Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwseh-Vlaandere Ha
Binnenland.
Invocr Melkvee in Helgiii.
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
POLITIEK OVERZICHT.
F BUiLLETON
ABONNEMENT:
Yoor
Per drie maanden biunen Ter Neuzen 1 Franco per post
Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Yoor Amenka 1,32*.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
„it en op Fee^ea, bij den -Hgeve, -. J. »K mBE te Te,
De Burgemeester van TER NEUZEN
brengt bij dezen ter kennis van belanghebbenden, dat,
blijkens bericht van Hr. Ms. Gezant te Hrussel aan den
Minister van Buitenlandscbe zaken, de invoer van melk-
koeien in HelgiC langs het tolkantoor tie Klinge van
15 dezer af tot nader order is verboden.
Ter Neuzen, 14 Januari 1899.
De Burgemeester voornoemd,
J. C. HARTE, L° B.
In Frankrijk schijnt het maar niet rustig te
kunnen worden. Het is het ongelukkige land
niet beschoreu, zich met energie uit het moeras
der Dreyfus-zaak te verheffen na iederen stap,
die voorwaarts gedaan wordt, wordt het weder
teruggetrokken. De laatste hoop der revisionisten
was gevestigd op de onkreukbare trouw van den
rechterlijken stand in het bijzonder op die van
het Hof van cassatie, en nu krijgt de wereld het
schouwspel te zien, dat ook hier het chauvinistne
de onpartijdigheid heeft ondergraven, dat een
rechter, die, in pljats van met ter zijde stelling
van alle partij-hartstochten slechts de naakte
waarheid te willen, zijn persoonlijke overtuiging
in de zaak mengt en daardoor het vertrouwen
in zijn stand een gevoeligen knak geeft.
De president van de Civiele Kamer van het
Hof van cassatie, Quesnay de Beaurepaire, heeft
zijn ontslag als zoodanig genomen, terwijl hij zijn
collega's van de Crimineele Kamer de zwaarste
beschuldigingen naar het hoofd slingert, waarmee
men een rechter kan treffen. Deze zonderlinge
rechter-president voelt zich chauvinist en soldaat
en stelt bij deze persoonlijke eigenschappen de
hooge waardigheid, welke hij bekleedt, achter,
alleen, naar het schijnt, om een spaak in het
wiel te steken bij den voortgang van het oi'derzoek
naar de gegrondheid der revisie-aanvraag en aldus
te trachten het geheimzinnig geknoei van den
generalen staf, dat bekend dreigt te worden, te
bemantelen. Niet tevreden met het nederleggen
van zijn ambt, heeft Quesnay de Beaurepaire in
de pers openlijk het nog te vellen besluit-van
het Hof van cassatie reeds gewraakt, hij traclit,
hoewel op zwakke gronden de nietigheid van
Naar MAX PEMBERTON.
29)
TIOOFDSTUK XIX.
Waar is zij gebleven
't Was middag en de Esmeralda" lag voor
anker onder de beschutting van eenige rotsen, die
een eilandje omgaven, drie mijlen verwijderd van
de haven, welke getuige was geweest van Marian's
vlucht. Twee der mannen waren aan dek, maar
de ligplaats van het scheepje was zoo verborgen,
dat zij niet gezien werden door den Russischen
kruiser, die voor anker lag bij den ingang der
doorvaart tusschen de eilanden, noch door de
visschersbooten, die dichtbij het ougerimpelde
water der zee kliefden.
De mannen op 't dek waren John Hook, die,
over de verschansing geleund, zich behagelijk
koesterde in de zon, en Reuben, die vermoeid op
een hoop touw zat.
Acht glazen zei Reuben, op zijn gemak
een pijp stoppend, acht glazen, John! 'k Zou
wel eens willen weten, waar we morgen om dezen
tijd zitten. Vrouwen zijn toch rare wezens. Hoe
is 't mogelijk, zoo midden in den nacht te ver-
dwijnen Als zij nog twaalf uur langer gebleven
was, zouden we liaar veilig en wel te Stockholm
hebben gebracht. Wat of ze toch in haar hoofc
zou gehad hebben Dat zou ik wel eens willen
weten
'n Goed verstand, dat had ze in haar hoofd,
maat, meende John. Die is zoo bij-de-hand,
als ik er ooit een aan boord heb gehad. Zoo'n
klein ding, dat je wel kunt breken in je hand,
let te verwachten oordeel maar vast te bewijzen,
alles onder de Don-Quichot-achtige leus, dat hij
het leger en zijn aanvoerders wil wreken over de
beleedigingen, die zij zwijgend verdragen, omdat
let vaderland in gevaar is.
