A lgemeec
Nieuws- en Advertentieblad
Zeeuwsch-Vlaandereu
No. 3896.
voor
Ter-visie-ligging opgaven van Candidaten.
Stemming voor den Gemeenteraad.
PEESQNEELE BELASTIIG.
Gedachten van een Oud-gediende.
Gngeland en de Z.-A. Republiek.
Donderdag 22 Maart 1900.
40e Jaarg^aiBg'.
ABONNEMENT:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
TER IHEtlZEISCHE (OIRAVT
Per drie maanden biunen Ter Neuzen f 1,Franco per postVoor
Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,82J.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsrnimte berekend.
Hit biad verscliijnt jtaandaa-. Hoeiisdrt". en I rijda^avond, uit^ezonrtertl op Feesidagen, bij den aftirever P. J. I ll BF IINDE te Ter lemen.
De Burgemeester der Gemeente TER NEUZEN in auk!
bekend
dat de bij hem ingeleverde opgaven van candidaten voor de
op heden gehoaden verkiezing, ter vervulling van een plaats
in den Gemeenteraad evenals het door hem opgemaakte
proces-verbaal van slutting der Candidatentijst, ter Gemeente-
Secretaire voor een ieder ter inzage liggen
dat afschriften dier stukken aangeplakt en tegen betaling
der kosten verkrijgbaar zijn.
Ter Neuzen, den 20 Maart 1900.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN brengt
ter openbare kennis, dat op Wrijdajjf den JIO Jl»u.rt
aaii^tHaiide, van des morgens aelit tot desnamiddags
wijff uren, de stemming zal geschieden ter vervulling van
een plaats in den Gemeenteraad.
De candidaten, in alphabetische volgorde, zijn:
DE JONGE J. A. en
VERLINDE J. F.
Tevens wordt de aandacht gevestigd op artikel 128 van
het Wetboek van Strafrecht, luidende
«Hij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende aan
eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschrevep verkiezing
deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste
een jaar."
Ter Neuzen, 20 Maart 1900.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
De Burgemeester van TER NEUZEN brengt bij deze ter
kennis van de daarbij belanghebbendeu, dat de door den
Directeur der Directe Belastingen enz. te
Middelburg, den 20e° Maart 1900 invorderbaar verklaarde
kohieren N01. I, 2, 3 en 4 der Personeele belasting, dienst
1900 dezer gemeente, op heden aan den Ontvanger der
Directe Belastingen, ter invordering, zijn ter hand
gesteld en dat ieder verplicht is zijnen aansiag, op den bij
de wet bepaalden voet, te voldocn.
Ter Neuzen, den 21 Maart 1900.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. P. GEILL.
Aangezien de schrijver van onderstaand artikel
evenmin elders in ons land als in dit gewest een
onbekende is, al verbergt hij uit bescheidenheid
zich nu en dan achter een pseudouiem, liebben
wij geineend uit een ander blad bet volgende
te moeten overnemen.
„Ja, ik ben een oud-journalist, wiens haren
reeds lang zijn vergrijsd, maar die, na het neder-
leggen van mijne pen, den loop der politieke ge-
benrtenissen en stroomingen met evenveel belang-
stelling en aandacht ben blijven volgen en, laat
mij er bijvoegen, ook zoo vrij ben gebleven, daar-
over eene zelfstandige meening op na te houden.
Ik wil gaarne bekennen, dat het mij gegaan is
als den meesten scbrijvers ik heb in mijne jour-
nalistieke levensperiode ook mijne wilde haren
gehad mijn optreden, mijn ijveren en strijden voor
de goede zaak is niet altijd vrij gebleven van voort-
varendheid en onbesuisdheidik heb menigwerf
geen rekening gehouden met de eischen der praktijk
en des politieken levens en mij blind getuurd op
afgetrokken denkbeelden en zuivere theorieen ik
heb niet zelden voortgehold naar idealen en het
eenig bereikbare voorbijgezien, alsof de staatsmans-
wijsheid gelegen ware in de leuzeVivent les
principes, pirissent les colonies.
Die jaren, zeide ik, die jaren der journalistieke
jeugd, zijn reeds lang voorbij.
Hebben de volgende mij meer politieke wijsheid
en ervaring gebracht? Een beter inzicht gegeven
in die dingen Mij geleerd, dat, zooals het volk
zegt, ook op politick terrein een half ei beter is
dan een ledige dop, dat men ook daar niet alles
immer op <*en kaart mag zetten, niet met het hoofd
tegen den muur moet loopen en dat men, wanneer
een kwaad niet geheel te weren is, ten minste
moet trachten het te verkleinen en in zijn uit-
werking te verzachteu
Zou het ter beantwoording dier vragen mij ge-
oorloofd zijn te herinneren aan een feit in het
verleden
Ik had mijne pen reeds lang ter ruste gelegd,
toen de tegeuwoordige Wet op het L. en M. U.
