A1 g e m e e a
Hieuws* ea Advertentieblad
7 o o r
Zeeuwscfc-VUaaderea.
No. 4239.
Dinsdag 17 Juni 1902.
42e Jaargang.
BBMBENTEBAAD.
Afsluiting Rijksweg langs kanaal Neuzen.
EENE ARME YERVOLGDE.
Engeland en Transvaal.
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
FEUILLETON.
A BONNEMENT:
Per drie maanden bianen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,82$.
Men abouneert zich bjj alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
COIIRAST.
A D V lSTlKfllli
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voot elken regel meer /0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertence wordt d< prjjs
slecbts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
nit blad verewfcljnt n HHml «u - WoenadaR- en Vrijdasavond, alteexonderd op Feertdagen, bij tie Flrma I*. J. AK UK fnr Seaieu.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN
maakt bekend, datOpenbare Vergadering van
den Gemeenteraad is belegd tegen lltintlerdag den 19
Juni l!MW. des voormiddags te lO ure.
Ter Neuzen, den 16 Jnni 1902.
Dc Burgemeester voornoemd,
M. VAN DEN HOEK, 1° B.
De Burgemeester van TER NEUZEN
brengt ter algemeene kennis, dat volgens schrijren van den
heer Commissaris der Koningin in Zeeland, dd. Id Juni 1902f
A no. 586,2 2 Afdeeling, de weg op den westelijken kanaal-
dijk, nabij Nenzen, ongeveer tusschen de hectometerpalen
142 en 150, tot nadere aankondiging voor het verkeer, behalve
ten dienste van het jagen en trekken van schepen, wordt
afgesloten en dat tijdens die afsluiting het verkeer zal kunnen
plaats hebben langs den afrit, nabij hectometerpaal 142, den
aangelegden hnlpweg, den omgelegden Vlooswijkschen weg,
den Vlooswijkschen weg, brug no. 18 over de Rijkswater-
leiding en den oprit van daar naar den kanaaldijk, uitkomende
bij hectometerpaal 150.
Ter Neuzen, 16 Juni 1902.
De Burgemeester voornoemd,
M. VAN DEN HOEK, 1° B.
Men kent thans de overwegingen, die de Boeren
er toe hebben gebracht, de waperts neer te leggen.
In het besluit, 31 Mei door de burgers te Ver-
eeniging genomen, wordt betreurd, dat de En-
gelsche voorwaarden in hun geheel aangenomen
of verworpen inoesten worden; dat Engeland wei-
gerde te onderhandelen op den grondslag van
onafhankelijkheid, dat men geen gedachtenwisse-
ling met de vertegenwoordigers in Europa wilde
toestaan.
In het stuk wordt verder een overzicht ge-
geven van den oorlog, gewezen wordt op de ver-
woesting van het land, op de kampen, de vijandige
houding van de kaffers. Met de inbeslngneming
van de landerijeu der burgers was gedreigd. Het
was onmogelijk, de Engelsche krijgsgevangenen te
hcuden. He kommando's leden groote ontberingen.
Er is geen redelijke groud meer, zegt de ver-
klaring, om te verwachten, dat voortzetting van
den oorlog de onafhankelijkheid verzekeren zal.
Het voortzetten van de vijandelijkheden is dus
met gerechtvaardigd. Daarom besluit de verga
dering, de voorwaarden der Engelschen te aan-
vaarden, vertrouwende dat alsdan de toestand ver-
beteren zal en het Boerenvolk de hem toegezegde
voorreehten zal genieten. De vergadering vernam
Indien ik de waarheid uwer beschuldiging
erkende indien ik erkende een bedrieger te
zijn, en u naar Percey Grey zondt, zoudt gij dan
uw verklaringen tegenover de politie weer willen
intrekken
Neen, antwoordde Myrtle op kouden toon.
Gij hebt mij tot het uiterste gedreven, en gij
zult mij niet overhalen ouverstandige maatrege-
len te nemen. Gij moet een schriftelijke order
zeuden om Percey Grey hier te doen konaen.
O, ik lees in uw oogen, welke listige plannen
er weder bij u oirgaan. Gij zult mij niet weder
verscbalken. Gij kunt niet de minste toegeef-
lijkheid van mij verwachten, alvorens ik den man
bier zie, dien gij zoo schandelijk hebt verou-
gelijkt.
Weder liep zij naar het venster, als om te
zien of de mannen nog op hun post waren.
Blanche Vansant inaakte van dit oogenblik
gebruik om Townsend te naderen.
