Algemeea
Nieuws* en Admtentieblad
v o o r
2eeuwsch*TUanderen.
No. 3975.
Donderdag 27 September 1900.
40e Jaargang.
Engeland en de Z.-A. Republiek.
De vervulde Vloek.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 nren op den. dag der uitgave
FETJILEKTQJSf
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32J.
Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirectenren en Brieven-
busnouders.
COIIRA
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaml plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Pit bl»d Woenidag- en VriJ.l»g^von«l. «ltge»ou<lerd "I' r>e.l.iaBen. I.ij de Tirana F». J. VAM UK «e Ter X
i
enzen.
Boberts seint nu zelf uit Pretoria, dat Pole
Carew in den ochtend van den 24" Komatiepoort
bezet heeft en er een groot aantal spoorwagens
en locomotieven heeft buitgemaakt. Het heette
wel, dat Botha, Viljoen en Reitz daar nog een
sterke stelling hadden met long-toms en maxims,
maar hoe dit zij, de stelling is toch niet ver-
•dedigd. De telegrammen van gevechten aan de
Portugeesche grens, hadden betrekking op grens-
geschillen tusscheu Boeren, die er genoeg van had
den en Portugeesche troepen, die geen gewapenden
op hun gebied wilden toelaten.
Er moeten nu al 3000 Boeren onder opzicht
van de Portugeezen naar Lourenfo-Marquez ge-
bracht zijnde mannen zien er natuurlijk haveloos
en vermagerd uit en we begrijpen zelfs hun
verklaringen, dat ze blij zijn dat het vechten
gedaan is. Portugal heeft niet veel lust, voor
deze ex-Boeren te zorgen en verlangt, dat de
Boerenregeering dit zal doen.
Waar Botha en Viljoen hecn zijn, weten we
niet j van Reitz wordt verteld, dat hij te LourenQO-
Marquez is aangekomen.
Van Kruger hooren we natuurlijk weinig, maar
er zijn Eugelschen genoeg, die nog een voor-
wendseltje bopen te vinden, om hem gevangen te
nemen. Volgens de „Temps" zou de Engelsche
regeering, toen Kruger Transvaal verliet, bij baar
rechtsgeleerden ge'informeerd hebben of ze hem
niet gevangen kon nemen. Het antwoord luidde
echter niet overeenkomstig den wensch. Prof.
Westlake bv. betoogde, dat de gevangenneming
op neutraal gebied een besliste schending van
het volkenrecht zou zijn.
Iemand geeft nu in de //Times" den raad om
tenminste geen vergunning te geven, dat de staats-
archieven en al de middelen, die de president
nit Pretoria heeft meegenomen, met de ,/Gelder-
land" worden weggevoerd. Het overbreugen van
de staatsslukken en de publieke schatkist van een
oorlogvoerenden staat met een onzijdig schip zou
een inbreuk op de onzijdigheid zijn. Engeland
moest er, meent de schrijver, bij de Portugeesche
regeering op aandringen, dat zij al deze dingen
van haren tegenwoordigen bezitter afneemt en
uitlevert.
Als Portugal een duidelijken wenk krijgt, zal
het ook in dezen gerustelijk van den weg van
het volkenrecht afstappen.
En de oorlog? We krijgen nu binnenkort de
officieele vrede, dus past het niet, om veel oor-
Naar het Duitsch.
1}
Over de fraaie, zachte tapijten, de mollige di
vans en de met atlas overtrokken kussens, langs
de vensters en de damasten portieres, speelde het
schijnsel van het vuur in den haard, dat ook
fraaie, maar sombere gelaatstrekken verlichtte van
een jonge dame, die voortdurend in den gloed
staarde.
Het was in Augustus, den 29'ten, en deze dag
zou in haar geheugen gegriffeld worden.
Het mocht koud of heet weer zijn, Januari of
Juli, altijd gaven de massieve muren van het slot
eene ijzige koelte af. Het was dus natuurlijk,
dat ook nu in de woonkamer de haard brandde,
die thans met zijn licht het schoone gelaat be-
straalde van Blauca, de meesteres van het slot.
Het slot //Northminster" was het grootste oudste
en prachtigste gebouw in Cheshire en daarvan was
die slanke, zwartharige Blanca de gebiedster. Sedert
haar zestiende jaar was zij verloofd met graaf
Victor Norton. Het huwelijk zou in het begin
der volgende rnaand gesloten worden en Blanca
was vervuld met toewijdende lielde voor den graaf.
