A1 g o m e a
Hieuws* en Admtentieblad
voor
2eeuwsch*71aaaderon.
Aanbesteding.
Aanbesteding.
No. 3947.
Dinsdag 24 Juli 1900.
40e Jaargang.
England en de Z.-A. Republiek.
023333332 3?
a an te bestedew.
aan bested en-
Binnenland.
ABONNEMENT:
ADVEBTEKTIlN:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
Het verbouwen en inricJiten, tot
Post- en TelephoonJcantoor, van
een perceel staande in de JLange
Noordstraatte Axel, wijk A N°. 73,
met bijlevering der daarvoor be-
noodigde bouwstoffen.
Woonsdag 1 Augustus 1900,
des middags te 12 ure, bij enkele inschrijving
het maken van £54£">0 NX1. bestrating
van Lessines- of Que nastlieien
van »/n c* ea Doorniksche
kantsteenen, zwaar 10 12 c. M.
FEUILLETON
op
TER SEIIZESSCHE (III RUT.
Per drie maanden binneu Ter Neuzen f 1,Franco per pos£: Voor
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,82J.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Hit bind verschJJnt 'la«iirt»i{-, Woensdag- en VriJdajfavnnd, nltaeionderil op Feestdagen, bij alen altgever P. JT. VAM UK UIHE te Ter 1'enzen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
AXEL, zullen op Dinsdag den 31 Juli eerst-
komend, des voormiddags te 11 uren, ten raad-
huize, bij enkele inschrijving, trachten
Bestek en teekeningen liggen ter inzage en zijn
a f 1,per stel verkrijgbaartergeineentesecretarie
te Axel, alsmede bij den bouwkundige J. Wisse Jz.
te Zaamslag, door wien ook inlichtingen worden
verstrekt.
Plaatselijke aanwijzing op Dinsdag den 24
Juli des voormiddags 11 uren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. J. OGGEL, Burgemeester.
J. A. VAN VESSEM, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
GRAAUW en LANGENDAM zullen, onder nadere
goedkeuring, ten Raadhuize op
Het bestek ligt ter lezing ten Raadhuize en
verderte Zierikzee, hotel Van Noppen te
Middelburg, Abdij te Vlissingen, Hotel de
Commerce te Tholen, Hof vau Holland te Goes,
Hotel Zoutkeette Hansweert, bij Luijck te
Breskens, Canon d'orte Ter Neuzen, Neder-
landsch Hotelte Axel, Gulden Vlieste Hulst,
Bonte Ilert; te Walsoorden, Veerhuis, en te
Klooslerzande, St. Hubert, en is voorts tegen
u)
„lk acht het mijnen plicht, mij naar uwe
voorschriften te gedragen ik zou u echter bij deze
gelegenheid onder 't oog willen brengen, dat uwe
menschenkennis u onlangs leelijk in den steek
heeft gelaten."
j,En wanneer zou dat geweest zijn
ffToen u mij verzekerde, dat er niets anders
dan een driugend verzoek noodig was, om mijne
nicht Asta te bewegen hier te blijveu. Ik heb
al mijn welsprekendheid aangewend, maar tever-
geefs. Al wat ik gedaan kon krijgen was, dat
zij beloofde haar vertrek nog twee dagen uit te
stellen."
„Nu dan wil ik nederig bekennen, datikinder-
daad niet onfeilbaar ben. Misschien gelukt het
u toch wel, uwe beminnelijke bloedverwante
binnen deze twee dagen tot andere gedachten te
brengen."
Een uur later trad de hoofd-commissaris Urbaeh
voor het loket vau het kleine postkantoor, dat
sedert een jaar in het dorp was opgericht, en had
met den dienstdoenden jongen ambtenaar een
langdurig, geheimzinnig gesprek.
ffDe brief moet den vijftienden van deze maand
ingeleverd zijn geworden," zeide hij in den loop
ervan, #vermoedelijk als aangeteekend schrijven.
De voornaam van de geadresseerde moet zijn,
Use, Elise of Louisede drie laatste letters van
den familienaam waren K. O. W. de plaats
van bestemming denkelijk Berlijn. Ik verzoek u
betaling of toezending van 50 cent verkrijgbaar
bij den Burgemeester.
Aanwijzing wordt gegeven op Zaterdag 28 Juli
1900, 's voormiddags 10 ure; samenkomst bij het
postkantoor in het dorp Graauw.
Graauw en Langendam, 14 Juli 1900.