Zou zij de waarheid spreken? fluisterde zij
Ongetwijfeld.
Dus ontvluchting is niet meer mogelijk
Misschien is alles *nog niet verloren. Ge
bruik geen geweld thans niet, zeide hij, toen
hij zag, dat Blanche naar een dolk greep, dien
zij onder haar kleederen verborgen had. Zij ver-
klaart, dat zij nog niet alles aan de politie heeft
gezegd. Als wij alles ontkeuueuP Hoe kan zij
met vreugde het bericht, dat de Engelsche onder-
danen, aan Boerenzijde strijdende, vergiffeilis zulleu
cr^'gen, en hoopt, dat de Engelsche regeering die
amnestie zal uitbreiden.
Een kalme en waardige overweging van den
toestand heeft de Boeren-leiders dus tot den ge-
wichtigen stap gebracht.
De Westminster Gazette bevat een hoofdartikel
waarin eenige verstandige dingen worden gezegd.
let blad waarschnwt het Engelsche volk, de be-
richten over de tevredenheid van de Boeren met
den loop van zaken niet al te grif te gelooven. En
het herinnert hoe rnim twee jaar geleden, toen
ord Roberts Bloemfontein was binnengetrokken,
de telegrammen vol stonden van het vreugdebe-
toon der Boeren, en aan de ontgoocheling die er
op gevolgd is. Het is niet waarschijnlijk, rede-
nefirt de W.-G. verder, dat de Boeren buitensporig
blij zijn over het verlies van hun onafhankelijk-
leid. Dat zijn geen menschen om zoo snel van
gevoelen te verauderen. Het besluit, dat te Ver-
eenigiug genomen is, toout genoeg hoe zij dezen
afloop van den oorlog beschouwen. Wat men
er uit kan opmaken is, dat de Boeren zich in
let onvermijdelijke schikken en nu de dingen
van den besten kant bekijken willen.
Nu heeft Engeland een kans om de twee vol-
ten samen te smelten het legge zich nu met
alle macht toe op het verbeteren van den toestand
in de republieken op de vermeerdering van de
welvaart in den lande en vestige rechtvaardig en
stevig de politieke grondslageu. De W. G. noemt
vijf jaar als den tijd die daarvoor noodig is.
Gedurende die jaren zal men dan geen militaire
of politieke troebelen te vreezen hebben. Maar
is de welvaart na vijf jaar niet verbeterd en de
weg bereid voor de politieke voorrechten die
Engeland beloofd heeft (dus in geen vijf jaar is
aan invoering van zelfbestuur te denken, volgens
de W. G.) dan zal Engeland zich tegenover een
nieuwe Afrikaauder kwestie bevinden, die nauwe-
ijks minder ernstig kan wezen dan de oude.
Men zal nu einaelijk weten hoe sterk de strijd-
mackt der Boeren geweest is. De opgaven, die
tot dusverre van verschillende zijden werden ge-
daan, berusten louter op fantasie. Een voorbeeld
lu November van 't vorige jaar heeft de Engelsche
Minister vau Oorlog in een rede verklaard, dat in
de kampen ongeveer 42,000 Boeren waren 11.000
man waren gedood of gewond of hadden op parool
het land verlateu. Het aantal Boeren, dat toen
nog in het veld was werd door sir John Brodrick
geraamd op 10,000. Volgens de Engelsche ver-
ieslijsten zijn van 15 November tot 12 Mei ge
dood, gewond of gevangen genomen de optelling
is van de Daily Mail" 9565 Boeren, blijven
over435.
Een geweldige misrekening dus. Want volgens
Reuter, haddeu zich Woensdag, na het sluiten
van den vrede 11,022 Boeren overgegeven. De
aatste opgaaf van Kitchener gaat tot 9310 man.
Volgens de nu bekende officieele gegevens
11,000, -f 42,000, 9565 9310, komt
men dus reeds tot een getal van 71,875. Hierbij
comen dan nog al die Boeren, die zich na de
aatste opgaaf van Kitchener hebben overgegeven
of nog zullen geven.
Maar nu is ondersteld, dat de beide Engelsche
opgaven van de gedoode en gewonde Boeren :atot
13 November 1901 11,000, na dien datum 9565
juist zijn, en daar zal nog wel wat aan mankeeren.
Waarschijnlijk zal dus over 't geheel de strijd-
macht der Boeren een 70,000 man sterk zijn
geweest.
Die der Engelschen was, zooals men weet
200,000 a 300,000.
dau bewijzen dat ik een ander ben dan Percey Grey P
Gij vergeet
Wat?
