J
A1 g e a e o n
Uisuws* en Advertentieblad
voor
Seeuwsch'Vlaanderen.
No. 4050*.
PBIHBSS OP IBM®.
Zaterdag 23 Maart 1001.
41e Jaarg;ang.
BinnenEand.
Teiegrafische berichten.
Ciemengde berichten.
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
F J1LLETON
1«)
RECHTSZAKEN
Arrondissements-rechtbank te Middelhurg.
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abouneert zich bij alle Boekhaudelaars, Postdirecteuren en Brieven
bushouders.
(MBA
ADVEBTENT UN:
Van 1 tot 4 regelg f 0,40. Voor elken regel meer 0,10
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordi oe pre
slechts t w e e m a a 1 berekend.
Grootere letters word en naar plaatsruimte berekend.
■Bit bind verirhijnt rliiHiiilUK-, Woea.dna- en V r ij cl j»u»*ouitnitfezondei
DK MWI»: t*> Tei
ssr srxtvzssmnBmmm
fcnzen.
T VV EEUE BLAD.
Aan de zuidzijde van het Binnenhof te's Graven-
hage bewogen zich gisterochtend vele toeschouwers,
in afwachting, dat H.M. de Koningin aan de
vergaderzaal van den Raad van State zou aankomen.
H. M. en Z. K. H. stapten even half twaalf af
aan den vleugel die voert naar de vergaderzaal
van den Ministerraad, gevolgd door eenige leder,
der Hofhouding. De Militaire wacht, dienst-
doende in het gebouw der Tweede Kamer, stond
in groot tenue buiten in het geweer.
Het Koninklijk Echtpaar werd aan den ingang
van de vestibule ontvangen door staatsraden Mr.
Heijdenrijck en Jhr. Humalda van Eijsinga in
commissie met den waarnemenden secretaris van
den Raad van State, Mr. A. J. Graaf van Rand-
wijck daartoe benoemd.
Alle leden waren in de groote vergaderzaal
tegenwoordig, behalve de staatsraden generaal Den
Beer Poortugael en Mr. Moltzer, die om gezond-
heidsredenen buitenslands zijn, zoomede de referen-
darissen, uitgenomen baron De Vos van Steenwijk,
en de commiezen van staat.
Onmiddellijk na het biunentreden van het
Koninklijk paar, nam de plechtigheid onder leiding
van H. M. als voorzitster van het Staatscollege
een aanvang.
Nadat H. M. den presidialen stoel ingenomen
had, lieeft Zij II. D. Gemaal met een aanspraak
geinstalleerd.
De geinstalleerde beantwoordde deze toespraak.
De vice-president van den Raad van State Jhr.
Mr. Schorer, wenschte namens den Raad H. M.
en Z. K. H. daarna uit naam van den Raad geluk
met H. D.'s eerste verschijning in den Baad van
State.
Ten 11 u. 50 min. was de plechtigheid geeindigd.
In de zitting der Tweede Kamer van gisteren
werd voortgezet de beraadslaging over de artikelen
7 en S der Woningwet, strekkende om waarborgen
te geven dat de gemeentebesturen zich van de
verplichtingen (tot het maken van verordeningen)
welke deze wet hun oplegt, zullen kwijten en
dat indien na zekeren termijn de raad nalatig is
gebleven, een hooger gezag deze taak van het ge-
meentebestuur zal overuemen.
De Minister van Binnenlandsche Zaken bestreed
uitvoerig de Woensdag toegelichte amendementen
van de heeren Lohman en Kuyper. Hij betoogde
Zij stak den graaf haar bevende hand toe.
„Ik dank u," zeide zij nauw hoorbaar.
Hij nam haar hand niet aan.
Waarvoor, mevrouw vroeg hij koel. »Ik
zou hetzelfde voor iederen vreemde gedaau hebben.
Het was mijn plicht u te waarschuweu. Laat ik
u nog opmerken, dat ik het niet gewaagd zou
hebben u nog aan te spreken, als ik geen drin-
gende reden had gehad."
Hij groette en wilde heengaan, toen hij bemerkte
hoe bleek zij was.
„Is u niet wel vroeg hij bezorgd.
Katharina trachtte te glimlachen.
,/Het heeft niets te beduiden," zeide zij mat.
f/Het is weer voorbij." Maar zij zou op datzelfde
oogenblik neergezegen zijn, als Waldenburg haar
niet ondersteund had.
A1 zijn werk was als door een tooverslag ver-
dwenen. Met angstige bezorgdheid keek hij naar
het bleeke gelaat, dat aan zijn borst rustte, zooals
een hulpeloos kind bij de moeder.