P. A. BAART, Burgemeester.
J. VAN DAMME, Wethouder.
Er zijn geen telegram men uit Zuid-Afrika.
Vermoedelijk is Roberts bezig, een grooten slag
te slaan en wacht hij met seinen tot de uitslag
bekend is. De voorbereidende maatregelen waren
blijkbaar de tochten van Methuen, Hamilton, Mahon
en Hunter. Mahon heeft bij Kameelsdrift reeds
aanraking gekregen met de voorposten der Boeren.
Van de Boeren-generaals bevinden zich De la
Rey in het westen en Grobler in het oosten, bij
Donkerhoek. Botha heeft vooral versterking ge
kregen uit Lijdenburg.
In Engeland is een blauwboek verscheuen over
den oorlog, waarin vele telegram men, tusschen de
Engelsche regeering en sir Alfred Milner en Kruger
gewisseld. Lord Salisbury heeft o. a., zooals men
weet, de presidenten Steyn en Kruger persoonlijk
verantwoordelijk gesteld voor de mogelijke slechte
behandeling van Engelsche krijgsgevangenen, in
weerwraak voor bestraffing van opstandelingen.
Hierop heeft Kruger een antwoord gegeven, dat
de //Daily Mail" een insolentie noemt, maar
waarvan wij zoo huiselijkweg zouden zeggen
z/dat kan hij in zijn zak stekeu." Kruger dan seint
„Wij hebben de eer, de ontvangst van UEd's
telegram van den 4 dezer te erkennen. Indien
niet bijna alien, die schuld hebben aan dezeu
wreeden oorlog, die onrechtvaardiglijk ons opge-
drongeu is, op een veiligen afstand van het oorlogs-
tooneel waren, zouden wij ons ook bedreigingen
kunnen veroorloven tegen hen, die wij persoonlijk
aansprakelijk houden voor al het onschuldige
bloed, dat nu in Zuid-Afrika aan weerszijden
gespild wordt. Overwegende, dat UEd's bedrei
gingen geuit worden ver verwijderd van waar u
in eenig gevaar is, om persoonlijk aansprakelijk
te worden gehouden voor eenige verkeerde han-
deling in betrekking tot den oorlog, waaraan
UEd. deel heeft, laten wij de betamelijkheid
daarvan met vertrouwen over aan het oordeel van
de geheele beschaafde wereld, die, tot onze groote
voldoening, langzaam maar zeker de waarheid
betreffeude het doel van dezen oorlog en de wijze,
in het register na te zien, of zulk een brief door
uwe handen is gegaan."
Urbach moest te voren zich in zijne kwaliteit
als ambtenaar van politie gelegitimeerd hebben,
want de jonge commies voldeed zeer bereidwillig
aan diens verzoek. Reeds na verloop van eenige
minuten kon hij blijkbaar ,verheugd uitroepen
vJa hier staat een aangeteekenden brief inge-
schreven op den vijftienden 's voormiddags, aan
mejuffrouw Elize Arankow te Berlijn. Ongetwijfeld
is het die, welken u bedoelt."
z/En kan u zich ook nog herinneren, wie hem
heeft ingeschreven
De jonge man kon echter, hoe hij zijn geheugen
ook scherpte, zich dat niet meer herinneren en
de commissaris verbeuzelde zijn tijd niet met er
verder naar te vragen. Hij verzocht schrijfgereed-
schap en schreef in een lokaal van het postkantoor
een tamelijk uitvoerigen brief, die met het ad res
aan den hoofd-commissaris van politie te Berliju
voorzien, nog hetzelfde uur werd verzonden. Ver-
volgeus sloeg hij weder den weg naar het heerenhuis
in, en verraste Asta in het salon in zwaarmoedig
gepeins verzonkeu.
VI.
Den volgenden dag bracht men doctor Sandow
een telegram, juist toen hij met den baron en
diens jeugdige bloedverwante aan 't middagmaal
zat. Hij verzocht hem een oogenblik te willen
verontschuldigen, opende het en stak het toen in
zijn zak, zonder dat er op zijn innemend gelaat
eenigerlei verandering was te bespeuren geweest.