Welk eene schoone toekomst ging zij tege-
moet
En toch, terwijl buiten de avond viel,
stond zij opgewonden, in spanning te peinzen en
haar lippen klemden zich voortdurend vaster op
elkaar. Blanca had zwart haar en eene donkere
logsbericbten over te seinen. Er is nu te Pretoria
een nieuwe proclamatie verschenen, ook al met
vredesbedoelingen. De burgers nl., die zich vrij-
willig overgeven, zullen niet uit het land gezonden
worden, maar te Bloemfontein en Pretoria in
karnpen gezet worden. Dit zal, denken de Eugel
schen, den oorlog den genadeslag toebrengen.
Ja, als de Boeren de Engelschen vertrouwden,
zou de oorlog zeker spoedig uit zijn. Maar een
eeuw van onrecht wordt niet in een jaar uit het
geheugen gewischt, vooral niet, waar een Roberts
zooveel doet om de herinnering te versterken.
Nu zal er nog wel een poosje gevochten worden.
Van het Botha-gebergte uit, zoo wordt den
24e° uit Pretoria gemeld, hebben 500 Boeren van
het kommando van Eacle met 2 pompons het
station Elandsrivier aangevallen. Zij werden echter
door het garnizoen teruggedreven en verloren 11
man aan dooden en gewonden.
CHINA.
Rusland en Engeland hebben nog nietgeantwoord
op het Duitsche voorstel, om de bestraffing der
Chineesche schuldigen als voorwaarde vodr het
begin der vredesonderhandelingen te stellen. W el
verluidt, dat Rusland Von Billow's denkbeelden
in zeer gunstige overwegiug heeft genomen, en
dat het antwoord alleen uitblijft door afwezigheid
van den tsaar uit St. Petersburg, maar dit gerucht
dient onder alle voorbehoud aanvaard. Veel waar-
schijnlijker is, dat Rusland met Li-Hoeng-Tschaug
konkelt om op eigen gelegenheid vredesvoorwaarden
te bedingen. Li woont in de Russische wijk te
Tientsin, en moet in geheime briefwisseliug met
de keizerin staan.
Frankrijk zou volkomen met Duitschland mee-
gaan, en de mogendheden van het Drievoudig
Verbond hebben zich daacbij aangesloten.
Aan Amerika is Duitschland het antwoord niet
schuldig gebleven. De //Kolnische", zij het ook
niet officieus dan toch min of meer ge'inspireerd
van hooger hand, zet Mc. Kinley op de volgende
manier op zijn nummer. //Men zou zich ver-
gissen", zegt het blad, „als men uit de grootere
hoffelijkheid (van de Vereenigde Staten) de con-
clusie trok, dat de Amerikaansche belangen een
minder zorgvuldige bescherming vereischten dan
die van de andere groote beschaafde volken. Een
voorbeeldige bestraffing van de schuldige raads-
lieden van het Chineesche hof zou zoowel in
overeenstemming zijn met de Amerikaansche handels-
belangen als met de belangen van de zending,
die voor Amerika van meer beteekenis zijn dan
tint. Als zij boos was, plaagde haar neef haar
dikwijls, door haar eene //kleine Mulattin" te
noemen. Haar groote, schitterende oogen schenen
dan vuur te schieten. Hare moeder was een
Castiliaansche geweestvan haar had zij die
donkere oogen en dat warme temperament geerfd.
Zij was in Oud-Castilie geboren. Toen zij tien
jaar oud was, stierf ook haar vader en nu trok
zij naar het slot ,/Northminster" om daar op het
stamgoed van haar voorvaderen te heerschen.
Zij kwam niet alleen. Een groote knaap van
omstreeks twaalf jaar, donker van uitzicht, vurig
als zij, en verrukkelijk schoon, kwam met haar
mee. Het was haar eeuige broeder, Juan ge-
heeten en een sat'anskind sedert zijne geboorte.
Hij bleef echter slechts korten tijd op het slot
hij verdweeu plotseling en niemand had sedert
dien tijd iets van hem vernomen.
In vroolijke buien noemde haar neef haar //de
Moorsche prinses," en die naam paste haar bij-
zonderzij was waarlijk schoon en hare lioudiug
was koninklijk.
Het was overal in het groote gebouw zoo stil
als in een graf. De wind was opgestoken en de
regen sloeg tegen de vensterruiten; andere geluideu
hoorde men niet.
