BIJVOEGSEL
Tgt Nsuzsnsohe Courant
Zaterdag 23 April 1898. No. 3603.
Gemengde berichten.
POLITIEK OVERZICHT.
De oorlog is nog niet verklaard, het eerste
schot moet nog gelost worden, maar toch kan
men reeds spreken van den oorlog tussehen de
Vereenigde Staten en Spanje. De Europeesche
diplomatic te Washington bemoeit zich niet meer
met de kwestiealleen Erankrijk en Oostenrijk
wenden nog eenige hopelooze pogingen tot behoud
van den vrede aan.
President Mc Kinley heeft eergister-ochtend
om half twaalf de resoluties van het Congres
geteekend. Een kopie er van met het ultimatum
en met een nota, waarin de President meedeelt,
dat hij die resoluties geteekend heeft en Spanje
verzoekt, zijn leger en vloot van Cuba terug te
trekken, werden den Spaanschen gezant te Was
hington overhandigd. Opmerking verdieut, dat
aan Spanje ten slotte tijd is verleend tot morgen-
nacht 12 uur. Had Mc Kinley dan geen bevre-
digend autwoord ontvangen, dan zou hij de resoluties
van het Congres onmiddellijk doen uitvoeren.
Het is echter niet waarschijnlijk, dat Spanje zoolang
met zijn antwoord zal wachten.
De gezant Bernabe beantwoordde de toezending
met een brief aan den minister Sherman, waarin
hij in de volgende termen om zijn paspoort vroeg
Mijnheer de staatssecretaris. De door het
Congres van de Vereenigde Staten aangenomen
resolutie is van zoodanigen aard, dat zij mijn
langer verblijf te Washington onmogelijk maakt
en mij noopt mijn paspoort te vragen. De be-
scherming der Spaansche belangeu alhier zal worden
toevertrouwd aan den Franschen ambassadeur en
den Oostenrijkschen gezant. Bij deze voor mij
zoo pijnliike gelegenheid heb ik de eer u de
verzekering van mijn hoogachting te hernieuwen.
(Get.) Bernabe.
Het paspoort werd aan Bernabe overhandigd
door een bode van het ministerie van buitenland-
sche zaken, om 3 uur 50. 's Avonds om half acht
vertrok de gezant van Washington. De groote
metalen plaat met de woorden //Bureau der Spaan
sche legatie" was reeds den vorigen dag van het
legatiegebouw afgenomen.
De oorlog is er dus reeds, al is het nog on-
zeker, hoe hij beginnen zal. Mc Kinley zou
wenschen, dat Spanje het eerste schot doet, mis-
schien in de illusie, dat de geschiedschrijver zal
beweren, dat van die zijde de oorlogsverklaring
is gekomen. Daartoe zouden Amerikaansche oor-
logsschepen worden uitgezonden om stoombooten
te begeleiden, die levensmiddelen voor de behoef-
tigen op Cuba overbrengen. Mc Kinley gelooft,
dat de Spanjaarden het ontschepen van die levens
middelen gewapenderhand zouden beletten, hetgeen
een botsing met de Amerikaansche oorlogsschepen
zou uitlokken. Het kabinet echter was het met
dit mooie plannetje van den president niet eens.
Overigens juicht in Noord-Amerika ieder het
besluit van het congres over Cuba toe, want de
oorlog met Spanje is er populairder dan ooit.
Volgens telegrammen uit New-York heeft de
Amerikaansche vloot in last, te beginnen met de
kustblokkade van Cuba en Portorico, gevolgd
door een bombardement, zoodra de oorlog is
verklaard.
De Cortes kwamen eergister bijeen en stelden
onmiddelijk hun bureau samen. Zoo noodig zouden
zij 's nachts door vergaderen. Dat zij geziiid zijn
alle oorlogscredieten toe te staan, spreekt wel haast
van zelf. De Regentes heeft een boodschap aan
de Cortes gericht, waarin zij allereerst de ernstige
verwikkelingen uiteenzet, veroorzaakt door de ge-
heurtenissen op Cuba en vervolgens het gedrag
der Vereenigde Staten bespreekt. Amerika begreep
wel, dat de autonomie een beletsel zou zijn voor
hun plannen, geopenbaard door het zenden van
van hulpmiddelen ten einde den opstand aan den
gang te houden. Indien de regeering der Unie
toegaf aan den verblinden drang der publieke
opinie, dan zouden de bedreigen en beleedigingen
welke door Spanje tot nn toe met onverschillig-
heid werden opgenomen, tot onduldbare uittarting
worden en zou Spanje zich gedwongen zien, de
betrekkingeu af te breken. De Boodschap brengt
de raadgevingen van den Paus tot vrede en voor-
zichtigheid in herinnering en voegt eraan toe
z/De moeilijkheden zullen niet boven onze krachten
gaan. Wij zullen deze crisis met eere doorstaan
en het land zal eindigen met ze te boven te
komen."