»U heeft, hoop ik, daar toch geen onaangename
tijding ontvangen, doctor zeide Asta, die met
waarop hij door het Engelsche kabinet gevoerd
wordt, te weten komt. Wij verzekeren UEd., dat
uw bedreigingen, geuit van een veilige plaats,
ons niet zullen afhouden van onzen plicht, niet
alleen tegenover de republieken en haar oude
burgers, maar ook tegenover hen, die als bond
genooten en nieuwe burgers zich bij ons in den
strijd om het bestaan en om de vrijneid aangesloten
hehben en die wij voornemens zijn, tot het uiterste
te beschermeu."
CHINA.
Het gaat zonderling met de berichten uit
Peking. Oogenschijnlijk van twee kanten komen
telegrammen, die aan den moord te Peking zouden
doen twijfelen. De Amerikaansche gezant te
Washington, Conger, doet langs een omweg een
telegram te Washington aankomen, waaruit blijkl,
dat de gezanten in het Engelsche legatiegebouw
waren. Dit telegram had geen dagteekening,
maar de gouverneur van Sehantoeng wist aan den
Amerikaanschen consul te Shanghai mee te deelen,
dat Conger nog den 18® een cijfertelegram had
verzonden, en dat den 11" een koerier van Peking
was vertrokken en de vreemdelingen toen nog
veilig waren.
Het ministerie van Buitenlandsche Zaken te
Washington houdt Conger's telegram voor echt
en dit kan het ook best zijn. 'tis maar de
vraag, wanneer het verzonden is. De loopers
uit Peking knnnen zeer gemakkelijk eenige dagen
zijn opgehouden en dat zullen ze, als het op't
betalen voor snelle bezorging aankomt, misschien
niet altijd bekennen.
Een tweede telegram is te Brussel ontvangen.
De taotai Scheng beweert nl., dat de vreemdelingen
den 18° te Peking nog veilig waren. En een
keizerlijk decreet vau den 16" zou den onderkoning
van Tientsin gelasten, om de omwenteling te laten
onderdrukken.
Beide berichten zien er een beetje verdacht uit
en de heer Scheng schijnt nog al eens op gespannen
voet met de waarheid te verkeeren. Wat al deze
berichten zoo weinig betrouwbaar maakt, is de
overweging, dat wanneer de gezanten in veiligheid
waren, het heel weinig moeite zou kosten, een
onomstootelijk bewijs van hun aanwezigheid te
verkrijgen. Intusschen, hoop doet leven,
Li-Hoeng-Tschang is dan vaD Kanton vertrokken
om er niet meer terug te keeren. Zoo groot was
zijn invloed daar, dat honderden burgers hem
smeekten, te blijven en de stadspoorten sloten.
Maar Li was onverzettelijk en zijn soldaten brachten
Wi W'l 'I"-"LL.-JLU", I l -L II
den vriend van haren neef reeds omging als met
een oud bekende.
z/Ik zal als u het mij permitteert, de eer en het
genoegen hebben, morgen in uw gezelschap van
van hier te vertrekkeu en naar Berlijn te reizen, ge-
achte freule Men roept mij om dringende zaken
naar huis terug
,,George keek ve'rbluft op; hij bezat echter
genoeg tegenwoordigheid van geest, om elke uiting
van verwondering te onderdrukken, tot dat hij met
Urbach alleen was. Toen echter vroeg hij met
levendigheid
»Was dat ernstig gemeend, wat u zoo even
zeide, mijnheer de commissaris? U wilt weder
vertrekken zonder
z/Zonder iets te hebben uitgevoerd Neen,
mijnheer de baron, ik beloof u plechtig, dat ik
niet vroeger zal gaan, dan wanneer u den moorde-
naar uws vaders en den dief van uwe tienduizend
mark zult kennen."
z/Maar u sprak er toch tegenover mijne nicht
over, dat u reeds morgen in haar gezelschap het
kasteel zoud verlaten
z/En ik hoop zeer zeker die belofte gestand te
doen. Ik moet u echter verzoeken mij niet naar
het //hoe" en //waarom" te vragen. U moet u
voorbereiden op eenige verrassingenterwijl ik
slechts kan wenschen, dat de blijdschap over eene
vervulde hoop de smart van nieuwe teleurstelling
moge overtreffen."
Zulke toespelingen waren volstrekt niet geschikt,
om aan George de verloren gemoedsrust terug te
geven. Het onverklaarbaar gedrag van dezen ambte
naar, die met zooveel zelfvertrouwen van zijn zeker
welslagen sprak, terwijl hij toch oogenschijnlijk
hem uit de stad. Toen ontstond er een paniek.
