A 1 g e m 9 e n
Hieuws* ea Advorteatieblad
7 o o r
2eeuwscfc-Vlaaaderea.
No. 4236.
Dinsdag 10 Juni 1002.
42e Jaargang
PUBLIC A TIE.
Hinderwet.
GemsQntG-V road vrou w,
Binnenland.
BEKEHDM AKINS.
EENE ARME VERVOLGDE.
Engelaud en Transvaal.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
FEUILLETON.
OBBCtt2a£a0SAI
.VKIZKVSCHK (UlRtVT.
iDTHTENTlUi
ViB 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemial plaatsing derzelfde advertsnfae *M<jt d#
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,-—. Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32J.
Men abonneert zich bjj alle Boekbandelaars, Postdirectenren en Brieven-
bushouders.
mi bind reruhljni If nmiiJ n JI-, Waenidsg. en VrlJdBgavoail, nttgesonderrt »p Keesiilagen, bij de Kir 111 M P. J. Ill RK MIID» it Ttr Wenaex..
slecbtg tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN brengen
ter kennis dat het 1' suppletoir kohier van het Schoolgeld
voor het openbaar onderwijs in deze gemeente voor 190?,
in afachrift, gednrende vijf maanden, op de secretarie der
gemeente, voor een ieder ter lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, den 7 Juni 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFF, Secreta is.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ter openbare kennis dat he^voornemen bestaat, de
volgende perceeien grond, deel nitmakende van de Vlooswijk-
.traat, kadastraal bekend sectie C N°. 3875, aan den publieken
dienst te onttrekken
1 o. een strook grond voor de woning, toebehoorende aan
TH. C. L. BRUGGEMAN, ten einde die grond in erfpacht
uit te geven tot het verkrijgen eener stoep, lang 8,68 M„
breed 1,35 M.;
2®. een strook grond voor de woning, toebehoorende aan
G. MEULENBERG, teneinde die grond in erfpacht uit te
geven tot het verkrijgen eener stoep, lang 6,51 M.. breed 1 M.
3„. een strook grond voor de woning, toebehoorende ann
A. VAN RIJSWIJK, bewoond door A. GEILLIET, ten
einde die grond in erfpacht uit te geven tot het verkrijgen
eener stoep, laDg 6, 2 M., breed 0,80 M.
4°. een strook grond vdor de woning, toebehoorende aan
J. LEENHOUTS, teneinde die grond in erfpacht uit te geven
tot het verkrijgen eener stoep, lang 8,20 M., breed 1 M.;
Bezwaren hiertegen kunnen worden ingediend tot en met
17 Juni a. s.
Ter Nenzen, den 9 Juni 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOaTERIIOFK, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
gezien de artt. 6 en 7 der hinderwet (Staatsblad no. 222
van 1896), niaken bekend
dat op heden ter gemeente-seeretarie ter visie is gelegd
een verzoek van AUG™ MEDAETS en HIP™ DE CLERCQ,
aannemers, wonende aldaar, om vergunning tot het oprichten
van een voorloopig gebouw, dieuende tot knl kblussclierij
en inortelinalierij op den westelijkea kanaaldijk op
een gedeelte van het perceel kadastraal bekend gemeente
Ter Nenzen, sectie B no. 381 en dat op Jlaandae,
Sit Juni des namiddags tusschen 3 en 4 uren,
ten raadhnize dezer gemeente. gelegenheid zal worden gegeven
om tegen het maken dier inrichting bezwaren in te brengen
en deze mondeling of schriftelijk toe te lichten.
Ter Neuzen, 9 Juni 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFF, Secretaris.
49)
Welk een spotternij, prevelde Myrtle bijna on-
hoorbaar. O, Percey, Percey, zal dit u redden
Ue deur ging toe en werd door Williard op
slot gedraaid. Toen trad bij op Myrtle toe en
zeide
Eindelijk zijt gij dus mijn vrouw
Hij zeide dit met zulk een triomf en zulk een
ougeveinsde vreugde, dat zij er van schrok en
huiverend terugweek.
Ja, antwoordde zij bevend en angstig. Tk
heb gedaan, wat ik heb beloofd, thans is het
uwe beurt om uw woord gestand te doen.
Gij bedoelt vroeg hij op kouden toon.
Dat gij tbans Percey Grey in vrijheid moet
doen stellen.
