A 1 g e m e e a
Nieuws* en Adrertentieblad
7 o o r
2eeuwsch*YUanderen.
No. 4217.
Donderdap; 24 April 1902.
42d Jaargang:.
Engeland en de Z.-A. Republiek.
Binnenland.
ERNE ARME VERVOLGDE.
PUBLICATIE.
Belasting op bedrijfs- en
andere inkomsten.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave
FEUILLETON.
Hij schijnt buiten kennis te zijn.
VKl/iKVS(l!K COURMT.
Per drie maanden binnen TeT Neuzen 1,—. Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,82$.
Men abonneert zich bjj alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Bneven-
bushouders.
aDVEBTE»T(ENs
Van 1 tot 4 regeis 0,40. Voor elken regel meer /0,1b.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentia *ord» sir®
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
olt „|»d Woen.J»|t- en ¥iQdat»roe*. ■HgeaoaJerJ op »8en bij «le Firm. V. J. T« llln*
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN.
Gelet op een bealuit van U. H. Gedeputeerdr ^taten
dezer pvovincie, dd. 29 Maart 1902, no. 36, provincial! Mad
no 26. waarbij, onder toeiending, in afdruk ran eene missive
van Zijne Excellence den Minister van Binnenlandscha
Zaken, verzocht wordt om aan de daarin vervatte uitnoo-
diging te voldoen
Brengen ter openbave kennis
dat het voornoemden Minister na kenmsname van
de rapporten betreffende werkeloosheid is gebleken, dat die
tiidens het wiatcrseizoen, dikwijls een veel grooteren omvang
aanneemt dan noodig zou zijn, doordat men op veel plaatsen
bij voorkeur al het benoodigde werk in een bepaald jaar-
getiide laat verrichten, terwijl, ook zoader noodzaak, by
aanbestading van werk de termijn van oplevenng doorgaans
zoo kort mogelijk wordt g.steld, waardoor tgdelijkan over-
vloed door groote schaarschte van werk wordt gevolgd,
lietgoen te uadeeliger werkt doordat de tijdelijk sterk opge-
voerde vraag naar werkkrachten velen van elders lokt, die
na afloop van het werk, het aantal werkloozen vermeerderen,
zoodat op de eene plaats overvloed, en op deandere schaarschte
van werkkrachten bestaat
dat dit kwaad in de hand wofd gewerkt, doordat ook de
terstond niet noodzakeHjke werken dikwijls worden onder-
nomen in tijden van overvloed van werk, terwijl zy
tvcrden aangehonden tot tijden van schaarschte
2". dat op verzoek van den Minister, de ingezetenen
worden uitgenoodigd, voor zooveel nog noodig, met het
hovenvernielde rekening te houden, en te streven naar of
b.vorderlijk t. zijn aan een doelmatige verdeeling van werk
zuamheden opdat de aangednide oorzaken van werk.loosheid
zooveel mogelijk worden weggenomen.
Ter Nenzen, den 22 April 1902.
Burgemeester en Wethonders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOFF, Secretaris.
De Bnrgemeester en Wethouders van TER NEUZK.N,
Gezien de circulaire van den Commissaris der Koningin
in Zeeland van 17 April 1902, A no. 237/1 1'" afdeeling;
inaken beUendl
dat de aan van g van het beschrijvingswerk voor de belasting
6P bedrijfs- en andere inkomsten voor het dienstjaar 1902/190.1,
door den Commissaris der Koningin is bepaald op Donderdag
1 Mei 1903 en dat het werk der commisaien v»« aanslag
behoort te zijn afgeloopen op 27 September daaraanvolgende
jal omdat er bezwaar zou kunnenrijzen tegen regeling
na den krachtens art. 19 7 der wet op de bedrijfsbelasting
bepaalden termijn, van aanslagen welke met uit de beschrij-
ving voortvloeien of die om eene andere reden zijn aan
gehonden moeten worden is bepaald, dat die regeling
moet zijn afgeloopen binnen eene maand, nadat de commissi
van aanslag of het college van zetters door den voorzitter
daartoe zal zijn opgeroepen
en dat de voomaamste verplichtingen welke het publiek
hceft te vervullen, zijn voorgeschreven bij de navolgende
artikelen der wet van 2 October 1893 (Staatsblad no. 149)
die luiden
Artikel 15.