Winkeliers namen de Engelsche opschriften weg en
een Amerikaansche dokter werd bijna het slacht-
offer van den haat tegen de //vreemde duivels."
De vreemdelingen te Shanghai gelooven, dat
Li met den onderkoning van Nanking zal gaan
konkelen om gemeenschappelijk tegen de vreem
delingen op te treden en het eens te worden
over een verplaatsing van de hoofdstad.
De vermiste onderkoning van Tschili moet
zelfmoord gepleegd hebben.
Te Tientsin moet het na de verovering der
Chineezenstad een barbaarsche boel geworden zijn.
De Chineezen hadden, volgens den correspondent
van de //World" te Tschifoe, al hun vrouwen ge-
dood voor -zij de inlandsche stad ontruimden.
De Russen pleegden nu, volgens een Japanschen
oorlogscorrespondent, allerlei barbaarschheden op
weerlooze Chineezen. De Kozakken plunderden
de winkels en vermoorden de winkeliers, ook
vrouwen en kinderen. De Peiho is vol lijken.
De Russen hadden een jonk, geladen met 300
lijken, in brand gestoken. Deze gruwelen versterk-
ten in het binnenland den haat tegen de vreem
delingen.
Groote toebereidselen worden reeds
de visschersvlootrevue bij Pampus
voor
Augustus.
De marine zal door een 50 k 60 bakens het
terrein afzetten, beginnende nabij het fort op
Pampus, en veider in de richting van het eilaud
Marken. De vaartuigen zullen in rijen worden
geplaatst, liggende aan twee ankers, met eene ruimte
van pi. m. 30 meter tusschen elken hotter, en van
pi. m. 150 meter tusschen iedere rij. De revue
zal een overzicht geven van de uitoefening der
Zuiderzee-visscherij met verschillend want, zoodat
de groepen zullen voorstellen
1°. De haringvisscherij2°. de ansjovisvisscherij
3°. de paling- en garnalenvisscherij4°. de bot-
visscherij5°. de mosselen- en alikruikenvisscherij.
Het meest waarschijnlijk is dat de Koninginnen
van het lustslot te Soestdijk per trein zullen reizen
tot Weesp, verder met rijtuig tot Muiden, en van
daar per Buyskes naar het terrein.
Allereerst vermoedelijk zullen HH. MM. op een
vijftal vissehersvaartuigen overgaan, om met de
schippers en hun bedrijf kennis te maken.
De visschers mogen volstrekt geen kosten maken
tot opsieren hunner vaartuigen, volgens den uit-
I.MW M—QM—llll .1I..IIII I |||M
niets deed, dat zulk een resultaat had kunnen
teweegbrengen, begon hem, om de waarheid te
zeggen, ernstig te verdrieten, en hij maakte in
stilte het besluit, reeds den volgenden dag aan
den rechter van instructie zijne meening daarom-
trent niet te verhelen.
Asta bleef dien namiddag voor beide heeren
onzichtbaar. Zij was vast beraden bij haar besluit
om te vertrekken gebleven, en nu druk bezighare
koffers te pakken. Eerst bij het souper kwam
zij weder beneden, en daar George, door de zorg
voor Helena steeds wreeder gefolterd, in somber
zwijgen volhardde, bepaalde het gesprek aan tafel
zich weder bijna uitsluitend tot het onderhoud
tusschen Asta en doctor Sandow. Oogenschijnlijk
heel toevallig was laatstgenoemde op de jongst
verschenen letterkundige werken te spreken ge-
komen, en hij vroeg de jonge dame bij die ge
legenheid ook naar haar oordeel over een roman,
die, naar hij zeide, onlangs een verbazenden opgang
had gemaakt, maar waarvan Asta, naar zij stellig
verzekerde, nog niet eens den titel had hooren
noemen.
z/Het is een der boeienste lijfstraffelijke geschie-
denissen, welke mij ooit onder de oogen is gekomen,"
verklaarde Sandow. //Eene handeling, gelijk zij
trouwens alleen nil de vruchtbare verbeeldingeens
schrijvers kan ontstaan, maar nimmer in het wer-
kelijke leven plaats heeft."
Asta was klaarblijkelijk nieuwsgierig geworden,
hare belangstelling scheen opgewekt en zij noodigde
hem uit er iets van te vertellen. Hij schoof zijn
stoel een weing achteruit, alsof het felle licht der
hanglamp, dat tot nu toe vol op zijn knap,
innemend gelaat was gevallen, hem hinderde, en