En dat woord zal ik niet breken. Loister,
Myrtle. Ik haat dien man met een jaloerschen
krankzinnigen haat. Hem te bevrijden is hetzelf-
de als hem in staatte stellen een vermogen terug
te bekomeu, waarvan ik, met weinig moeite, een
gedeelte zou hebben bemachtigd. Om uwentwil
ecbter versmaad ik het goud. Hij zal in vrijheid
worden gesteld.
Wanneer? riep Myrtle, ongeduldig geworden
door Williard's draleude houding.
Hedenavond nog in dit uur.
Breng mij dan bij hem.
Williard onderbrak hare woorden met een
hoonenden lach, die plotseling haar vertrouwen
weder in angst en achterdocht deed veranderen.
Burgemeester en Wethouders van
TER NEUZEN, roepen op sollicitan-
ten naar de betrekkiDg van
ter stand plaats SLUISKIL, op een jaarwedde
van 300,
De op zegel gestelde verzoekschriften kunnen
franco bij den Burgemeester worden ingezondeu
voor 23 Juni 1902.
Ter Neuzen, 9 Juni 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFF, Secretaris.
Ofschoon de oorlog nu uit is, blijft de censuur
nog ahijd uitmunten door nauwgezette plichtsbe-
trachting, waut we hooren uit Zuid-Afrika bijua
geen uieuws, terwijl er natuurlijk heel wat te
vertellen valt van deu nieuweu toestaud daar-
ginder.
Naar Kitchener seint, hadden Donderdag 1154
man de wapenen neergelegd. De commissarissen
spraken de Boeren toe, die daarop hartelijk (P I)
voor den Koning hebben gejuicht. Er bestaat de
beste verstandhouding en nergens zijn onaaugename
dingen gebeurd, vertelt Kitchener.
Toen Christiaan de Wet Woensdag uit Pretoria
te Vredefort aankwam, bracht hij een bezoek aan
het coucentradekamp en spoorde hij de burgers
aan, Groot-Brittaunie te doen zien, welke goede
kolonisten de Boeren kunnen zijn.
Louis Botha wordt begin Juli te Brussel ver-
wacht, waar men meeut dat de Boeren hem gelast
hebben met de taak aan Kruger uiteen te zetten,
waardoor men genoodzaakt was, de Engelsche
voorwaarden aan te nemen.
Deze voorwaarden zijn het is haast wel zeker
nog niet alle bekend. Ook te Londeu vindt nu
de meeuing meer en meer ingang, dat alle artike-
len van de verdragen, met de hoofdmannen der
Boeren gesloten, niet openbaar zijn gemaakt; er
zouden nog regelingen met hen getroffen zijn, die
geheim gehouden worden, regelingen natuurlijk
in 't voordeel der Boeren, waut auders zou er voor
de geheimhouding geen reden bestaan.
Het lid van het Lagerhuis, Labouchere zou
heden den eersten lord van de schatkist omtrent
deze zaak interpelleeren.
Het Engelsche Ministerie van Oarlog lieeft een
officieele opgaaf gedaan van alle verliezen, tot 1
Juni j.h, dus gedurende den geheelen oorlog in
Zuid-Afrika geleden.
De geheele vermindering van het leger heeft
volgens deze opgaaf bedragen 28,434 officieren en
manschappen, waarvan 1072 officieren en 20,870
minderen in Zuid-Afrika gesneuveld of gestorven.
105 vermisten, 8 officieren en 500 man die, naar
Engeland teruggezonden, daar gestorven zijn, en
5879 iuvalieden die ongeschikt zijn voor verderen
dienst. Volgens de officieele opgaaf hebben de
Boeren in 't geheel 383 officieren en 9170 man
krijgsgevangeu gemaakt.
Binnenkort zullen de Engelsche diplomatieke
vertegenwoordigers aan de mogendheden officieel
kennis geven van de inlijving der beide repu-
blieken.
Minister Balfour heeft in de conservatieve ver-
eeniging te Londen een rede gehouden, waarin
hij verklaarde, dat het een onvergeeflijke fout zou
geweest zijn, om te onderhandelen met Kruger en
zijn raadslieden in Earopa, gelijk door Rosebery
was voorgesteld.
Balfour zou de burger-generaals, die in het
veld waren geweest, altijd vereeren, maar hij
kon datzelfde niet zeggen van hea, die de repu-
blieken in den sleek hadden gelaten en het zou
hem onmogelijk zijn geweest, met hen te onder
handelen.
