A1 g em e en Nienws- en Advertentieblad voor Zeenwsch- Vlaander® fto. 3851. Dinsdag 5 December 1899. 39e Jaargang. OateillgMd T&arwater. Engeland en de Z.-A. RepnbM. Voorwaardelijk Ontslagen. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Pranco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82*. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTlEN Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsmimte berekend. Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave. Het gedeelte van Chamberlains laatste rede, dat betrekking heeft op de verhouding tot Duitsch- land, luidt aldus Er is nog iets zeide Chamberlain, nadat hij zich had uitgelaten over de betrekkingen tot Amerika wat, naar ik meen, ieder Engelsch staatsman, die vooruit ziet, lang moet hebben gewenscht, namelijk dat wij niet duurzaam gei'so- leerd moeten blijven op het vaste land. Mij dunkt dat op het oogenblik waarop dit streven vorrn verkreeg, het duidelijk moet zijn geworden, dat het natuurlijkste bondgenootschap dat is tussschen ons en het Duitsche rijk. Wij hadden onze ver- schillen van meening, geschillen en twistpunten met Duitschland. Het volk van dit land is op- gewonden geweest door omstandigheden, die wij rnaar al te gelukkig zijn te vergeten, maar in den grond der zaak is er eene innerlijke kracht geweest, die ons noodzakelijk samenbracht. Wat vereenigt een volk Het belang en het gevoel. Welke belangen hebben wij, waar het belang van Duitschland tegenover staat? Onze geschillen draaiden zich alien om nietige zaken, die geen aanleiding vormden tot een ernstigen strijd. Deze geschillen zijn tot heden door lord Salisbury verstandig het een na het ander uit den weg geruimd. Ik kan mij geen punt voorstellen dat in eene afzienbare toekomst kan opkomen, dat ons en de Duitschers in belangen tegenover elkaar zou kunnen brengenintegendeel, ik kan vele dingen in de toekomst voorzien, die een reden tot bezorgdheid voor de staatslieden van Europa moeten zijn, maar waarbij onze belangen klaar- blijkelijk dezelfde zijn als die van Duitschland, en ten aanzien waarvan de door mij met betrekking tot Amerika besproken overeenstemming wanneer zij op Duitschland wordt nitgebreid, meer dan FEUILLETON elke vereeniging er toe zal bijdragen, den wereld- vrede teweeg te brengen. Maar de wereld wordt niet geheel door be langen beheerscht, het gevoel is een van de grootste factoreu bij al onze aangelegenhedeD. Er is geen reden aanwezig, waarom de gevoelens van de be- volking der heide landen niet met elkaar in over- eenstemming zouden zijn. Van Duitsche zijde nog geen dementie van Chamberlain's zonderlinge verbond-proclamatie. Alleen de Kolnische, die blijkbaar nog geen instruc- ties kreeg, zegt in een tam hoofdartikeltje het. niet waarschijnlijk te achten, dat Chamberlain's verwachting de overeenkomst tusschen Duitschland en Engeland eens gelijk met Prankrijk en Rusland het geval is geweest, tot een verbond te zien overgaan, ooit zal worden verwezenlijkt. Daartoe vertrouwt men elkander te weinig en heeft Duitsch land ook te veel zijne betrekkingen tot anderen in het oog te houden. De Parijsehe Temps, die zijn bekend bulletin- politique aan de redevoering van den losgebroken Minister van Kolonien wijdt, weigert aan de waar- heid van diens verbond-mededeelingen te gelooven. Het blad doet dit voornamelijk op grond van Keizer Wilhelm's jongste bezoek aan Nederland en zegtffllet zou een wreed en ouvoegzaam spel zijn geweest, dus de toejuichingen van het Nederlandsche volk en de beleefdheden van Koningin Wilbelmina te komen uitlokken, wanneer waarlijk de Keizer daar juist met eigen hand het dood- vounis zou hebben geteekend der beide Republieken in Zuid-Afrika. Neen, zoover zijn de zaken nog lang nietHet hoofdstuk der