkt zon ge- makkelijk naar de Markt kunnen worden overgebracht en dan had men toeh het voordeel dat, men geen terrein be- hoefde aan te koopen De heer Van den Hoek; Als er nu maar een nieuw ziekenhuis was, dan kon het tegenwoordige voor politie- bureau worden ingericht. De VoorzitterMaar dat is er nn nog niet en dat kan ook nog wel enkele jaren duren. Daarop kan met eene ver betering in deze niet worden gewacht, want zooals het nu is, kan het niet blijven. De heer Dees vraagt of die noodige nieuwe inrichting ook niet op de Markt kan worden geplaatst. Burg, en Weth. zijn daar niet voor; de Markt is nu toch al klein genoeg en dan zou men het zicht lieelemaal wegnemen. De heer Van den Hoek zou willen wachten tot de nieuwe bouwmeester er isdie moet dan maar eens eerst een plan maken voor eene verbouwing van het stadhuis. Daar voelt spreker meer roor. De Voorzitter zou verbouwing van het tegenwoordige stadhuis, met zulke gevaarlijke belendingen, ten zeerste moeten ontraden. Dan zon hij het beter achten een nienw te bouwen ter plaatse van de werf en de haven te dempen. Wanneer in het gezicht van de alsdan te verrnimen Markt een monumentaal stadhuis werd gebouwd, zou dit de stad veel verfraaien. De heer Van de VeldeEn waar zou dau de werf moeten komen De VoorzitterO, die dsn leeft, die dan zorgt. De heer De Jonge Maar wy moeten, als gemeentebestuur zoo'n inrichting toch niet zoo maar gaan opheffen Integendeel moeten wij trachten dt nijverheid te bestendigen. Het lag toch van eerst af in de bedoeling, om, wanneer het tegenwoordige terrein der werf gebruikt moest worden, daarvoor een andere geschikte plaats aan te wijzen De Voorzitter: Ja, altyd als 't zoover kwam dat we over de terreinen van oorlog konden beschikken De haven zal evenwel toch dicht gaan, daar die geheel opslibt. Daar zij door het afschaflen der haven- en kanaalrechten door de schippers, die nu kunnen opschntten, niet meer gebruikt behoeft te worden, en de gemeente er niets van trekt, kunnen er ook geene uit gaven voor worden gedaan. De heer Van den Hoek zou, als men over de terreinen van oorlog beschikken kon, dan toch liever in de Nieuwstraat bouwen. Op de te demptn kade en werf bouwen, sou ook nog al schadelijk uitkomen. De Voorzitter acht de door hem genoemde plaats, in het centrum del- stad, veel beter. Dan zou het gebonw geheel vrij komen te staan. De heer Versluijs meent dat men den grond in de Nieuw straat ook veel voordeeliger zou kunnen verkoopen en men er misschien wel zooveel aan zou verdicnen, dat men er op een andere plaats een stadhuis voor zou kunnen bouwen. Z. h. s. wordt hLrna in principe besloten tot het maken eener betere inrichting voor een politiewacht. Bij afd. 8, art. 1, kosten der straatverlichting, brengt de Voorzitter de opmerkingen der commissie dienaangannde te berde. De heer Visser wijst er op dat de straatverlichting niet voldoet, we hebben nu electrisch licht, het is wel iets beter dan onze vroegere petroleumverlichting. maar we zijn er toch niet veel mee voornitgegaan. Ik zou daarom gaarne zien, dat Bnrg. en Weth. met het bestunr der electrische centrale eens in onderhandcling traden, om te onderzoeken of geen verbetering zou kunuen worden aangebracht door het, waar noodig, vervangen der gloeilampjes door Nernstlampen, die by eenzelfde stroom- vcrbruik de dubbele lichtsterkte geven, en zooals in de concessie staat, het hier en daar aanbrengen van booglampen. De Voorzitter wijst er op, dat iedere verandering geld moet kosten. Het zou daarom misschien wel aanbeveling verdienen om eenige verbeteringen aan te brengen. De drukke Noord- straat is b.v. op tijden dat de winkels niet verlicht zijn erg donker, misschien zijn er ook nog andere straten waar men meer verlichting zou wenschen of plaatsen waar men een nachl lantaarn noodig acht. Hij meent in den geest van het Dag. Best, te spreken, door te verzoeken om, wanneer de leden het eon of ander weten dat verbetering behoeft of dat tot verbetering der verlichting zou kunnen leiden, dit ter kennis van het Dag. Best, te