Gemengde berichten. Telegrafische barichten, wggfM TER NEUZEN, 4 November 1901. RECHTSZAKEN. J], Zaterdag had alhier iu 't Vereenigings gebouw iu de Douze-Visserstraat het toelatings- onderzoek plaats voor leerlingen voor de beide leercursus die van wege de //Vereenigde Hand- werkslieden" worden gegeven. Voor den cursus in rekenen en handteekenen slaagden in alphabetische volgorde I. Bannier, 1. Butler, J. van Es Ez., J. de Eouw, P. C Geensen, C. Heijgelaar, F. Klaassen, G. Koevoets, Jan Kolijn, L. Koole, L. Micliielsen, A. Moggre, F. van der Peijl, J. van der Vliet, H. Yroegop en C. van Wijck. H. Dung, J. Goossen en J. A. Oostdijk zijn voorwaardelijk toegelaten, terwijl 3 werden af- gewezen. Voor den cursus in bouwkundig teekenen werden toegelaten B. van Dijke, I. P. van Dijke, G. de Jong, G. van der Peijl, C. Scheele, F. van der Straeten en H, van der Vliet. De lessen in rekenen en handteekenen vangen heden Maandagavond aan en die in bouwkundig teekenen morgenavond. Voor het exainen vrije- en ordeoefeningen slaagde de heer C. Kohler alhier. Naar we vernemen heeft het bestuur van de Diaconie der Ned. Herv. gemeente te Axel besloten, pogingen aan te wenden voor het stichten van een Diaconiehuis. Voor dat doel werd een biljet van 25 in de collectebus ontvangen. Te Westdorpe had Zaterdagnamiddag 11. een treurig ongeval plaats. Zekere H. Schelfaut, landbouwersknecht, had het ongeluk bij het springen op een wagen, geladen met suikerbieten, uit te glijden en onder de wielen te geraken. De zwaar geladen wagen ging hem over de borst. De vijftienjarige juugeling spuwde bloed, gaf nog een paar snikken en was een lijk. Wei een goede les voor menig voerman om wat minder wild een voertuig op- en af te springen De officier van justitie te Middelburg ver- zoekt opsporing van Eduardus Panhauzen, oud 41 jaar, werkman te Clinge (Belgie), bij vonnis der Arrondissements-rechtbank te Middelburg, dato 8 October 1901, veroordeeld tot 6 maanden ge vangenisstraf wegens bedreiging met eenig misdrijf tegen het leven gericht. Axel. Bedaukt voor het beroep naar Ernst (Gelderland) door Ds. J. B. Th. Hugenholtz, predikant bij de Ned. Herv. gemeente alhier. Axel. Zondag hield de afdeeling Axel en omstreken van het Nederlandsch Onderwijsge- nootschap alhier iu het lokaal van den heer Koole eeue vergadering, welke goed bezocht was. Ver- schillende ingekomen stukken werden voor kennis- geving aangenomen. De heer A. Geerards van Koewacht hield een uitgebreide en humoristisch gestelde lezing over hetgeen hij gezien en gehoord had op de algemeene vergadering te Euschede. Er werd besloten tot stijving der kas in de volgeude vergadering een boekverkooping te houden. Op voorstel van den heer Lyppens zal aan het hoofd- bestuur verzocht worden het daarheeu te willen leiden dat de gemengde commissie, welke verleden jaar de salarisregeling behartigd heeft, thans de zaak der wachtgelden zal ter hand nemen. Koewaclit. Zaterdagmorgen ontmoette een fietsrijder van deze gemeente op zijn weg alhier een met bieten geladen wagen, waaraan nog een kar, insgelijks geladen, gekoppeld was. De fiets rijder meende, dat de voerman met zijn zware vracht moeilijk kon uitsteken, reed op een pad naast den weg en bemerkte een voetganger, die in tegengestelde richting naast de kar liep. Hij belde en riep hem toe wat uit te wijken doch hij ging geen voetbreed op zij, waardoor de fietsrijder op de kar moest rijden. Als door een wonder kreeg hij zelf geen letsel, doch zijn fiets geraakte onder het wiel der kar en werd zoo deerlijk ge- havend, dat hij ze ter plaatse moest laten staan. Als men nu bedeukt dat door een groot toeval hier geen menschenleven tevens te betreuren valt, en dat door een enkel stapje zijwaarts van den voetganger er niets zou zijn voorgevallen, dan ziet men van hoeveel belang het is, dat men voor elkaar wat uitwijkt. Voor wagens, karren, ja zelfs voor een kruiwagen wordt steeds