BIJVOEGSEL Ter Heazensche Courant Zaterdag 24 Juni 1899. No. 3781. Binneniand. Landbouwberichten. Geiiiengde berichten. POLITIEK OVERZICHT. RECHTSZAKEN. Arromlissements-rechtbank te Middelburg. VAN DE VAN Nog altijd geen ininisterie in Frankrijk maar toch schijnt de kans op slagen door de overkomst van Bourgeois iets grooter te zijn geworden. Bour geois heeft van den aanvang af verklaard, zelf geen portefeuille te willen aanvaarden. Hij zou alleen als bemiddelaar optreden en heden zou hij reeds weer naar den Haag terugkeeren. Hij heeft bezoeken afgelegd bij Delcasse, Waldeck-Rousseau, Brisson en anderen en ten slotte zoudeu de poli- tieke vrienden van Bourgeois besloten bebben, den heer Waldeck-Rousseau te steunen, indien hij nog eens de formatie van een kabinet wilde beproeven. Of dit nog gebeuren zal, is de vraag. Een ander gerucht maakt melding van een ministerie-Sarrien. De premier zou binnenlandsche zaken nemen, Waldeck-Rousseau oorlog, Monis justitie, Delcassd buitenlandsche zaken en Pelletan openbare werken. De Kamer is nog even bijeen geweest en heeft toen met 332 tegen 175 stemmen besloten, de zitting tot Maandag te verdagen. De laatste berichten melden dat een ministerie, met Waldeck-Rousseau als premier, is tot stand gekomen. De behandeling der zaak HenryReinach is verdaagd tot een latere zitting van het assisenhof. Volgens de //Matin" omvat het onderzoek tegen du Paty de Clam de volgende punten het valsche stuk Sperauza (telegram), het valsche stuk Blanche (telegram), het 2e valsche stuk Blanche (brief), het valsche stuk Weyler, het valsche stuk van Henry, mededeeling van het geheime stuk ,/Ce canaille" aan een dagblad, mededeeling van een geheim stuk (document liberateur) aan Esterhazy en ten slotte feiten, die nog ontdekt mochten worden. De vice-admiraal de Cuverville, chef van den staf der Eransche marine, heeft van den Minister van marine, Lockroy, zijn ontslag gekregen. De reden van dit ontslag is een brief door de Cuverville gericht aan den heer Fleuvry Ravarin, waarin deze geluk gewenscht werd met het feit, dat hij aan den toekomstigen president van den Ministerraad een open brief had gericht over eenige zaken betreffende marine, kolonien en oorlog. De heer de Cuverville had zijn eigen critiek daarbij ten beste gegeven, o. a. zeggend, dat men z/de ontbinding voorbereidde." Die bewuste brief was, met toestemming van den Minister, openbaar gemaakt. De berichten over de verhouding tusschen Engeland en de Zuid-Afrikaansche Republiek luiden zeer oorlogszuchtig. Het is moeilijk uit te maken, in hoever de ophitsende pers de meening van het publiek of van de regeering weergeeft maar waar men aan beide kanten maatregelen neemt met 't oog op oorlogsgevaar, daar is de toestand zeker ernstig. In het Britsche Lagerhuis heeft de onderstaats- secretaris van oorlog, Wyndham, machtiging ge- vraagd tot een uitgave van f 48,000,000 voor verdedigingswerken en kazernes. Daarvan zal f 12,000,000 aan verdedigingswerken besteed worden, de rest aan kazernes. Het krediet is niet voor een nieuwen koers van politiek, zoo heette het in de toelicliting, maar de uitvoering van een zorgvuldig uitgedacht plan. De vloot moet steun- punten hebben om van haar beweging alle voordeel te trekken. De handel heeft ook strategische havens noodig en deze stations hebben kanonnen en verdedigingswerken noodig. De positie en de kracht der nieuwe verdedigingswerken mochten natuurlijk niet vermeld worden. Met 241 tegen 66 stemmen werd de gevraagde machtiging gegeven. Volgens de //Pall Mall" zou Lloyds reeds be- gonnen zijn met het afsluiten van oorlogsrisicos, met het oog op Transvaal. Verscheidene bladen berichten, dat lord Wolseley, die Chester en Liverpool zou hebben bezocht, deze bezoeken heeft afgezegd, met het oog op de Transvaalsche quaestie. Om dezelfde reden zou hij ook van verdere