A1 g e a o s n
Hieuws* en Advertentieblad
voor
2eenwsch*71aanderen.
Aanbestedmg.
No. 4036.
aanbesteden
Dinsdag 19 Februari 1901.
41e Jaargang.
Engeland en de Z.-A. Republiek.
De vervulde Vloek.
Intending van advertentiSn vbor 3 uren op den dao der uitaave
"'J'—K. a,
het aanleggen en gedeeltelijk ver-
harden van een rijweg in den
Brakman, bij de buurt Mauritsfort,
ter lengte van 200 M.
Earning /730,-.
Aanwijzing op Donderdag den 21" Februari
1901, des middags te 12 ure, 1.1., waartoe saam
te komen aan de haven van Mauritsfort.
FEUILLETON
IKK NEUZEN, 18 Februari 1901.
mm
TT"r-i r r*" riTT^r 11
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADyEBTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0 10
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
v.. nviuwJ "aai jJii
Burgemeester en Wethouders van HOEK zullen
op Zaterdag den 23" Februari 1901, des
namiddags te 4 ure, locale tijd, ten gemeentehuize
bij enkele inschrijving
Het bestek is tegen betaling of toezending van
*0 cent verkrijgbaar bij den Secretaris.
Hoek, 2 Februari 1901.
A. WOLFERT, Burgemeester.
J. M. DREGMANS, Secretaris.
We weten niet of Louis Botha klassiek
onderlegd is, hij zou anders het woord van Cesar
kunnen aanhalen mevrouw Botha, die hem
gaat overhalen, de Boerenzaak te verraden
Mevrouw Botha is een Engelschezij ver-
toeft te Pretoria onder invloed van haar land-
genooten en een militair eskorte zal haar op den
droeven tocht vergezellen. Laten wij haar niet
hard vallenwie weet hoe zij bewerkt is. En
te meer zijn wij geneigd, haar optreden minnelijk
te beoordeelen, omdat er misschien goed nieuws
aan ten grondslag ligt. Immers, als French en
de zijnen Botha zoo goed als gevangen hadden,
zouden ze geen vredesboden meer doorlaten.
En wanneer Kitchener kans zag, de Boeren onder
zijn ijzeren hand te verpletteren, zou hij geen
menschen met den strooppot rondsturen.
Smith-Dorrien heeft Amsterdam bezetdat is
al wat we weten van de vorderingen der 7
kolonnes. En dan dat de koningin der Swazies
haar Engelsche isympathieen heeft uitgesproken
zij en haar volk waren door de Boeren altijd
slechl behandeld, zei ze.
Ondanks de 7 kolonnes is de Oosterspoor nog
allesbehalve veilig. Bij Belfast hebben de Boeren
weer een goederen trein en een passagierstrein
vermeesterd. De passagiers werden gedwongen
uit te stijgen en moesten de leveusmiddelen van
de goederenwaggons naar de Boerenwagens dragen.
Na dezen onwaardigen arbeid verricht te hebben
zegt /Central News", werden zij van huu schoenen
en kleederen berooft. Zij mochten toen bij wijze
van vergoeding echter getuige zijn van een tooneel,
zooals men niet alle dag te zien krijgt. De
beide locomotieven liet men achteruit werken en
daarop met volleu stoom de treinen op elkaar
instormeu. Met een oorverdooveuden slag botsten
de locomotieven tegen elkaar en in minder dan
geen tijd waren beide treinen een algeheele ruine.
llet vuur der beide machines deelde zich aan de
overblijfselen mede, nog gevoed door de olie der
locomotieven, en binnen korten tijd was van
geen der wageus iets meer dan het misvormde
ijzerwerk over. De Boeren trokken daarop weg
en lieten de ongelukkige passagiers naar Belfast
wandelen.
Ook in het westen laat het spoorwegverkeer
nog reel te wenschen over. Het militaire hoofd-
kwartier te Pretoria heeft daarom te Kimberley
doen weten, dat alle niet-militaire spoorwegver
keer, zoowel naar 't noorden als naar 'tzuiden,
gestaakt moest woden. De Wet zit nl. in het
zuiden, in de buuri van den spoorweg.
Lit de Kaapkolouie is het nieuws schaarsch.
Een 300tal Boeren, die uit Calvina terugkeerden
bezetten den 11*, 's ochtends, van Wijk's vlei.