Onderwijs als ontwerp-Mackay het licht zag.
Ook dat ontwerp oudervond terstond van anti-
liberale zijde, niet het minst in de katholieke pers,
dezelfde bestrijding als het ontwerp-Borgesius.
Alleen eene adres-beweging bleef uit. Men vond
zich bitter teleurgesteld, en nog wel van eene be-
vriende, christelijke, ,/kostelijke" regeering. En
de teleurstelling uitte zich in allerlei schelle en
scherpe tonen.
Toen heb ik de pen weder opgenomem en in
z/de Tijd" gewaarschuwd dat met zoodanige opposi
te een hoogst gevaarlijk spel werd gespeeld. Ik
spoorde aan, tevredeu te zijn met hetgeen werd
aangehoden rekening te houden met de omstandig-
heden waarin men verkeerde j niet het onderste uit
de kan te vorderen, al had men de meerderheid in
de Tweede Kamerniet te vergeten, dat hevige
actie zoo licht in niet mindere mate reactie wekt,
zoowel in het politieke, openbare als particuliere
leven ernstig te vreezen, dat eene onverzoenlijke
houding de liberale partij tot verzet prikkelen en
en men van de Eerste Kamer, waar zij nog altijd
een groote meerderheid bezat, met den kous over
het hoofd thuis komen zou.
Voor de anli-liberale pers was mijne stem die
eens roependen in de woastijn, en ik heb mij destijds
kunnen voorstellen, ouder welk zorgelijk hoofd-
schudden sommige katholieke pennevoerders hunne
bedenkingen hadden neergeschreven over de waar-
deering, die mijne opvatting bij sommige liberale
organen ondervond.
Maar een feit is het, dat ik zeg niet propter,
doch post hoc de katholieke Kamerleden, op
enkele uitzonderingen na, bij de behandeling en
stemming van het ontwerp-Mackay de lijn hebben
gevolgd, die mij in de gegeven omstandigheden als
de alleen begaanbare was roorgekomen. En na
dien heeft niemand het betreurd.
Kan het nu nog bevreemding wekken wanneer
ik beken, dat mij de angst om het hart is geslagen
toen die geweldige beweging tegen het leerplicht
ontwerp-Borgesius ontstond en ik het door de
geheele anti-liberale pers, op een paar uitzonde
ringen na, bestreden zag
De bestrijding op zich-zelve deed het niet.
Dat het bestrijding, aanmerkingen, bezwaren zou
uitlokken, wie heeft het niet verwacht Dat het
onverbeterlijk zou wezen, wie heeft het beweerd?
Dat het leemten, feilen bevatte, door wieu is bet
ooit outkend, aan welke zijde ook P
Maar de wijze, waarop het bestreden is zoo
vinnig en fel, zoo hardnekkig en onverzoenlijk, zoo
stelselmatig en tegen beter weten in zie daarom
heb ik het ergste gevreesd en zou ik nog vreezen
wanneer zoodanige oppositie ook in de Kamer werd
overgebracht en voortgezet tot het einde toe.
Of is het niet stelselmatig, in strijd met de
gevestigde meening onder de godgeleerdeu, de
Syllabus, de geloofsleer er niet tegenin gesleept
door het slijk Is er niet letterlijk gesold met
het opvoedingsrecht der ouders Heeft men niet
tegen beter weten in het relatief schoolverzuim
geloochend of het stelselmatig verzwegen
En wanneer men eerlijk geloofde aan het recht
der ouders om hun kinderen onwetend of onvol-
doend onderwezen en alzoo onhekwaam te doen
blijven voor den strijd des materieelen levens, men
kon toch weten en men wist het wel ook, dat
het gebruik maken van zijn hoogste recht het
grootste ourecht worden kan. Of hebben ouders
het recht, door het relatief schoolverzuim huuner
kinderen het onderricht van andere kinderen te
belemmeren en minder vruchtbaar te maken
Laat de onderwijzers tegenover u vrijuit spreken,
zij zullen getuigen, dat het relatief schoolverzuim
groot, zeer groot is en deze verzuimers nare hinder-
palen zijn voor den geregelden gang van het
onderwijs. Mijns inzieus is het relatief school
verzuim een nog grooter kwaad dan het absolute,
omdat ook de trouwe bezoekers er het slachtoffer
van zijn.
