(iemengde berichten.
en aan 't einde van dien termijn het bepaalde bij
't tweede lid van art. 7 niet meer zou gelden.
Werd in dezen zin't Regeeringsvoorstel aangevuld,
dan zouden zij zich daarmede kunnen vereenigen.
Sommige leden verdedigden het voorstel der
Regeeriug krachtig. Met haar waren zij van
oordeel dat thans de bekende strijdvraag tot een
beslissing moet worden gebracht, te meer omdat,
zoo de wet ongewijzigd bleef, na 1 Mei 1901 het
verschil van zienswijze zou blijven bestaan en dit
tot groote rechtsonzekerheid aanleiding zou geven.
In 't belang der zuiverheid van beslissing achtte
men 't van verschillende zijden wenschelijk, om de
termijnsverlenging te stellen op 1 Mei 1908 of 1 Mei
1904, opdat de geheele herziening der Drankwet
dan nog in 't aanstaand vierjarig parlemeutair
tijdvak kunne geschieden.
De Minister van Oorlog de heer Kool
heeft gelijk reeds kortelijk is medegedeeld
ook namens zijn ambtgenooten van Marine en
Binnenlandsche Zaken, aan de Tweede Kamer
ingezonden een vijfde nota van wijzigingeu be-
trekkelijk de Militiewet.
Voor zoover dit uit het gewijzigde ontwerp,
dat niet vergezeld gaat van een nota van toe-
lichting, valt op te maken, heeft de nieuwe
Minister van oorlog voornamelijk de volgende
wijzigingen noodig geaoht
1°. wenscht hij de aflevering van tot den dienst
aangewezen en in de lichting van het jaar.begre-
pen lotelingen jaarlijks te doen geschieden in
Maart van hen, die ter volledige oefening moeten
worden ingelijfdin Mei van hen die ter korte
oefening moeten worden ingelijfd
2®. handhaaft hij onveranderd art. 122 betref-
fende den 81/3 maandschen eersten oefeningstijd.
8°. wordt nader geregeld hoe in de eischen
van den dienst van het leger, met inbegrip van
kadervorming wordt voorzien en over welke man-
schappen wordt beschikt.
4°. wordt voorgesteld de manschappeu der zee-
militie tot eerste oefening eveneens tot eerste
oefening maand in werkelijken dienst te houden
met bevoegdheid dien eersten oefeningstijd tot
ten hoogste 12 maanden te verlengen voor hen,
die na 8^ maandsche eerste oefening blijken niet
te voldoen aan de eischen van practische en theo-
retische bekwaamheid.
5®. wordt een geheel nieuw artikel voorgesteld
luidende
^Wanneer het ter handhaving of tot herstel
van de openbare rnst en orde, tot uitvoering van
wettelijke voorschriften of om andere overwegeude
redenen noodig is, kan door Ons worden bevolen,
dat de ingelijfden bij de militie te land, die
overeenkonstig art. 122, 123 of 124 onder de
wapenen zijn of laatstelijk geweest zijn onder de
wapenen worden gehouden of geroepen. Hierbij
geldt de tweede zinsnede van art. 124. In de
gevallen, in de vorige zinsnede genoemd, wordt,
zoodra bovenbedoelde ingelijfden zes weken onder
de wapenen hebben doorgebracht, onverwijld een
voorstel van wet aan de Staten-Generaal gedaan,
om het onder de wapenen blijven van die inge
lijfden, zooveel noodig, te bepalen."