Een kleine patrouille, te van Wijk's vlei gestati-
onneerd, had den vorigen avond ten noorden van
bet dorp een schemautseling gehad met de Boeren
en hen teruggedreven. De patrouille vervolgde
de Boeren en kwam dicht bij hun kamp, toen
werden er weer schoten gewisseld, de Boeren
lieten een zoeklicht op de Engelschen spelen,
vielen hen toen aan en de patrouille trok terug.
Een sterke macht Boeren bevond zich Dinsdag-
avond op 40 KM. ten westen van Carnarvon,
uoordwestelijk oprukkende. Er bevinden zich
verscheiden Kapenaars bij de Boeren, zegt de be-
richtgever.
Oin den lust tot deelneming aan den strijd bij
de Engelschen aan te moedigen, zal de gouverneur
der Kaapkolouie een nieuwe medaille instellen,
bestemd voor elken Engelschman of koloniaal die
aan den veldtocht deelneemt.
Het rechterlijk ouderzoek naar de diefstal uit de
waggons van militaire levenstocht in Natal is
begonnen. Er zijn reeds 7 persouen gearresteerd
en men heeft bv. twee tonnen koopwaar bij een
hotelhouder in de buurt van een station gevonden.
Andere arrestaties worden verwacht en een aautal
winkehers hebben zich verdacht gemaakt door
van die gestolen goederen te koopen.
He Aar, 16 Febr. De Wet en Steyn zijn
gistermorgen met een strijdmacht van 2000 ii
•3000 man en twee kanonnen, den spoorweg ten
noorden van Houtkraal overgetrokken. De Engel-
iche bommen joegen den vijand uiteen, die zich
met van zijn kanonnen bediende. Een gepantserde
trein opende het vuur met scheepsgeschut.
De Engelschen slaagden er in, zoo goed als
het geheele convooi van De Wet buit te maken,
daaronder begrepen 100,000 patronen en veel
minutie voor snelvuurgeschut. De Engelsche ver-
liezen wareu drie gewonden.
Naar het Duitsch.
De nacht, dien hij tot elken prijs wakende
had willen doonbrengeu, was voorbij het was
reeds dag. Men had hem dus laten slapen
en hij sliep, terwijl zij misschien stierf 1 Hij
sprong op en snelde de gang door, naar de
andere karner. In de gang was niemand om
hem te zeggen, hoe het was, het lxuis scheen
uitgestorven. Daar stond hij voor de deur.
Zou hij die opendoen Zijn arm scheen ver-
lamd, en toch wilde hij die deur wel met de
oogen doorborea. Wat zou hij vinden Dood
of leveu
Daar werd de deur zacht geopend en Stella's
vermoeid gelast zag hij voor zich. Zij scheen
aan 1 8rond vastgenageld en hij wankelde.
Wat, wat zou hij hooren
Er vloog een zonnestraal der vreugde over haar
gelaat en zij greep zijn handen met den uitroep
//Charles I"
//Is het voorbij stamelde hij.
«,Ja," antwoordde zij met aandoening, „het is
gedaan met alle zorg en augst. De dokter geeft
nieuwe hoop op haar herstel
Charles had zich op het ergste voorbereid dit
nieuws greep hem bijna even geweldig aan/ bij
tuimelde bewusteloos tegen den grond.
Tegen het aanbreken van den dag was Bertha
uit haar simmering ontwaakt, die haar meer had
verkwikt dan sedert wekeu bet geval was geweest.
Zij keek op en herkeude Beatrice dadelijk. Zij
lachte haar toe, sloot de oogen en sluimerde
opnieuw in. De crisis was voorbijtegen alle
verwachting in was de ziekte ten goede gekeerd.
Bertha zou niet sterven 1
Wel verliep er nog rnim een week in bange
zorg, maar eindelijk kwam de dag, dat Bertha
met voile bewustzijn de oogen opende en zich
herinnerde, wat met haar gebeurd was. Meer-
malen bemerkte Beatrice, dat haar nicht in dieae
gedachten verzouken lag en dat zij haar iets
wilde vragen, en toch niet durfde.
//Waar denk je toch zoo over, Bertha?" vroeg
ze eindelijk op zekeren dag. ,/lk zie, dat je me
wat vragen wilt."
