BIJVOEGSEL
Tsr Heuzsnschs Courant
Zaterdag 20 Mei 1899. No. 3767.
Gemengde berichten.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
VAN DK
VAN
In Den Haag is eergisteren met een automobiel-
postwagen van de posterijen een proefrit gedaan
door de stad, bepaaldelijk in de nauwe stratcn,
door welke de bestuurder zonder ongevallen het
postrijtuig heenvoerde.
Te Harlingen heeft iemand van een der
grootste leveranciers in ijzer en steenkool bericht
ontvangen, dat zijn voorraad kolen geheel is uit-
geput, teugevolge van de werkstaking in de
kolendistricten.
Ter gelegenheid van de Vredesconferentie.
Een jongeling, leerling in de fabrieken van den
beer Whitehead, heeft een electrisch kanon uitge-
vonden, dat zonder knal of rook ontplofbare
bommen werpt met een snelheid van 2s/* mijl
in de seconde.
Bij de weduwe S. te Utrecht, achter den
Dom vervoegde zich enkele dagen geieden een
net gekleed jougmensch om gemeubileerde kamers
te huren. Zooals hij opgaf heette liij Van Engelen
en was aangesteld tot inspecteur eener levensver-
zekeringmaatschappij aldaar. Daar hij evenwel
over eenig fortuin had te beschikken, had hij die
betrekking maar aangenomen om toch iets te doen
te hebben, het liefst zou hij zich echter associeeren
met iemand die met den tabakshandel op de hoogte
was.
Hij wist het vertrouwen van de juffrouw te
winnen en ook haar zoon, die in tabak en sigaren
reist, vertrouwde den persoon. Er werd reeds aan
de oprichting eener sigarenfabriek onder de firma
S. Co. gedacht. Wei vond men het vreemd,
dat de notaris, hoewel daartoe dringcnd door v. E.
aangeschreven, maar geen geld stuurde, zoomede
dat diens bagage nog altijd op zich liet wachten,
doch de redenen, die hij daarvoor opgaf stelden
de juffrouw gerust.
Eergisteren besloot de zoon echter eens op in-
formatie uit te gaanhij begaf zich daartoe in
de eerste plaats naar de geuoemde levensverzeke-
ring-maatschappij, waar hij echter vernam, dat men
den heer v. E. in het geheel niet kende. De heer
S. begreep nu, dat hij met een slimmen bedrieger
te doen had en stelde de politie met het geval
in kennis. Na onderzoek door de politie werd
de oplichter gearresteerd. Voor de weduwe is het
intusschen een geducht schadepostje, daar mijnheer
van lekker jeteu hield en altijd een ledige beurs
had.
Naar gemeld wordt bevindt zich zekere G.
Hartgers uit Nieuw Buinen te Klondike ten einde
zijn geluk in het goudzoeken te beproeven. Vol-
gens zijn schrijven kon er nog in geen maand ge-
werkt worden wegens de sneeuw. Met 700,
overgehouden uit zijn dienst bij het Amerikaansche
leger, vertrokken, schrijft hij thans weinig meer
te bezitten, doch hij heeft hiervoor alles aangekocht
wat voor een verblijf van vier maanden noodig is.
De voorraad voedsel had hij met een hondekar
aengevoerd. Hij bewaart dit in eene tent, doch
gaat er voor liggen slapen in een speciaal ge-
maakten zak, natuuriijk altijd gewapend.
Aan de Nieuwe Langendijker Crt. ontleent
men het volgende
Behalve dat geregeld 's avonds de lantaarns
branden zoo nu en dan een onheusche uitdrukking
wordt gehoord of een minder vleiend lied
wordt gezongen, merkt men van den nog voor
enkele dagen vijandigen geest, ten opzichte van
het hoofd der school te Oud-Karspel, weinig meer.