Werkelijk gevoelde zij zich slechts weinige
oogenblikken onwelspoedig richtte Katharina
zich weer op.
„Ik bid u, ga nu uws weegs. U kan mij nu
gerust aan mij zelf oveFaten," zeide zij, terwijl
zij te vergeefs op vasten toon wilde spreken.
Maar Waldenburg ging niet; hij zeile
„Ik kan u thans onmogelijk alleen laten.
Yeroorloof mij met u terug te rijdeu."
dat het amennement-Lohman, dat zich wil bepalen i
tot mededeeling van gemeenteverordeningeu der
Ged. Staten met bevoegdheid aan laatstgenoemden
om bij Dalatigheid van gemeentebesturen te kunnen
optreden slechts schijn-waarborgen oplevert,
voor de nakoming der opgelegde verplichtingen
en dus de volkshuisvesting niet voldoende zal
worden behartigd. Daarbij laat dit amende ment
tevens nog toe dat Gemeentebesturen mede de
voorschriften van Ged. Staten kunnen wijzigen.
Het amendement-Kuyper, dat voor elke nalatige
gemeente een speciale wet, aanwijzende een bij-
zonder gezag, wenscht, bestrijdende, betoogde de
Minister dat dit voorstel een nieuwigheid in ons
Staatsrecht is, een miskenning van het Grond-
wettig recht dat alleen bij verwaarloozing voor
gemeentebesturen een oud gezag optreedt. Op
die wijze krijgt men veel grooter aanranding van
de autonomie der gemeenten al» 't ware een auto
nomic onder de zweep.
De Minister verklaarde zich niet te zullen ver-
zetten tegen het amendemeut- Van Asch van Wijck
(Ede) c.s. om aan den gemeenteraad hooger beroep
op de Kroon binnen 30 dagen toe te laten op
beslissingen van Ged. Staten tot weigering van
goedkeuring van gemeentelijke voorschriften om-
trent woningenen 2° tegen het amendemeut
Troelstra om door tusschenkomst van den cen-
tralen gezondheidsraad te kunnen geraken tot
vernietiging van door Gedeputeerde Staten ver-
leende vrijstellingen omtrent wouiugbouw of be-
woning om op die wijze te waken tegen willekeurig
verleende dispensaties.
In beide amendementen zag de Minister zelfs
op sommige punten eenige verbetering.
De heer Drucker ontraadt namens de commissie
van voorbereiding de amendementen van de heeren
Kuyper en Lohman. De meerderheid der com
missie, hoewel geen overwegend bezwaar hebbende
tegen het amendement-Van Kol c.s., was toch de
aanneming daarvan niet aan te raden, wegens den
meerderen omslag en grooter centralisatie, en de
commissie beveelt aan het amendement-Van Asch
van Wijck.
TER NEUZEN, 22 Maart 1901.
Op de gisteren door Burg, en Weth. dezer
gemeente vastgestelde kiezerslijst komen voor 1233
kiezers voor de Tweede Kamer, 1231 voor de
Provinciale Staten en 1212 voor den Gemeente
raad. Het vorig jaar waren deze cijfers respec-
tievelijk 1188, 1186 en 1177.
Dat was weer op een toon, die op bedenkelijke
wijze tusschen bevel en verzoek het midden hield,
maar ditmaal streefde Katharina niet tegen.
Op den terugweg werd weiuig gesproken. Wal
denburg wees haar de palen, die over de geheele
breedte van de rivier in het ijs geslageu waren
en zei
„Slechts tot hier is de ijsbaan voor het verkeer
geopend. Ik zag u buiten het afgepaalde terrein
gaau en volgde u."
De afwezigheid van Katharina en Waldenburg
was door hunne talrijke bekenden zeer goed op-
gemerkt. Bij hun terugkeer zag ieder hen ver-
wonderd en nieuwsgierig aan. Dong Waldenburg
toch nog naar Katharuia's hand? Had men zich
vergist, toen men een geheime verstandhouding
tusschen hem en prinses Margaretha vermoedde
In zijn ontstellenis maakte die arme prins
Iserstein een dwaas figuur en aan scherpzieude
oogen ontging het niet, hoe de vragende blikken
der prinses op Waldenburg gericht waren, waarbij
echter haar vroolijke glimlach geen oogenblik
van haar gelaat verdween.
Als zij Waldenburg beminde, moest zij toch
heel zeker van haar zaak zijn.
