Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen. Kermis of Jaarmarkt GELDLEENING. Paarden- en Veemarkt No. 3782. Dinsdag 27 Juni 1899. 0HSCHU1DI5 VERQ9RDEELD. 39e Jaargang. Binnenland. ABONNEMENT: advertentiEn F EUILLBTON POLITIEK OVERZICHT. Naar het Fransch van JULES MARY. 41) firromscHE coiimnt Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Franco per postVoor Nederland f 1.10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$. Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prgs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Burgemeester en Wethouders der gemeente ZAAMSLAG maken bekend 1°. dat de gewone jaarlijksche alhier zal worden gehouden op Dinsdag den 4 Juli 1899, aanvangende des voortniddags ten 9 en eindigende des namiddags te 3 uren. Van wege de gemeente worden uitgeloofd elt premien naar welke geene mededinging wordt toegelaten aan de eigenaren van het grootste getal paarden en vee, die daarvoor in het vorige jaar zijn bekroond, alsmede voor paarden en vee wegens welke alhier reeds vroeger eene premie is toegekend en voor paarden en vee, na 11 uren aangebracht. Geen liedjeszangers, orgeldraaiers en dergelijken worden tijdens de markt toegelaten. 2°. dat de in deze gemeente zal plaats hebben op Dinsdag den 4 Juli 1899, tot en met Donderdag den 6 Juli dier maand en dat geene nadagen zullen worden toegelaten. Aanvragen om plaatsing in te dienen bij den Burgemeester. Zaamslag, 23 Juni 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. BARENDREGT Az., Voorzitter. P. J. WORTMAN, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van ZAAMSLAG brengen ter kennis van belanghebbenden, die wenschen deel te nemen aan de geldleening, uit krachte van het besluit van den Raad d.d. 12 Mei j. 1. n°. 4, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Zeeland 10 Juni d. a. v. n°. 46 en aan te gaan ten laste der gemeente tot een bedrag van Yeertieu duizeud twee honderd gulden tegen eene rente van ten lioogste vier ten honderd 'sjaars, dat tot 13 Juli e. k., ter Secretarie der gemeente gelegenheid zal bestaan tot het inleveren der inschrijvingsbiljetten. De leening wordt verdeeld in 71 aandeelen, elk ad 200,— en te storten 15 Augustus 1899. De aandeelen worden uitgegeven it pari en aan toonder. In 1913 zullen ten minste 6 en in 1914 en volgende jaren telken jare ten minste 8 aandeelen worden afgelost. De gemeente is ook bevoegd voor 1913 geheel of ten deele af te lossen. De inschrijvingsbiljetten moeten inhouden a. naam, beroep en woonplaats van den inschrijver b. het getal aandeelen (in schrijfletters) waarvoor wordt ingeschreven, met bepaliug der rente. Zaamslag, 23 Juni 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. BARENDREGT Az., Voorzitter. P. J. WORTMAN, Secretaris. De bemiddeling van Leon Bourgeois heeft goe- de vruchten gedragen Frankrijk heeft weder een ministerie. Wei is deze staatsman trouw gebleven aan zijn voornemen om niet zelf aan het hoofd der regeering op te treden, maar hij heeft door zijne tusschenkomst de vorming van een kabinet mogelijk gemaakt. De Woensdag door hem ge- voerde overleggingen hebben tot uitkomst gehad, dat Zondag morgen Waldeck-Rousseau audermaal van den president de opdracht ontving om het kabinet samen te stellen. En voor den avond had hij het stel ministers bijeen. De uitkomst van de hervatting der zoo plot- seling door den ,/Coup de Jarnac" van de heeren Krantz, Delombre en Guillain afgebroken onder- handelingen is allereerst geweest, dat deze drie uit de minister-combinatie verdwenen zijn en eveneens hun vriend en geestverwant Poincare, het lid ran het „genootschap van wederkeerige hulp en bewondering", dat Clemenceau zoo onver- moeid over den hekel haalde. De eenige van de groep der progressisten in de Kamer, die van het oude in het nieuwe kabinet is overgegaan, is Leygues, die aan de knoeierij om Waldeck-Rousseau den voet dwars te zetten, niet heeft meegedaan verder heeft Delcasse de portefeuille van buiten- landsche zaken behouden. Die staatsman heeft steeds buiten den strijd om het overwicht tusschen de verschillende groepen gestaan maar het is uit de enquete van het hof van cassatie gebleken, hoe wakker hij in den strijd om de depeche- Panizzardi voor de eer van zijn departemeut is opgekomen en niet gerust heeft voordat aan het hof de geheele waarheid was onthuld over de ver minking en de verduisteriug van dat stuk, dat i het afdoende bewijs inhield van de onhoudbaarheid I der tegen Dreyfus ingebrachte beschuldiging, nog voordat hij naar den krijgsraad verwezen werd. Van gewicht is ook, dat de naam van Sarrien, dien het gerucht