Naar we vernemen, zijn in de gemeente, be
halve de bestaande politie, nog 8 rijksveldwachters,
tot handhaving der rust, wellicht een gevolg van
bet bezoek van den Inspecteur der Rijksveldwacht,
op jl. Dinsdag en Vrijdag.
Of, wanneer de rijksveldwachters tot hunne
haardsteden zullen zijn teruggekkeerd, het rustig
zal blijven, we zouden dit niet durven beweren.
Maar wel weten we, dat den vonkje noodig is om
het vuur weer te doen opflikkeren.
Veel zal afhangen van de houding van den
heer Hoffmans, die, durven we wel zeggen, veler
zoo niet aller sympathie en vriendschap verloren
heeft.
Uitsluitend door hetgeen gebeurd is Zou de
houding, die hij tegen zijne echtgenoote heeft
aangenomen, alledn de oorzaak zijn dat hij het
schoolhoofd op het oogenblik meer gehaat
wordt dan bemind
W ij gelooven dat bij velen daaromtrent eene
verkeerde mcening is gevestigd.
Het is een overbekend feit, dat het autocratisch
optreden van den heer H. dikwijls door de burgerij
werd gelaakt en zijn afgetrokken leven een zeer
ongunstigeu indruk maakte. Zich aan alles ont-
trekkende, voor zoover als het niet in betrekking
stond met de belangen van het onderwijs, leefde
het hoofd der school zijn eigen leven, zonder
rekening te houden met plaatselijke toestanden,
levenswijze en gewoonten.
Dit wekte verbittering. Langzamerhand keerde
zich de openbare meening tegen hem, en de
gevolgen zijn dan ook niet uitgebleven.
Wij treden voorloopig niet verder in bijzonder-
heden, misschien vinden wij naderhand aanleiding
op deze zaak terug te komen.
Wellicht dat deze gegevens kunnen bijdragen
tot beter inzicht van de zaak, te meer daar on-
juiste courantenberichten somtijds er niet weinig
toe hebben bijgedragen, dat minder vleiend werd
gesproken over de houding der burgerij.
Het moge moeilijk zijn, de zaak in al haar onder-
deelen te keuneu, er valt nog genoeg te bewijzen
om een beter begrip omtrent den toestand te
vestigen.
Vergadering van Donderdag 18 Mei 1899.
Voorzitter de heer J. A. P. Geill, burgemeester.
Aanwezig de heeren Harte, De Feijter, Moes, Wieland,
Visser, Van der Hooft, De Koeijer, Van den Hoek en Dees.
Na opening der vergadering worden gelezen de notulen der
voorgaande, die worden goedgekeurd.
Hierna wordt de openbare zittiug geschorst en gaat over
in eene met gesloten deuren.
Bij het weder openbaar worden der zitting is de heer Van
IJsselsteijn ter vergadering aanwezig.
Mededeeling wordt gedaan van kennisgeving van den heer
Grenu dat hij tot 13 Juni uitstedig is idem van den heer
Van de Velde dat hij door familieomstandigheden de verga
dering van heden niet kan bijwonen, en idem van den heer
Van der Moer dat hij wegens ambtsbezighcden verhinderd is.
De Voorzitter zegt dat de heer Van der Moer aan deze
kennisgeving nog eenige opmerkingen vastknoopt over de op
de agenda staande verordening op plaatsen voor het publiek
toegankelijk, enz., die hij wil voorlezen als straks deze ver
ordening aan de orde komt.
De heer Van IJsselsteijn is daartegen hij ^ermeent dat
wanneer de heer Van der Moer wijzigingen wenschte voor te
stellen, hij daartoe hier bekoorde te zijn, maar dat het niet
aangaat, dat de raadsleden hun mandaat op deze wijze ver-
vullen en sehriftelijk invloed op de behandeling der zaken in
de vergadering trachten uit te oefenen zoodoende zouden
er wel geen leden ter vergadering behoeven te komen.