Men zou over de verklariugen van Quesnay
de Beaurepaire kunnen lachen, ware het niet,
dat aldus fraseerende figuren in Frankrijk aanhang
plegen te vinden, dat het volk zich door zulke
tirades laat medesleepen. Het schijnt bovendien
in de Dreyfus-zaak gewoonte te worden, zoodra
het kluwen op het punt schijnt, ontward te
worden, zoo spoedig mogelijk een nieuw incident
te scheppen, om het behaalde voordeel van de
revisionisten weder te vernietigen.
De vriendschap tusschen Engeland en Frankrijk,
die na de Faschoda-zaak slechts met moeite in
stand bleef, heeft opnieuw een duw gekregen. In
Frankrijk vreest men, naar uit de uitlatingen der
Parijsche bladen blijkt, dat de Engelschen slechts
naar een voorwendsel zoeken, om den Franschen
den oorlog te verklaren, met het doel, om het
voorbeeld van de Vereenigde Staten betreffende
Spanje's bezittingen, te volgen. Amerika heeft
zoo betrekkelijk gemakkelijk de Spanjaarden van
hun kostbare kolonien beroofd, dat eenige Franscbe
bladen vast overtuigd zijn, dat Engeland wil pro-
beeren dat na te doen, door een oorlog met Frank-
te beginnen en dit land zijn kolonien af te nemen.
Daar een eventueele oorlog tusschen beide mogeud-
heden slechts ter zee gevoerd zou kunnen worden,
komt de overmacht van het Fransche op het
Engelsche leger niet in aanmerking en Engeland
zou Frankrijk's vloot gemakkelijk in den grond
kunnen schieten en de kolonien inpalmen. Klaar-
blijk zijn de Franschen uit vrees voor Engeland's
plannen eenigszins zenuwachtig geworden en zoo
komt het, dat zij vriendelijker dan ooit tegen
Duitschland optreden en er reeds gesproken wordt
over een toenadering tot dit land.
Een botsing tusschen de Amerikanen en de
opstandelingen op de Philippijneu nadert al meer
en meer en de stemming in de Vereenigde Staten
met betrekking daartoe is er niet rooskleuriger op
geworden. De toestand op Ilo-Ilo is zeer kritiek.
De opstandelingen barricadeeren de straten en zij
hebben in vele huizen groote hoeveelheden petroleum
opgeslagen, waardoor de geheele handelswijk, zoodra
de Amerikanen het bombardement beginnen, iu
durfde 't opnemen tegen Ruslaud en de heele
wereld! Waar ze nu is? Vraag 't haar zelf.
Verhongerd misschien Misschien ook in zoo'n
helschen put, wat ze hier een gevangenis noemen.
En waarom heeft ze dat gedaan Omdat ze haar
niet bij hem zouden vinden. 't Is een heel ding,
maat, een meisje alleen op zoo'n kust als hier
Ik heb er twaalf maanden voor over, als dat haar
hier terug kan brengen.
Reuben stak nu zijn pijp aan en ging kijken
naar het Russische oorligsschip in 't verschiet.
Zeg, John, wat deuk je Zou die wel hier
zijn, als ze geen nieuws van ons hadden. Die
komen toch niet, om naar de visschers te kijken
Natuurlijk weten ze van ons afmaar daarom
kunnen ze nog niet door tien voet dikke rotsen
heen kijken. Wie zal hun zeggen, dat wij hier
zijn. Praat toch niet als een kind
Reuben trok beleedigd aan zijn pijp en ging
naar de andere zijde van het schip.
Ik wou, dat de baas aan boord was, zei hij
wat moet hij ginds doen 't Is nu acht uur ge-
leden, dat ze weg is. Hoe kan je iemand vindeu
na zoo'n tijd
Ja wel, jongen, maar 't tij gaat niet zoo
hard als een vrouwentong. Als zij hier ergens
aan land is gegaan, moet ze er nog zijn, en wij
zullen haar vinden.
Reuben keek nadenkend naar 'teiland waarop zijn
meester was geland om te zien of hij iets van de
kleine vluchtelinge kon ontdekken.