Voor zoover op de vorenbedoelde wijze geen
genoegzame manschappen te verkrijgen zijn tot
het verrichten van den daarin vermelden dienst,
kunnen tot aanvulling van het ontbrekende de
ingelijfden bij de militie te land, die laatstelijk
den bij art. 122 bepaalden tijd onder de wapenen
hebben doorgebracht, onder de wapenen worden
gehouden of geroepen, bij de bereden korpsen
voor niet langer dan 6 maanden, bij de overige
korpsen voor niet langer dan 4 maanden, tot
ten hoogste 7500 man. De landmiliciens inge-
volge art. 122, die zich met verlof bevinden,
komen voor herhalingsoefeningen in werkelijken
dienstbij de onbereden korpsen in het geheel
voor twaalf weken, verdeeld over ten hoogste drie
perioden bij de bereden korpsen voor niet langer
dan acht weken (in het vorig ontwerp bedroeg
dit aantal 6 weken) verdeeld over ten hoogste 2
perioden.
In een te Leeuwarden gehouden vergadering
van de Friesche Maatschappij van Landbouw heeft
de heer J. Wiersma, te Ferwerd, de wenschelijk-
heid besproken van de oprichting eener cooperatieve
beetwortelsuikerfabriek in Friesland.
Spreker betoogde dat in Friesland niet zooveel
als in andere provincien aan vracht zou behoeven
betaald te worden. De fabriek te Vierverlaten
mer echter, dat men moeilijk kon uitmaken, of
prins Issrstein door de liefde dan wel door zijn
schulden tot zelfmoord zou gekomen zijn.
Bah Zij zag in hem een geschikt werktuig
voor haar bedoelingenkon zij meer van hem
verlangen
Zij reikte hem de hand, toen hij eindelijk zweeg.
//Hoe zou ik zoo wreed kunnen zijn u den dood
te gemoet te voeren zei ze eenigszins spottend.
z/Dair u mij wil bezitten om gelukkig te zijn
welnu, voor mijn part wees gelukkig."
Hij bracht haar hand aan zijn lippen en wilde
haar met vurige woorden danken, doch zij voor-
kwam hem.
z/Wees nu tevreden," zei ze koel. Ge kent
mijn zwak, ik ben nu eenmaal een volslagen vijandin
van alles, wat sentimenteel is, en hoe meer ge mij
daarvan verschoont, hoe beter wij het met elkander
zullen vinden. Laten wij nu naar de zaal terug-
Jceeren I"
(Wordt vervolgd.)
b.v. betaalt aan den verbouwer ongeveer f 9 voor
de 1000 K.g. bieten en ongeveer 3 aan vracht.
De berekening is, dat een cooperatieve fabriek
ongeveer 11,50 per 1000 K.g. aan den ver
bouwer kan uitbetalen.
Na gehouden beraadslaging is besloten in een
volgende vergadering, speciaal daarvoor te beleggen,
de werking der cooperatieve beetwortelsuikerfabriek
te Sas van Gent volledig na te gaan.
TER NEUZEN, 15 April 1901.
Velen waren gisterenavond opgegaan naar
het lokaal van den heer Joz. de Ftijter alhier,
om Keimpe Hogerhuis te zien, en te hooren
spreken over de zaak der Hogerhuizen. Nadat
door I. I. Samson een en ander omtrent de inbraak
te Britsum en de toemalige toestand in Fries
land was medegedeeld, werd door hem de
behandeling der Hogerhuiszaak voor de openbare
terechtzitting der Leeuwarder rechtbank, en ver
schillende daar afgelegde getuigenverklaringen
scherp gecritiseerd, om te komen tot de conclusie
dat over de Hogerhuizen moedwillig en tegen
beter weten in, het schuldig was uitgesproken.
Na genoemden spreker trad Keimpe Hogerhuis
(het type van een kalm en bedaard werkman) op,
en haalde verschillende omstandigheden aan, waar-
uit hij, evenals voorgaande spreker, afleidde dat
men in hen, onschuldigen, oudanks alles schuldigen
had willen vinden.
Ten slotte werden de vergaderden opgewekt
om mede te werken aan de invrijheidstelling der
twee zich nog in de gevangenis bevindende ge-
broeders Hogerhuis, en daartoe ook alhier, evenals
in Middelburg en Vlissingen eene Hogerhuis-
vereeniging op te richten.
