Landbouwberichten.
Buitenland.
Gemengde berichten.
Koewacht.
Is liet aretrmili; van cbilisalpeter
op liooiland winstgevend
een Engelsch officier hem eens werd toegevoegd
„Jij hebt ons meer kwaad gedaan dan honderd
geweren".
Ds. van Broekhuizen houdt zich nu onledig in
Nederland spreekbeurten te vervullen en dan tevens
gelden te verzamelen voor de weduwen en weezen
der Boeren in Z.-Afrika.
Sluiskil. De storm van gisteren heeft hier
nog al huisgehouden en veel schade aangericht.
Van een woning is de zijgevel omgewaaid, van
een steenen schuur een der muren ingedrukt en
neergeploft. Ook is er een boom boven op een
huis terecht gekomen, zonder evenwel veel schade
aan die woning te veroorzaken.
Zaamslag, 25 Jan. In de heden gehouden
raadsvergadering werd, behoudens enkele voor-
waarden, aan Jb van Dixhoorn vergunning verleend
om een schuur te bouwen tegen den zuidelijken
gevel van het armhuisje in de achterbuurt.
Tot president van het algemeen burgerlijk arm-
bestuur werd, wegens ontslagname van den heer
M. de Jonge, benoemd de heer W. de Mul, die
de benoeming verklaarde aan te nemen.
De grafdelver A. Klaassen had verzocht zijn
jaarwedde met 25 te verhoogen wegens ver-
hooging van het zielental der gemeente, daarentegen
zou hij zich dan belasten met het onderhoud der
voetpaden op de begraafplaats. Besloten werd
de jaarwedde met 10,te verhoogen en dus
te brengen op 110,het onderhoud der paden
werd hem echter niet opgedragen.
Eenige bewoners van de Val hadden verzocht
een aarden uitweg aldaar te verharden. De ver-
gadering achtte het evenwel noodig dat belang-
hebbenden de vervoerkosten van materialen zouden
dragen en dat eerst gezorgd werd voor een breedere
weg aan de put in genoemde buurt. Het verzoek
werd dus aangehouden.
Besloten werd met plaatsing van nieuwe paaltjes
op de algemeene begraafplaats nog voort te gaan
totdat het geheele perk dat nu gebezigd wordt
gebruikt is.
Eenige af- en overschrijvingen in de begrooting
voor 1900 werden goedgekeurd.
Vastgesteld werd het kohier der schoolgelden
voor 1901.
Ook werd vastgesteld het huishoudelijk reglement
voor de commissie tot wering van schoolverzuim,
van welke commissie de leden reeds vroeger be
noemd zijn.
Ten slotte werd op voorstel van den Voorzitter
een crediet van f 25 toegestaan voor versiering
en illuminatie van het gemeeutehuis op den huwe-
lijksdag van H. M. de Koningin en besloten tot
aanschaffing van 600 feestplaten, ter herinnering
aan dien dag uit te reiken aan de schoolkinderen.
Nog werd besproken het houden van een veulen-
markt op een vroeger tijdstip dan de gewone
jaarlijksche paarden- en veemarkt in begin Juli.
De vergadering verwachtte evenwel geen vruchten
daarvan en bracht dus in den bestaanden toestand
geen verandering.
Ziiamslag, 27 Jan. In den nacht van Zater-
dag op Zondag 11. hebben onbekende dieven een
bezoek gebracht bij verschillende houders van
kippen en werden door middel van braak en over-
klimming ontvreemd bij A. C. It. 11 kippen, bij
C. d. J. 2, bij J. v. A. 3 en bij J. d. K. een
konijn. Aangezien de ontstolenen alien menschen
zijn, die met hard werken hun brood verdienen,
ware het beter geweest hun wat te geven, in stede
van te nemen.
Aangifte is bij de politie gedaan.
Axel. Zaterdag heeft zich alhiereen commissie
gevormd om den Huwelijksdag van II. M. onze
geerrbiedigde Koningin niet onopgemerkt te laten
voorbijgaan.
De commissie bestaat uit de heeren:
D. J. Oggel, burgemeester, eere-voorzitter
J. K. Vink, voorzitter J. M. Oggel, secretaris
J. A. Dregmans, penningmeester en R. Blankert,
J. C. de Bruijn, P. Cornelissen, F. Dieleman,
W. Dieleman, S. Dieleman, Ph. A. Knieriem,
P. Koole, D. Koster, P. J. Kruijsse, C. J. Loof,
M. Wolfert, leden.
In den loop dezer week zal er bij de inge-
zetenen worden rondgegaan om gelden in te
zamelen voor de feestviering.