ruim baan gemaaktmaar het is opmerkelijk hoevelen nog ongenegen zijn voor een rijwiel een voetstap op zij te gaan. Wanneer de weg breed genoeg is, behoeft zulks natuurlijk niet, de wielrijder zal in zijn eigen belang wel een botsing zien te voorkomen, doch wanneer het zijpad smal is of voertuigen den weg versperren, dan mocht men tegenover wiel- rijders wel wat inschikkelijker zijn. De tijden zijn gelukkig voorbij, dat men op sommige plaatsen de berijders van rij wielen lastig viel, ja zelfs mis- handeldemaar toch ontmoet men meermalen hier of daar personen, die misschien ook uit antipathie tegen //die nieuwigheid" alles behalve toen zij geloofde daden te kunnen bewijzen dat zij tot de fauiilie behoorde. Hu, hoe koud was dat alles Hij voelde zich zelfs niet eens gedrongen haar op te zoeken, om vertrouwelijk met haar te prateu en haar te vertelien, wat er dien avond gebeurd was vdor den dood zijns vaders. Zij xocht hare slaapkamer op, stak de kaarsen op de toilettafel aan, en daarbij viel haar oog op den spiegel. Daar stond zij, in het zwart. Wat was zij bleek Dat kleede haar nietzij wendde zich verschrikt af. En zoo stil in huis terwijl buiten.(Wordt vervolgd). inschikkelijk zijn voor wielrijders. Bovenstaande moge hen overtuigen, hoe gemakkelijk zij door die onwilligheid ongelukken kunnen veroorzaken, die zij later voorzeker tenzeerste zouden betreuren Tot postbode te Walsoorden is benoemd A. E. J. Vermandel, zoon van den brievengaarder alhier. Borsele, 3 Nov. Het kerkgebouw der Ned Herv. gemeente was heden voormiddag overvo met belangstellenden. Ook van andere gezindten waren velen aanwezig. En geen wonder, want daar zouden optreden drie heeren uit Zuid-Afrika, om den toestand daarginds te bespreken. Na door den predikant Ds. Van Hengeltezijn ingeleid, betrad de heer Kloppers, gewezen hoofd eener school te Krugersdorp in Transvaal, het spreekgestoelte. In een boeiende improvisatie schilderde hij den oorlog met al zijne ellende, de wreedheden der Engelschen, het lijden der bevolking, maar ook den heldenmoed der burgers en de fierheid hunner vrouwen. Hij toonde aan hoe de Boeren door het opeen hoopen van troepenmassa's op de grenzen ge- dwongen waren geworden naar de wapeus te grijpen en hoe de Engelschen zich schromelijk vergist hadden in hunne voorspelling om in weinig weken heer en meester te zijn in het diamant- en goud rijke Zuid-Afrika. Van de wreedheid der Engelsche officieren gewagende, zeide hij, dat deze de ruwe kozakken uit het begin der vorige eeuw overtroffeu, wat hij met bewijzen staafde. Wat de berichlen uit Engelsche bron aangaat, daarvan dient niet veel geloofd te worden, want ja, die lezende, verneemt men steeds, dat de Boeren retireeren, altijd maar retireeren en ze zijn thans dan ook werkelijk reeds geretireerd tot bij Kaapstad. Verschillende pogingen zijn aangewend om de Boeren-generaals om te koopen met belofte van een jaargeld van duizenden guldens. Vooral voor De Wet, //den duivel van Zuid-Afrika" hebben ze ontzag. Het was sprekers besliste overtuiging, dat Zuid-Afrika, dat ze met milde behandeling zoo gemakkelijk hadden kunnen behouden, thans voor de Engelschen onherroepelijk verloren was. Na hem beklom de commandant Steenekamp den kansel. Deze begon met te verklaren, dat hij de Ned. taal niet genoeg machtig was, om zich behoorlijk uit te drukken, want //ons spreek Oud-Hollandsch" zei hij. Hij was dan ook moeilijk te verstaan. Het bloedige gevecht bij Stormberg, waar generaal Gacatre het zoo treurig aflegde, bad hij als bevelhebber van een commando bijge- woond, maar wij weten wel beter, dat hij //De held van Stormberg" genaamd, niet slechts het gevecht bijwoonde, maar door zijn beleidvol en manmoedig optreden, den Engelschen een ver- pletterende nederlaag toebracht. In Transvaal werden eens eenige zijner man schappen gewond door dum-dumkogels, die een vreeselijke uitwerking hebben. Kort daarop gelukte