afspraken voor de season hebben afgezien. De //Daily Telegraph" meldt, dat generaal sir Redvers Buller als opperbevelhebber van de Britsche troepen in Zuid-Afrika is aangewezen, voor het geval het met Transvaal tot oorlog komt. Uit alles blijkt, dat het departement van oorlog zijn maatregelen voor een mogelijken veldtocht voortzet. Ook wat uit Zuid-Afrika bericht wordt duidt meer op oorlog dan op vrede. Reuter meldt uit Kaapstad, dat de plaatselijke militaire overheid de contracten voor zekere be- noodigdheden heeft opgeschort, aangezien de regimenten binnenkort Kaapstad zullen verlaten. Lr moeten nog andere teekenen zijn, dat men zich voor den dienst te velde gereed maakt. De detachementen van het Lancashire-regiment die te Wijnberg en Stellenbosch lagen, hebben zich bij het regiment te Kaapstad gevoegd. De //Daily Mail", een sterk anti-Boerenblad, weet het volgende uit Kaapstad mee te deelen Een Kaapsche spoorwegbeambte heeft onder cede verklaard, dat hij gewapende boeren te paard in de buurt van de Oranje-rivier oefeningen had zien houden. Hij hoorde, dat zij bezig waren, zich er op voor te bereiden, om voor 't geval de Transvalers in oorlog kwamen, hen te helpen. De Natalsche vrijwilligers hebben aanzegging gekregen, zich voor een veldtocht klaar te houden. Het Vrijstatige regeeringslid Fischer confereert sedert drie dagen vertrouwelijk met Hofmeyer en andere Bondsleiders. Fischer moet geinstrueerd zijn, om president Kruger te gaan vertellen, dat de genegenheid van den Afrikaander Bond met hem is, maar dat hij desondanks bij den Volksraad behoort aan te dringen op nog andere belangrijke concessie aan de uitlanders. Dat men in de Conference zich overtuigd houdt, dat resultaten van eenige beteekenis zullen worden verkregen, kan o. a. blijken uit het feit, dat in de laatstgehouden algemeene vergadering, op voorstel van den President De Staal, eene bijzondere commissie is benoemd met de taak om de reeds genomen en nog te nemen besluiten in den vorm van een of meer ontwerp-tractaten saam te vatten. Deze commissie bestaat uit de heeren Graaf Nigra, Ridder Descamps, Asser, De Martens, Baron Von Stengel en Renault. De commissie zal aanstaande Maandag hare eerste bijeenkomst houden. Men verneemt, dat in den boezem der Vredes- Conferentie het denkbeeld bestaat, mocht er een permanent scheidsgerecht tot stand komen, het bureau daarvan te vestigen te 's Gravenhage, en te doen bestaan uit de aldaar aanwezige gezanten, onder presidium van den Minister van buiten landsche zaken van Nederland. De rechtbank heeft in hare zitting van 23 Juni de volgende vonnissen uitgesproken 1°. J. R., oud 55 j., 2°. J. B., oud.18 j., werklieden te Axel, zijn wegens diefstal ieder ver- oordeeld tot 7 dagen gevangenisstraf. Bij bevelschrift der bovengenoemde rechtbank is naar de terechtzitting dier rechtbank verwezen L. d. F., oud 37 j., zonder beroep, geboren en wonende te Ter Neuzen, gedetineerd te Middelburg, ter zake dat hij in den avond van 28 Juli 1898 te Ter Neuzen, met het oogmerk van weder- rechtelijke toeeigening, heeft weggenomen uit eene weide een paard en uit een open gareelhok, op het erf der hofstede zijns vaders Pieter de Feijter een halster en een gebit, alsmede in of omstreeks December 1898, een paar schoenen ten nadeele van Pieter de Kraker en ten slotte in den nacht van 10 op 11 Januari 1899 twee paar schoenen ten nadeele van Jacobus de Feijter in den Zeven Triniteitpolder onder Ter Neuzen. Aan den beklaagde is Jhr. Mr. J. A. Schorer, advocaat te Middelburg, ambtshalve als verdediger toegevoegd. De zaak zal den 21 Juli a. s. voor bovenge noemde rechtbank worden behandeld. Spraken wij voor eenigen tijd de meening uit dat het gevaar was afgewend, dat onze bieten- verbouwers bedreigde door het bekende voorstel der Belgische Regeering, nu blijkt weer dat er nog gevaar dreigt. Naar