AI g e m e e n
Hieuws- en Advertentieblad
Zeenwseh-Vlaanderen.
voor
No. 3683.
Dinsda»; 1 November 1898.
38e Jaargana;.
BIEEIBMAEINi.
G O U D
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Franco per postVoor
Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amenka 1,32J.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
oushouders.
advertentiEn
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Inzendincr van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
I iri«
UITVOER VAN RUNDVEE NAAR BELGIE.
POLITIEK OV'ERZICHT.
In de Kolnische Zeiting vindt men de yolgende
■ware woorden over het proces-Dreyfus voor het
Hof van cassatie
Geweldig is de indruk, dien de behandeliug
dezer zaak heeft achtergelaten. Het bewijst, dat er,
ondanks alles, nog rechters zijn in Frankrijk.
En het was hoog tijd, dat dit bewijs werd ge-
leverd. Want allengs werd de wereld van meening,
dat in dit land alle Staats-instellingen den rechter-
lijken stand mede inbegrepen, tot in het hart
bedorven en verrot waren.
De procureur-Generaal Manau en de raadsheer
Bard hebben de eer van hun stand gered en door
de scherpziunige vrijmoedigheid, waarmede zij
voor reelit en waarheid opkwamen, bewezen, dat
het hoogste Gerechtshof van Frankrijk den voor-
treffelijken naam, waarin de Fransche rechters
zich tijden lang hebben verheugd, herstelleu willen
en in eere houden.
Meer dan dat evenwel Zij wezen ook den weg
aan, waarlangs de eer van het land en de veel-
besproken afzonderlijke eer van bet leger nog te
redden isSlechts door meedoogenlooze ont-
maskering der schuldigen kuunen de vlekken
worden weggewischt, waarmede onreine banden
en onzuivere gewetens het blanke schild der
Fransche eer hebben bezoedeld
Het geheime dossier, waarvan boven sprake is
geweest, bevindt zich aan Oorlog in een ijzeren
kistje, waarvan de Stafschef, Generaal Boisdeilre,
toen hij, na het uitkomen van Henry's vervalsching
meende te moeten ontslag nemen, den sleutel gaf
aan zijn opvolger, Generaal Renouard, ook lang
geen lichtvriend.
Overste Piquart, die het dossier kent, heeft er
herhaaldelijk van verzekerd, dat het niets be-
zwareuds tegen Dreyfus bevat, of ook maar wat
op hem betrekking heeft.
De laatste telegrammen d. d. 29 Oct. luidden:
Het hof van cassatie verklaarde de aanvraag om
revisie ontvankelijk in den vorm en zegt, dat er
door het hof een supplementair onderzoek zal
plaats hebben en dat er geen reden is om voor
't oogenblik over de opschorting van de straf
zich uit te spreken, gelijk gevraagd is door den
procu reu r-generaal.
De uitspraak werd gedaan om kwart over vijf.
Geen enkel incident deed zich voor.
Wat Dreyfus betreft, wordt nu vernomen, dat
hij nu een weinig op de hoogte werd gebracht
van wat te zijnen gunste gaande is.
Hij moet geheel grijs zijn geworden van haar
en baard en zijne gestalte gebogen, met iets ont-
zettend weemoedigs in de oogen; maar gelukkig
is hij, sterk in zijn onschuld, niet geknakt naar
den geest.
Wie zal hier vergoeden wie vergelden als
de groote dag der afrekening komt
Een Ministerie krijgt Frankrijk nu ook weer
Als premier van binnenlandsche zaken zal waar-
schijnlijk aan het hoofd staan de heer Charles
Dupuy, die het al eens geweest is, kort nadat hij
alle records van kalmte en koelbloedigheid had
gestagen door de beroemde frase, toen aillant
zijn bom had geworpen in de kamerzitting, die hij
presideerde ,/Da seance continue de zitting
gaat door
Nu, koelbloedigheid kan men gebruiken. En
ook een burger als Minister van Oorlog, hoewel
er daar ook al, men heeft het aan Cavaignac
gezien, kaf loopt onder het koren. Nu schijnt
De Freycinet het te zullen worden, die 't ook al
eens vroeger was, De Freycinet, Gambetta s hals-
vriend, wegens zijn besneeuwde kruin ,/de witte
muis" geheeten.
Justitie zou dan toegewezen worden aan Ribot,
Delcasse zou voor Buitenlandsche zaken, Lockroy
voor Marine en \iger voor Landbouw aanblijven,
Financien zou komen onder Delombres, Onderwijs
aan Leygues Koophandel aan Krantz, den tentoon-
stellingsman. Guerin of Mouestier zou Openbare
werken nemen.