Staande de vergadering werd geteekend voor
f 62.
Verleden week zijn uit deze
olf
meente weer vele jongelingen naar Duitschland
vertrokken en in den loop dezer week zullen er
nog meer gaan.
De meeste dezer personen vinden werk in de
omstreken van Elberfeld, Essen, Dortmund, Duis-
berg en Keulen en wel aan straten, kanalen, ge
bouwen, spoor- en tramlijnen.
Naar bericht van degenen, welke het vorigjaar
in Duitschland werk vonden en de winlerdagen
hier doorbrachten, kan een persoon, die flink de
handen uit de mouwen wil steken, van 2,25
tot 3 per dag verdienen naar den aard van den
arbeid, dien hij verrichten moet.
Voor kost en inwoning betaalt men in den
regel 9 h 10 mark of 5,40 tot 6 per week,
zoodat zij, die zuinig leven, nog al een aardige
cent kunnen oversparen. De landbouwers vreezen,
dat er dezen zomer gebrek aan werkkrachten za
zijn. Sommigen hebben reeds hooger loon beloofd
nan hen die blijven willen
Deze vraag staat boven een plaat, welke ons
dezer dagen onder de oogen kwam. En nu
't antwoord er op
Het wordt ons gegeven door een drietal
photograjien, achtereenvolgens voorstellende de
opgebrachte hoeveelheden van een gelijk aantal
veldjes. Bovendien worden die hoeveelheden in
cijfers uitgedrukt, alleen met dit verschil, dat
deze de opbrengsten per H.A. weergeven. Ze
zijn 4416 K.G. hooi, 6625 K.G. en 8710 K.G.
Zonder aan deze mededeeling 6en woord toe
te voegen, zal de lezer al begrijpen, dat het eerste
perceel onbemest was gelaten, terwijl de beide
andere 't eene minder, 't andere meer kunstmest
ontvingen.
En welken kunstmest
't Veldje dat 6625 KG. hooi leverde, had
1000 K.G. kainiet en 1000 K.G. slakkenmeel ge-
had. Deze hadden alzoo een meeropbrengst van
2209 K.G. te weeg gebracht. Een aardig voor-
deeltje dus.
Maar nu 't perceel, dat niet minder dan 8710
K.G. per H.A. had gegeven
Dit was (behalve van evenveel Kalniet en
Slakkenmeel als 't weede veldje) ook nog van
120 K.G. Chilisalpeter voorzien. En met welk
gevolg De genoemde cijfers zeggen 't ons iminers
reeds voldoende. De opbrengst was daardoor nog
met 2085 K.G. verhoogd. Deze meeropbrengst
vertegenwoordigde eeu geldswaarde van ongeveer
56, terwijl de gebezigde Chilisalpeter slechts
f 15 had gekost. Alzoo was door 't aanwenden
van deze steeds meer en meer in gebruik komende
mesistof eene zuivere winst verkregen van f 41
per H.A.
Ons dunkt, dat deze cijfers velen zullen doen
inzien, dat de aanwending van Chili (in 't voor-
jaar) ook op hooiland met succes kan geschieden.
Ten slotte deelen we nog mee, dat wij een en
ander ontleenden aan de resultaten eener Bemes-
tingsproef op hooiland van wijlen den heer G.
Knijff te Harmelen. De proef werd het vorige
jaar genomen. Zij geeft, dunkt ons, een bevestigend
autwoord op de aangehaalde vraag.
De proclamatie, die Donderdagochtend te Londen
in het St. James's-paleis is afgekondigd, luidt
als volgt
,/Overwegende dat het den almachtigen God
behaagd heeft wijlen ODze Souvereine, koningin
Victoria, gezegender en roemrijker nagedachtenis,
tot zijn heerlijkheid te roepen, en datdientengevolge
de rijkskroon van het Vereeuigde Koninkrijk
Groot-Brittannie en Ierland uitsluitend en wettig
is overgegaan aan den verheven en machtigen
prins Albert Eduard, zoo is het dat wij, de
geestelijke en tijdelijke Lords van dit koninkrijk,
hier vergaderd, met de leden van den geheimen
raad van wijlen Hare Majesteit en andere hoog-
geplaatste ambtetenaren, met den Lord Mayor,
den alderman en de burgers van Londen, bekend
maken en proclameeren met eene stem, van de
toDg en van het hart, dat de verheven en machtige
prins Albert Eduard thans, door het overlijden
van onze Souvereine gelukkiger nagedachtenis,
is geworden onze alleen yechtmatige en wettige
heer en Souverein Eduard VII, bij de grade
Gods koning van het Vereenigde Koninkrijk en
Ierland, verdediger des geloofs, keizer van Indie,
wieD wij geheel onze trouw en voortdurende ge-
hoorzaamheid beloven met een oprechte en nederige
genegenheid, God biddende, door wien de koningen
en konin ginuen regeeren, den koniuklijken prins
Eduard VII te zegenen en hem lange en blijde
regeeringsjaren te geven."