Daar sloeg de pendule zeven uur. Bijna een
uur had zij daar, in haar gedachten verdiept, ge-
staannu keek zij op en haar oogen fonkelden
huiveringwekkend.
j/Zeven uur," sprak zij met gedempte stem,
z/en om zes uur zou hij reeds flier zijn Als
hij mij misleid had en ten slotte in het geheel
niet kwam?" Zij kon niet langer rustig blijven.
MetSpaausche bevalligheid liep zij naar het venster,
voor andere mogendheden. Maar Amerika is tot
toegeeflijkheid ganoodzaakt, door de ongunstige
veraudering in den toestand, die zich op de Filip-
pijnen heeft laten gevoelen na de afzending van
de troepen naar China. Voor de onderhandelingen
van de mogendheden met China maakt het geen
verschil, of Amerika verder meewerkt of niet. In
alien gevalle blijven genoeg krachten beschikbaar,
om den zoen, dien de beschaafde wereld verlangt,
te verkrijgen."
Van meer belang is wat de Chineezen van
Duitschlands voorstel denken. En dan moet
erkend, dat van dien kant de medewerking geheel
ontbreekt. Li-Hoeng-Tschang heeft aan de gezags-
mantieu te Shanghai telegrafisch doen weten, dat
er geen kwestie kan zijn van uitlevering van prins
Toean, van generaal Yang-Yu, van het hoofd der
Boksers Toen-Foe-Hsiang of van den gouverneur
van Shansi, en dat er dan maar geen vrede
gesloten moeten worden. In de tweede plaats
blijkt de weinige medewerking van Chineeschen
kant, uit de benoeming van prins Toean, tot
voorzitter van den keizerlijken raad en van Toeng-
Foe-Hsiang tot opperbevelhebber van het leger
in het noorden.
Daarenboven is Scheng tot groote woede van
den Britschen consul te Shanghai, vervangen door
een tegenstander van de vreemdelingen, of laten
we liever zeggen, door iemand, die dien afkeer
niet verbergt. Men gelooft, dat dit besluit is
genomen in overleg met de partij van Toean, en
dat de aanstelliug rechtstreeks van de keizerin
afkomstig is.
De ,/Times" correspondent te Shanghai kan
dan ook gerustelijk melden, dat men in officieele
kringen er aan twijfelt, of het voorstel van
Duitschland wel de goedkeuring kan wegdragen
van de keizerin-weduwe.
Den 17° is weer een keizerlijk edict verschenen,
dat den toestand niet veel helderder maakt. Het
stelt de Boksers wel verantwoordelijk voor de
onlusten maar voegt er aan toe, dat beide
deelen, de Christenen zoowel als de Boksers, de
lieve kinderen des keizers zijn, die vol medelijden
door hem worden aangezien. Aan de Boksers
wordt bevolen zich te verstrooien, daar zij anders
bestraft zullen worden.
Over den toon van dit edict waren de
Europeanen allesbehalve tevreden.
Omtrent de oorlogsaangelegenheden is weinig
of geen nieuws.
sloeg de gordijnen een weinig open en keek onder-
zoekend naar buiten in de duisternis. Er was
uiets te zien dan de donkere stammen der boomen,
niets te hooren dan het gehuil van den storm en
het kletteren van den regen.
Zij sloeg de gordijnen weer dicht en keerde
naar den haard terug.
//Zou hij het durven wagen mij teleur te stellen
mompelde zij. //Zou hij durven wegblijven?"
Met de blikken op het vrouwenportret boven
den schoorsteenmantel, sprak zij hartstochtelijk
z/Gehoorzamend aan uw laatsten wil, beloofde
hij aan uw sterfbed op zijn knieen, dat hij mij
altijd zou beminnen en beschermen Ik raad
hem niet met deze belofte te spelen mij niet
te verbitteren-"
Bijna op dat zelfde oogenblik klonk een. ander
geluid tusscheu het gieren van den wind, het
ratelen van een naderend rijtuig. Een slechts
kon het zijn, die zoo laat nog en in zulk een
slecht weer het slot ,/Northminster" kwam, en die
een was de aanstaande gebieder.
Zoo opgewonden zij zooeven nog was, zoo koel
en rustig wachtte zij nu.
Zij hoorde de groote poort openen en weer
dichlslaan zij hoorde in den marmeren gang de
voetstappen van den graaf, zijn welluidende stem
en zijn helderen lach. Hij was gekomen
Haar wangen werden lichtrood gekleurd haar
oogen kregen een vochtigeu glans en vergeten
waten de booze gedachten, die haar zoo pas nog
gekweld hadden. Zij beminde met geheel haar
hart.