2 Ieder die optreedt als bestuurder of beheerend vennoot
.an eene bier te lande gevestigde vennootschap, onderlinge
verzekeringsmaatschappij cobperatiove vereoniging, of van
eene voreeniging of stichting die een bedrijf of beroep uit-
oefent, of als boekhouder eoner bier te lande gaiestigde
reederij, is gehoudon daarvan schriftelijk" binnen eene maand
kennis te geven bij het bestuur der gemeente waar hij woont.
Het gemeentebestuur handelt met dezo kennisgeving op de
wijze voorgeschreven in de laatste zinsnede der vorige
paragraaf.
Artikel 16.
Hie* te lande wonendo beheerende rennooten van Neder
landsche vennootschappen en maatschappen, als bedoeld in
art. 6 2, en van de in art. 10 bedoelde commanditaire
vennootschappen op aandeelen, bestuurders vau bier te land,
gevestigde naamlooze vennootschappen, cooperatieve en andere
vereenigingen, en onderlingo verzekerings-maatachappijen,
alsook boekhouders van hier te lande gevestigde reederijea
mogen niet tot het doen van uitdeelingen ot uitkeeringen,
waarover votgens art. 5 1 en 2 en art. 6 2 belasting
verschuldigd is, overgaan, alvorens daarvan aangifte gedaan
en de over vroegere uitdeelingea of uitkeeringen ver-
schuldigde belasting betaald te hebben.
Bjj liqnidatie mogen de hier bedoelde uitdeelingen of
uitkeeringen niet geschieden, alvorens de daarover verschuldigde
belasting is voldaan.
Art. 45.
Bestuurders van de bij art. 10 en c bedoelde naamlooze
vennootschappen, cooperatieve vereenigingen, andere ver
eenigingen en stichtingen, die een bedrijf of beroep uit-
o.fenen, onderlinge verzekeringsmaatschappijen en societeiten,
alsook beheerende vennooten van hier te lande gevestigde
commanditaire vennootschappen op aandeelen en boekhouders
van hier te lande gevestigde reederijen, zgn gehouden binnen
veertien dagen na de vaststelling van balans of rekening een
zoodanig uittreksel als noodig is tot toelichting der winst,
uitkeeringen of aitdeelingen te doen toekomen aan den
voorzitter der commissie van aanslag bedoeld bg art. 19
10 of 2, die den aanslag moet regelen.
Artikel 47.
5. Hij, die daartoe gehouden, nalaat de verplichtingen
na te komen bedoeld bij art. 15 1 eerste lid, en art. 15
2 eerste lid, wordt gestraft met eene geldboete van ten
hoogste f 25.
Gelijke straf wordt opgelegd in g.val van overtreding van
art. 45.
6. Overtreding van art. 16 wordt gestraft met eene
geldboete van ten hoogste f 400.
Artikel 34.
Handelsreizigers, kramers en alle verdere personen, die hun
bedrgf ot beroep rondtrekkende nitoefenen, voor zoover zg
behooren tot de bedoelden bij art. la, A en A, zijn gehouden
oitverminderd hunne verplichtingen omschreren bij artt. 12
en 14, zich ter plaatse binnen het Rijk, waar zij zich na
het begin van het belastingjaar hot eerst bovinden, bij het
gemeentebestuur tchriftelijk aan te melden, met opgaaf van
hun naam, hunne woonplaats en hun bedrgf of beroep. Tea
blijke dat zij hieraan voldaan hebben, ontvangen xij kosteloos
een door of vanwege het hoofd van dat bestnur onderteekend
bewgs, dat zij gehouden zijn mede te onderteekenen en op
aanvraag aan ambtenaren der direete belastingen te vertoonon.
Artikel 47.