Bij deze gedaehte kwam Katharina's hoogmoed
met voile kracht weer boven. *Zoo heb ik dan
toch de rol gespeeld, die men mij had toegedacht,"
zeide zij verbitterd tot zichzelve. Daarbij maakte
zij haar handen uit die van Waldenburg los en
bedankte hem met een lichte buiging.
„Ik wil u niet langer lastig vallen," sprak zij
en wendde zich toen met een zonnige glimlach
tot Iserstein.
„Is uw vertrouwelijk gesprek met Hare Hoogheid
Na een diensttijd van ruim 50 jaar heeft de
beer H. van de Kreke, adjunct-commies der lrte
klasse ter provinciale-griffie van Zeeland, als zoo-
danig eervol ontslag aangevraagd en verkregen.
Koewacht. Woensdag had alhier de plechtige
begrafenis plaats van den Zeer Eerw. heer A.
M. Juten, in leven pastoor dezer parochie.
Om 10 uur trokken de leden der Congregatie
en der H. Familie met hunne vaandels, welke
met rouwfloers omgeven waren, uit de kerk naar
de pastorie om het lijk van den geliefden doode
af te halen. Bij het gemeentehuis sloten zich
hierbij aan de leden van het kerkbestuur, het
R. K. en burgelijk armbestuur en de leden van
den gemeenteraad. In goede orde trok men van
de pastorie weer kerkwaarts. Het lijk werd ge-
dragen door de prefecten der H. Familie, terwijl
de slippen van het lijkkleed werden vastgehouden
door de leden van het kerkbestuur. Achter de
baar volgde de familie en eene lange rij
van geestelijken, waaronder men o. a. ook de
gardiaan van het Capucijnenklooster te Sluiskil
opmerkte. De dienst werd verricht door den
ZeerEerw. heer Deken van Hulst, bijgestaan door
de Kapelaans dezer parochie. Na de kerkelijke
diensten, die ruim 2 uur duurden, trok men stoets-
gewijze naar het kerkhof, waar eene groote menigte
volks reeds om de geopende groeve geschaard
stonden.
Nadat het lijk in het graf was neergelaten,
nam de heer C. Dierick als hoofd van het kerk
bestuur en van de gemeente Koewacht het woord.
Hij schelste den overledene als geestelijk opper-
hoofd, als mensch en als ingezetene, die de nood-
lijdenden bijstond en deongelukkigenhulp verleende.
De heer W. Juten van Bergen op Zoom be
dankte alien, die aan zijn onvergetelijken bloed-
verwant de laatste eer hadden bewezen.
's Gravenliage, 22 Maart. Tweede Kamer. In
de volgende week wordt het wetsontwerp tot tijde-
lijke verlenging der drankwet ter behandeling ver-
wacht.
Bij de voortgezette behandeling der woningwet
werd art. 9, verhuurders van woningen van ten
miuste drie vertrekken vtrplichtende tot het doen
van opgaven aan het gemeentebesluur, aangenomen
met 40 tegen 31 stemmen, na verwerping van
verschillende daarop ingediende amendementen.
Art. 12, regelende de iudiening van bezwaar-
schriften tegen ongeschikte woningen, door drie
afgeloopen vroeg zij zoo luid, dat de omstanders
het hoorden. //De» te beter, ik heb u ge-
mist Kom, gauw, wij mogen dien wals niet
verzuimeu
Op de tonen der militaire muziek reed zij
daarop met den prins ver weg, tot aan de palen,
die de ijsbaan afzetten. Men moest niet kunnen
deuken, dat zij alleen met Waldenburg de een-
zaamheid had gezocht.
Alleen op plaatsen, waar ik mij vrij en on-
gehinderd bewegen kau, geeft het schaatsenrijdeu
mij genoegeu," verklaarde zij bij haar terugkeer
aan eenige bekenden. „Maar nu ben ik doodmoe."
Zij liet haar schaatseu losmaken en ging toen
aan den arm van Iserstein naar haar slede.
De heeren, die haar gevolgd waren, kregeu een
hoofdkuikje tot afscheid, alleen den prins gold
haar vrieudelijk vtot weerziensen hij alleen
genoot de eer haar hand te kussen.
//Hij kwam, zag en overwondeclameerde
luitenaut Treskow. #Wanneer laat u de verlovings-
kaarten drukken, prins En toen de prins zich
met den glimlach van een zelfbewusten overwiunaar
verwijderde, voegde de jonge officier er schouder-
ophaleud bij //Het is ongelooflijk. Nu kan
men zien wat een priuseukroon vermag, al behoort
die ook aan zoo'n onbeduidend wezen en al moet
die ook uit een berg van schulden voor den dag
gehaald worden. Die mooie Katharina wil nu
zeker volstrekt de vlek wegwisscheu, die zij door
haar eerste huwelijk op haar ouden adellijken
naam heeft geworpen."