het hem een paar wagens met die helsche kogels te bemachtigen. Deze deelde hij onder zijn burgers uit, zeggende z/nu zullen wij ze ook wel krij." Ze maakten er dan ook een goed gebruik van, doch nu seiude lord Roberts in groote verontwaardiging dadelijk overal heen, dat de Boeren zich van die verfoei lijke dum-dumkogels bedienden. Door zijn chef ondervraagd of die beschuldiging waarheid bevatte, antwoordde Steenekamp //ja, als die dum-dum kogels goed zijn om burgers te schiet, zijn ze ook wel goed om tommies te schiet." Na hem sprak de heer Breed, een boer uit den Vlijstaat. Hij was in het bezit geweest van een hoeve met 3000 schapen, een paar honderd koeien en ruim zooveel ossen, alles was hem door de Engelschen ontstolen. Wegens ziekte moest ook hij het land verlaten, er zijn vrouw met iwaalf kinderen achterlatende. Zijn broers zitten gevangen op Ceylon en de Bermudas. Ook hij was vol moed op de toekomst stellig erkende hij, dat na de overgave van GronjY moedeloosheid was ingetreden, doch de glorierijke overwinning van De Wet bij Sanna's post of Koornspruit, had daaraan een einde gemaakt. De burgers waren vast besloten te strijden tot de laatste patroon verschoten was. Met groote dankbaarheid waren de sprekers vervuld voor hetgeen het volk van Nederland voor hunne landgenooten heeft gedaan en nog doen. Het was zelfs aandoenlijk te hooren, hoe de arme kleinen in de kampen reikhalzend en vertrouwend uitzien naar een bezending kleeren en mondvoorraad uit Nederland. Nooit zal in Zuid-Afrika vergeten worden, wat de Nederlanders in die bange dagen voor hunne stamverwanten gedaan hebben. 's Gravenhage, 4 Nov. De lichte ongesteld- leid van H. M. de Koningin is geweken. De omgeving van President Kruger heeft dezen aangeraden den verderen winter in bet zuiden van Frankrijk door te brengen, ter be- stendiging van den goeden gezondsheidstoestand. De President moet nog beslbsen. Middelburg, 4 Nov. De sluiting der jacht op patrijzen is in deze provincie bepaald op 80 November a. s., met zonsondergang en die op hazen, fazauten, korhoenders en kwartels op 31 December a. s., met zonsondergang. Door de rechtbank te Middelburg is rechts- ingang verleend tegen den ontslagen onderwijzer P. M. W., te Gorincbem, redacteur van het socialistisch weekblaa ,/De Toekomst" te Middel burg, wegens beleediging in dat blad van den heer Elshout, hoofd eener school te Gorinchem. In de Rotterd. Diergaarde wordt thans ge houden een Chrysanten-tentoonstelling, de wiuter- bloem bij uitnemendheid. Fraaie en groote nieuwe soorten zijn er te zien van allerlei kleuren. De Diergaarde zelve is dezer dagen verrijkt met tal van geschenken en aankoopeu. Tegen twee slagersknechts, die te Rotterdam als dollen op hun fiets reden en een oud vrouwtje zoodanig verwondden, dat het mensch nog de kluts kwijt is, werd door de rechtbank aldaar gevorderd 14 dagen gevangeuisstraf. Dat is een goede les voor het onbesuisd rijden in drukke straten. Te Ginneken is ingebroken in de woning van mej. E. B., terwijl deze eenigen tijd op reis was. De man, die het huis luchtte, en dc iubraak bemerkte, gaf daarvan kenuis aan de rijkspolitie, die des nachts het huis verder bewaakte. Na eenige nachten gaf zij dit op an zie, opnieuw werd ingebroken. Alle kamers en kasten zijn opengebroken, doch van gouden of zilveren sier- raden noch van iets anders, werd het minste vermist. Een zware uitslaande brand werd in den nacht van Vrijdag op Zaterdag omstreeks hall' 2, ontdekt door twee werklieden van een houtdraaier in de Bloemstraat te Amsterdam. De patroon, de heer Volckers, was omstreeks 12 uur van huis gegaan, nadat hij zijn tapperij, die in het voorhuis wordt gehouden, had gesloten om eenige vrienden te bezoeken, en aan zijn werklieden de noodige bevelen gegeven over het werk, dat moest afgemaakt worden. Toen de werklieden den brand zagen, konden ze voor uit het perceel niet meer vluchten, maar liepen op