Het zou de grootste dwaasheid geweest zijn, zei
hij, een in de plaats der tegenwoordige tredende
regeering aanstonds te waarborgen, gelijk Campbell
Baunerman had voorgeslagen. Spreker geloofde,
dat het een jaar geleden onmogelijk zou zijn ge
weest, onder de tegenwoordige voorwaarden vrede
te sluiten.
De bewering, dat Kruger de republieken in den
steek zou hebben gelaten, is een lage insinuatie.
Toen Kruger naar Europa kwam was dat wel
degelijk met de heilige overtuiging, dat het hem
lukken zou, de interventie van een der mogend
heden te krijgeu. En dat weet Balfonr zoo goed
als een ander.
Na al hetgeen den grooten gevallene trof, die
nu zijn levenswerk ziet vernietigd, op hem te
gaan smalen met schimpende woorden, dat is al
wel het allerminste.
Meent gij waarlijk, dat ik zooiets doen za!
vroeg hij. U, mijn vrouw, naar een medeminuaar
zendeu Nooit.
Maar gij hebt beloofd
Hem in vrijheid te stellen, ja, en dat zal
ik doen, maar gij moet daar de hand niet in
hebben.
Met een droeven zucbt liet Myrtle zich bleek
en ontroerd in een stoel nedervallen.
Gij hebt mij misleid. Gij hebt uw belofte
gebrokeu snikte zij.
Neen, gij hebt er in toegestemt mijne vrouw
te worden, als ik Percey Grey de vrijheid hergaf.
En dat zal ik doen. Blijf slechts hier, tot ik
terugkom, dan zal ik u bewijzen, dat ik gedaau
heb, wat ik beloofde.
Hier blijven?
Zeker. Gij zijt thans mijne vrouw en Percey
Grey kan dus zouder u zyns weegs gaan. Neen,
neen, Myrtle Blake, mijn huwelijk met u heeft
geen bijbedoelingen. Het was zuivere liefde.
Ter wille van dat huwelijk zie ik af van een
groot fortuin en van elke pogiug om mij te
wreken. Gij zijt thans de mijne en om uw geluk
te bevorderen versmaad ik rijkdom eu wraak.
Myrtle's schoon gelaat werd doodsbleek. Deze
man sprak in vollen ernst, dat bewees zijne ge
heele houding.
Voor mijn leven aan u geketend te zijn,
snikte zij. Dat zou erger zijn dan de dood. Nooit.
Ik heb mij aan die huwelijks-voltrekking onder-
worpeu, in de metning, dat gij mij niet tot uwe
vrouw verlangdet, maar er een bijbedoeling mede
op het oog hadt.
Hare woorden wekten in hevige mate zijn drift op.
Men meldt uit Tholen
Door de mosselvisschers wordt zeer geklaagd
over het veelvuldig voorkomeu van zeesterren,
Gij zijt mijn vrouw riep hij toornig. Als
zoodanig eisch ik gehooftaamheid van u. Waag
het niet den band, die tusschen ons bestaat, te
verbreken 1
Dat kan en dnrf ik. En dat doe ik
Schurk, ik lees uw gedachten op uw gelaat.
Trouweloos met e6n belofte, zult gij dit ook zijn,
met alle andere. Gij denkt er niet aan, Percey Grey
de vrijheid terug te geven. Alles is valschheid
en bedrog. Ik herroep al wat ik u heb beloofd.
Ik wantrouw en veracht u, en ik alleen zal den man
redden, dien ik liefheb.
In hevige opgewondenheid sprong zij op en
stond trotsch en met foukelend oog tegenover
Williard.
Dat kunt gij niet, zeide hij tergend. Gij
zijt mijn wettig getrouwde vrouw.
Dat ben ik niet. Het zoo juist voltrokken
huwelijk was slechts comediespel. Ik heb den
bedrieger bedrogen.
Wees voorzichtig, gij weet niet
Gij weet nog niet alles riep Myrtle, uit-
dagend. Ik ben uwe vrouw niet, want
Zij zweeg een oogenblik om te zien, welk een
verpletterenden indruk hare woorden op Williard
zouden maken.
Want ik was reeds een getrouwde vrouw
ik ben de echtgenoote van Percey Grey.
Waarlijk riep Williard, spottend. Tot
Myrtle's groote verbazing scheen deze mededeeling
hem volkomen koud te laten.
Ja, riep zij. Op den avond, toen ik u in
Chicago ontvluchtte, huwde ik hem.
Williard barstte in een ruwen lach uit.