De Voorzitter merkt op dat in ieder geval het schrijven
behoort te worden voorgelezen en hij meent dat de leden
daarin een vingerwijzing zouden kunnen vinden om wijzigingen
voor te stellen; verder kan de invloed van het schrijven niet
gaan, daar er bij stemmingen geen rekening mede gehouden
kan worden. Wat hem betreft, zijn er in de aanwijzing
punten waar hij zich mede vereenigen kan. Willen de leden
echter dadelijke voorlezing, dan zal hij daaraau gevolg geven
De heer Van IJsselsteijn Bij mij geldt hier het meest
het principe dat aan deze handeling ten grondshig ligt.
De Voorzitter Ja, ik kan hier het standpunt van den
heer Van der Moer niet verdedigen. Het verdere schrijven
luidt als volgt
Aan deze kennisgeving wensch ik toe te voegen de mede
deeling, dat ik, indien ik tegenwoordig kon zijn, betreffende
het ontwerp politieverordening zou voorstellen:
a. In artt. 2 en 3 te schrappen bijeenkomsten tot ont-
spanning of vermaak. We hebben alleen te doen met openbare
vermakelijkheden. Wat dat zijn geeft art. 1 aan.
b. art. 3 en de woorden »en tot wederopzeggings toe"
in art. 5 te schrappen en als slotbepaling eenvoudig voor
te stellen
»Alle vergunningen, waarvan hierboven is gesproken,
»kunnen steeds worden ingetrokken, ook al is met het gebruik
»maken der vergunning reeds een aanvang gemaakt."
c. in art. 10 te lezen voor »vijt uur des morgens" zee
uur des morgens.
d. art. 13 geheel te schrappen. Er is geen enkele reden
om dezen last speciaal op herbergiers enz. te leggen.
Verder zou het wenschelijk zijn bij de uitdrukking »of te
geven in het belang der openbare orde en veiligheid," de
macht welke die voorschriften moet geven, te noemen.
Daar bij nader inzien, de voorstellen; welke ik plan had
te doen niet in deze verordening passen, heb ik gemeend ze
nog niet te moeten indienen.
Daarna komt aan de orde:
1. Ingekomen stukken.
a. Een dringend telegram, dd. 17 Mei, van den vol-
genden inhoud
Gemeenteraad Ter Neuzen.
Ondergeteekenden Hofstede Crull Willink, ingenieurs te
Bonn, verzoeken eerbiedig gemeenteraad Ter Neuzen hun
nogmaals concessie op ouden voet electrische verlichting met
toevoeging 30 Januari te willen verleenen gezegeldgelijkluidend
verzoek volgt per post.
HOFSTEDE CRULL WILLINK.
De Voorzitter kan mededeelen dat genoemde heeren weer
onderhandelingen hebben aangeknoopt en bij een bezoek alhier
de vraag stelden of hun een voortgezette concessie zou kunnen
worden verleend. Waar zij evenwel vroeger berichten dat
zij van de concessie afzagen meende het Dag. Best, dat dit
niet kon, en dat opnieuw concessie moest aangevraagd worden,
vandaar het telegram.
Het Dag. Best, geeft daarom in overweging voorloopig
toestemming te verleenen en het Dag. Best, te machtigen de
voorwaarden nog eens te herzien, wat spreker op enkele
punten wenschelijk is gebleken, hoewel het slechts adminis-
tratieve punten betreft. Bv. staat in de voorwaarden dat aan
de concessionarissen het uitsluitend recht wordt verleend
voor het spannen van geleidingsdraden over gemeentewegen.
straten enz. Nu zou het wel kunnen voorkomen, b. v. met
de oprichting der ijzergieterij, dat die inrichting zelf in hare
verlichting voorzag en wanneer de gebouwen dan zoo kwamen
te staan dat er een straat doorliep, zou men aan die inrich
ting geen vergunning mogen geven, om over die straat de
gebouwen met verlichtingsdraden te verbinden. Dat was
ten tijde van de vaststelling der voorwaarden van geen belang
en ook nu nog wel niet, maar zou het toch kunnen worden,
juist met het oog op dc oprichting der ijzergieterij dit deed
de aandacht van spreker op dit punt vallen.