Dienzelfden avond was mevrouw Von Salten
niet in de opera, ofschoon een beroemde gast in
Lohengrin zong. Toen de kamenier den volgen-
of meer meerderjarige ingezetenen, werd aangenomen
met 41 tegen 22 stemmen, na verwerping van
het amendemeut van den heer Van Karnebeek om
die bevoegdheid te beperken.
De rechtbank heeft in hare zitting van 22
Maart, de volgende vonnissen uitgesproken
M. D., 19 j. oud, landbouwersknecht te Paal,
gemeente Graauw, is wegens mishaudeling van
een ambtenaar veroordeeld tot 14 dagen gevan-
genisstraf.
P. d' H., 28 j. oud, schipper te Paal (Graauw,)
is wegens mishandeling veroordeeld tot 1 boete
of 1 dag bechtenis.
G. A. de B. Gz., 18 j. oud, voerman te
Zaamslag, is wegens diefstal veroordeeld tot 14
dagen gevangenisstraf.
A. N., 35 j. oud, landbouwer en vlaskoop-
man te Koewacht, is wegens mishandeling vrij-
gesproken.
1. L. L. E. M., 19 j. oud2. O. A. A. W.,
21 j. oud, arbeiders te Sas van Gent, zijn wegens
huisvredebreuk ieder veroordeeld tot 14 dagen
gevangenisstraf.
P. L. F., 21 j. oud, bootwerker te Ter Neuzen,
is wegens mishandeling veroordeeld tot 14 boete
of 14 dagen bechtenis.
A. M., 23 j. oud, timmermansknecht, ver-
blijvende te Ter Neuzen, is wegens wederspanuigheid
veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf.
De laatste van de Rosmalensche vierlingen
is Woensdag gestorven.
Koopman van Os, te Tiel, reed Zondag-
middag met zijn hittenkar, waarop ook vier
kinderen, toen de hit schrikte voor een kinder-
wageu, en op hoi sloeg. De wagen kwam in
aanraking met een boom, en wel zod hevig, dat
alien er afsloegen, en de boomen der kar en het
tuig werden verbrijzeld. Van Os zelf kreeg twee
ernstige hoofdwonden een der kinderen, hetwelk
de wagen over het lichaam kreeg, werd voor dood
opgenomen.
Te Mierloo (N.-B.) zijn twee boerenwoningen
afgebrand. Een driejarig kind, dat in zijn bedje
lag te slapen, werd eerst niet door zijne ouders
vermist. Toen men ten laatste poogde het kind
te redden, hadden de dekens reeds vlam gevat
den morgen haar meesteres een kop chocolade
bracht, vond zij haar met de koorts te bed. De
dokter moest komen en het duurde bijua twee
weken, eer Katharina weer in de gezelschappen
verscheen.
De zuid-Duitsche stad, waar Katharina woonde,
had een aanzienlijk garnizoen en de commandant
daarvan was een verre bloedverwant van den
regeerendeu vorst. Hierop was men niet weinig
trotschmen schaarde zich vol toewijding rond.
om den henog en diens jonge bekooriijke nicht,
die na den dood harer ouders in zijn huis een
vriendelijke opname gevonden had.
Hertog Frederik was een geweldig jager; in
zijn jonge jareu was hij ook buiten Euro a ter
jacht gegaan.
De ijsbeer aan den Noordpool en de leeuw in
de Afrikaansche woestijn waren voor hem niet
veilig geweest. Hij had het spoor van den beer
in de wouden van Canada gevolgd en den konings-
tijger uit de Dsjoengels van den Ganges opge-
jaagd. De overweging, dat hij de laatste ver-
tegenwoordiger van zijn oud geslacht was, deed
den dertig-jarigen man voor goed naar Europa
terugkeereu. Hij trad weder in het leger en huwde
een Wurtembergsche prinses, zoo oud als hij, en
meer door vernuft en lieftalligheid uitmuutende
dan door lichamelijke schoonheid.
Hoewel dit huwelijk om bijredenen geslolen
was, waren de echtelieden toch zeer gelukkig
met elkander. De hertog, die steeds naar avou-
turen gezocht had, werd een teeder echtgenoot, en
vader, die met genoegen den invloed der schoone,
edele huiselijkheid ondervond.
(Woidt vervolgd).