Paul was bijna krankzinnig geworden, toen hij
had vernomen, dat ze weg was. De zekerheid,
dat hij bijna gewonnen had en nu alles verloor,
beroofde hem van de kracht om te denken. Hij
zag zich zelven gebrandmerkt als verrader, veracht
door de menschen, die hem hadden liefgehad, ge-
worpen uit een eervolle loopbaan en nu alleen
in deze onbewoonde eilanden, op 't oogenblik,
vlammen zal opgaan. De vreemdelingen zijn aan
boord van den Engelschen kruiser »Bonaventura"
gevlucht en de bankinstellingen hebben haar
gelden aan boord der schepeu in veiligheid ge
bracht. Een proclamatie van president Mac-Kinley
werd door de opstandelingen met minachting ont-
vangen en zij verklaarden een verzoening voor
onmogelijk.
Ook te Washington wordt toegegeven, dat de
toestand op de Philippijneu uiterst hachelijk is.
Indien vijandelijkheden onvermijdelijk zijn, zal
het eiland Guimaras tot operatie-basis worden
gebruikt, maar de Amerikaausche regeering geeft
de hoop op een vreedzame oplossing der moeilijk-
heden nog niet op.
Bij eene aanschrijving van den Minister van
Financien van 10 Jan. 1.1. is de inwisseling van
zegels en de overstempeling van gezegeld papier
in veel opzichten vergemakkelijkt.
Moest men zich tot heden om dergelijke inwisse
ling of overstempeling te bekomen, bij gezegeld
request tot den Minister wendeu, waarop dan
meestal eene beschikking volgde waarvoor 0,75
aan zegelrecht moest worden voldaan, thans kan
men zich rechtstreeks wenden tot de betrokken
ontvangers, die nn bevoegd zijn om op eigen ver-
antwoordelijkheid beschreven of onbruikbare zegels
en formulieren te verwisselen of over te stempelen,
mits de stukken nog in hun geheel zijn, daarop
geen handteekeningen voorkomen en ze niet zoo
danig zijn beschreven, dat ze deel kunnen uit-
maken van voltooide stukken.
Men meldt
Met den hengstenverkoop te Bergen op Zoom
heeft het Rijk goede zaken gemaakt.
Bij inkoop hadden de 14 hengsten gekost ,/4435.
Aan voeding enz. werd, gerekend tegen f 1 per
paard en per dag, gedurende de drie jaar f 15,400
betaald, zoodat de beesten kostten f 19,835. Zij
brachten op 32,340, blijft dus over f 12,505.
Zelfs als de koopers voldcen aan het verlangen
en de beesten hier te lande drie jaar ter dekking
beschikbaar stellen, waardoor zij 40 pet. van
de koopsom terugkrijgen, blijft er nog winst
over.
dat hij met hart en ziel smachtte naar liefde.
Mijn vrouwtje mijn geliefde had hij ge-
roepen, toen hij uit zijn bezwijming was ontwaakt.
Ik mag je niet verliezen Ik kan je niet
missen Ik kan niet alleen leven
Hij bedacht, wat Marian's liefde voor hem was
wat die voor hem kon. Vloeken kwamen hem
op de lippenen dan sloop de vreeselijke ver-
denking in zijn hoofd, dat het meisje hem had
verlaten, om de plannen der vesting naar Engeland
te brengen en ze daar te verkoopen, zooals haar
voornemen was geweest. Doch hij wilde niet
luisteren naar die stemen toen de verlamming
van den eersten schrik was verdwenen, begon een
nieuwe werkzaamheid. Hij werd vervuld van koorts-
achtige haast, om haar te zoeken.
Hij zou haar vinden, zei hij, al moest
hij in dit oord leven en sterven
Er was nog een boot aan boord der Esmeralda"
hij beval, die te water te laten, opdat geen kanaal,
geen kreek ondoorzocht bleef. Roekeloos, zonder
te letten op het gevaar, verhief hij klagend zijn
stem om haar te roepen in menige rotsige haven,
op menig eilandstrand. Het geruisch van den
wind alleen gaf antwoordde zee was zonder
medelijden.
's Middags bereikte het jacht een eiland, dat
op zonderlinge wijze door een gordel van rotsen
werd beschermd. Hier kregen de mannen het
eerst den Russischen kruiser in 't oog, die op
vrij grooten afstand in de open zee lag, en ze
brachten hun schip achter een der rotsen in
veiligheid, terwijl hun meester, koppig eu niet te
weerhouden, aan land ging, om te zien, of hij van
de hoogten iets kon ontdekken, wat leek naar de
vermiste boot en de kleine zwerfster, wier vlucht
hij nu begon te begrijpen.