brengen. De heer Visser wijst op Groningen, dat met 70 booglampen geheel wordt verlicht. Nu zullen daar wel breedere straten zijn dan hier, maar toch wel niet alle. De heer Moes zogt dat men daar lange breede straten heeft. De heer Dees vraagt of de maatschappij aan hare ver- plichtingen voldoet en of zij aan de hand der concessievoor- waarden niet tot verbetering van de verlichting kan worden verplieht. Er is in de concessievoorwaarden immert opgenomen dat er 7 booglampen van 1000 kaarsen moeten zijn De heer Van den Hoek; Twee van 1000 kaarsen of het equivalent daarvan. De heer Dees En is da maatschappij hare verplichtingen nagekomen De heer Van den Hoek: Die booglampen zijn er niet, maar als we er hebben willen zullen ze die wel aanbrengen. De heer MoesDie booglampen zijn niet aangebracht omdat we het beter oordeelden de verlichting meer te ver- deelen en om den prijs van den daarvoor te verbruiken stroom. De VoorzitterEr is wel meer en betere verlichting te verkrijgen, maar dat kost weer meer geld en het kost nu al zooveel meer dan de petroleum-verlichting. De heer Van den Hoek; Een duizend gulden. De heer DeesRuim. Het scheelt wel f 1600. De heer Versluijs noemt dit onjnist. Het komt op een f 1000 meer. Vroeger waren alle uitgaven voor de straat verlichting in de begrooting niet in een post saamgevat, en daarom kan men dat niet zoo direct nagaan. De heer Visser zou in elk geval gaarne zien dat het Dag. Best, eens een onderzoek instelde. De Voorzitter Daartegen kan geen bezwaar zijn. De heer Visser: Wanneer die Nernstlampen, zooals gezsgd wordt, bij hetzelfde stoomverbruik dubbele lichtsterkte geven, zon de verbetering van het licht toch geen noemenswaardige kosten opleveren. De heer Moes ziel daarin weinig heilgeld zal het wel moeten kosten. Ten slotte wordt goedgevonden dat Burg, en Weth. een onderzoek zullen instellen. Onder hoofdstuk IV, afd. 5, art. 2 is blijkens de memorie van toelichting geraamd 50 voor jaarwedde van 2 keur- meesters van visch. De Voorzitter deelt mede dat de tegenwoordige wijze wan vischkeuren naar het oordeel van Burg, en Weth. niet goed geregeld is. De man die de viscli moet verkoopen, de afslager, is tevens keuvder van visch en handelt dus tegen zijn eigen belang als hij eene partij visch afkeurt. Burg, en Weth. zouden hierin verandering willen brengen en trachten voor een salaris van f 25 twee andere personen daarmee te belasten. Er komen wel eens klachten dat er visch verkocht is die niet meer frisch was. Persoonlijk heelt spreker daar van nog geen ondervinding, en als er zoo eens een klacht ter oore komt, is de visch reeds weg. De heer Versluijs wil, nu dit ter sprake komt, ook de aandacht vestigen op de vleeschkenring en zou haast de vraag willen stellen of er bij Burg, en Weth. nog nooit eens brieven zijn ingekomen van andere personen die vroegen om ook eens begunstigd te worden met het baantje om bij de slachters de kwartjes op te halen, want meer is het volgens zijn idee e'genlijk niet; van een bepaalde keuring is geen sprake. Daarbij komt, dat hij 't onbillijk oordeelt dat de slachters dat keuren zelf moeten betalen. Als het gemeentebestuur door de keuring wil zorgen dat de ingezetenen geen slechte waar krijgen, zou zij zelf naar zijn inzien billykheidshalve zelf die kosten moeten betalen. Zou daarin ook geen veran dering zijn te brengen De Voorzitter antwoordt dat er voor zoover hem bekend s, nog geen klachten over het keuren van vleesch zyn inge komen. Weten de leden daaromtrent iets, zoo hondt hij zich voor mededeeling aanbevolen. De heer Versluijs: Als er bij Galle een beest wordt ge bracht dat ziek is geweest, of gebarsten is, knnnen onze keurmeesters dan beoordeelen of dat vleesch schadelijk voor de consumptie is 1 Kunnen zij constateeren wat het beest heeft geraankeerd De Voorzitter: Als er een beest wordt aangevoerd dat ziek geweest is, moet dat vergezeld zijn van een verklaring van den veearts, dat het voor de consumptU geschikt is,

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1902 | | pagina 9