het achtergelegen erf waar de werkplaats is geen gevaar voorloopig. Zij wisten echter, dat twee kinderen van den heer V. in de woning waren, en aarzelden geen oogenblik om, ofschoon het vuur zeer fel was toegenomen, deze kinderen een jongen van 5 en een meisje van 4 jaar, te redden; maar zoo fel woeden toen de vlammen, gevoed door spiritualien in de tapperij, dat de werklieden met de kinderen over een afdak zich in veiligheid moesten stellen. Toen de brandweer aankwam, stond zij voor een ware vuurzeemaar met de Vechtkranen kon ze reeds dadelijk uitbreiding van den brand voor komen, ea met die stralen werd ook zonder hulp van de aangerukte stoomspuiten het vuur gebluseht. De tapperij, twee achtervertrekken en een ge- deelte van de eerste verdiepiug brandden geheel uit. Omtreut de oorzaak van den braud is niets bekend. Een gewoon geldkistje, dat in een lade van het buffet stond, waarin f 55 aan papieren geld was geborgen, werd geheel ongedeerd door de brandweer gevonden. Een inwouer van het Brabantsche dorp Geffen, wien door een marechaussee een gevangen- schap van drie maanden was berokkeud, vroeg dezen daarover vloekende en tierende rekenschap en ging hem eindelijk zelfs te lijf, schopte en trapte hem en rukte hem de haren uit den baard. Tot zelfverdediging trok de brigadier zijn sabel en bracht den woesteling een hevige wond op het hoofd toe. Met hulp van nog twee man- schappen werd daarna, maar slechts met groote moeite, de arrestant in de kazerne gebracht, waar hij zich nog als razend aanstelde en zich zelfs het verband van het hoofd rukte, dat was aan- gebracht. Uit Boertange schrijft men aan de //N. Winsch. Ct." Twee bejaarde luitjes, man en vrouw, hadden van hun schoondochter, die in //de stad" woont, een partijtje augurken met de noodige inmaak- kruiden ten geschenke ontvangen. Dezer dagen nu zouden ze dat //vrumde goedje" eens proeven. Eerst smaakte 't minder, maar al etende kwam de lust, en o wonder, vader geraakte er door in een uiterst plezierige stemming. En op't laatst deed hij zoo raar, dat 't oude mensch hem onverwachts de heele flesch voor zijn neus wegkaapte en zeide z/Doe krigst nait mir, Jan, wat deukst wel, worst ja stoapelgek." Dat kenst laigen, Grietriep nu de ver- toornde mannelijke echtgenoot, //klust nog wel n spint." Maar Jan kreeg niet meer. En toen de maaltijd geeindigd was, kon Jan zijn roer niet meer recht houden. Later bleek, dat de goede menschen vruchteu op brandewijn hadden gegeten en gedronken. In de strookartonfabriek Erica te Oudepekela lad de werkman H. K. het ongeluk met zijn rechterarm tusschen de machine te komen, waardoor dit lichaamsdeel letterlijk vermorzeld werd. De man is naar Groningen vervoerd om in het academisch ziekenhuis te worden opgenomen. Door een ongelukkig toeval is de kassier- ooper S. te Eindhoven vooraan op den Geldrop- schen weg onder een rijtuig geraakt. Hij is reeds aan de daarbij bekomen kwetsuren overleden. In de Nieuwe Courant wijst een inzender er op, dat het doorzetten van het boycot-plan aanleidiug moet geven tot een oorlog met Engeland en steld daarbij de vraag of er geen gerechtelijke vervolging behoort te worden ingesteld tegen hen, die voor de vijandelijke houding tegenover een bevriende mogendheid agiteeren naar aanleiding van de bepaling van artikel 100 no. 1 van het Wetboek van Strafrecht, luidende ,/hij, die, in geval van oorlog waarin Nederland niet betrokken is, opzettelijk eenige handeling verricht waardoor de onzijdigheid van den Staat wordt in gevaar ge bracht, wordt gestraft met gevangenistraf van ten hoogste zes jaren. Zij die hier te lande tot den boycot aansporen en als apostelen der beweging van hier uit Europa doortrekken, kunnen zeker geacht worden de onzijdigheid van den Staat in gevaar te brengen. Is het niet de plicht der regeering hier tusschen- beiden te komen P De minister Kuyper zal dan te kiezen hebben tusschen zijn sympathie voor de