Het Parijsche dagblad L'Aurore verklaart thans
met zooveel woorden, dat President Faure pertinent
weet, dat ex-kapitein Dreyfus eene niet verdiende
straf ondergaat en dat hij dit formeel aan eenige
personen heeft te kennen gegeven.
Het blad verklaart zich bereid namen te noemen
maar doet eerst een beroep op des Presidents
plichtsgevoel om zelf licht te verspreiden.
RECHTSZAKEN.
Bij op heden, 22 April, door de arrondissements-
rechtfyank te Middelburg gewezen vonnis werden
1°. P. K., oud 46 j., werkman, 2°. G. K.,
oud 20 j., arbeider, beiden wonende te Kloetinge,
thans gedetineerd te Middelburg ter zake van
poging tot diefstal vergezeld van geweld tegen
twee personen gepleegd met het oogmerk om dien
diefstal voor te bereiden, door twee vereenigde
personen waarbij de schuldigen zich den toegang
tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door
middel van braak en inklimming veroordeeld de
de le tot 5 jaren gevangenisstraf, de 2e tot 2 jaren
en 6 maanden gevangenisstraf met inmindering-
brenging der doorgebrachte hechtenis.
Het gerechtshof te 's Gravenhage bevestigde
gisteren het vonnis der Middelburgsche rechtbank
tegen L. S., landbouwersknecbt te St. Jausteen,
beklaagd van diefstal.
Naar men verneemt, wordt het borduurwerk
voor het kleed, dat Koningin Wilhelmina zal
dragen bij de inhuldiging, vervaardigd aan de in
het Rijksmuseum te Amsterdam gevestigde Rijks-
school voor Kunstnijverheid, door eenige dames-
leerlingen, onder toezicht van de leerares mevr.
van EmstedeWinkler.
De erkende gestichten voor het verplegen
van krankzinnigen hier te lande, zijn derrnate met
patienten gevulddat voor een te Winschoten
wonenden behoeftigen lijder van hoogerhand vruchte-
loos gelegenheid tot opneming voor rekening van
die gemeente bij de betrokken directeuren van de
daarvoor in aanmerking komende inrichtingen is
gezocht.
Maandagavond viel op de Maaskade te
Rotterdam een tamelijk groot vat cognac van een
wagen. Het vat sprong en de cognac stroomde
over de straat. Terstond schoten van alle zijden
een aantal mannen er op af en zij dronken van
de straat den cognac op zooveel als zij er maar
machtig konden worden. Het gevolg was dat een
half uur later drie hunner smoordronken op de
steenen lagen, en naar het politie-bureau aan de
Nassaukade overgebracht, bleek een hunner bijna
te ziju gestikt. Op last van een geneesheer werd
hem ijs op het hoofd gelegd en natte compressen
om de polsen geslagen, terwijl men om de adem-
haling te bevorderen, hem een klern in den moud
zette. Heel langzaam week toen het gevaar voor
's mans leven.
Een agent van politie te Rozendaal gebood
een 8tal beschonken personen op te houden met
zingendaar zij hieraan niet wilden voldoen,
wilde hij proces-verbaal tegen hen opmakendoch
nu werd hij aangevallen en weldra lag hij in
onmacht op de straat. Bij onderzoek bleek dat
de agent door messteken in den rug zwaar gewond
was. De vermoedelijke dader is in arrest genomen.