gemeld wordt heeft de Belgische Regeering thans bij de Kamer een wetsontwerp ingediend, strekkende om een invoerrecht te leggen van 3 francs op buitenlandsche beetwortelen, met vrij- stelling evenwel van die suikerbieten welke geteeld zijn iu een rayon van 5 kilometer van het grens- gebied. Naar het Hbl. v. A. meldt heeft de middensectie der Kamer zich daarbij aangesloten. In de Dinsdag gehouden vergadering van het Nederlandsch Landhuishoudkundig Congres werd door den heer D. van der Sluys, rijksveearts in- geleid de vraag//Welke middelen kunnen worden aangewend tot bestrijding der tuberculose onder het vee". De na toelichting bij acclamatie aangenomen conclusion zijn 1°. De tuberculose is een chro- nisch verioopende besmettelijke ziekte, waarvan de oorzaak bekend is2° de tuberculose heeft onder den veestapel in Nederland (runderen en varkens) een belangrijke uitbreiding verkregen en neemt gestadig toe; 3° de tuberculose bij het vee dient zoowel wegens de nadeelen die zij aan de veeteelt berokkend, als om het gevaar, dat zij voor den mensch oplevert, te worden bestreden, de tuberculine is op heden het eenige vertrouw- baar hulpmiddel om de ziekte bij levende dieren te onderkennen, in het bijzonder in die gevallen, waarin zij zich niet door klinische verschijnselen openbaart5° door de toepassing van tuberculine is het mogelijk geworden den strijd tegen de ziekte onder het vee met de kans op succes te aanvaarden6° de bestrijding der ziekte dient van staatswege te geschieden. De heer Dr. A. J. Swaving te Goes behandelde de vraag //Op welke wijze is ten onzent over- eensfemming te verkrijgen tusschen de landbouw- en de fabrieksbelangen in de beetwortelsuiker- industrie en stelde de volgende conclusie: /.Om onregelmatigheden, als de toepassing van tweeerlei contract door denzelfden bietenteeler, te voorkomen, zou het gehalte-contract algemeen moeten worden ingevoerd en het gewichtscontract geheel moeten vervallen. De monsterneming en de bepaling der tarra behooren te geschieden op fabrieksterrein door beeedigde monsterstekers voor rekening beider partijen. Het onderzoek op suikergehalte geschiedt op fabrieksterrein voor rekening van den landbouwer, door van zijnentwege aan te stellen deskundigen. Om tot eene op practische grondslagen berus- teude overeenkomst te geraken, welke op billijke wijze rekening houdt met de rechtmatige eischen zoowel van kooper als van verkooper, ware de instelling eener gecombineerde commissie van deskundigen noodzakelijk. Aan deze commissie zoude de taak op te dragen zijn, te trachten een vergelijk tot stand te brengen tusschen landbouwer en beetwortel- suikerfabrikant, waardoor invloed van het gehalte op de prijsbepaling gewaarborgd wordt, terwijl het initiatief tot de instelling eener dergelijke commissie behoorde uit te gaan van een of ander belangrijk officieel landbouwlichaam, b. v. het Nederlandsch Landbouwcomite of de Noord-Bra- bantsche of Zeeuwsche Maatschappij van Landbouw". De vergadering vereeuigde zich met deze conclusie, nadat verworpen was een voorstel van den heer Collot d'Escury om in dezen geene conclusie te nemen. Bij acclamatie werd de heer Mr. P. C. J. Hennequin te Aardenburg benoemd tot lid der vaste commissie van medebestuur. De 50jarige Paulus Harteveldwonende in de Van-der-Werf-straat tegenover de Bouwe- louwesteeg te Leiden en handelende in lompen, stond omstreeks halfelf met twee buurvrouwen nabij zijn woning, terwijl hij rustig zijn pijpje rookte, toen twee personen op hem toetradeu, de gebroeders Van Weeren, Abram oud 24 en Hendrik oud 18 jaren. Het was blijkbaar hun doel om met Harteveld twist te zoekeu, waarop deze hun vroeg wat zij van hem moesteu hebben, en in zijn origenoegen schijnt hij Abram toen een tik op het gezicht te hebben gegeven, doch anderen verklaren, dat Abram het eerst Harteveld een slag heeft