Had de geeerde redactie van dit blad om des
lieven vredes wil toen mijn schrijven niet terzijde
gelegd, men zou maanden geleden van mij reeds
vernomen hebben, dat de wettelijke leerplicht on-
vermijdelijk is. Hij ligt in de stroomings des tijds
evenals de persoonlijke dieustplichl. Hij komt, zoo
niet met ons, dan zonder ons, en bij eene onver
zoenlijke oppositie tegen ons.
Men heeft tenminste erkend, dat blijkens ontwerp
en toelichting, bij den ontwerper een ernstige wil
bestond om aan gemoedsbezwaren en de behoeften
van het bijzonder onderwijs tegemoet te komen,
eene gezindheid, die men van dezen voorstaiider
en ijveraar voor de openbare neutrale school,
vdor zijn optreden aan de ministertafel, in de
verste verte niet heeft kunnen verwachten.
Waar een wil is, is ook een weg.
Heeft de ontwerper den juisten weg niet geheel
gevonden, waren dan de opgezette beweging en de
wijze van bestrijding wel de aangewezen middelen
om hem betere paden te doen zien en inslaan P
Niet alleen hem, maar ook zoovelen zijner geest-
verwanten in 's lands Wetgevende Vergadering?
Vangt men dan vliegen met azijn
Menschen blijven menschen, ook in 's Lands
Wetgevende Vergaderingen en aan ministertafels.
Ik moet mijne bewondering er over bekennen,
dat minister Borgesius nog zooveel goeden wil heeft
overgehouden na zoo fellen hardnekkigen tegenstand
buiten en bij zoo weinig tegemoelkomiug van de
Rechterzijde in de Kamer. Maar ik kan mij ook best
verklaren, dat hij, bij zoo weinig hoop op mede-
werking dier Rechterzijde, zelfs de uiterst fracties
(bij de schoo'ivoeding en kleeding) een luttel is
in het gevlei gekomen.
Dat had anders kunnen wezen. Ik geloof vast,
dat nog aan menig ernstig bezwaar van de voor-
standers der bizondere school, misschien zelfs van
de principieele tegenstanders van wettelijken leer
plicht, zou zijn of worden tegemoet gekomen,
wanneer van anti-liberale zijde geen guerre a ou-
trance tegen het ontwerp ware aangebonden of
volgehouden wanneer men in plaats van met het
hoofd tegen den muur te loopen, de gezindheid
had betoond om zich in het onvermijdelijke te
schikken, daarbij echter geen poging nalatende om
het kwaad te verkleinen en het ontwerp te ver-
beteren.
Nog is alle tijd daarvoor niet vervlogen. Daar
om caveant Consules
Geachte Redactie, behoef ik er nog bij te voegen,
dat ik met de meening en houding van dr. Schaepman
in deze volkomen instem
Een Oud-gediende."
Kroonstad is nu de hoofdplaats van Oranje-
Yrijstaat geworden. Zij ligt aan den spoorweg
van Bloemfontein naar Pretoria, 187 KM. noor-
delijker dan de vroegere regeeringszetel. Tusschen
Kroonstad en Bloemfontein, een eindjeten oosten
van den spoorweg, ligt Wiuburg; de spoorbaan
schijnt dicht bij Kroonstad vernield te zijn.
Te Kroonstad zijn de Boerengeneraals Joubert
en Botha nu aan het bespreken van den toestand
met de presidenten en overwegen nieuwe verdedi-
gingsmaatregelen. De Boerenlegers trekken lang-
zamerhand in het noorden samen. Kommandant
Olivier is ook met zijn getrouwen naar Kroonstad
teruggetrokken, nadat hij te Rouxville eerst alle
beschikbare levensmiddelen iu beslag had genomen.
De //Times" vindt dit blijkbaar een gemeene streek,
omdat nu de bewoners van Rouxville zonder iets
achterbleven, maar de nood heeft Olivier waar-
schijnlijk wel gedwongen. Hij moest, om met zijn
troep niet in hauden van Roberts te valleu, natuurlijk
een grooteu oostelijken omweg maken, terwijl de
Rouxvillers toch niet zoo vreeselijk lang zonder
hulp behoefden te blijven, aangezien de Engelschen
de' Oranjerivier al over zijn. Die geheele zuid-
oosthoek, Rouxville, Ladybrand, Ficksburg en
Bethlehem zou zich trouwens, naar de //Times"
meldt, aan Engeland onderwerpen. Intusschen
moet generaal Brabant verklaard hebben, dat hij
de Rouxvillers niet kon helpen.
Van die onderwerpingsverhalen staan de bladen
helaas vol. De vorige week Vrijdag weer 250
bij Aliwal-Noord, en te Wepener stonden er ook
500 klaar, om na de proclamatie van Roberts de
wapenen neer te leggen. Misschien heeft Olivier
deze nog kunnen overhalen, met hem mee te
trekken.