7. Personen, die van een bewijs voorzien moeten zijn
als bedoeld in art. 34 en die in gebreke blijven dit bewijs op
aanvrage a m bevoegde ambtenaren te vertoonen, worden ge
straft met eene geldboete van ten hoogste f 25.
Geven zij ter bekoming van dat bewijs aan het bevoegd
gezag een valsche naam, woonplaats, bedrijf of beroep op,
ot maken zij gebruik van het aan een auder afgegeven bewijs,
dan worden zij gestraft met eer.e geldboete van ten hoogste f\ 50.
Eindeliji vostigeu zij nog de aandacht op do in art. 12
2, 2» lid 1°. d, aan de ingezetenen van het Rijk verleende
•evoegdheid om zich bg de aanstaande beichrijving de uit-
reiking van een beschrgvings-biljet b te verzekeren, door
v<5(5r of op 15 Mei a. s. het verzoek daartoe te richteo tot
den Ontvanger der directe belastingen over hnnne woonplaats.
Ter Neuzen, 22 April 1902.
Burgemeester en Wethonders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
J. L. OOSTERHOEF, Secretaris.
Er is weinig nieuws. Van onderhandelingen
zal men voorloopig niet meer hooren en ook van
operaties wordt niets gemeld. Wellicht zullen
ze na althans gedeeltelijk rusten. Want in't
Lagerhuis heeft Balfour medegedeeld //Op het
verzoek der Boeren-afgevaardigden heeft lord
Kitchener, ofschoon hij cp militaire gronden een
wapenstilstaud weigerde, goed gevonden, gelegen-
heid te geven voor het verkiezen en de samen-
komst van vertegenwoordigers van de verschillende
kommando'a, om over den toestand te beradea."
Welnu, die gelegenheid is er niet, wanneer er
geen gedeeltelijke stilstand is in den strijd.
Uit Klerksdorp worden door //Central News"
bijzonderheden gemeld ov6r de laatste drijfjacht
van Ian Hamilton. Nadat de tros naar Klerksdorp
was gezonden, togen de Engelschen er weer op
uit. De kolonels Keir en Cookson trokken den
14° 's avonds van Driekuil op en namcn atelling
rechts te Leeuwkop. Low en Bawlinson volgden
den rolgendan morgen, en later nog Kekewich,
die op den uitersten linkervlengel stond, ruetende
op de blokhnislinie van Vaalbank. Toen de linie
aaneengesloten was, ging men op weg. Keir's
kolonne rechts trok noordwaarts, Kekewich's
divisie langs de blokhuizen. Toen de drijfjacht
ten einde was, waren 65 K.M. schoongeveegd.
Alle schuilhoeken waren doorzocht64 ge-
vangenen, karren, wagens en wat vee was de
bait.
Kitchener zond zijn wekelijksche opgaaf. Hij
meldt
In de afgeloopen week zijn 18 Boeren gesneuveld
en 19 gewond825 werden gevangen genomen
en 10 gaven zich over.
De kolonnes van French matten de veratrooide
benden af, die zich in Ladygrey en Rhodes op-
houden. In het westen (vau de Kaapkolonie)
bevindt zich de hoofdmacht van den vijand in
den omtrek van Ookiep, dat aangevallen is, maar
zonder succes. Daar zijn nu versterkingen aan-
gekome*.
De Boeren in de streek ten oesten van Pretoria
ontweken de pas afgeloopen drijfjacht van het
zuiden uit. Colenbrander'a krijgsverrichtingen in
het district Petersburg duren voort. Een losse
afdeeling van zijn strijdmaeht is den 15 ingevecht
geweest met een overmacht van Boeren op zeer
moeilijk terrein, maar zij wist zich in haar
■telling te handhaven.
Men ziet veel nieuws heeft Kitchener n'et te
vertellen. Alles wat hij meedeeld, is blijkbaar
reeds eenige dagen geleden gebeurd. Van dat
gevecht vau Colenbrander op 15 dezer //met een
overmacht van Boeren op zeer moeilijk terrein"
zullen we, te gelegener tijd, wel uadere bijzonder
heden uit de verliezenlijst vernemen.