De heer Van IJsselsteijn is van meening dat wijziging
dier bepaling niet noodig is, daar de eoncessie alleen de kom
omvat en de ijzergieterij daar buiten komt
De heer Van den Hoek merkt op dat er door die fabriek
in die omgeving wel eens zooveel zou kunnen gebouwd worden,
dat ook de fabriek aan de kom aangesloten werd en dan zou
men van de door den Voorzitter besproken bepaling last
kunnen ervaren.
De heer Van IJsselsteijn ziet er niet in dat tengevolge van die
fabriek zooveel zal gebouwd worden. De werklieden zullen
's morgens per trein worden aangevoerd en er zullen er van
hier zooveel niet aan werken. De menschen alhier zijn niet
gewoon om in zoo'n hitte te werken en uit de omstreken
van St. Nicolaas o. a. zal de maatschappij volk genoeg kunnen
krijgen voor fr. 2,75 per dag; krijg die daarvoor hier eens.
De heer Van IJsselsteijn: U zou nog kunnen meedeelen,
mijnheer de Voorzitter, dat de heeren hebben te kennen ge-
geven dat de concessie, wanneer die door den Raad wordt
verleend, aanvaard kan worden beschouwd.
De Voorzitter bevestigt dit en zegt vjrder dat adressanten
ook de goedkeuring vragen om de concessie over te dragen
aan eene maatschappij.
De heer Visser zou dan willen dat ook dadelijk de borg-
toeht van f 2000 gestort werd.
De heer Moes zou dat ook goed vinden.
De heer Van IJsselsteijn Daartegen zal, geloof ik, geen
bezwaar bestaan, daar ze terstond met het werk een aanvang
willen maken.
De heer Van den Hoek: En wanneer moet dan alles
voltooid zijn De termijn van drie maanden die de heeren
bij de voorwaarden was verleend om zich voor te bereiden
kan dan nu toch vervallen.
Verschillende leden zijn ook van die meening.
De Voorzitter geeft lezing van het eerste adres der heeren
Hofstede Crull en Willink, onder dd. 13 Mei, waarin genoemde
heeren mededeelen dat hun het kapitaal ter uitvoering van
de hun vroeger door u verleende concessie voor electrische
verlichting van de gemeente Ter Neuzen aangeboden is.
Om tijdverlies te voorkomen vragen zij er in toe te stemmen,
dat zij, ofschoon de termijn van aanvaarding wel reeds lang
verstreken is, toch nog de verleende concessie met de daaraan
toegevoegde nadere bepalingen van 30 Januari aanvaarden
met den aanleg zou dan onmiddellijk begonnen kunnen worden.
Mocht de Raad daarin bezwaar zien, dan verzoeken zij de
bedoelde concessie opnieuw te verleenen, waarbij zij dan
onmiddellijk meedeelen, dat deze concessie door hun als
aanvaard kan worden beschouwd.
Verder verzoeken adressanten goed te keuren, dat zij deze
concessie aan de Industrieele Maatschappij te Amsterdam,
die het kapitaal voor de uitvoering verschaft, overdragen,
echter met dien verstande, dat 14 worde gelezen als volgt
»Deze concessie kan alleen worden overgedragen aan eene
Naamfooze Vennootschap. Deze moet haren zetel in Neder-
land hebbenhare statuten en later daarin te maken veran-
deringen voor zooverre die zouden betreffen de Onderneming
Electrische Verlichting Ter Neuzen, behoeven de goedkeuring
van den Gemeenteraad.