onvoorziene ge- beurlijkheden is nog niet afgesloteu, en dat is het wat Keizer Wilhelm bescheideulijk heeft willen aauduiden, toen hij aan de Koningin een bezoek bracht, dat eene onvoegzame spotternij zou geweest zijn, wanneer het niet het aangeduid karakter had gedragen Wij laten thans de laatste telegrammen volgen Louden, 2 Dec. De pers schrijft heden het volslagen gemis van oorlogsnieuws toe aan de beduchtheid, dat de vijand de Engelsche plannen zou gewaar worden. Zij doet verder een beroep op het geduld, dat zij beschrijft als eene deugd, die den Eugelschen in 'tbijzouder eigen is. De geruchten op het vasteland, dat Ladysmith gevallen is, worden als belachelijk beschouwd, ofschoon er onheilspellende berichten de roude hebben gedaan in de clubs van het West End. Tweede telegram. Het War Office maakt be kend, dat generaal Methuen blijft aan de Modder- 51) Cecil haalde het papier uit zijn zak. Doch zijn vader keek er nauwelijks naar. De verbaasde blauwe oogeu wareu gericht op Cecil, en zijn gelaat werd plotseling nog rooder dan anders. De ver- ontwaardiging, dat een vreemde geld durfde aan- bieden aan een Halford, bracht al zijn oude ge- voeligheid weer in opstand. Ik wil 't niet hebben riep hij, bevende van kwalijk bedwongen woedeje moogt 't niet aannemen De Halfords zijn geen bedelaars Je had meer trots en gevoel van eigenwaarde moeten hebben, jongeheerBinnenkort ga je rond met een inteekenlijst, huis aan huis. Ik denk, dat je er geen been in zou zien, op den hoek van een straat te gaan staan bedelenzoo met den hoed in de hand. De jongeman werd nu ook toornig. Ik vraagde er niet om, vader, en ik ver- wachtte het ook nietToen meneer Hansell mij 't geld gaf, zei hij dat ik het moest beschouwen als geleend. Ik zag het toen niet zoo in als u nu en ik zal het terugzenden. Neen, ik ga zelf meneer Hansell opzoeken. Hij meende het goed hij is een uitstekende kerel Ik zal hem uitleggen ik zal Opeens hield hij op. Angstig vroeg hij Je vertelde dien man, hoe groot het bedrag van je schulden was, en hij gaf je deze cheque. Cecil ben jc duizend pond schuldig Ja, vader, tennaastenbij. De kapitein zuchtte 't klonk haast als gekerm. Goed. Je schulden moeten betaald worden maar door mij. Ik zal 't geld op een of andere manier zien te vinden. Maar dit kan je niet aannemen, jongen Ik zal van-middag zelf deze cheque naar meneer Hansell terug brengen en dan zal ik eens nadenken, wat er gedaan moet worden. Ceciel boog het hoofd. U heeft gelijk, papa, zei hij. Maar het zijn mijne schuldenze behoeven niet dadelijk betaald te worden ik kan uitstel krijgen en in dien tusschentijd geld verdienen. Ik zou de gedachte niet kunnen verdragen, dat ik niet alleen zorg en kommer over u hoofd bracht, maar u ook nog zulk een last oplegde. De blauwe oogen van den kapitein vulden zich met tranen, en zacht legde hij zijn hand op den schouder van zijn zoon. Ik vergeef je, Cecil, zei hij. Vandaag breng ik deze gift terugmorgen zullen we samen overleggen, wat er te doen valt. De jonge man verliet de kamer in een geheel andere stemming, dan hij die betreden had. Toen de deur achter hem gesloten was, viel kapitein Halford in een stoel en zuchte zwaar. Ik zal betalendoch het zal een zware inspanning kosten Maar ik mag geen half werk doen. Misschien brengt de volgende mail betere tijding uit de West; laat ik de dingen niet van de donkerste zijde bezien, zoo lang er nog een sprankje hoop is rivier en bezig is de brug over de rivier te herstellen. Aanzienlijke versterkingen worden over de spoor- weglijn naar Belmont gevoerd. Volgens de opgaven, die het War Office open- baar maakt, zijn de verliezen in den slag aan de Hodderrivier, de officieren buiten rekening latende, 43b dooden en gewonden. De avondbladen critiseeren