Uit Fashoda kwam bericht, dat Marchand vandaar
over KhaTtoum naar Cairo vertrok. Het geschiedde
reeds verleden Zondag, en hij ging alleen. Vrijdag-
morgen is hij te Karthoum aangekomen. De andere
Franschen zijn te Fashoda gebleven, en Marchand s
vertrek wordt dan ook niet beschouwd als een
begin van ontruiming of van regeling der quaestie.
In de Engelsche bladen is dat al beweerd, ter-
wijl Daily Chronicle zegt, dat aan alles een einde
zal worden gemaakt door de proclameering van
een Britsch protectoraat over Egypte.
Tusschen Haifa en Jaffa blijkt de Duitsche Keizer
met zijn reisgezelschap voor het eerst in een tent
te hebben overnacht bij Cesarea. Het is zeer
warm (39° Celsius in de schaduw), maar men is
monter en welvarend.
Overal wordt de Keizer door de in menigte
toestroomende bevolking vol geestdrift begroet.
De laatste berichten waren uit Sarona, in het
dal van Saron, bekend om zijne rozen. Heden,
weet men, verwacht men den Keizer te Jeruzalem.
De wijding der nieuwe kerk is op Maandag be-
paald.
Te Jeruzalem heeft de politie het verschijnen
van gesluierde vrouwen op straat verboden, uit
vrees dat soms een anarchist zich dus zou kunnen
vermommen.
TER NEUZEN, 31 October 1898.
Bij den molenaar P. van Wijck alhier, staat
voor de tweede maal van dit jaar een perenboom in
vollen bloei.
Door het postkantoor alhier, zijn in de
le helft der maand October, de volgend onbestel-
hare brieven verzonden, aan de adressen van
O. de Beule, KoewachtMej. J. Yoorregt,
Rotterdam Carr, EastbourneJ. van Gelderen,
Ostende.
De heer P. Dieleman, van Zaamslag, slaagde
Zaterdag aan de hooge school te Groningen voor
het doctoraal examen in de rechtswetenschap.
Bij het Zaterdag te Rotterdam gehouden
examen voor de akte vrije- en ordeoefeningen der
gymnastiek slaagde o. m. de heer D. J. de Hullu
van Retranchement.
Axel, 31 Oct. Op de heden alhier gehouden
veemarkt waren aangebracht 8 paarden, 152 stuks
hoornvee, 28 varkens en 2 schapen.
Premien werden uitgereikt als volgt
Yoor het schoonste paard van 3 tot 7 jaren oud,
le prijs 5 en 2e pr. f 3, beide niet uitgereikt.
Voor het schoonste veulen van 1 tot 3 jaren
oud, le pr. 4 aan L. Jansen van Rosendaal en
2° pr. 2,50 aan M. Moes.
I Voor den schoonsten dekhengst van 2 tot 7 jaren
oud 5 aan Corn8 Haak Az.
Voor de schoonste baatgevende of kalfdragende
koe, le pr. 5 aan P. van Hoeve, 2" pr. 3
aan C. N. Jansen van Rosendaal.
Voor de schoonste kalfdragende vaars f 4 aan
C. N. Jansen van Rosendaal.
Voor het schoonste 2jarig rund f 3 aan C. N.
Jansen van Rosendaal.
Voor den schoonsten hokkeling f 2 aan C. N.
Jansen van Rosendaal.
Voor den schoonsten springstier f 5 aan C. N.
Jansen van Rosendaal.
Voor het grootste getal paarden van eenen
eigenaar ter markt gebracht 4 aan Corn8 Haak.
Voor het grootste getal hoornvee als voren f 4
aan Ph. Job. van Dixhoorn.
Voor het grootste getal schapen boven de 10
stuks 2 niet uitgereikt.
Voor het grootste getal varkens boven de 6 stuks
2 aan L. de Meij, koopman te Zuiddorpe.
Voor het vetste stuk hoornvee 5 aan P.
van Hoeve.
De heeren aan wie de premien zijn toegekend
FEUILLBTON
Een roman uit Ivlondylie.
Naar het Engelsch
HEADON
HILL.
De oude vrouw zuchtte, 't zij over de weinig
dochterlijke houding van Vick, die de „belangen"
der familie tegenwerkte, 't zij over Jake's geheim-
zinnig verdwijnen. Zij mompelde weer
Waar kunnen ze nu in's hemelsnaam heen-
gegaan zijn als het Jake is geweest vanmorgen
Ik houd van dien jongen, en ik zou 't land
hebben, als hij mijn huis vcorbijgegaan was naar die
krotten verder op.