De heer Van den Hoek meent zich te herinneren dat de
heeren destijds sehreven dat de inrichting kon voltooid zijn
15 Maart 190O, hij zou hen aan dezen datum wenschen te
houden. Waar de maatschappij die de concessie zal uitvoeren
de installatie te Bussem op 6 maanden tijds in gereedheid
bracht, zal men dit alhier toch wel in een jaar kunnen
Bij inzage der destijds vastgestelde concessie-voorwaarden
blijkt, dat concessie was verleend voor het hebben en leggen
van geleidingen over de stratcn, wegen enz. in de gemeente
terwijl de aanvragers zich verbinden moeten voor het leveren
van verlichting enz. aan de gemeente en aan de ingezetencn
in de kom.
De Voorzitter merkt op dat dit laatste dan ook wel zon
moeten veranderd worden in gemeente. In ieder geval
sluiten nu de voorwaarden elke andere concessie uit, waarom
z. i. eene wijziging zou noodig zijn, met't oog op de zooeven
besproken mogelijkheid.
De heer Van IJsselsteijn. Men moet niet vergeten dat de
heeren Crull en Willink met de Industrieele Maatschappij te
Amsterdam hebben onderhandeld op de bestaande voorwaarden,
en als men nu de waarde der concessie vermindcrt en be-
zwarende bepalingen wil opleggen, zou't wel kunnen gebeuren
dat die Maatschappij er van af zag.
De heer Van den Hoek We zouden eene bepaling kunnen
maken dat inrichtingen, die voor eigen gebruik zelf eene
verlichting willen installeeren, dit mogen doen.
De heer Visser zegt dat er bezwaar zal bestaan om het
leveren van verlichting in de kom te veranderen in gemeente,
want destijds is door hem reeds gevraagd of ook te Slniskil
verlichting zou kunnen geleverd worden, maar dit werd te
bezwarend genoemd met 't oog op den afstand en te ver-
rnoeden geringe gebruikmaking daar van daarom kon men
niet verder gaan dan de kom.
De heer Van den Hoek is in tegenstelling met den heer
Van IJsselsteijn van meening dat er aan de ijzerfabriek wfcl
veel zal gebouwd worden en zou, om latere moeilijkheden te
voorkomen, de voorwaarden willen wijzigen in den aangegeven
zin. Tevens zou hij het gevoelen van den Raad willen ken-
baar maken aan de aanvragers.
De VoorzitterZou het dan niet beter zijn dat het Dag.
Best, nog eens eene conferentie met hen hield.
De heer Van den Hoek maakt bezwaar om het nader
vaststellen der voorwaarden over te laten aan Burg, en Weth.
De Voorzitter: Nu, dan moeten we maar spoedig weer
een raadszitting beleggen en de heeren verzoeken daarin te
verschijnen om met den Raad de zaak te bespreken. We
kunnen daavmee niet lang wachten en dienen daarmede de
adressanten eenigszins ter wille te ziju, daar de Industrieele
Maatschappij tot 1 Juni tegenover hen gebonden is de con
cessie over te nemen, maar zij dan ook in de gelegenheid
moeten zijn deze te kunnen overdragen.
De heer Van IJsselsteijn Dan zou onze adviseur er ook
wel bij moeten zijn.
De Voorzitter weet niet of dat wel noodig is, het geldt
hier meer administratieve wijzigingen.
De heer Van den Hoek zou het toch goed achten.
De heer De Feijter is van meening dat het Dag. Best, de
zaak best alleen kan afhandelen.
De heer Van IJsselsteijn: Doe er anders de commissie
die de zaak behandeld heeft nog bij.
De Voorzitter vindt dat goed.
De heer Van den Hoek is er tegen en wil de heele Raad
over de voorwaarden laten beslissen.