Zoo erg als 't dit voorjaar in Langendijk
is gesteld met de rattenplaag zoo meldt men
aan t //N. v. d. D." is 't, volgens menschen
die 't weten kunnen, nog nooit geweest. In
iedere gemeente in dezen omtrek worden dan
ook ernstige pogingen aangewend, om die lastige
dieren te verdelgen. In Noord Scharwoude en Broek
o/L. stelde men reeds een premie van 10 it 15
ct. op elke gevangen ratdikwijls werken ge
meente- en polderbesturen hierin samen. Te Zuid-
Scharwoude en St.-Pancras heeft men de vorige
week vergaderingen belegd en commissies benoemd
om gelden in te zamelen, waarmede de premies
op deze vijanden van den landbouw kunnen worden
betaald. De banne Zuid-Scharwoude van den
polder Geestmer-Ambacht besloot, behoudens na-
dere goedkeuring, 200 uit de kas van den
polder te besteden, en verder van alle bouwers
in die banne, welke 378 HA. groot is 2 ct. per
snees (ongeveer 250 vierk. meters) te vragen ten-
einde f 500 beschikbaar te hebben voor de
uitgeloofde premies. Eveneens handelde de banne
St.-Pancras, in dezelfden polder gelegen, door
f 60 hiervoor uit te trekken het gemeentebe-
stuur stelde een gelijk bedrag beschikbaar. Van
de landgebruikers in deze banne zal 8 ct. per
snees geheven woiden van de ruim 6000 snees,
hieronder ressorteerende, kan dat dus 180
worden.
Uit een en ander blijkt, hoe zeer de bouwers ver-
langen, van de rattenplaag verlost te worden.
Alleen in de gemeente Broek o/L. is, in den
korten tijd dat de bepaling werkt, de premie reeds
400 malen uitgereikt.
Een schot uit een der vier groote kanonnen,
waarmee het Amerikaansche oorlogsschip //Masachu-
setts" is gewapend, kost 3000. Daar met
elk stuk ongeveer 80 schoten in 't uur kunnen
worden gedaan, zou een gevecht van dat schip
met de Spaansche „Pelayo", die 17 stukken heeft
van f 1500 per schot, om-en-bij 4 millioen gul
den kosten. Het zou dus, als 't er toe komt, te
wenschen zijn dat een der eerste schoten een van
beide schepen in den grond boordewant dan
is men er ten-minste met een verlies van 2 mil
lioen af.
Een en ander natuurlijk ongerekend de menschen-
levens. Maar die zijn voor //oorlogvoerende
mogendheden" bijzaak.
Humaniteit en oorlog, zooveel mogelijk
menschen doodschieten, maar op een menschen
lievende manier
Het Duitsche chirurgencongres, in de vorige
week gehouden, heeft een protest doen hooren
tegen het onmenschelijke bedrijf der Britsche
troepen, die in den strijd tegen de bergstammen
in Indie de z.g. //Dum-dum-patronen" hebben ge-
bruikt, waarbij de mantel van de spits wordt af
genomen. Daardoor wordt bereikt, dat de inhoud
uiteenspat en uiterst gevaarlijke wonden gemaakt
worden. Dr. Bruns, uit Tubingen, toonde met
preparaten en Rontgen-photografieen aan, hoe
vreeselijk de uitwerking is van dit projectiel, door
het verscheuren van huid, peezen en beenderen.
Op zijn voorstel sprak het congres den wensch
uit, dat de Duitsche regeering stappen zal doen
om de internationale conventie van St.-Petersburg
over oorlogsgebruiken in dien geest aan te vullen,
dat het gebruik van patronen van klein kaliber
zonder mantel worde verboden, omdat het doel
enkel moet zijn, den vijand buiten gevecht te
stellen, en niet, hem te verminken.
De vischstoomboot President Ilerwig, uit
Geestemiinde, is bij IJsland vergaan, en de be-
manning, die dertien koppen telde, vermoedelijk
in de golven omgekomen.
Men weet, dat Tichborne, dat wil zeggen
de man, die zich voor den zoon van den baronet
van dien naam uitgegeven heeft, dezer dageu
overleden is. Zijn weduwe schrijft nu in de
kranten dat men geen waarde mag hechten aan
de zoogenaamde gedenkschriften, door haar man
uitgegeven, en dus evenmin aan de bekentenis,
daarin gedaan, als zou hij inderdaad Orton en
dus een bedrieger zijn. Zij schrijft, dat haar man,
ziek en in kommervolle omstandigheden, zich ter
wille van zijn vrouw door een onbekend gebleven
man voor een aanbod van drieduizend pond heeft
laten vinden om dat verhaal, niet door hem zelf
opgesteld en een samenraapsel van getuigenissen
voor de rechtbanken, te ouderteekenen. Van die
drieduizend pond hadden zij nooit iets gezieu,
maar de gedenkschriften waren verschenen.