Voor zoover we konden nagaan had de ver
gadering op dit punt weinig succes.
Heden namiddag voer alhier op den Ooste-
lijken havendam omhoog de Eng. driemastschoener
Alembic, van Havre met creosoot voor Selzaete
bestemd. Bij het volgend tij zal het schip ver-
moedelijk weer vlot komen.
Bij Kon. besluit is benoemd tot betaalmeester
te Tiel, de beer J. F. Heemskerk, thans te Sas
van Gent.
Koewacht. Werden voor eenige dagen bij
A. M. op den Ouden Molen een dertigtal kippen
ontvreemd thans hebben in den nacht van Vrijdag
op Zaterdag de dieven op het Belgische gedeelte
dezer gemeente hun slag geslagen. Bij verschillende
ingezelenen zijn daar de kippen- en konijnenhokkeu
geledigd zonder dat de eigenaars 's nachts iets
vernomen hadden.
Walsoorden. Zaterdagavond omstreeks zeven
uur had hier op de Wester-Schelde een treurig
ongeluk plaats. Waarschijnlijk door het slaan
van het zeil sloeg een 27jarig meisje van een
voorbijvarend schip over boord. De ongelukkige
verdweeu onmiddellijk in de diepte. Alle pogingen,
die men aanwendde om haar te redden, bleven
vruchteloos. Haar lijk is nog niet gevonden.
IJzendijke, 13 April. Omtrent den dader
van de poging tot diefstal bij den landbouwer L.
in den nacht van 10 op 11 dezer, kan nog worden
gemeld, dat dit is geweest de beruchte strooper
en dief J. H. van N°. Een, gemeente Hoofdplaat.
Deze is tijdelijk werkzaam te Antwerpen, hij
was met de Paaschdagen te huis. Na het ont-
vangen schot heeft hij zich langs een omweg
huiswaarts begeven en na zich van andere kleeding
te hebben voorzien is hij op weg gegaan naar
Belgie. Hij moet, in het onderlijf of beenen zijn
getrofFen en veel bloed hebben verlorenhij is
alhier tweemaal flauw gevallen, zeker door de
vreeselijke pijnen toch wist hij zich nog te voet
tot achter Watervliet te begeven, om daar op
de tram te stappen.
Alhier liep het gerucht dat hij reeds was
overledendoch dit is nog niet bevestigd. J. H.
is de compagnon van Leo M. uit Biervliet, drie
jaar geleden tot 6 jaar gevangeuisstraf veroordeeld,
wegens diefstal van kippen.
Te Zierikzee is drijvende gevonden het lijk
van den heer Ph. de Back, gemeenteraadslid van
Colijnsplaat, die sinds eenige dagen vermist werd.
Men denkt dat hij door de duisternis van den
zeedijk is gevallen en alzoo verdronken.
Nabij het station Groningen-Halte is een
reiziger uit den in beweging zijnden trein gesprongen,
met het gevolg dat zijn rechtervoet werd verminkt.
Het echtpaar W. L. 95 en J. v. D. 89 jaar,
in de Friesche gemeente Opsterland, zal 7 Juni
a. s. 72 jaar getrouwd zijn, als zij dien datum
mogen beleven. Uit dit echtpaar zijn elf kinderen
gesproten, van wie nog negen in leven zijn. Drie
zusters van den man zijn nog in leven, die 85,
83 en 81 jaren tellen. Voor hun leeftijd zijn
de beide oudjes nog kras.
Een aardige scene werd verleden week voor
de rechtbank te Amsterdam in een der kamers
voor civiele zaken afgespeeld. Een oude vrouw
van bij de tachtig jaren moest als getuige voor-
komen. Om tien uur was zij gedagvaard, doch
toen het tijd werd voor de rechtbank om koffie
te gaan drinken, was haar beurt om gehoord te
worden nog niet gekomen.