scherp het gemis van oorlogsnieuws. De Westminster Gazette noemt let een onverklaarbaar uitstel. De St. James Gazette zinspeelt, dat de waarheid wordt achterwege gehouden. De Pall Mall Gazette is ontevreden met de wijze, waarop thans de censuur van de iers wordt gevoerd. Methuen's optreden wordt als onbezonnen ver- oordeeld. De ongerustheid neemt steeds toe. Londen, 2 Dec. Het departement van oorlog heeft de volgende depeche d.d. 1 December ont- vangen van den commandant te Kaapstad generaal Gatacre meldt, dat geen verandering in den toestand is gekomen. Generaal Trench verkende den weg van Naauw- poort tot Rosmead en keerde vau daag terug. Methuen blijft aan de Modderrivier om de brug te doen herstellen, en is versterkt door een corps Hooglanders-cavallerie, terwijl veld-artillerie van het Canadeesche regiment en van het Austialische contingent drie batallons infanterie oprukken langs de lijn AarBelmont. Ofhcieel wordt het totaal van de dooden en gewonden in het gevecht bij de Modderrivier opge- geven als 438 man. De tweede editie van de Times bevat de volgende depeche uit het kamp bij Frere, d.d. 28 November: bereden strijdmacht onder lord Dundonal met vier kanonnen heeft dezen morgen achtervolgd en ge- bomdeerd de laatste Boeren-detachementen die naar Colenso terugkeerden. Men naderde binnen 21/, mijl van Colenso. Een kort artillerie-duel had plaats. Dundonal keerde terug zonder verliezen te hebben geleden. Londen, 2 Dec. Het aantal van onze dooden in het gevecht bij Modderrivier bedraagt 73. Londen, 3 December. Het departement van oorlog maakt het volgende telegram van den bevel- voerenden officier te Kaapstad openbaarOverste Kekewich bericht uit Kimberley, 30 November, dat de politie van Betsjoenaland-Protectoraat het Boerenkamp ten Westen van de stad den 28"ten overmeesterd heeft. Er is gemeenschap door zoek- lichten tusschen Kimberley en Modderrivier ver kregen. Voorts deelt het departement van oorlog mede, Stephen Alison was in de bibliotheek, bezig met een aantal van zijns broeders papieren, toen men hem kwam zeggen, dat er een heer was om hem te spreken. Hij had zijn kaartje vergeten en noemde daarom den knecht zijn naam Halford. Toen Stephen dezen naam hoorde, meende hij natuurlijk, dat Cecil weer gekomen was. Zeg dien meneer, dat ik aan iets bezig ben en hem vriendelijk verzoek, vijf minuten te wachten. Als ik bel, laat dan meneer Halford binnen. Stephen wilde even nadenken, wat hij den jon gen man zou zeggen. Hij wilde hem graag aan de praat brengen over sergeant Veritymogelijk kon hij, door Cecil's relaties met het nichtje van den detective, eenigszins op de hoogte komen van hetgeen de politie deed. Hij had met groote ontsteltenis het artikel ge lezen over de brandewijnflesch hoewel het op hee geheimzinnige wijze was ingekleed, begreep hij er toch uit, dat de politie vermoedde, dat Stephen Alison in den nacht van zijn dood een bezoeker had gehad, welke bezoeker het fleschje had mee- genomen. Stephen herinnerde zich, dat hij, toen de ge- daanteverwisseling was voltooid, de flesch had zien liggen naast het bed. Werktuigelijk had hij haar opgeraapt en in den zak der overjas gestoken, waar hij haar den vol- genden morgen vond. Zorgvuldig had hij de eti quette er af geweekt en vernietigd en de flesch weggeborgen in een kast op zijn slaapkamer, waar hijH ook de doos met papieren van zijn broeder had geborgen, en welke kast altijd op slot bleef. dat het transportscbip Ismore, met een batterij veldartillerie en een deel van het lOde huzaren aanboord, heden op de rotsen van Sint Helena-baai is vast geloopen. De troepen werden behouden aan land gezet, maar de paarden zijn nog aan loord. De oorlogsschepen Doris en Niobe en let transportschip Columbian verleenen hulp. Pretoria, 