Met 6 tegen 4 stemmen wordt daarop besloten, alvorens
de concessie opnieuw te verleenen, de aanvragers uit te noodigen
tot het houden eener conferentie met den Raad, om te
spreken over eenige wijzigingen in de voorwaarden waarop
de eerste maal concessie was verleend. Voor stemden de
heeren Dees, Moes, Wieland, Van der Hooft, De Koeijer en
Van den Hoek tegen de heeren Harte, Van IJsselsteijn,
De Feijter en Visser, die de concessie wilden verleenen en
de af handeling der voorwaarden aan het Dag. Best, over-
laten.
h. Eene declaratie van den deskundige inzake de con
cessie voor electrische verlichting ten bedrage van f 203,38
zijnde 150,voor salaris en 53,38 voor reis- en vcrblijf-
kosten.
c. Kennisgeving van Ged. Staten dat de gemeentebe-
grooting voor 1899 is goedgekeurd, terwijl over deze begroo-
ting en de memorie van toelichting eenige opmerkingen
worden gemaakt.
<1. Kennisgeving van den heer A. C. N. Grenu dat de
Jozinastraat overeenkomstig den wensch van den Raad is in
orde gebracht en *hij dus verzoekt de straat, na opname, over
te nemen, en met de andere, vroeger van hem overgenomen
straten, ten name der gemeente te laten overschrijven.
De Voorziter deelt mede dat bij opname der straat door
de Commissie van Fabricage gebleken is, dat de syphon niet
geheel voldoet en afwijkt van het bij de gemeente in gebruik
zijnde model. Dit werd echter niet van overwegeud be
zwaar geacht, waarom wordt voorgesteld de straat over te nemen.
De heer Van den Hoek: Ja, maar mot dien syphon is
het toch eigenlijk niet zooals het behoort. Die wijkt af van
het model van die welke eenmaal door de gemeente zijn
aangenomen en voldoet minder. Die kosten dan ook 16,
wat in de begrooting voor den heer Grenu geraamd was,
terwijl de gebruikte maar f 10 kost, welk verschil dan ook
van de aannemingssom van den persoon die 't werk uitvoerde,
is afgetrokken.
De VoorzitterMen moet in aanmerking nemen dat het
geen syphon op een hoofdriool betreft, maar het een zijriool
is, waarom de syphon wellicht daar wel voldoet en er geen
reden kan zijn om alleen daarvoor de straat niet over te
nemen.
De heer Van der Hooft gelooft dat de syphon wel vol-
doende is.
De heer Van den Hoek wil ook niet beweren dat die
syphon daar niet voldoende is, maar er is nu door de gemeente
eenmaal een model aangenomen en het geldt hier een
lid van den Raad.
De heer Moes heeft, er met het oog daarop ook wel een
beetje bezwaar tegen. Wat is de oorzaak dat het goede
model niet geplaatst is
De heer Van den Hoek Ja het is financieel voordeel.
De heer Moes vindt het lastig, want men schept antecedenten
en zou later met anderen moeilijkheden kunnen krijgen.
De Voorzitter verklaart er met den heer Grenu over
gesproken tc hebben. Deze zeide dat zijn bouwkundige de
nieuwe modellen syphons niet gezien had, het schijnt dat
men hem daaromtrent niet had ingelicht en dat hij nu
een model geteekend had naar vroeger door de gemeente
gebruikte. Als 't zoo is, is 't dus buiten schuld.
De heer Van den Hoek Ik had anders den bouwkundige
van den heer Grenu zelf gezegd dat hij in het brandspuithuis
eens kan gaan kijken, waar van de gemeente eenige nieuwe
syphons lagen. Het is bij my echter niet zoozeer de kwestie
van de waarde van den syphon, maar wel dat men later met
anderen ook kwestie zou kunnen krijgen.
De heer Wieland Wat zegt z'n opzichter er van.
Naar aanleiding dezer vraag wordt de opmerking gemaakt,
dat wel niemand verklaren zal dat hij met opzet 'n abuis
heeft gemaakt, waaraan de heer Van den Hoek toevoegt:
dat men niet mag aannemen dat de heer Grenu moedwillig
een mindere syphon heeft laten maken.