De president van de rechtbank, die medelijden
had met het oude moedertje liet haar een broodje
met ham en een kop koffie brengen.
Groot was de hilariteit toen het vrouwtje na
de pauze binnenkwam en op den president toeging,
hem de hand drukte en zeide //nou ik dank je
hartelijk voor je koffie en brood, dat de heeren
hier zoo goed voor een oud meusch zorgden had
ik nooit gedacht."
Een veelbelovend jongmensch van 13 jaar
te Rotterdam heeft van een 9jarig meisje met
een stuk brandend poetskatoen de kleertjes in
brand gestoken. Het kind kreeg vrij ernstige
brandwonden aan de beenen en den rug.
Te Maasland gaat een paartje trouwen, dat
reeds 35 jaar is geengageerd.
Meer nog dan het gemiddelde van een menschen-
leven dus
De zoon van een landbouwer te Bathmen
had het ongeluk, dat bij het houthakken de bijl
afschampte, en met kracht op zijn klomp terecht
kwam. De klomp werd verbrijzeld en de bijl drong
in zijn voet, sloeg van den grooten teen eeu stukje,
van den tweeden het bovenste lid en den derden
bijna geheel af.
De arbeider K., werkzaam in de papier-
fabriek te Velsen, geraakteZaterdagmiddagtusschen
de machine, met het noodlottig gevolg, dat zijn
beide beenen werden afgesneden.
Door het omslaau van een roeiboot geraakten
twee jongelieden in het proviuciale kanaal te Delft.
De 15jarige R. v. L. wist zich te redden, doch
de 16jarige J. B. zonk spoedig in de diepte weg.
Op het droge gebracht bleek hij bewusteloos
te zijn en mochten pogingen om het leven op te
wekken niet slagen.
Te Baarn is Vrijdagnamiddag bij het schijf-
schieten de marqueur door een kogel in het
hoofd getroffen en onmiddelijk dood neergevallen.
Hij was een gepensioneerd militair uit Indie en
laat eene vrouw met een jong kind na.
Het slachtoffer van het noodlottig toeval, Van
Vulpen, heeft indertijd verscheiden malen in Atjeh
gevochten. Het ongeluk heeft zich aldus toege-
dragen. De heer IJ, onlangs uit Utrecht naar
Baarn verhuisd, zou zijn gewone serie van vijf
schoten lossen. Na het derde schot keek de
marqueur hoogst onvoorzichtig uit zijn verdekte
stelling, om te zien waar het vierde schot bleef.
Te gelijker tijd drong de kogel in zijn oog en
doodde hem onmiddellijk. Men zag hem bij't be
gin der baan (800 M.) wankelen en de handen
uitstrekkenijlings snelde men er heen, doch
vond hem badende in zijn bloed. De geneesheer
kon slechts den dood constateeren. Meermalen
i v. V. gewaarschuwd, niet zoo onvoorzichtig
te zijn, maar gewoonlijk was zijn antwoord, dat
er wel 1000 kogels om zijn ooren gjvlogen waren,
en hij er niet bang voor was. Het ongeluk is
dan ook aan hemzelf te wijten. Niettemin kan
men zich den toestand van den heer IJ voorstellen.
Donderdagavond is te Barneveld de bliksem
ingeslagen bij den landbouwer J. Soetendal. Na
verschillende muren doorboord te hebben, sloeg
hij nog een plank van de bedstede, waariu zich
eene zieke vrouw bevond.
Een begin van den brand kon nog gebluscht
worden.
Zaterdagmiddag is te Beverwijk de 5jarige
C. Witteman door den stoomtram Haarlem
Alkmaar overreden. De jougen was op een tree-
plank gaan zitten, wilde daar afspringen, en kwam
met de beenen onder den goederenwagen.
Een been werd verbrijzeld tot de dij toe, het
andere werd recht door midden gespleten. Hij is
in het gasthuis opgenomen, alwaar hij is overleden.