Bertha keek haar droomerig aan.
it J a, antwoordde ze. //Hoe lang ben ik ziek
geweest
//Bijna vijf weken, lieve 1 Wat hebben we a1
zorgen en augst doorstaan 1 Ben ik niet erg
mager geworden Wat zal Hammond wel zeggen
Bertha lachte er om, maar haar gedachten
schenen zich met iets anders bezig te houden.
//Zeg, Beatrice," begon ze weer te vragen,
z/heb ik veel gepraat, terwijl ik buiten kennis lag
"Toen je buiten kennis lag Ja toen werd je
voortdurend door allerlei akelige droombeelden
gekweld, maar daar moet je nu niet aan
denken, dat is gelukkig voorbij
*Ja, het is voorbij." Zuchtte Bertha. ,/Ik
wist het wel. Het is zeker niets dan verbeeldiug
Angstig keek Beatrice haar aan.
//Wat bedoel je daarmee vroeg ze.
In ons vorig nummer konden we reeds een en
ander meedeelen omtrent de electrische cent rale
alhier, doch omtrent hetgeen ten tijde van het
verschijnen van ons laatste nummer plaats greep
moeten we nog een en ander meedeelen.
rijdagavond om 8 uur begaven we ons, op
uitnoodiging van de directie der Industrieele
Maatschappij naar het gebouw der centrale, waar
we in een net met vlaggedoek en groen getooid,
schitterend verlicht bijgebouwtje werden ontvangen!
Toen de genoodigden, waaronder de leden van
den Raad en andere autoriteiten, ten getale van
omstreeks 40, bijeen waren, werden zij uitge-
noodigd tot het bezichtigen der werken.
ti n.6 centra'e/ yoltooid onder directie van den heer
Ilalbertsma, ingenieur te 's Gravenhage, is ge-
bouwd door den aannemer G. J. Balkenstein
alhier. Het is bepaald jammer, dat het zoo aan
alle zij den tusscheu de huizen is iugebouwd,
t strekt anders tot sieraad der plaats, ofschoon
men er nu weinig zicht op heeft. En zooals de
indruk is van buiten gezien, zoo is het ook als
men er binnen treedt. Alles maakt een indruk
van netheid en soliditeit en getuigt van een
streven om iets degelijks daar te stellen. In het
machinelokaal, waarvan de vloer met linoleum is
belrgd, staan de in ons vorig nummer beschreven
machines enz.
Door den heer E. van Erven Dorens, ingenieur
te Amsterdam, ontwerper der electrische installatie
alhier, werd een en ander aan de aanwezigen uit-
eengezet, waarna met belangstelling de inrichting
in oogeuschouw genomen werd, waarbij men alge-
meen betuigingen van tevredenheid kon hooren.
Hierna verzocht de heer Van Barneveld Kooij Jr.
directeur der Industrieele Maatschappij, den waar-
nemenden burgemeester, den heer Moes, voor de
eerste maal de straatverlichting te willen outsteken.
Alvorens aan dit verzoek te voldoen sprak de
heer Moes t volgende
Mijne Heeren
De Burgemeester heeft mij verzocht hier mee te
deelen, dat ZEd. tot zijn leedwezeu en ik voeg
er bij, ook^ tot mijn leedwezen, verhinderd is,
bij de opening der electrische verlichliug, tegen-
woordig te zijn.
Tevens heeft ZEd. mij verzocht in zijne plaats
hier op te treden.
Daaraan voldoende, is het mij een genoegen
er op te kunnen wijzen, dat de dag deepening
van de electrische verlichting in Ter Neuzen
vroeger^ plaats heeft, dank zij den grooten spoed
waarmee in de laatste zes weken gewerkt is, dan
velen onzer verwacht hadden. Ik voor mij althaus
heb bij de aanvraag om verlenging van den tijd
van oplevering gezegd, daar komt dezen winter
niets meer van. En zie, nu staan wij juist op
I tijd voor het uur der in werkingstelling.
Dit geeft mij aanleiding om een woord van
hulde aan de uitvoerders van het werk niet te
mogen onthouden. En nu de verlichting zelve.