Verschillende leden geven in overweging om de zaak nog
aan te houden, daar de heer Grenu afwezig is en zich nisit
kan verdedigen.
De Voorzitter merkt op, dat de heer Grenu noggeruimen
tijd afwezig is en als er dan onderwijl weer een gebrek aan
de straat komt, zou de Raad weer wel kunnen zeggen dat
moet je eerst maken.
De heer WielandNeen, dan zouden we de schade die
ondertusschen mocht ontstaan, voor rekening der gemeente
moeten nemen.
De heer Moes is bang om antecedenten te stellen.
De Voorzitter Nu, we kunnen dan later zien.
De heer Van den Hoek: Het gewijzigd art. 14 der bouw-
verordening geeft den Raad het recht in dezen de afwijking
toe te staan.
De heer Moes Ja, maar het betreft een lid van den Raad.
Met 6 tegen 4 stemmen wordt besloten de zaak aan te
houden. Voor stemden de heeren Harte, Wieland, Visser
en Van der Hooft, tegen de heeren Dees, Van IJsselsteijn.
De Feijter, Moes, De Koeijer en Van den Hoek.
f. Rekening der Kamer van Koophandel en Fabrieken
over 1898.
Zal later met de gemeenterekening worden behandeld.
De rekening der Nienwjaarscommissie, bedragende
783,20 in ontvangsten en 781,15 in uitgaven, goed slot
f 2,05, die wordt aangenomen voor kennisgeving, terwijl
besloten wordt der commissie den dank van den Raad te
betuigen voor de moeite en zorgen die de leden zich hebben
getroost.
Br. Een verzoek van mej. E. J. P. Eijke, om ontslag als
onderwijzeres aan school A, met ingang van 1 Jnli a. s.
Met algemeene stemmen wordt het gevraagde ontslag eervol
verleend, tegen 1 Juli a. s.
Besloten wordt eene oproeping te doen op de bestaande
tractementsregeling, aanvang-salaris f 500.
2. Verslag toestand gemeente
Door Burg, en Weth. wordt aangeboden het uitvoerig en
beredeneerd verslag van den toestand der gemeente over 1898,
dat, na te zijn gedrukt, aan de leden zal worden toegezonden
en verder op de gewone wijze behandeld.
3. Benoeming stembureaux stemming voor leden van den
Raad.
Met algemeene stemmen worden benoemd
Eerste stcmdistrict (raadzaal) waarvan ambtshalve voor
zitter is de Burgemeestertot plaatsvervangend voorzitter
H. C. E. van IJsselsteijn tot leden M. van den Hoek en
P. A. van de Velde, en tot vierde lid G. Wieland tot plaats-
vervangende leden: J. A. J. Sibmacher Zijnen en J. A. de
Jonge, en voor het vierde lid H. J. Vooren.
Tweede stemdistrict (Sluiskil) tot voorzitter Joz. de
Feijter lot leden L. de Koeijer en J. Wiskerke, en tot
vierde lid H. de Boer tot plaatsvervangende leden I. de
Groot en J. Lijbaart, en voor het vierde lid N. J. Imandt.
Derde stemdistrict (Java) tot voorzitter P Moestot
leden C. van der Hooft en W. S. J. Dieleman, en tot vierde
lid A. C. N. Grenu tot plaatsvervangende leden R. Wal-
raven en T. van Borssum Waalkes en voor het vierde lid
G. Jurrij.
41. Wijziging gemeente-begrooting voor 1898.
Besloten wordt tot verschillende af- en overschrijvingen en
beschikken op den post voor onvoorziene uitgaven op die
begrooting.
Daarbij werd de aandacht gevestigd op een uitgaaf van
f 35 voor aankoop van dekens voor het ziekenhuis. Ver-
leden jaar toch, toen er een persoon in het ziekenhuis moest
worden opgenomen bleek, dat er geen dekens aanwezig
waren.