toege- bracht. Hendrik echter trok opeens een groot broodmes, dat hij bij zich droeg en waarmede hij Harteveld een steek in den nek gaf, waarop Harteveld onder de woorden no God, help me 1" ineenzakte en doodbloedde. Zijn halsslagader was doorgesneden. Men begrijpt welke consternatie dit voorval dadelijk in de buurt veroorzaakte. Het iijk werd in huis gedragen en dadelijk om een dokter uit- gestuurd. Weldra verscheen Dr. Kruimel, die echter niet anders dan den dood kon consta- teeren. Een vrouw werd eveneens gezonden naar het politiebureel met de boodschap een brancard te zeuden maar toen zij daar aankwam vond zij er ook de twee broeders Van Weeren. Na den moord waren zij namelijk op de vlucht gegaan en hadden zij zich vervolgens begeven naar het commissariaat om daar hun beklag te doen over een handeling, welke zij hadden onder- vonden in een buurt achter de Haarlemmerstraat tegenover de Vrouwesteeg. Zij zouden daar vreeselijk geslagen zijn geworden. Toen echter de door Dr. Kruimel om een brancard uitgezondene aan het bureel mededeelde, dat er door een der gebroeders een moord was gepleegd, werden dadelijk de twee personen in arrest genomen, en op het gerucht van de misdaad ging de politie onmiddellijk op onderzoek uit. Het lijk werd in tegen woo rdigheid van den commissaris verzegeld en gebracht naar het Pathologisch Laboratorium bij het academisch ziekenhuis, om daar gerechtelijk te worden ge- schouwd door prof. Dr. Siegenbeek Van Heukelom, die daartoe door den commissaris van politie, als hulpofficier van justitie, werd beeedigd. Het onderzoek werd door den commissaris een groot gedeelte van den nacht en vervolgens reeds gisterenmorgen vroeg voortgezet. Verschillende personen werden gehoord, die van de misdaad getuige waren geweest, waarop Hendrik van Weeren einclelijk bekende den steek te hebben toegebracht. Hij zegt na de misdaad het mes te hebben laten vallen in den Ouden Rijn bij de Bakkersteeg en de Hooigracht. Hoewel er den geheelen dag door de politie is gevischt, werd er tot heden echter niets gevonden. Het is gebleken, dat Hendrik met de dochter van den verslagene vroeger verkeering heeft gehad. Hij zegt, dat hij deze zelf heeft afgemaakt, doch er wordt ook beweerd, dat hij bedankt is geworden, omdat de vader van een verderen omgang zijner dochter met Hendrik, wegens diens gedrag, niet meer wilde weten. Hoe dit zij, dit schijnt zeker, dat, als Hendrik te veel gedronken had en dat was niet zeldzaam hij dikwijls in den omtrek der woning van Harteveld werd aangetroffen. Er wordt zelfs beweerd, dat hij meermalen reeds bedreigingen had geuit. Ook Maandag was de drankduivel weer in het spel. Hij had zich dien dag namelijk laten aan- monsteren voor de Katwijksche haringvischerij en had toen f 40 ontvangen, waarvan een groot gedeelte reeds in kroegen was verteerd geworden in bovenvermelde buurt achter de Haarlemmerstraat, waar het in een bierhuis zoo erg moet zijn toegegaan dat er bijna geen ruit is heel gebleven en de politie ook nog met andere personen heel wat moeite had. Tegen half elf is Hendrik met zijn broeder Abram afgezakt naar de Van der Werfstraat, waar kort daarop het boven omschreven bloedig drama plaats had. Abram heeft een niets beduidend wondje aan het hoofd en bevind zich eveneens nog in arrest. Van hem wordt gezegd, dat hij den verslagene na den doodelijken steek nog met den poot van een stoel heeft geslagen en getrapt. De verslagene laat een vrouw met drie kinderen achter, onder wie de vermelde dochter en een zoon, die dadelijk op het gerucht van den moord naar de ouderlijke woning kwam en daar slechts het in het bloed liggende lijk van zijn vader herkende. Bij een hevig onweder is Dinsdagavond door het inslaan van den bliksem te St. Anna-ter-Muiden brand ontstaan bij den landbouwer en kolenhandelaar J. VerhageVolders. De schuur, de stal en