zelfs aanwees als de toekomstige minister-president, in de lijst der nieuwe ministers ontbreekt. Sarrien is de minister van justitie in het kabinet-Brisson, wiens zwakke houding het oogenblik, toen tijdig en krachtig haudelen ge- boden was, verloren deed gaan. Daarbij zou met hem allicht een element van tweedracht in het kabinet zijn opgenomen de Figaro zegt van hem „De heer Sarrien in een ministerie, dat is de worm de vrucht. Hij weegt voor zich alleen als in dezer dagen het eerste Berlijnsche Landgericht. Wegens een artikel in de socialistische Vorwiirts was daar door het openbaar Ministerie tegen den redacteur Jacobey zes maanden gevangenisstraf geeischt, en wel wegens den aldus luidenden aanhefWelbekend is de practijk van het hoogste Saksische gerechtshof bij zijne vonnissen, en dikwijls is daar zonder omhaal verklaard, dat de leden van de werklieden-partij mindere rechten hebben dan andere Staatsburgers." Het Land gericht sprak den redacteur vrij, woverwegende dat hij, naar de meening der rechtbank, er in geslaagd is was het bewijs der waarheid van zijne bewering te leveren." Het is te begrijpen, dat de uitspraak opzien wekt. ontbindend element op tegen alle Guillains, Krant- zen en Delombres van het parlement. Karakteristiek voor de toestanden in Engeland, waar de zucht om de Transvaal te lijf te gaan groot is, maar, voor het oogenblik althans, het bedachtzaam overleg nog grooter, is het ontstaan en dan weer tegengesproken worden van allerlei oorlogs-voorbereidings-geruchten. Zoo verzekerden voor vast en zeker de bladen, dat het tweede bataljon van het Shropshire-infan- terie-regiment bevel had ontvangen zich voor onmiddellijke inscheping naar Zuid-Afrika gereed te houden. En later sprak de overste van het regiment het als een verzinsel tegen. Zoo kwam uit Kaapstad bericht, dat zeven Britsche oorlogsscbepen in de Delagoa-baai aan- kwamen maar Reuter's berichtgever te Lorenzo Marquez spreekt het tegen en herleidt het geheele bericht tot de aankomst van een enkel oorlogsschip, en nog wel een Portugeesch Niet van zekeren humor ontbloot was ook het antwoord, door den afgevaardigde Labouchere in het Britsche Huis der gemeenten ontvangen op zijn vraag of het waar was, dat de troepen- macht in Zuid-Afrika tot een totaal van 40,000 man zou worden versterkt. Dat antwoord, van den Vice Minister van Oorlog Wyndham, was namelijk een kort en eenigszins korzelig ,-neen Met eenige moeite verbijt in Duitschland de officieuse pers hare woede over de verwerping, door den Rijksdag, van de voordracht tot betere waarborging der arbeidsvrijheid, het zoogenaamde „tuchthuis-ontwerp". Om zich te troosten dreigt zij met ontbinding van den Landdag, wanneer deze de kanalenwet mocht verwerpen. Een hoogst merkwaardig vonnis, 't welk bewijst dat er nog altoos ,-rechters in Berlijn" zijn, velde Prov. blad no. 69 bevat eene circulaire van Ged. Staten aan de colleges van Burg. enWeth. in deze provincie, waarin zij mededeelen dat het hun wenschelijk is voorgekomen het bij circulaire van 3 Juni 1874 (Prov. bl. no. 74) gegeven voorschrift ook toepasselijk te verklaren op uitgifte van grond in erfpacht, zoodat voortaan aan de besturen van instellingen van weldadigheid, bedoeld onder litt. a en d van art. 2 der wet op het armbestuur, geene machtiging zal verleend worden, om onroerende goederen ondershands te vervreem- den, te verhuren, te verpachten of in erfpacht uit te geven, tenzij vooraf de ingezetenen der gemeente door openbare kennisgeving in de gele genheid gesteld zijn hunne bezwaren daartegen in te brengen. Ged. Staten verzoeken de gemeentebesturen om bij elk voorstel tot het verleenen der bedoelde machtiging eene verklaring over te leggen, waaruit blijkt, dat de kennisgeving behoorlijk is geschied en om, voor het geval bezwaren zijn ingebracht, deze met hun advies mede te deelen. 't Arme kind had geen tranen meer doch hevige zenuwschokken deden het zwakke lichaam schudden, als ten prooi aan een zware koorts. Haudecoeur omhelsde haar, voor't laatst, en toen zijn vrouw. Ik kan hier geen minuut langer blijven, zei hij want ze weten nu waar ik ben, en zoodra Collivet merkt, dat ik hem gefopt heb loopt hij liatuurlijk naar de politie. De vrouwen trachtten niet, hem terug te houden ze waren verbijsterd ze wisten niet meer, wat er moest ged aan worden. Alle drie gingeu naar bene- den, en Louise trad zacht in de kamer der portierster, die ze wekte. JufFrouw Leon, doe de deur open, als 't u belieftHij moet weg Hij loopt gevaar meneer de Beaupreault is niet geslaagd. Ach, die arme man die arme man Zij trok haastig aan hettouw, waarmee de huisdeur