5. Ontwerp politieverordening
Artikelsgewijze komt in behandeling
VERORDENING op plaatsen voor het
publiek toegankelijk en op het houden
van verlotingen.
Afdeelino I.
Van openbare vermakelijkheden.
Artikel 1.
Onder openbare vermakelijkheden worden verstaanalle
muziek- en danapartijen, daaronder ook begrepen muziek-
repetiiien en danslessen. tooneel- en kunstvertooningen, scher-
men en andere wapenoefeningen daaronder begrepen, optoch-
ten, voorstellingen, lezingen en welken aard ook, die binnen-
of buitenshuis gehouden worden en voor het publiek toe
gankelijk zijn.
De heer Van IJsselsteijn stelt de vraag of het wel noodig
is danslessen er in op te nemen, dat is toch een onschuldig iets.
De VoorzitterEr wordt in het artikel gesproken van
.voor het publiek toegankelijke plaats" en wanneer iemand
werkelijk les geeft, zal hij dat doen op een plaats waar het
publiek geen toegang heeft. Het is m i. hoogst noodig het
er in op te nemen. Als b.v. Onno Borgman eenige personen
uitnoodigde om te komen dansen, in zijn gelagkamer, zou
hij steeds kunnen beweren dansfe? te geven, ook al deden er
van 't binnenkomend publiek mede, en daardoor ook de be-
lasting ontduiken. Als iemand dus dansles wil geven in een
lokaal waar ook publiek toegelaten wordt is het noodig, dat
er ook toezicht op zij.
Ik wil verder in overweging geven na de woorden .van
welken aard ook", in to lasschen «en wedstrijden". Dit aeht
ik ook noodig, want hoewel b.v. fietswedstrijden die hier
nog wel niet hebben plaats gehad worden gehouden tot
vern.aak van het publiek in 't algemeen, kan het toch noodig
zijn daarop voor de veiligheid invloed te kunnen uitoefenen.
Zoo had dezer dagen een biljartwedstrijd plaats in een voor
't publiek toegankelijk lokaal, en de honder was zoo beleefd
onverplichl daarvoor vergunning te komen vragen.
Het betreft alles echter voor het publiek toegankelijke
partijen met geslotene bemoeit de verordening zich niet.
De heer Van den Hoek weet niet of het wel noodig is
voor .lezingen van welken aard ook" aanvragen van ver
gunning verplichtend te stellen wanneer nu b. v. een kies-
vereeniging een spreker laat komen, kan dit toch geen bezwaar
opleveren.
De heeren Moes en De Koeijer hebben geen bezwaar tegen
opname.
De Voorzitter acht opneming noodig al was 't maar alleen
daarom, dat men er kennis van draagt dat er een lezing
gehouden wordt en aan de politie toezicht houden kan worden
opgedragen. Dit kan noodig zijn, al was het alleen om
zooals op enkele plaatsen wel eens is voorgekomen een
spreker te beschermen. De verordening is voor de kwaden.
niet voor de goedgezinden, want van de laatsten zal niemand
er bezwaar in hebben om even aan te komen loopen en ver
gunning te vragen.
De heer Moes heeft al eens gehoord van een vergadering
alhier hij was er zelf niet aanwezig die op ruzie
eindigde
De heer Wieland Er zijn er als eens bijna weggejaagd
Ik zie geen bezwaar in de opname.
Mot algemeene stemmen wordt art. 1 aangenomen.
Art. 2.
Ilet is aan ieder, die hetzij voor zich zelven, hetzjj voor
of namens anderen handelende, openbare vermakelijkheden
geeft of bijeenkomsten tot ontspanning of vermaak voor het
publiek om niet of tegen betaling toegankelijk, doet houden,
verboden zulks te doen zonder vergunning van den Burge
meester en met inachtneming der voorschriften gegeven of
te geven in het belang der openbare orde en veiligheid.
De Voorzitter Hier wordt wel gesproken van voorschriften
door Burg, en Weth. te geven, maar het opvolgen der voor-