Den waren Percey Grey.
Misschien heeft men hem weer achterhaald
en opgeslotendan zullen wij hem hier niet zien.
Maar het re§u met zijn handteekening is
een bewijs, dat hij hier een heimlijk bezoek heeft
gebracht.
Kon deze vrouw het stuk niet geteekend
en het geld weggenomen hebben? Stil. Laat mij
met haar onderhandelen.
Myrtle Blake had zich weer van het venster
verwijderd en naderde hen.
Wij hebben u ongestoord laten spreken,
zeide Townsend. Wij hebben uw beweringen aan-
gehoord, en outkennen alles.
Gij durft ontkennen
Ja.
Gij verlangt dus de tusschenkomst der wet
Ja.
Myrtle's gelaat verried groote verbazing.
[let zij zoe, zeide zij, terwijl zij uaar de
deur liep, alsof zij wilde heengaan. De justitie
zal u gelasten wat ik u vraag de invrijheid-
slelling van Percey Grey.
Ik ben Percey Grey.
Dat is een leugen. Gij kunt dat bedrog
niet volhouden.
Dat kan en dat zal ik. Bewijs, dat ik
een ander ben, als gij dat kunt.
Dit was voor Myrtle zeer verontrustend, want
zijzelf wist al te goed hoeveel hij op Percey
geleek.
Welnu, zeide zij, als het niet wettig kan
TER NEUZEN, 16 Juni 1902.
In de op Donderdag a. s., des voormiddags 10
uren, te houden openhare vergadering van den
gemeenteraad alhier, komen de volgende puuten
in behandeling.
Ingekomen stukken voorstel tot uitgifte van
gronden in erfpacht.
Bij besluit van Z. M. den Koning vau Belgie
van 10 dezer is benoemd tot consul vau Belgie
alhier de heer H. van Cantfort, expediteur alhier,
ter vervanging van den heer A. van den Oever,
aan wien zooals wij meldden onlangs eervol ontslag
werd verleend.
Naar wij vernemen kon de sinds een paar jaar
als waaruemend consul fungeerende heer Blankers
voor benoeming niet in aanmerking komen, daar
deze Nederlander is, en volgens art. 16 van
het besluit van 25 September 1896 geen personen
van andere nationaliteit voor de fnnctie mogen
worden benoemd, wanneer er sollicitanten vau
Belgische nationaliteit zijn, wat hier het geval was.
Naar wij vernemen is de heer E. Rozenga,
rijksklerk ter inspectie der directe belastingen
enz. alhier, benoemd tot inspecteur voor Zeeland
van de Eerste Nederlandsche Verzekering Maat-
schappij op het Leven tegen Invaliditeit en On-
gelukken te 's Gravenhage.
worden bewezen, dat gij Earle Townsend zjjt,
dan zal ik toch uw planuen doen mislukken
Op welke wijze
Ik zal mijn aausprakcn doen gelden als
Percey's echtgenoote. Als gij Percey Grey zijt
Townsend kon zijn teleurstelling nauwelijks
onderdrukken, nu gij begon te begrijpen in welk
een moeielijken toestand hij verkeerde.
Als gij Percey zijt, vervolgde Myrtle, eisch
ik, dat gij mij als uw vrouw zult erkennen.
Het was een laatste stoutmoedige en wanhopige
poging, om den booswicht rede te doen verstaan.
Ik eisch, als uw vrouw, dat gij het gestoleu
vermogen van Percey Grey met mij zult deelen.
Neodlottige woorden.
Op dit oogenblik naderde iemand, die kort
geleden onbemerkt het huis was binnengetredeu,
de met draperieen afgesloten portiere, die toegang
gaf tot de naaste kamer.
Smart en afschuw waren bij het hooren dezer
laatste woorden op zijn verbleekt gelaat te lezen.
Groote Hemel, prevelde hij vol ontroering
ook zij is dus in het complot immers zij zegt
dat zij zijn vrouw is.
Plotseling trad hij de kamer hinnen.
Iutriganten, moordenaars, riep hij, als buiten
zichzelven, ziedaar uw slachtoffer.
Een luidde kreet van ontzetting ontsnapte
Blanche's lippea, terwijl Earle Townseud ineen-
kromp, alsof hem een geweldige slag was toe
gebracht.
Genadige Hemel, stamelde hij, het is Percey
Grey.