Met vaste hand werd de deur geopend en
lachend stond graaf Victor Norton voor haar
De Minister van Buitenlandsche zaken berichtte
in de zitting der Tweede Kamer van gisteren de
deelneming-betuiging der Kamer, met den aanslag
op den Koning van Italie aan de Italiaansche
regeering te hebben overgebracht.
Daarna is aangevangen de behandeling van het
adres van antwoord op de troonrede.
De algemeene strekking werd dadelijk goed-
gekeurd.
Het feit, dat de eerste maatregel in het belang
van de arbeiders, namelijk de Ongevallenwet, is
afgestuit op den onwil der Eerste Kamer, gaf
den heer Schaper aanleiding om te protesteeren
tegen die beslissing en aan te dringen op af-
schaffing van de Eerste Kamer.
Nadat de Voorzitter den spreker herinuerd had
aan het gebruik om de Eerste Kamer als politiek
lichaam buiten spel te laten, stelde de heer Schaper
voor, de Ongevallenwet te noemen onder de ge-
wichtige ontwerpen, waaraan zij haar beste krachten
zal besteden, en tevens de hoop uit te spreken,
dat die krachten door de beslissing der Eerste
Kamer niet vruchteloos mogen worden aangewend.
De heeren Fokker en Kerdijk achtten een amen-
dement tot speciale vermeldiug van de Ongevallen
wet overbodig. De heer Heldt zag er niets
prejudiceerend in.
Dit gedeelte werd verworpen met 41 stem men
tegen 14het tweede gedeelte (gericht tegen de
Eerste Kamer) met 58 stemmen tegen 1.
De paragrafen betreffende de Chineesche en Zuid-
Afrikaansche gebeurtenissen zijn zonder discussie
goedgekeurd.
Bij de financieele paragraaf vertrouwen de heeren
Kolkman en Vermeulen, met het oog op het
vastknoopen van de Leerplichtwet aan de nood-
zakelijkheid van middelenversterking, dat de
Regeering zal nakomen hare toezegging met be
trekking tot subsideering van het bijzonder onder-
wijs, door wetswijziging.
De Minister van Financien, de heer Pierson,
bevestigt de pertinente Regeeringstoezegging. Eene
wijziging van de Schoolwet in dien geest wordt
voorbereid, waarop de heer Kolkman zijne tevreden-
heid betuigt.
Het geheele adres is goedgekeurd met 58 stem-
men tegen 1. (Tegen alleen de heer Schaper.)
Het adres zal aan de Koningin worden aaugeboden
door de Commissie van redactie met de heeren
Michiels, Conrad en Harte van Tecklenbnrg.
»Lieve Blanca
Hij naderde haar, sloeg zijn arm om haar
schouders en drukte een kus op haar gloeiende
wangen.
z/Lieve nicht, ik ben recht in mijn schik je
weer te zien en nog wel zoo mooi als ooit te
voren."
Achteloos nam hij plaats in een leuuingstoel
bij den haard en warmde zijn voeten.
z/Ik kom een uur te laat he Maar 't is mijn
schuld niet, de trein had vertraging. Het is de
heele week al zulk ellendig weerzei hij en
pookte in het vuur, dat opflikkerde en zijn fijn
besneden gelaat helder verlichte. Blanca had
zich onmerkbaar van haar neef verwijderd. Het
schoone rood van haar wangen was vervlogen
de harde, booze uitdrukking keerde op haar gelaat
terug. Die koele, onverschillige omhelzing had
haar de oogen geopend.
wHoe heerlijk weer eens thuis te zijn," zei
hij om een einde aan de stilte te maken. //Ilet
is bijna niet te zeggen, Blanca, welk een aange-
name aandoening ik kreeg bij het binneutreden
van deze blauwe kamer met zijn warmen haard.
Het herinnert mij aan vervlogen tijden. Hier had
mama hare vaste plaats, zomer en winter voor
den haard, en jij, lieve, met je donkere, zuidelijke
tint, alles, alles zoo bekend
Zij ging weer bij den haard staan, leunde met
den arm op den schoorsteenmantel en keek den
graaf doordringend aan.
z/Wel", zei ze, //het verlieugt me te hooren,
dat graaf Victor Norton nog denkt aan dien tijd
dat hij zich zijne moeder en zijne vroegere wonint*
nog herinnert. Maar ik word bijna aan?"*