Boeren en zijn vaderlandsliefde, en ongetwijfeld zal hij zijn plicht vervullen. De reizigers met den mailtrein Amsterdam— Vlissingen zijn Donderdagavond aan een groot onheil ontsnapt. Een eind voorbij Gouda reed de trein, door verkeerden wisselstand, in plaats van naar Rotterdam naar 's Gravenhage. Men reed toen spoedig terug om den wissel te doen overleggen, zoodat de binnen enkele minuten volgende trein nog juist den tijd had stil te houden. Naar Alkmaar is van Texel overgebracht een 1 7jarig jongeling, die beschuldigd wordt een schot te hebben gelost op den zoou van een landeigenaar, die hem 't stroopen op zijns vaders eigendommen verbood. In haar meedeelingen over den stand der zaak van den moord te Tilburg, zei onlangs de z/N. R. Ct." ook, dat Mutsaers, na ziek te zijn geweest, nu geen werk kan krijgen. Tegen deze bewering komt M. zelf ten stel- ligste op, zegt het #Utr. Dbl." Hij verklaart, slechts een paar dagen na zijn invrijheidstelling ongesteld te zijn geweestvan den aanvang af heeft hij zich altijd vrij bewogen en hij heeft ook geregeld werk gehad en is thans voor eigen reke- ning aan 't werkvan niemaud heeft hij eenige ondersteuning genoteu en hij zou die ook van niemand willen aannemen. Een correspondent uit Zuid-Afrika zet in de //Morning Post" op aardige wijze uiteen, dat het Engelsche leger van kanounen op't oogenblik slechts last ondervindt. Alle artilleristen denkeu er zoo over en alleen de bereden infanterie heeft een andere opinie. De kanonnen worden orernl medegesleept, maar zelfs de pompoms komen zelden meer dan eens per week in actie. De correspondent weet van een stuk, dat sedert September 1900 meer dan 3000 KM. heeft afge- legd en toch slechts 24 schoten heeft gelost. De Engelschen zouden de Boeren gemakkelijk kunnen verslaan als deze maar eens stand wilden houden. Doen ze dat een enkele maal zeg eens in de drie maanden op zijn meest dan wordt allereerst het kopje gebombardeerd, waar zij zich ophouden. Bij het eerste schot evenwel gaat broeder Boer er van door en begint de jacht opnieuw. Misschien zegt de bereden infan- terist tot zich zelf//Een kanon is een mooi dinghet verdrijft de Boeren dadelijk", maar de kunst is niet om de Boeren te verdrijven, doch wel om ze in handen te krijgen. De kanonnen zijn bovendien een lastpost, omdat zij altijd aan de gebaande wegen gebonden zijn en omdat, als de Boeren het vuur openen, de aanvoerder van de Eugelsche kolonne zich voor alles de vraag moet stellen: »Zijn mijn kanonnen veilig Is er nergens een plek waar de Boeren tusschendoor kunnen kruipen en er bij komen P" De kanonnen eischen bovendien steeds een flink escorte en in t algemeen veel manschappen, die beter gebruikt konden worden. Volgens een telegram uit New-York zouden ijke Hollanders aldaar schikkingen hebben gelroffen voor de vestiging van een kolonie van Boeren en Hollanders in den staat Wyoming. Zij hebben zich den eigendom van 100,000 bunders land verzekerd en opmetingen laten doen voor een reusachtig bevloeiingsstelsel, waarvan de uitvoering onmiddelijk ter hand zou worden genomen als de kolouisten zijn overgebracht om het werk te doen. De bodem is geschikt voor de suikerteelt en een groote beetwortel-suikerfabriek zal worden opgericht. Drie jonge inlanders, uit Sidi-Amor in Tunis, weidden gezamenlijk een kudde schapen, terwijl ze in de beste harmonie leefden. Op zekeren dag echter merkten de beide oud- ste kinderen van dertien en veertien jaar, dat hun makker in 't bezit van een fluitje was. En daar hij 'thun niet wilde geven, hebben zij den knaap toen met een doek geworgd en het lijk onder steenen bedolven. De ouders ongerust geworden door het wegblijven van hun kind, en door de ontwijkende antwoorden van zijn kameraadjes, zijn gaan zoeken en vonden poedig het bedolven lijk. De politie heeft nu de jonge misdadigers ge- arresteerd.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1901 | | pagina 2