Het blijkt dat in Ter Neuzen tal van menschen
gevonden worden, denkelijk om het nieuwe en door
courantenberichten, welke bevreesd zijn voor onge-
lukken. Gisteren toen ik de eer en de beleefd-
heid genoot in het gebouw rondgeleid te worden,
heb ik, bij het uitspreken mijner bewondering
over de nette uitvoering van alles, en verder kan
ik, als niet-deskundige niet gaan, ook de meer-
malen gehoorde bezwaren, ter sprake gebracht,
en toen is mij duidelijk gemaakt waaruit gevaar
kan voortvloeien, en er bijgevoegd dat bij zoo'n
lage spanning als hier maar noodig is, dit gevaar
niet bestaat. Hoe het zij M. H. medeleden
van den Raad, wij hebben nu eenmaal in Zee-
land de eersten willen zijn met electrische ver
lichting, wij zullen nu ook de gevolgen moeten
drngen. Wij zijn nu scheep, laat ons in zee gaan.
Ik geef in overweging om de vele nieuwsgierigen
en belangstellenden niet langer in de koude te
laten wachten, maar terstond te beginnen met de
proef op de som te nemen. Ik heb gezegd.
Daarop drukte de heer Moes drie paren handels
over, waardoor de drie stroomen, welke de be-
z/Och, Beatrice, lach er maar om. Ik droomde
dat Charles hier was."
z/En waarom zou hij niet hier geweest ziin
Hij is nog hier
Er ging een schok door Bertha's leden. Op
haar bevende lippen scheen een nieuwe vraag te
branden.
"E" je wilt nog meer weten, niet waar, Bertha
Spreek vnj uit, je behoeft niet te vreezen, dat
ik er om zal lachen."
Met neergeslagen oogen stamelde Bertha toen:
z/Ditmaal zal je me zeker uitlachen, Beatrice;
ik weet wel, dat het slechts een droom geweest
kan zijn. Ik droomde, dat Charles
//Ita voort, ga voort," drong Beatrice. *Je
droomde dat Charles
//Met me getrouwd was," bracht de zieke met
moeite uit. „0 zeg hem er niets vanDat
staat me zoo duidelijk voor den geest, dat ik het
onwillekeurig moest zeggen."
Een glimlach verried wat in Beatrice omging,
toen ze zich over haar heenboog en haar kuste.
//Ja, lieve, beste zuster, je bent wel degelijk
getrouwd, al veertien dagen en daardoor is mijn
schoonste hoop vervuld. Je bent mijn lieve
zuster, je bent Charles vrouw
Een kreet van vreugde ontsnapte Bertha's
lippen.
"Geen droom geen droom 1" riep zij bevend
uit, //het is werkelijkheid" en ze bedekte haar
gelaat met beide handen en bleef stil liggen.
//Ja, je bent Charles' vrouw," vervolgde Beatrice,
en hij wacht slechts op een woord van je om je
in zijn armen te mogen sluiten. Mag hij binnen-
komen
Zij wachtte het antwoord niet af, opende
de deur van de kamer, en Charles knielde aan
het bed en bedekte haar handen met vurige
kussen.
z/Bertha, mijn Bertha," riep hij tusschen lachen
en schreien. //Heb je mij werkelijk lief? Wil
je mij niet meer uit je bijzijn wegzenden
Zij stak de hsnden naar hem uit en trok hem
aan haar hart.
//Wegzenden? O, neen, zeg dat nooit weer.
Je bent mijn £en en alles. Je bent de eenige,
dien ik van stonden aan heb liefgehad, en ik
zal je liefhebben zoolang ik leef."
En buiten stond Beatrice tegen de deurpost
geleund en stortte vreugdetranen. Zoo was het
geluk dan eindelijk gekomen.
W eldra kon Bertha het bed verlaten en op
den arm van haar echtgeuoot steunende, kleine
wandelingen maken, waarbij het lied der liefde
hun aanhoudend in de ooren klonk. Daarop volg-
den nog schooner dagen. Bertha was eindelijk
geheel genezen en toen sloeg het uur, dat ze
afscheid zouden nemen. Met het voorjaar trok
het jonge paar naar Engeland.
Voor hun vertrek vereenigde de priester nog
twee harten door den huwelijksband. Kapitein
Hammond voerde Beatrice naar het echt-altaar.
De twee paren staken met dezelfde mailboot den
oceaan over. Stella Seton bleef bij de oude mevrouw
Stuart, wier levensavond zij door kinderlijke toe-
wijdende liefde wist te veraangenamen.
Op Engelschen bodem aangekomen, trokken
Charles en Bertha naar Cheshire. Het was eene
fraaie zonnige middag, toen zij in de oude Gotische
kerk 'oinnentraden, waar sedert eeuwen de lederj