Op het oogenblik dat de Koning na zijn
huldiging in het Victoria-station te Londen in
den trein wilde stappen, schoot er iemand uit de
menigte op hem toe met een stuk papier in zijn
hand. Men dacht al aan een aanslag en greep hem.
De man bleek echter volkomen onschadelijk men
vond geen verdachte dingen hij hem en het stuk
papier dat hij in de hand had, was een verzoek-
schriftom ,/zijn teeder beminde Koningin" te mogen
zieu.
In het Lagerhuis is een boodschap des
Konings voorgelezen, waarin wordt gezegd, dat de
Koning volkomen overtuigd was, dat het Huis
zou deelen in de diepe smart, die over Z. M. en
de natie gekomen is door het overlij Jen van Zr. Ms.
beminde Moeder, wier toewijding aan het welzijn
van land en volk en wier wijze en weldadige
regeering altoos in liefderijke herinnering zullen
blijven bij de haar trouwelijk toegedane onderdanen
Balfour bracht nu een adres van autwoord ter
tafel in antwoord op de Koninklijke Boodschap,
waarin deelneming wordt uitgesproken in de groote
droefheid van Z. M. en de Koning wordt geluk
gewenscht met zijne troonsbeslijging en dat Z. M
verder de verzekering geeft van de trouw van het
Huis en de ernstige overtuiging uitspreekt dat
zijne regeering zich onderscheiden zal door de
ijverige begeerte om de wetten te handhaven en
het geluk en de vrijheid des volks te bevorderen.
Balfour sprak met ontroering van de eigenschap-
jen der Koningin en van het ongeevenaarde
karakter barer regeering.
Campbell Bannerman ondersteunde het adres,
dat met eenparigheid werd aangenomen.
Een soortgelijke boodschap is het Hoogerhuis
aangeboden. Lord Salisbury diende daarop een
socrtgelijk adres in, dat door Lord Kimberley
werd ondersteund en dat is aangenomen.
In beide Huizen waren alle leden in rouwkleeding.
De vergaderingen zijn verdaagd tot 14 Februari.
Op bevel van den Duitschen Keizer moeten
een aantal dienstdoende schepen (de eerste divisie
van het eerste eskader, het kustverdedigingsvaartuig
Hagen en misschien de kruiser Victoria Luise
met eenige torpedobooten) naar Engeland gaan om
aan een groote vlootparade deel te nemen, die zal
plaats hebben ter gelegenheid der bijzetting van
het stoffelijk overschot van Koningin Victoria, den
2,n Februari op de reede van Spithead. Prins
Hendrik van Pruisen is tot bevelhebber van deze
vloot benoemd.
Arlon, 26 Jan. De gouverneur van de provincie
Luxemburg is hier vanochtend vermoord door
zekeren Schneider, die zichzelf daarna van kant
heeft gemaakt. Nog geen nadere bijzonderheden.
Het parket uit Luik is hier aangekomen.
De moordenaar was ambtenaar ter provinciale
griffie en had in den laatsten tijd teekenen van
verstandsverbijstering vertoond.
Dezer dagen had een schipper uit Sluis
naar men aan de M. C. meldt een zonderlinge
ervaring. Geladen met gerst voor Gent, werd
hij aan het eerste kantoor in Belgie stieng onder-
vraagd of hij geen contrabande aan boord had.
Op zijn ontkennend antwoord onderzocht men
zooveel mogelijk het schip, doch niets bevindende
werd het, tegen de gewoonte, door twee douanen
begeleid tot Brugge. Daar gekomen werd den
schipper andermaal, door hoogere auroriteit, met
meerdere klem afgevraagd, of hij geen smokkel-
waren had verborgen. Opnieuw ontkennende,
werd door de overheid der douanen last gegeven
het schip te lossen, en toen het bij een nauwgezet
onderzoek bleek, dat aan boord zich niets bevond
dat aan rechten onderworpen was, werd, onder
excusses, het schip weder ingeladen en kon het
zijn reis naar Gent voortzetten, waar het
met enkele dagen vertraging arriveerde. Onmiddelijk
heeft de schipper zich bij een advocaat vervoegd om
den Belgischen staat tot schadevergoeding aan te
spreken. De douanen schijnen er te zijn inge-
loopen door een brief van een vijand des schippers,
die nauwkeurig de plaats in het schip had om-
schreven waar contrabande (jenever en sigaren)
zoude zijn geborgen.