geopend werd, en riep van uit de kamer Goed succes, Haudecoeur 1 Dank-u, juffrouw Leon Dank voor al wat u aan mij en de mijnen hebt gedaan Niet te danken, hoor Wij meuschen moeten elkaar toch helpen En't is zoo aardig, de politie eens goed beet te hebben Haudecoeur keek voorzichtig door de op een kier staande huisdeur naar buiten, eer hij't waagde, op straat te gaan. De deur van het aangrenzende huis werd geopend en een man trad naar buiten, waar hij op't trottoir bleef staan. Die man was Collivet. Haudecoeur had een oogenblik de onbedwing- bare lust, zich op hem te werpen, hem te grijpen. Maar wat zou 't baten Hij zou zich zelven ook op die wijze roekeloos in 't verderf storten, als de politie toeschoot op het rumoer. En de arme man bedwong zijn toorn, schoon hij al zijn zelfbeheersching noodig had om te blijven waar hij was. Collivet, die niet anders meende of het opzet was gelukt, toen hij eerst het touw strak voelde trekken en daarna breken, verwachtte op de straat het verpletterde lijk van zijn slachtoffer te vinden. Zijn speurende blik ontdekte echter niets, en een rilling van schrik ging hem door de leden. Wij moeten ran voren af beginnen, motn- pelde hij. Op dit oogenblik schoot een man op hem toe en fluisterde Nu? Die man was GerardHaudecoeur herkende hem terstond. 't Is gedaan antwoordde Collivet. Daarna gingen beiden heen. j In Haudecoeur's geest ontwaakte de twijfel. ,,'t Is gedaan Dat wilde zeggen het plan is gelukt en de man is dood. Maar waarom gaf Gerard dan geen teeken van verrassing waarom deed hij geen nadere vragen Waarom zag hij niet om naar het lijk of de bloedsporen, welke er dan toch moesten zijn Doch de toestand, waarin de vluchteling zich bevond, liet hem niet veel tijd om na denken. De straat was leeghij waagde zich op't trottoir en sloop de korte rue du Marche-Saint-Honore uit, zonder te worden verontrust. De agenten hadden al zoo lang te-vergeefs ge- surveilleerd, dat ze 't dien avond vergaten. IX. Den volgenden ochtend kwam de politie huis- zoeking doen in de woning van juffrouw Haudecoeur en doorsnuffelde de zolderkamers. Men was ge- waarschuwd door een ongeteekenden brief, dat de vluchteling zich ophield bij zijn vrouw en dochter. Collivet liet zijn prooi niet gemakkelijk los, zooals men ziet. In den loop van den dag kwam Gerard de Beaupreault; maar juffrouw Haudecoeur weigerde hem den toegang tot haar woning. Meneer, sprak ze, u behoeft hier met meer te komen. Louise heeft haar vader gezworen, dat ze u niet weer zal zien. Gerard was geheel onthutst door deze onverwachte ontvangst. Wat is er gebeurd? wat bedoeit u ik begrijp niet U kunt het beter weten dan wij, meneer. Mijn arme man vermoedde gister al, dat er een komplot tegen hem was, en nu heeft hij de bewijzen van het schandelijk verraad En wat is dat verraad vroeg Gerard, plotseling kalmer geworden. Och, meneer, waarom vraagt u naar den bekenden weg Wij weten alles, zeg ik u Hier behoeft u niet weer te komen. Vergeet Louise, zooals zij u heeft vergeten. TER NEUZEN, 26 Juni 1899. Naar wij vernemen is door Burg, en Weth. dezer gemeente de eventueele stemming en her- stemming bepaald op 10 en 24 Juli a. s. Bij Kon. besluit is benoemd tot lid van het bestuur van het waterschap voor het beheer en onderhoud van de Nol tusschen den Koude- en den Lovenpolder de heer A. Franse Cz. Maar dat is onmogelijk Ik begrijp er niets van. Ga heen, meneer. Louise mocht u hooren, en zij behoeft Zelfs niet te weten, dat u hier is. Gerard antwoordde nu vastheraden En ik ga niet heen, eer u mij een verklaring geeft voor die krasse beschuldiging. Ik beb't recht, dat te eischen. en u, zoomin als Louise, hebt het recht, te twijfelen aan mijn liefde en toewijding. Leugens komedie Juffrouw Welnu, zei ze eensklaps, als u dan volstrekt een verklaring wilt, zal ik u die geven. Kom binnen Ze liet hem binnen, sloot de deur en liep naar de andere kamer Louise Kom eens hier 't Meisje verscheen en verbleekte, toen ze Gerard zag. Gedachtig aan de belofte, haar vader gedaan, wilde zij weer beengaan doch hij schoot op haar toe. Juffrouw Louise, ik bezweer u, naar mi] te luisteren. Zij wankelde, had moeite om staande te blijven. Ik heb vader beloofd, niet naar u te luisteren, zei ze, met zwakke stem. Zweer u, dat ik het slachtoiler ben van een afschuwelijken laster of een ongelukkig rnis- verstand. Laster en plotseling zich opnchtend, sprak zij met een uitbarsting van toorn, dien men in 't zacbtaardige meisje niet zou hebben vermoed Gij zijt laag en misdadig, meneer de Beau preault Louise I

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1899 | | pagina 1