Julian Ralph, de correspondent van de //Daily
Mail}", seint uit Bloemfontein, dat langs den
geheelen Vrijstaatschen spoorweg, van Springfontein
tot Bloemfontein, de Boeren aan elk station mausers,
Martini-Henry's en pistolen komen inleveren. Den
16" Maart rlleen zijn 2500 geweren en andere
wapenen ingeleverd.
Elke man die zijn wapenen afgeeft, moet onder
eede eene verklaring teekenen, inhoudende, dat
hij de wapenen niet zal opvatten tegen de Engelsche
regeering gedurende dezen oorlog, noch hulp of
inlichtingeu zal verschaffen aangaande de Engel
sche krijgsmacht aan de republikeinsche strijd-
macht, en stil thuis zal blijven, tot de oorlog
gedaan is.
VaD de Transvalers komen gelukkig berichten,
die op volhouden wijzen. Zoo heeft Reitz aan
een kranteman toegestemd, dat de toestand ernstig
was, maar zeide hij, de Boeren zouden hun
onafhankelijkheid verdedigen tot den dood toe.
De //Daily News" weet mee te deelen, dat te
Pretoria zich een korps van 2000 weerbare vrouwen
heeft gevormdhij weet zelfs, al is het dan maar
van hooren zeggen, dat zij, evenals de Hooglanders,
korte rokken dragen.
Oorlogsnieuws is er voorloopig niet veel te
verwachten. V6or lord Roberts de Boeren bij
Kroonstad te lijf gaat het eerste treffen heeft
vermoedelijk bij Winburg plaats zullen er nog
wel een 14 dagen verloopen.
Ook in Natal is vooreerst geen slagte verwachten.
De spoorweg is hersteld tot aan de Modderspruit,
maar verderop zijn vier tamelijk groote spoorweg-
bruggen vernield, en het zal lang duren, voordat
die weer in orde gebracht zijn.
Het Engelsche kamp is thans aan de Sunday
Rivier opgeslagen, dat is ongeveer ter hoogte van
Elandslaagte. De stellingen der Boeren zijn het
sterkst aan den straatweg naar Newcastle, waar
op de Biggarsbergen schansen aangelegd zijn en
geschut opgesteld is. De stellingen aan den
straatweg naar Dundee zijn minder sterk.
De Engelsche kolonne onder Bethune, die de
Boeren bij Pomeroy, in het oosten van Natal,
den terugweg zou afsnijden, is daarin niet geslaagd.
De Boeren zijn, na vier uur vechten, met hun
kanonnen ontkomen. De verliezen der Engelschen
heeten gering.
Van Mafeking is geen nieuwsde spoorweg
en de telegraaf zijn hersteld tot aan Pitsani, een
plaatsje ten noorden van de belegerde stad.
Hieronder eenige telegram men.
New-York, 20 Maart. De //Herald" bevat een
telegram uit Pretoria van 10 Maart, betreffende
een interview met Kruger, die verklaarde, dat
de Boeren zouden overwinnen of sterven. Geen
hulp van de mogendheden werd verwacht, maar
men was evenwel verblijd over hare vriendschap en
sympathie. Allerlei lage bedreigingen zouden hem
niet verhinderen zijn plicht te doen. De Trans
vaal veracht Salisbury's bedreigingen. Het verhaal
van een Hollandsch komplot in Zuid-Afrika was
on waar. De Boeren zijn in Gods hand. Onze ge
heele legersterkte, zeide hij, is slechts 40,000
man, doch met Gods hulp zullen wij overwinnen.
Hier geldt het de vrijheid of de dood. De
Engelsche eigendommen in Transvaal beschermde
ik en zal dat blijven doen. Wij hopen, dat Amerika
met ons zal zijn in dezen oorlog, aldus eindigde
Kruger.
Mafeking, 10 Maart (via Loren<;o-Marquez).
Het bombardement is in zoover verminderd, dat
wij per dag maar een of twee bommen in het geheel
ontvangen. Donderdag vernamen wij de capitulatie
van Cronje en wij hebben in de stellingen der
Boeren nummers van de //Mafeking Mail" ge-
schoten, om aan de belegeraars het nieuws te
laten weten.
Een week lang ging het gerucht, dat de Boeren
voornetnens waren, het beleg op te breken en
het zwijgen van hun artillerie gaf een schijn
van waarheid aan dit gerucht. Maar wij heb
ben toch dag en nacht de Hollanders nog op
het lijf.
Berlijn, 20 Maart. Een oud-officier van het
Duitsche leger, die den slag bij Spionkop heeft
meegemaakt, schat in een brief aan het „Berl.
Tagebl." de verliezen der Engelschen aan dooden
alleen, in dien slag op 700.