Zaterdagmiddag kreeg te Haarlem een man
ODgenoegen met zijn vrouw, naar het schijnt
over een dochtertje, dat niet naai de breischool
wilde. Het liep z66 hoog, dat de man en de
vrouw buitenshuis aan het vechten gingen en
over de straat rolden. De vrouw bekwam een
wond aan haar hoofd en een ander dochtertje
viel op de straat in zwijm. Zij werd door de
buren bijgebracht.
De gelegenheid om het geschenk van
's Gravenhage aan de Koningin te bezichtigen, in
het stadhuis, was wel alleszins onvoldoende. Den
heelen dag stonden honderden voor den ingang
in de Driehoekjes te dringen van belang en als
het weer niet zoo guur geweest was, zouden er
zeker nog meer geweest zijn. Nu verdroot velen
het lange waehten, want bij groepjes werden de
menschen in de Trouwzaal gelaten waar zij
nog niet eens het servies te zien kregen, maar
slechts een paar stuks de terrine, een bord, een
schaal, een sauskom.
De van ontrouw verdachte postklerk uit
Weesp, R. R., heeft zich te Groningen vrijwillig
ter beschikking van de justitie gesteld.
Terwijl prof. Jan ten Brink binnen voor de
leden van het „Nut" te Amersfoort een lezing
hield, zijn uit de kleedkamerdersocieteit //Amicitia"
alle damesmantels en heerenjassen gestolen, die
er door de Nutsleden -waren neergelegd. De
dieven lieten alleen de hoeden achter, wel wetende
dat een avondhoed van een heer weinig waarde
heeft en een gehruikte dameshoed niet veel koop-
sters vindt.
's Nachts werd ook het ,/Militaire Tehuis"
bezocht, waar eenig geld werd buitgemaakt, en
het garnizoens nachtleger-magazijn, waar de dieven
gestoord schijnen te zijn, want 's morgens vond
men op de binnenplaats eenige dekens en lakens
weggeworpen.
Van de daders geen spoor.
Donderdagmiddag deed een meisje van 14
jaar een boodschap in een krnidenierswinkel op
de Prinsengracht te Amsterdam. Nauwelijks had
zij het begeerde ontvangen, of zij zakte ineen en
was dood.
Men meldt uit Scherpenisse
De regenwaterbak, behoorende aan de kerk
der Ned. Herv. gemeente, werd Vrijdagnacht door
baldadigen geheel bedorven, doordat er petroleum
in gegoten werd de reden voor deze handeling
schijnt te zitten in persoonlijken haat tegen den
jachtopziener Opree alhier, die pachter van de
regenbak is en die in den loop van dezen zomer
reeds op allerlei wijze werd benadeeld en gesard*
Dit geval komt ons te ernstiger voor omdat in
plaatsen als deze de regenwaterbakken aan de
openbare gebouwen en kerken in tijd van droogte
in de behoefte aan geschikt drinkwater moeten
voorzien.
De Ned. Sport doet het volgende ^historische'
verhaal
Een poedel werd herhaaldelijk destadingezonden,
om bij een bevrienden slager een stuk bloedworst
te krijgen, waarop hij somtijds onthaald werd
door zijn meester. Ten einde goed rekening te
kunnen houden, kreeg de hond telkens een order-
briefje mede. Toen het echter op afrekening
kwam, bleek het dat de slager veel meer eischte
dan de meesler besteld had. De slager was
verwonderd, want hij had zorgvuldig opgeschreven
wat geleverd was geworden. Doordat de papiertjes
geregeld dezelfde bestelling bevaften, had hij deze
ten slotte niet meer ingekeken en eenvoudig een
streep op de lei bijgevoegd.
De volgende maal echter, dat de poedel met
zijn briefje kwam, keek de slager dat in en zag
dadelijk dat dit volstrekt niet beschreven was.
Wanneer de hond lust krseg in bloedworst, trachtte
hij hier of daar een stuk papier op te scharrelen
en snelde daarmede naar slagershuis.