Waar geen pianos zijn, zei Vick, met een
peinzenden blik op het afgerammelde instrument,
dat nu lang rust had, wegens haar gewonden arm.
Je hebt toch aan dien Devine niet laten
merken, dat ,/Baxter" familie van ons was vroeg
de oude, na een lange pauze.
Dat weet je wel beter; ik zou mij tegen
over Hank geschaamd hebben, te zeggen, dat Jake
mijn broer is, toen hij met dat zoodje van Rooden
Ruben ging.
Ik heb Devine in geen twee dagen om de
deur zien draaien, sinds hij optrok met die twee
Engelsche wijven, zei moeder Mursell ernstig.
Haar scherpe geest hield zich bezig met tal van
veronderstellingen, in verband met haar verdwe-
nen oudsten telg zij overwoog, of Jake een vriend
dan wel een vijand zou vinden in den minnaar
harer dochter. Vick bleef bescheiden zwijgen
zij zelf gevoelde ook eensklaps een grooten angst.
Geheel in 't vertrouwen van Gartside en zijn
Britsche beschermelingen, wist zij, dat Jake bij
Osborne was gebleven na den verraderlijken aan-
val. Zij kon geen reden vinden voor haar broeders
veiandering van politiek en verdacht hem van
slechte voornemens. Zij wist ook, dat Hank naar
den Witten pas was gegaan, om den terugtocht
van Dick te dekken. Zoodoende kon hij wel
eens in botsing komen met haar schelmatigen
broeder. Zij had er nu spijt van, dat ze Hank
nooit iets had verteld over haar verwantschap met
den man, die zich Baxter noemdewant als die
twee eens handgemeen raakten, zag 't er slecht
uit met haar vrijerij. 't Kon dan uitloopen op
een begrafenis, in plaats van een bruiloft, en zij
kende haar moeder te goed, om te weten, dat deze
nooit haar toestemming zou geven, als Hank haar
broeder letsel had toegebracht.
't Meisje wierp onwillekeurig een vreesachtigen
blik op de verschrikkelijke vrouw in t roode hemd,
met de korte grijze haren, het wreede, verweerde
gezicht en den pistoolholster in den gordel.
Maar Jake Mursell was, zooals wij weten, niet
het onwillekeurig slachtoffer geworden van den
familietrots, welke deze ruwe diamant had weer-
houden, alles aan haar aanbidder te bekennen.
Moeder Mursell stond eensklaps op, hield de
hand boven de oogen en keek naar buiten op den
hobbeligen weg, dien Malahide en Jake dien morgen
samen waren gegaan.
Daar komt een gezelschap aan twee
blanken en drie Indianen, verklaarde zij, 't oog
gericht heel in de verte, waar de reizigers langzaam
naderden. Ze schijnen 't goed getroffen te
hebbenze hebben alien vrij wat te dragen,
behalve een duivels, dat is gek die eene is
squaw. Wat kan dat voor zoodje zijn P
Vick volgde haar moeder in de open deur. Haar
vlug begrip dicht dadelijk aan 't mooie, beschaafde
Indiaansche meisje, waarvan Gartside had ver
teld En spoedig daarna herkende zij ook de
flinke gestalte van haar Hank en met niet minder
groote vreugde die van haar vriend, den Engel-
schen ,/lord".
Het zwakkere gezicht en de mindere belang-
stelling der oude vrouw deden haar niet zoo gauw
de waarheid raden.
Begrijp jij, wie 't zijn vroeg ze brommend.
Zoodra Vick het gezelschap herkend had, had
zij zich voorgenomen, zooveel mogelijk nuttig te
zijn voor degenen, die zij onder haar vleugels had
genomen, en zij begreep terstond, dat de toestand
gevaarlijk was. Als, tengevolge van Hank's waar-
schuwing, Roode Ruben een slecht onthaal had
gevonden in den hollen weg, zouden zijn vrienden
groot kabaal maken, zoodra dit bekend werd. En
leefde de schurk zelf nog, dan was 't dubbel
noodzakelijk, voorzorgsmaatregelente nemen. Vooral
vreesde zij voor tante Rebecca en Beryl Asquith,
niet veel beter dan gevangenen in haar ellendig
verblijf, de „aristokraten", die niet te trotsch waren
geweest om haar, Vick, de hand te drukken.
Ik geloof, dat Hank er bij is, zei ze
hij is ze zeker tcgengekomen en wijst hun nu
den weg. En op onderdanigen toon voegde zij
er bij
Er is hier toch niets te doen. Ik loop hun
even tegemoet. Misschien breng ik ze hier in
de saloon.