Door het schrikken van zijn paard is
Donderdagnamiddag de voerman Kusters te Kessel
om het leven gekomen. Hij werd van zijne kar
geslingerd en kwam daaronder terechteen der
wielen reed hem over het hoofd, zoodat de dood
bijna onmiddellijk intrad.
Een treurig geval heeft zich in den nacht
van Vrijdag op Zaterdag te Amsterdam voorgedaan.
Op de Heerengracht bij de Raadhuisstraat
woonden de twee dames S., eene moeder met
hare ongeveer 30jarige dochter. Toen des morgens
als naar gewoonte de dienstboden zich aanmelden
om haar dagtaak te beginnen, kregen zij, ook na
herhaald schellen, "geen gehoor.
Toen eindelijk, onder politietoezicht, de deur
door een smid van buitenaf was geopend, kwam
een benauwende lucht den binnentredenden tege-
moet. Bij onderzoek bleek, dat in de slaapkamer
van de beide dames de gaskraan open stond en
dat de beide vrouwen in haar slaap gestikt waren.
Een in allerijl geroepen dokter kon slechts den
dood constateeren. Dit droevig sterfgeval, dat
zoo kort plaats greep na den dood van den heer
S., die ongeveer een half jaar geleden is over
leden, wekte in de buurt algemeene deelneming.
Alsof de onderwijzer er iets aan doen kan
Op een dorp in het noorden van Noord-Brabant
had een hoofdonderwijzer een leerling onder handen
genomen om het thuisblijven. Dit wasgruwelijk
en moest gewroken worden, meende de vader.
Hij gaat naar meester en loop, stil in huis.
Deze, iets hoorende, loopt naar de gang en ont-
moet daar den man. Deze vraagt hem nu le
ipreken en beweert niet in de kamer te kunnen
komen, omdat zijn schoenen wat vuil zijn. De
meester, niets vermoedende, gaat met hem mede
naar de keuken, en ontvangt daareen paar
slagen om het hoofd en schoppen
Nu zal de man voor zijn ongemotiveerde wraak
moeten boeten.
Geen plaatsvervanger in de eel
Een buitenman, die in een oogenblik van drift
zijn buurman een pak slaag had toegediend, werd
deswege door de rechtbank te Utrecht, tot eenige
dagen gevangeuisstraf veroordeeld. Daar het de
eerste maal was, dat de man met de justitie in
aanraking kwam had hij er natuurlijk den mond
vol van en zoo kwam het dan ook dat hij al
spoedig m een tapperij zijn wedervaren aan de
bezoekers mededeelde. Niet dat het vooruitzicht
van eenige dagen te moeten brommen hem zoo
toelachte, doch juist de vrees, die hij voor de
gevangenis had, was oorzaak dat hij behoefte ge-
voelde zijn gemoed eens lucht te geven. Natuurlijk
trachtte men hem van alle zijden te troosten,
terwijl zelfs een der bezoekers zich bereid ver-
klaarde om onder nader te bepalen voor-
waarden de straf geheel van hem overte nemen.
Het boertje, dat van dergelijke zaken niet het
minste verstand had, nam dat voorstel dankbaar
aan, betaalde een paar dagen later de overeenge-
komen som en toog daarna, merkbaar verlicht
zoowel van hart als van beurs huiswanrte.
Vreemd stond de man echter te kijken, toen hij
onverwachts een aaumaning kreeg om op een be
paalden datum zich tot het ondergaan der hem
opgelegde straf te moeten aanmelden, terwijl hij
zich nog meer verwonderde, dat men van zijn
plaatsvervanger, die zich trouwens niet vertoonde,
heelemaal niets wilde weten. Thans beter inge-
Hcht heeft hij dadelijk na zijn ontslag een klacht
tegen den bedoelden persoon bij de politie inge-
diend, bij wie dit zaakje nu in onderzoek is.