Doch de reis was vruchteloos. Hij zag niets dan
hier en daar een visscher. Een groote vrees, de
TER NEUZEN, 16 Januari 1899.
Bij Kon. besluit is benoemd tot ingenieur
van den rijks waterstaat 3e klasse de heer A. Th.
de Groot, thans adspirant-ingenieur alhier.
Hedennacht is beoosten Ter Neuzen op het
strand geloopenhet Eng. 3mastschip Astracana, kapt.
Griffiths, van Iquique naar Antwerpen met salpeter.
Hedennamiddag is het schip met assistentie van
een sleepboot vlot gekomen.
Bij het lichten van het anker kwam iets onklaar
aan het ankerspil waardoor een matroos overboord
sloeg en verdronk, de timmerman een arm brak
en 2 andere matrozen inwendig werden gekwetst.
Het schip is opgesleept naar Antwerpen.
Door de landbouwvereeniging te Nieuwe
Pekela werd Zaterdag aanbesteed de levering van
80,000 K.g. chilisalpeter.
Hiervoor werd het minst ingeschreven door den
heer P. J. Versluijs alhier.
Ook te Zuidwending (Gr.) was de heer Yersluijs
de minste inschrijver.
Zaterdagmorgeu kwam de van Vlissingen
naar Breskens vertrekkende prov. boot ,/Zelandia"
in aanvaring met de in de haven komende Bel-
gische loodsschoener no. 15, waardoor de „Zelandia"
aan de keuken, kajuitstrap en brug zoodanige schade
bekwam, dat terugkeer noodzakelijk was. Een
der passagiers, een geestelijke, bekwam eene
kneuzing aan de hand en een der beenen, waardoor
hij mank liep. De loodsschoener beliep schade
aan den kluiverboom.
Hoek. Het stormweder van jl. Donderdagnacht
heeft aan den dijk van den Nieuwen Westenrijk-
polder veel schade aangericht en een groot gat
in den dijk geslagen nabij de kruin, dat veel
gevaar opleverde voor eene doorbraak.
Axel. Bij den landbouwer M. S. onder deze
gemeente heerscht onder het rundvee het moud-
en klauwzeer.
Houtenisse. Zooeven vernemen wij uit goede
bron, dat met 1 April a. s. eene veebrug zal
geplaatst worden aan het station Vlake ter wille
van het veevervoer voor het oostelijk deel van
Zeeuwsch-Vlaanderen.
vrees, dat Marian was opgenomen door den kruiser,
maakte plaats voor de veronderstelling, dat zij
ergens aan land verscholen was. Hij bleef echter
turen en turen en wilde niet naar het jacht
terugkeeren, eer de scherpe oogen van zijn geleider
't gevaar bemerkten, waarin ze verkeerden.
Ze hebben een boot uitgezet, meueer, zei de
man en ze vuren een kanon af.
Inderdaad steeg een wit rookwolkje op boven
het dek van den kruiser, en 't dof gedreun van
een kanonschot werd vernomen. Paul aarzelde
niet langer, maar haastte zich terug naar zijn schip,
om te raadplegen met de mannen, die op hun
ruwe manier hem zooveel sympathie toonden.
Welriep John, toen hij 't kleine bootje
gewaar werd, nieuws, meneer
Paul schudde het hoofd.
De kruiser zet een boot uitdat is mijn
nieuws John.
Naar de hel met die boot Wat moet die
hier
Paul lachte droevig, terwijl hij op 't dek der
ffEsmeralda" sprong.
Jelui bent goede kerels, zei hij, en je
bent trouwe vrienden voor mij geweest. Ik alleen
ben verantwoordelijk voor deze zaak. Waternu
gebeurt, kan mij niet schelen. Maar jelui, vrienden,
moet aan land gaan en mij alleen hier laten, om
hen te woord te staan.
John Hook stak de handen diep in de broek-
zakken.
Hoor eens, meneer, zei hij, als er wat
te doen is, dan ben ik er bij. Zeg eens ben ik
een Engelschman of een buitenlander
Hij keek vragend rond, en de anderen zeiden
Ja, ja, dat is de quaestie, John.
Ik let er niet op, wat jelui bent, sprak
Paul glimlachend 'tis voldoende, dat je mijne
vrienden bent geweest.