28 November. Het kamp der Boeren lij Derdepoort (ten Noorden van Mafeking) is is Zaterdag (25 Nov.) door een sterke afdeeling dereden politie aangevallen. De voorposten werden lij een poging om naar het kamp terug te keeren omsingeld. Het gevecht duurt voort. Het lid van den Volksraad voor Rustenburg, Barnard, werd gedood. Tot nu toe zijn vijf burgers gedood en verscheidene gewond. Kommandant Delarey bericht, dat 's morgens een gevecht ten Westen van Kimberley gehoord werd. Durban, 28 November. De Natal Mercury leeft een telegram uit Frere, dat de Boeren hun strijdkrachten samentrekken in hun oude stellingen lij Colenso en achter Grobler's kloof. Verkennings- afdeelingen in de buurt van de Toegela-rivier zijn van Chieveley uit gezien. Alles duit aan, dat de Boeren vast besloten zijn te trachten den Engel- schen het oversteken van de rivier te beletten. Las Palmas (Kanarische eilanden), 2 December. Het Ergelsche stoomschip Sumatra, op de huisreis met Engelsche gewonden, is hier aangekomen. In een interview heeft een Engelsch officier de moeielijkheden van dezen oorlog uiteengezet, voort- vloeiende uit natuurlijke beletselen en uit de linderlaagtactiek van de Boeren. De verliezen aan weerskanten zijn groot, die van de Engelschen overtreffen die ran de Boeren. De iudrukken zijn zeer pessimistischde meeste gewonden zijn sterk terneergeslagen eu boezemen diep medelijden in. De meesten zijn erg verminkt en voor de toekomst onbekwaam tot den krijgsdienst. Het Provinciaal Groninger comite voor het behoud van progressie in de hoofdelijke om- slagen heeft haar adres, vergezeld van 55 adhae- siebetuigingen, aan den minister van binnenlaudsche zaken verzonden. Tevens werden hierbij verzonden de berekeningen van de gevolgen, welke de in- voering van het tegenwoordig art. 243 zou hebben in 32 verschillende gemeenten. De Asser Crt. weet reeds te melden dat een ontwerp tot wijziging van art. 243 bij den Raad van State is ingekomen. Toen Stephen overlegd had, hoe hij Cecil er toe zou brengen, te spreken over de Verity's, belde hij. Een minuut later diende de knecht jrmeneer Halford aan en sloot de deur achter den bezoeker. Stephen, die voor den haard stond, draaide zich omin een oogwenk zag hij, dat hij zich had vergistdoch hij bedwong zich en hield een kreet in, welke aan zijne lippen dreigde te ontsnap- pen. Op 't oogenblik, toen de kapitein het ge- zicht van Clement Hansell zag, deiusde hij terug. Wie ben je riep hij, op heeschen toon wie ben je Bliksemsnel begreep Stephen, dat hem maar een kans overbleef. Langzaam toetredende op den kapitein, die meende, dat een doode uit het graf was opgestaan, sprak hij bedaard Ik ben John Alison HOOFDSTUK XLII. John Alison's yerhaal. Ik ben John Alison. Kapitein Halford staarde Stephen aan met een uitdrukking van groote ontsteltenis op zijn blo- zend, eerlijk gezicbt. Hij begreep eerst niet, wat die woorden beduidden. Toen herinnerde hij zich, hoe groot de gelijke- nis was geweest tusschen de twee broeders en hij begon te begrijpen. Hij had Stephen niet zoo dik- wijls gezien nadat zijn zuster mevrouw Alison was geworden John kende hij nog veel minder maar de familiegeschiedenis wis hem bekend. TER VEIZEVSCHE C011RANT. Woeu.d»K- e, W—. - De Burgemeester van TEB NEUZEN brengt bij deze ter kennis van zeevarenden, dat in den loop der maand December 1899 schietoefeningen zullen plaats hebben in de stelling van den Helder, uit verschillende vuurmonden, opgesteld in de verdedigingswerken aldaar. Verdere inliclitingen onitrent bedoelde schietoefeningen kunnen door belanghebbenden worden verkregen ter secretarie der gemeente op de uren waarop deze is geopend. Ter Neuzen, 4 December 1899. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1899 | | pagina 1