Gij vergist u, zeide hij langzaam en met
die vooral aan de jonge mosselen groole schade
doen. De mosselperceeien worden met de kor
schoongemaaktde mosselen, welke gelijktijdig
worden opgehaald, zaait men uit, de opgebrachte
zeesterren worden aan boord gehouden en voor
bemesting verkocbt aan landbouwers in westelijk
Brabant, die ze gaarne voor hun landerijen hebben.
Sommige visschers halen 60 k 70 mandon per
tij van hun perceeien.
De mosselzaadbanken hebben veel te lijden van
de vernielzucht der zeesterren. Zoo werd in de
kreek van den Willem-Annapolder een groote
zaadbank van ongeveer 25,000 ton binneu de
500 meters uit den wal welke een waarde
van ruim f 20,000 vertegenwoordigde voor
een paar jaren door de zeesterren geheel vernield.
De Rotterdamsche Omnibus-Maafschappij
heeft het niet kunnen uithouden tegen de con-
currentie van de Rotterdamsche tram en heeft
Zaterdag besloten te liquideeren, zoodat bussen en
paarden van de hand worden gedaan.
Veel kans is er dat een andere maatschappij
het gespan overneemt.
De aandeelhouders zijn de dupe, daar de aan-
deelen nog geen 20 percent meer waard zijn.
De heer Joh. Visscher uit't geheele stuk
maken we op dat hij een Afrikaauderis schrijft
in het ,/Volk", naar aanleiding van de vredes-
voorwaarden van Pretoria
z/Dat dit heett kunnen gebeuren, bewijst vol-
doende dat, mocht ook aide hoeveelheid amunitie
en proviaud voldoende zijn geweest om voor langen
tijd nog het verzet te rekken, de Boeren gebroken
mannen waren, niet meer geloovend in hun zaak, niet
meer in staat om met hun zwak lijf en geringe veer-
kracht de moeite van het strijdend leven te dragen.
wEn zoo is geschied wat wij alien zagen komen
en alien vreesden het volk der Boeren heeft zijn
rechten moeten overdragen aan het internationale
geld-kapitaal."
Aan 't slot voegt hij daarbij
z/Nog zou ik den arbeiders van Holland een
ding op het hart willen drukken, en dit niet
maar zoo in 't voorbijgaan, doch met alle kracht
en klem
//Zoo er soms onder hen zijn, die nu plau hebben
om te emigreereu, dat zij van hun voornemen afzien.
z/Reeds heeft Zuid-Afrika voldoende ambachts-
lieden om in de dadelijke behoeften te voorzien
Engeland zal zorgen voor meer, zal zorgen ook voor
een leger van werkloozen. Hollanders, door hun
landaard in zooveel slechtere positie staande,
doen om hun zelfs wil goed, dit leger niet te
versterken.
ffVoor den Europeeschen arbeider heeft Zuid-
Afrika geen toekomst. Deze is alleen voor den
kapitalist.
n En de verre toekomst, als 't goud is uitgeput
na 25 of 30 jaren misschien, is dan weer aan den
Afrikaner".
nadruk. Gij zijt Percey Grey's vrouw niet. Gij
zijt nooit met hem getrouwd geweest.
Een onbestemde angst bekroop Myrtle, toen
Williard haar dit op zulk een stelligen toon zeide.
Ik had dit verwacht, ging hij op koelen
toon voort. Ik had daarop gerekend. Gij waart
in den waan, dat ik niets wist van uw zoogenaamd
huwelijk. Laat ik dan u zeggen, dat de plechtig-
heid van hedenavond verbindeud en wettig is, en
dat het zoogenaamde huwelijk met Percey Grey
niets was dan een grap.
Ik geloof u niet, klonk het bijna onhoor-
baar uit Myrtle's mond.
Toch is het de waarheid. Ik was op dien
avond, aan de rivier, volstrekt niet vooroemens
u te trouwen. De man, die het huwelijk sloot
tusschen u en Percey Grey, was zelfs niet eeus
een geestelijke.
Barmhartige Hemel kermde Myrtle, nu
eindelijk alles haar duideliik begon te worden.
De man was niets anders dan een bedrieger,
en ik heb hem voor zijn moeite goed betaald.
Percey Grey is nooit uw echtgenoot eeweest,
en gij zijt thans mijn vrouw, de mijne alleen.
Triomfeerend en met boosaardige blijdschap boog
hij zich hij deze woorden tot haar over.
(Wordt vervolgd).