De oude vrouw verzette zich hier niet tegen;
't vooruitzicht op klanten beheerschte alle andere
overwegingen. Vick ging eerst even naar binnen
om een sjaal te halen, zei ze maar dit was slechts
een voorwendsel om niet de voordeur uit te gaan.
Het huis door de achterdeur verlatende, sloop
zij tusschen de hutten en tenten door, tot zij,
ademloos als naar gewoonte, bij de loods kwam,
waar Gartside, tegen den deurpost geleund, stond
te praten met de beide dames binnen.
Zeg, dat ze gauw meekomenriep Vick
hem hijgend toe. U en ik kunnen de bagage
naar het hoofd dragen. De boot, die van morgen
aankwam, is nog niet weg, en zij zijn't veiligst aan
boord. De lord komt er aan, met zijn goed, en
Hank is er bijik zal hun tegemoet loopen, om
te zeggen, dat ze de stad niet inkomen. 't Zal
net bijtijds zijn, als we ons haasten.
Gartside begreep dadelijk de waarde van dezen
raad, en zijn gesternte daukende, dat hij met geen
zenuwachtige schepsels had te doen, stak hij zijn
hoofd naar binnen en herhaalde Vick's nieuws.
Natuurlijk hadden de dames een minuut noodig,
om elkaar te kussen, maar toen dat geschied was,
werd er geen oogenblik verloren. Alles was
trouwens gereed voor een spoedig vertrek, en
binnen vijf minuten waren Rebecca en Beryl op
weg naar de boot. Vick geleidde haar, achter
de saloon om, en had de voldoening, haar de
loopplank te zien betreden, terwijl het zwaar
beladen reisgezelschap, dat den weg van den Wit-
ten Pas afkwam, nog een tweehonderd schreden
van het hoofd was verwijderd. Een vreugdekreet
van Dick en Hank gaf blijk, dat zij de boot in
't oog hadden en er dus geen gevaar was, dat zij
zich in de ,/stad" zouden moeten begeven maar
Vick en Gartside gingen hun loch tegemoet, ter
wijl tante Rebecca en Beryl hun met zakdoeken
het welkom toewuifden van het dek der boot.
Nu, met een rein geweten en bewust, dat hij
hem een goeden dienst had gedaan, kon Gartside
zijn vriend onbevreesd in 't gezicht zien. De
hand schudden kon hij hem niet, zoo was Dick
beladen met zware pakken van elandsvelmaar
daarom was het welkom niet minder hartelijk.
Ster-oogen stond een weinig achteraf, vrieudelijk
glimlachend. Ook de Indianen en Hank waren te
veel beladen om anders dan met woorden te groeteii.
Goede Dick Oude jongen, dus je hebt
I 't toch te pakken riep Garside. Laat mij ook
wat voor je dragen. Hoe gaat 't, Ster-oogen
En u, Bliksemstraal Devine je hebt 't netjes er
afgebracht hoor Dag Joey Maar waar heb
VEIZKVSCHE COIIMIT
-LJ.J-ZjV^X±vJ-J-AAM v a.11 3
.....l.-nl on Feentilaeen, bij ilen nifgever P. J. TAM" OK HAM OK te Ter Me men
Dit bladvergchijnt rtlaandag-, Woenadag- en Vr.jdagavoad, n.tSesonde
De Burgeraeester der geraeente TER NEUZEN breDgt
ter kennis van de ingezetenen
dat ten emde zooveel mogelijk te voorkomen dat zich
onder' het vee, dat naar BelgiS wordt nitgevoerd, zieke of
verdachte beesten bevinden, aan de Spoorwegmaatschappyen
is verboden rundvee, dat naar Belgie is bestemd, ter vervoer
aan te nemen, wanneer niet tevens wordt overgelegd eene
door een geexamineerd veearts af te geven verklaring, dat
het dier niet is lijdende aan of verdacht van eene
besmettelijke ziekte
dat alzoo de veehouders, die rundvee naar Belgie willen
uitvoeren, moeten zorgen dat voor elk te vervoeren dier eene
afzonderlijke verklaring wordt aangeboden
dat het onderzoek van het te vervoeren dier door een
geexamineerd veearts geschiedt ten koste van den belang-
hebbende
dat de verklaringen slechts gelden voor den dag van
het onderzoek en de twee daarop volggende
dasjen, aan den spoorwegambtenaar moeten worden afge-
geven en in diens bezit moeten blijven
dat, als de gekeurde dieren blijken te lijden aan eenige
niet besmettelijke ziekte, welke in verschijnselen geenerlei
overeenkomst vertoont met eene besmettelijke ziekte in den
zin der wet, eene verklaring kan worden afgegeven.
Ter Neuzen, den 31 October 1898.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
VAN
34) -1"--.