In het Lagerhuis vroeg O'Kelly, welke vredes-
voorwaardeu gesteld waren san de leiders der
Boeren op de conferentie te Pretoria. Balfour
antwoordde, dat hij aan zijn vorige verklaring
niets toe te voegen had.
O'Kelly vroeg nog, of de Boerenkommando's
in kennis gesteld waren met de vredesvoorwaarden,
en zoo ja, waarom dan ook geen inliehtingen
werden gegeven aan het Parlement. Balfour
antwoordds //Ik zeg niet, dat het zoo is."
BO) - T"~
Een verpletterende slag volgde op deze woorden
Die slag, toegebracht met de vreeselijke kracht
van bijna ijlhoofdige woede, deed Percev Grey
bewusteloos ter aarde storten.
Zonder zelfs een kreet te uiten, viel hij als
levenloos neder op het graf, waarop hij zoo dik
wijls de bruid had beweend, die hij thans had
weergevouden om haar in lietzelfde oogenblik
weder te verliezen.
Gij hebt hem vermoord. O, Percey, spreek,
spreek tot mij
Plotseling zweeg ook Myrtles stem. Haar
vader had haar in zijn sterke armen genomen en
weggedrageu, terwijl zij onder zijn omarming als
een doode ineenzeeg.
Terwijl zij verdweneu langs het door de maan
verlichte pad, liet de man, die steeds naast Blanche
Vansant was blijven stnan, hare hand los om
vader en dochter met anellen tred na te loopen
Hij zag hoe John Blake den grooten weg be
reikle, hoe hij zijn bewusteloozen laat in een
rijtuig tilde, dat daar stond te wachten en toen
wegreed. Nu ging de onbekende weer langzaam
terug naar de plek, waar h(j Blanche Vansant
had achtergelateo.
Wie hij ook zijn mocht, hij scheen geen last
te gevoelen om zich op dit oogenblik bekend te
maken, want hij bleef zijn gelaat zooveel moge
lijk onder hoed en mantel verbergen.
Hij vond Blanche Vansant terug, gebogen over
den bewusteloos liggenden Percey Grey. Haar
gelaat was koel en zonder eenige ontroeriug.
Zij ontstelde niet, toen de vreemdeling weder
naast haar ging staan.
Hij lachtte vroolijk en spottend, toen hij op
zachten toon zeide
Jaloerschheid schijnt de liefde gedood te
hebben en mijn dame is zeker tot alles bereid
om hare mededingster te strsffen. Goed, en toen
vervolgde hij luide
Ja-
De onbekende boog zich over den bewus-
telooze en voelde hem den pols.
Niets dan het gevolg van een hevigen slag,
zeide hij onverschillig, terwijl hij weder opstond,
en thans, mevrouw, hebben wij de gelegenheid
eens met elkander te praten.
Blanche Vansant zag hem koel aan. Klaar-
blijkelijk had zij zich voorgenomen, ditmaal eens
een waardige, teruggetrokken houding aan te nemen.
Waartoe zou een onderhoud tusschen ons
noodig zijn vroeg zij, eenigszins uit de hoogte.
Ten eerste, omdat ik het wil.
Gij?
Ja.
En wie zijt gij
Dat zult gij vernemen, zoodra dit noodig
is, maar ik kan u wel zeggen, dat ik op dit
oogenblik van groot belang ben voor de uitvoering
van uw plaunen. Ah gij ontstelt. Het doet er
niet toe, wij zullen elkander spoedig genoeg be-
grijpen. Waarschijnlijk verbaasd het u, dat ik
belang kon stellen in uwe zaken.
Neen.
Waarom niet
Nu ik twee menschen, die ik dood waande,
tot het leven heb zien terugkeeren, houd ik mij
op alles voorbereid, hoe zonderling ook.
Gij neemt de zaken nogal kalm op. Kunt
gij u even gemakelijk nederleggen bij alles wat
wij dezen nacht hebben vernomen
In welk opzicht.