de bergplaats zijn geheel afgebrand. Het zijraampje van het huis was reeds brandende, doch door de vlugheid van een Duitschen kunstschilder werd verder onheil voorkomen, en door het omverhalen van de eindgevels werd de verdere voortgang van het vuur gestuit. Dat de brand eenige uren geduurd heeft, is te begrijpen, wauneer men weet, dat aldaar duizenden kilogrammen steenkolen lagen en dat er geen water in de nabijheid was. Behalve eenige konijnen en kippen is er geen vee omgekomen. De schade is door vezekering gedekt. Verschillende gezineu die in de vorige week worst kochten en aten van een slager te Haarlem zijn de geheele week daarvan ongesteld geweest, onder eigenaardige verschijnselen, die aan een lichten graad van verlamminig deden denken. Geen hunner is gelukkig bezweken toch is dit wederom eene waarschuwing tegen het gebruik van niet versche of ongekookte worst. Op een hoefje te Westkapelle was Dins dagavond een 4jarig meisje in een onbewaakt oogenblik spelenderwijs met een kroesje bij een put gekomen en daarin gevallen. Toen men een oogenblik later naar het kind zocht zag men twee klompjes in het water drijven en na eenig zoeken haalde men het kind dood uit het water. Uit Hees bij Nijmegen wordt gemeld Mevr. H. K. K., geb. J., werd gisteren voor- middag in hare woning door een revolverschot in de zijde gedood. Haar echtgenoot, Oost-Indisch ambtenaar, die zich uit zijne woning had verwijderd, werd reeds bij het fort Kraayenhoff, eveneens door een revolverschot gedood, gevonden. Nader meldt men De moord die, zooals inmiddels gebleken is, gevolgd is door zelfmoord, heeft onder zeer ge- heimzinnige omstandigheden plaats gehad. Immers niemand van de op dit oogenblik ge- hoorde bekenden van het echtpaar Keppel-Hesselink weet iets van een tusschen de echtgenooten be- staande grief. De dienstbode, die sedert vier maanden bij de ongelukkigen diende, had gedurende dien tijd nooit een onaangenaam woord tusschen beiden gehoord. Noch het eerste slachtoffer, noch de moordenaar heeft een woord omtrent het gebeurde kunnen uiten, zoodat men wellicht nooit iets omtrent de motieven zal te weten komen. Ziehier het verhaal van den buurman, den bloemist, die naast de nieuwe villa van de familie Keppel-Hesselink woonde Tusschen 10 en 1 uur was hij bij het hek, dat de bloemisterij //Kraaijenhagen" van de woning van K. H. scheidt, bezig met bloempotten te rangeeren, toen hij mevrouw K. H. wandelend, als iemand, die ziek of duizelig is, op hem af zag komen. Vlak bij hem viel zij neer. Meenende, dat zij een flauwte had, tilde hij haar op en zette hij haar op een stoel. Toen eerst bemerkte hij, dat zij onder de borst een diepe wond had, waaruit een bloedstroom gutste. Zij sloeg even de oogen op, maar het was duidelijk, dat zij toen reeds stervende was. De bloemist riep zijn vrouw en met gezamenlijke krachten droeg men de getroffene in haar eigen woning terug. De man, die men begreep, dat de moordenaar moest zijn, was het huis uitgeloopen. Eenige uren later vond men zijn lijk achter het fort Kraayenhof met een kogel in het hoofd. Men zoekt naar brieven, die eenige opheldering kunnen geven. Aangaande de onregelmatigheden te IJzen- doorn wordt gemeld De diaconie aldaar is rijk. Telken jare houdt men een aardige som over. Toen het saldo dit jaar zeer klein was, wekte dit de verbazing van het college van armvoogden, dat weigerde de reke ning goed te keuren. Het classicaal kerkbestuur heeft zich van de zaak op dc hoogte gesteld, maar geen maatregelen tegen den betrokken persoon genomen. Thans doet de justitie onderzoek. De majoor der rijksveldwacht te Tiel, hoorde in de laatste weken 24 getuigen, en nog is het onderzoek niet geeindigd. Maandagnacht is ingebroken bij een land bouwer ouder Bathmen (O.). De dief heeft uit

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1899 | | pagina 5