Te Bochelt (Limhurg) bracht Vrijdagnamiddag
een koetsier uit Breebracht in een riituig vier
heeren naar huis, alleu wonende te Bocholt. Bij
het binnenrijden van deze gemeente nam het
rijtuig een te korten draai, zoodat het omsloeg.
De koetsier kwam met den schrik vrij, doch
de vier heeren werden gewond. een zoo zelfs dat
hij in hopeloozen toestand werd weggedragen.
Terwijl het stoffelijk overschot van vrouw
V. te Breda naar hare rustplaats werd gebracht,
namen eenige familieleden de gelegenheid waar
en verkochten haar geheelen inboedel voor 10.
Toen de andere familieleden terugkeerden, was alles
gevlogen.
Een familie te Dedemsvaart, die vier weken
afwezig was geweest, had vergeten haar poes bij
de buren te brengen. Het arine dier is nu al dien
tijd in een der kamers opgesloten geweest, zonder
eenig voedsel of drinken gehad te hebben Toen
de familie van de reis terugkwam en de kamer
geopend werd, kwam poes springlevend te voorschijn.
In een p&rticulieren brief uit Pretoria dd. 11
December wordt het volgende verteld, voor een
deel herhaling van een onlangs gemeld geval
n Het gaat hier alles nog bij het oude, wij
zijn door 's Heeren goedheid nog gezond. Doch
je hart breekt bij al de ellende en zonde, die
men dagehjks ziet. Hoe langer hoe meer gaat
het vrouwelijk geslacht, van de hoogste tot de
laagste, met den vijand om. Dagelijks worden
er vrouwen en kinderen ingebracht, 9 Nov. weer
24 huishoudingen van Krugersdorps districthun
plaatsen zijn verbrand, alles verwoest. Een zekere
Oosthuizen, wier man kommandant was en drie
maanden geleden gesneuveld is, is er ook bij,
een weduwe nu met 8 kinderen, en van alles
beroofd.
Een zwager van de heer Eloff, v. d. Merwe, zijn
tweede vrouw (de eerste vrouw was een zuster
van de heer E.), is door de Eugelschen op haar plaats
door het hoofd geschoten, dat de hersens er uit
spattende man wilde zijn vrouw bijstaan, doch
het werd hem niet toegelatenmen gooide haar
in het veld met een baby en nog een kind bij
haar, slechts een oude meid om haar te helpen.
Twee dagen later kreeg v. d. M. permissie van
de Engelschen om te gaan kijkentoen leefde
zijn vrouw nog, doch zonder verstand nu is zij
dood. Weer een ander geval van de heer v. Rooyen
bij Krugersdorpzijn vader was gestorven, hij
was bezig een kist te maken, toen de vijand hem
in huis gevangen nam en zijn vrouw ook; hij
vroeg eerst zijn vader te begraven, het werd hem
geweigerdhun kinderen moesten zij achterlaten
en alles werd verwoest, en zij weten niet, waar
hun kinderen nu zijn. Zoo kan men honderden
voorbeelden van barbaarschheid opnoemen. Ds.
B. preekt vreeselijk tegen de zonde en het trouwen
van onze meisjes met Engelschen. Hij haalde
Simson er bij aan, dat hij tegen den zin van zijn
ouders met een vrouw trouwde van het vijandelijk
gebied. Hij zeide, de vloek zou onze dochters
achtervolgen als zij zoo voortgirgen of zij dan
niet konden waehten om mannen van hun eigen
land en godsdienst te trouwen."
P.S. Hier zijn Boeren, die zich bij de Engel
schen aansluiten om tegen onze menschen te
vechten.
Een te Bombay verschijnende courant ver-
haalt hoe de vice-koning van Euge'sch-Indie, Lord
Curzon, op een zijner inspectiereizen aan een der
gouverneurs zijn wensch te kennen gaf een beren-
jacht te houden. De gouverneur zat in groote
verlegenheid over de vervulling van den wensch
van onderkoning, want beren behoorden in zijn
gebied reeds lang tot het verleden. Maar hij
bedacht er iets op. Op den dag die voor de
jacht was vastgesteld, vermiste men in den dieren-
tuin van Bombay een beer; deze was namelijk
op slinksche wijze naar het jichtterrein vervoerd.
En toen begon de jacht. Lord Curzon kreeg
bruinjte alras in 't oog, schoot maar miste.
Den volgenden dag was de gelukkig aan den
dood ontsnapte patient weer in zijn kooi te zien
tot groote voldoening der jonge Hindoes.