Gij weet thans, dat gij niet de echtgenoote
zijt vau Percey Grey. Uw huweljjk i« ongeldig,
want zijn eerste vrouw is nog in leven.
Blanche Vansant slaakte een pijnlijken kreet,
alsof haar een adder had gebeten.
Gij weet, dat Myrtle Blake zijn wettige
vrouw is, en dat zij nog leeft. Beantwoord mij
uu een vraag, voor dat Percey Grey weer tot
bewnstzijn kornt.
Wat wenscht gij te weten
Indien ik u een afdoend middel kon aan-
wijzen om Percey Grey voor goed van zijn vrouw
te scheiden, als ik u den weg kan wijzen om
een groot fortuin machtig te worden, zoudt gij
mij dan willen helpen in de uitvoering mijner
plannen
Maar dat kunt gij niet.
En als ik u bewijs dat ik dat w&l kan,
maar dat Percey Grey dan voor altijd van het
toonbeeld der wereld moesl verdwijnen, wat dan 1
Dinadagmiddag zijn de werkzaamheden der
Tweede Kamer hervat. Ingekomen waren de
geloofsbrieven van Mr. Janssen, nieuwbenoemd
lid voor Maastricht en de nominatie voor een
lid van den Hoogen Raad in de vacature-Hanlo,
voorts onderscheidene wetsontwerpen.
De heer Van Alphen heeft verlof verkregen
op nader te bepalen dag tot den Minister van
Oorlog eenige vragen te richten omtrent de voor
genomen late oproeping van miliciens-verlofgangers
der lichting 1895 voor het houden van herhalings-
oefeningen.
Daarna zijn de afdeelingen hernieuwd.
Het Handelsblad meldt dat op 19 dezer
de Minister van Oorlog niet het voornemen had,
de lichting '95 buiten oproeping te laten, met
andere woorden, intrekking dan wel wijziging van
het kon. besluit voor te stellen dat de uitvoerings-
bepalingen, in ontwerp gereed, nog hij enkele
afdeelingen van het departement nog behandeling
vereischen en daarna dns de bekrachtiging van
ZExe. vorderen dat vermoedelijk in de laatste
dagen dezer week de afkondiging kan worden
tegemoet gezien dat hoogstwaarschijnlijk de eerste
'95ers t. w. de 4e comp. van het 2e reg.
vestingartillerie reeds 15 Mei a. s. zullen
moeten opkomen.
De Kamer van Koophandel te's Gravenhage
besloot den Minister van Waterstaateeurijkskeuring
op het geslacht vee aan te vragen.
Zij deed dit naar aanleiding van een schnjven
van de Nederl. Kamer van Koophandel te Londen
die uiteeuzette, dat het in het belang van onzen
uitvoerhandel is, dat scharpe contiole op het
uitgevoerde vleesch worde geoefend.
Blanche gaf geen antwoord.
Denk er wel aan, flnisterde de verleider,
terwijl hij den mond dicht aan haar oor bracht,
als gij weigert, zal deze man toch nooit iets
voor u zijn, en ongetwijfeld zal hij zijn vrouw
wedervinden, ondanks alle pogingen van hareu
krankzinnigen vader. Kom, uw antwoord? Zie
voor altijd van Percey Grey af, helpt mij in de
uitvoerihg mijner plannen, dan zal Myrtle Blake
hem nooit wederzien, en gij zult een groot ver-
mogen met mij deeien.
Het zq zoo ik stem toe.
Met een duivelachtigen glimlach om de lippen
stak de onbekende haar de hand toe.
Keer nu naar het huis van den onden heer
Grey terug, zeide hij, terwijl hij haar, tot be-
zegeling van dit nieuwe bondgenootschap, -de
hand drukte. Binnen een uur zult gij van mij
hooren.
En Percey Grey
Hem ziet gij thans voor de laatste maal
zijne aanwezigheid zou voor onze plannen nood-
lottig zijn. V6or de dag aanbreekt, zal Percey
Grey verdwenen zijn, voor altijd en onherroepe
]jjk, alsof hij door de aarde was verzwolgen.
(Wordt vervolgd).