Myrtle stond een oogenblik roerloos, de oogen
strak gericht op dien bleeken, zwaar beproefden
Het gisterenavond door het muziekgezel-
schap ^Kunst in 't Vermaak", dat tevens een
uitstapje naar Walcberen rnaakte, in de Buiten-
Societeit alhier te geven concert, inoest wegens
den regen worden uitgesteld. Naar we vernemen
loopt dit gezelschap in den loop der maand Au
gustus het concert te komen geven.
Dit is de eerste maal dat wegens bet weer een
concert in de Buiten-Societeit niet kon plaats
hebben. Tegen den zomer van 1902 schijnt zelfs
de gelukszon der soeieteit niet te zijn opgewassen.
Naar de M. Ct. verneemt is de te Zaamslag
gearresteerde Duitscher,. die, zooals wij iu ons
vorig nummer melddenr ook de dader is gebleken
van een te Hoofdplaat gepleegde inbraak, in
let huis van bewaring te Middelburg plotseling
overleden.
De gewone Rijkskeuriagen van tot dekking
lestemde hengsten, van ten minste 27s jaar oud,
zullen in onze provincie in het najaar gehouden
worden 1 Sept. te Middelburg2 Sept. te Oost-
'lurg3 Sept. te Kattendijke 4 Sept. te Zierikzee
5 Sept. te St. Maartensdijken 6 Sept. te Hulst.
Sluiskil, 16 Juni. Het muziekgezelschap
z/Samenwerking" alhier, had gisteren het buiten-
sansje bij het festival te Bouchaute, waaraan het
ook deelnam, een premie van 25 francs te loten.
Ofschoon het langen tijd door een te gering
aantal werkende leden zwak heeft gestaan, begint
let door het toetreden van nieuwe leden weder
sterk te worden. Door het aansehaffen van eenige
nieuwe instrumenten, door eene uitstekende leiding
en vooral door een onvermoeiden ijver en eene
volhardende studie der werkende leden, kan het
thans weer wedijveren met elk dorpsmuziek. Moge
let op dezen weg in kracht en bloei voortgaan
Axel, 14 Juni. Mocht het aan de ijverige
nasporingen der politie gelukken het onlangs bij
den landbouwer M. Moes alhier ontvreemde rund
op te sporen en na een aantal lastige formaliteiten
aan den eigenaar terng te hezorgen, thans heeft
men bij dienzelfden landbouwer in den nacht van
Vrijdag op Zaterdag weder een rund uit zijn weide
ontvreemd.
Niet te verwonderen is het dus, dat de land-
bouwers in deze streek verlangend uitzien naar
een gunstige beschikking op hun adres om
een sterke uitbreiding der rijkspolitie en zoo-
lang daaraan nog niet is voldaan, zelf personen
aanstellen om hun eigendom te bewaken.
Koewacht. Zondagavond ontstond in do
nabijheid van eene herberg op den Ouden Molen
1. -"■BB—I
man, dien zij eens haar echtgenoot had genoemd.
Toen snelde zij met e£n enkelen omstuimigen
vreagdekreet op hem toe.
Een krankzinnige glans schitterde in Percey's
oogen.
Terug, schreeuwde hij, verraderes, medeplich-
tige van die duivelsche moordenaars. Uw bedrog,
uw misleiding waren de oorzaak van al mijn lijden.
Myrtle was als vernietigd en kon het eerste
oogenblik geen uiting geven aan hare diepgevoelde
smart.
Voor Blanche en haren medeplichtige scheen
het uur der vergelding gekomen te zijn, en zij
gevoelden dit ten voile, nu zij het slachtoffer
hunner wreedheid vodr zich zagen.
Hij was bleek en vermagerd, zijn tred was on-
zeker, maar dat gelaat, die fonkelende oogen ver-
rieden ten voile, dat deze tot vertwijfeling ge-
brachte man, het vaste besluit had genomen een
vreeselijke wraak te nemen.
Gij alien zult zwaar boeten voor hetgeen
ge mij hebt aangedaan, riep hij. Nader mij niet,
verraderes, vervolgde hij, toen Myrtle met saatn-
geknepen handen hem sprakeloos en smeekend
aanzag. Gij waart het, die mij naar die ramp-
zalige plaats deed vervoeren, waar mijn lot erger was
dan de doodgij hebt met hen samen gespannen
om mijn vermogen machtig te worden, maar het
is u mislukt, uw plannen zijn verijdeld.
Neen, niet ik die om uwentwil bijua
het leven zou hebben verloren ach, Percey,
u heb ik lief en ik ben u altijd trouw gebleveu.
Twijfelend, ongeloovig bleven Percey's oogen
op haar gevestigd.
(Wordt vervolgd).