Men heeft het lang zoeken te verbloemen,
maar thans kan men het feit niet meer verzwijgen,
dat Krupp, de kanonnenkoning te Essen, talnjke'
werklieden moest ontslaan bij gebrek aan werk.
Af en toe werden reeds ploegen van 50 en 100
man ontslagen. Komen er niet spoedig bestel-
lingen, zoo zullen weldra 5000 man naar huis
gezonden moeten worden.
Een predikant te Karbach bij Wurzburg
kreeg dezer dagen //als postpakket" een kartonnen
doos, waarin hij bij het open maken een kinder-
lijkje in de lange kleeren en een brief met 25 mk.
vond. De schrijver verzocht hem het lijkje voor
dit geld te begraven.
Lit de sectie bleek dat het kind een paar uren
na zijn geboorte aan een natuuriijken dood was
gestorven.
In de bergen bij St. Etienne heeft het Donder-
dagnacht nog overvloedig gesneeuwd.
De Parijsche politie is op het spoor gekomen
van een kolossale oplichterij, gepleegd door een
Londensch agentschap. De oplichtersfirma liet
zich door agenten in Frankrijk bericht geven van
het overlijden van personen, wier naam en positie
het vermoeden wettigde dat zij wel iets aan hun
erfgenamen zouden nalaten en zond dan aan deze
een schrijven met de mededeeling dat onmiddellijk
voldaan moest worden de laatste termijn van de
levensverzekering van den overledene, wilden de
erfgenamen niet de aanspraken op de uitkeenng
van het bedrag der verzekering verliezen. Zeer
vele slachtoffers liepen in de val en zonden het
geld aan het opgegeven adres. Werd later de
boedel geregeld dan vernamen zij dat er geen
polis bestond, in elk geval dat ze waren opgelicht.
Er zijn reeds vijftig aanklachten tegen de zwen-
delfirma ingediend.
Zes maanden lang zijn mannen van zaken
te New-kork geplaagd met nagemaakte vijf-doilar-
noten, die bij duizenden in de stad werden ver-
spreid. Eindelijk is het der politie gelukt den
dader te vinden. In de woning van zekeren
Shoog zijn de platen gevonden, waarmede de
valsche biljetten zijn gemaakt.
Shoog kwam in 1895 uit Zweden te New-York
aan en begon onmiddelijk twintig-dollar-noten te
maken. Hij werd te Chicago gevangen genomen,
maar ontsnapte en vestigde zich te Brooklyn,
waar hij zich wijdde aan het maken van vreemde
bankbiljetten. Hij was de maker van de beruchte
20-noot van de Schotsche Bank, die zooveel
mannen van zaken moeilijk van de echte ver-
mochten te onderscheiden en maakte verder
Canadeesche noten van 10 dollar en biljetten
van 100 kronen, waarmede hij Zweden en Dene-
marken overstroomde.
Een ongemotiveerde aanval van zenuwachtigheid
in een bankinstelling in Wallstreet vestigde de aan-
dacht der politie op hem. Toen hij bemerkte dat hij
het voorwerp van de oplettendheid der agenten was,
beproefde hij zich van het leven te berooveu, doch
hij werd in verzekerde bewaring genomen, voordat
hij zijn voornemen kon uitvoeren.
In zijn woning vond de politie de platen van
alle valsche biljetten die Shoog in omloop heeft
gebracht. Hij maakte zelf zijn inkt en zijn
papier en drukte de biljetten persoonlijk. Men
gelooft dat hij slechts een helper had, die de
uitgifte bezorgde.
De matigheidsvrienden die te Weenen ver-
gaderd zijn geweest, waren alles behalve gematigd
in hun woorden. Op het rumoer dat door den
aanval van dr. Meinert op de artsen veroorzaakt
werd, volgde in een andere zitting een nog heftiger
tooneel. Een vegetarier verlangde een wettelijk