//Hij is nu ter ruste," schrijft Lily Tichborne,
en wat de pers of de wereld moge zeggen of
denken van zijn gedrag, hij was des ondanks
Roger Charles Dougthy Tichborne, zoon van Sir
James en van Lady Tichborne, en ik geloof dat
zijn wensch, dikwijls onder echte tranen herhaald,
dat hij hen in den Hemel mocht ontmoeten,
vervuld is."
Voor een Londensch politiehof stond Maaudag
terecht een man, die Zaterdagavond een eerzaain
dienstmeisje, dat aan het hek van haar meesters
huis stond uit te kijken, om het middel had ge-
vat en een zoen had trachten te geven. Lizzie
zoo heette het meisje weerde zich echter dapper
en het gelukte hem niet. Een politieagent nam
den man ten slotte mee. De politierfchter vond
het onduldbaar, dat een fatsoenlijke jonge vrouw
op die wijs beleedigd zou mogen worden," en
veroordeelde den aanrander tot een pond boete
of veertieu dageu. Als verzwarende omstandigheid
zal wel gegolden hebben, dat de man 54 jaar
oud is en dronken was. Op dien leeflijd moet
men wijzer zijn, en in elk geval kan men zorgen
bij zoo'u gelegenheid niet naar den drank te
ruiken.
Eene vrouw uit Charleroi, die aan een meisje
de toekomst had voorspeld en haar daarmee eene
kleine 250 had afgezet, is door de Brusselsche
rechtbank tot 18 maanden gevangenis veroordeeld.
Eene medeplichtige, die haar de klanten aan-
bracht, kreeg dezelfde straf.
Dat hadden de kaarten haar niet voorspeld.
In Jaszbereny is een uitgebreide dievenbende
gepakt, die sedert 5 jaar op de lijn Jaszbereny
Hatvau de goederenwagens plunderde. Tot' de
helers en koopers van de gestolen goederen behooren
aanzienlijke burgers.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
VAN DK
VAN
Vergadering van Donderdag 21 April 1898.
Voorzitter de heer J. A. van Boven.
Aanwezig de heeren Van IJsselsteijn, De Feijter, Moes,
Wieland, Visser, Van der Hooft, De Koeijer, Van der Moer,
Grenu, Van den Hoek en Dees.
Afwezig de heer Harte.
Een vacature.
Na opening der vergadering leest de secretaris de notulen
der voorgaande, die worden goedgekeurd.
Daarna komt aan de orde
1. Benoemen leden Stembureau.
Met het oog op de aanstaande stemming voor den Raad
stelt de Voorzitter voor over te gaan tot het benoemen van
de leden voor de stembureau's.
De heer Van der Moer meent dat dit niet noodig is, daar
dit verleden jaar heeft plaats gehad en de leden voor den
tijd van 12 maanden worden benoemd.
De Voorzitter merkt op, dat verleden jaar verschillende
heeren buiten den Raad zijn benoemd, daar 5 leden bij de
stemming betrokken waren en dus moeilijk zitting in de
stem bureau's konden nemen. Dit is nu echter niet het geval
en hij acht het beter, dat allereerst de raadsleden in aan
merking komen. De andere heeren kunnen dan bij ver-
hindering toch altijd nog als plaatsvervanger optreden.
Alsnu worden aangewezen
Stemdistrict I (raadhuis)voorzitterde Burgemeester, als
diens plaatsvervangerH. C. E. van IJsselsteijnleden
A. Visser en M. van den HoekplaatsvervangersP. Moes
en A. C. N. Grenu.
Stemdistrict II (Sluiskil)voorzitter: Joz. de Feijter;
leden: L. de Koeijer en D. J. Dees; plaatsvervangers:
J. Lijbaart en I. de Groot.
Stemdistrict III (Java)voorzitter J. C. Harteleden
G. Wieland en C. van der Hooft; plaatsvervangers: R. Wal-
raven en T. van Borssum Waalkes.
2. Reclames Hoofdelijken Omslag.
Aangehouden om later te behandelen.
Beschikking Gedeputeerde Staten op reclame Hoofde
lijken Omslag.
Ged. Staten geven te kennen den reclamant F. van der
Bilt eene klasse te hebben verlaagd.
De Voorzitter wil naar aanleiding dezer beschikking eene
mededeeling doen, doch enkele leden vinden het beter dat
zulks niet in open bare zitting geschiedt.
De openbare zitting wordt daarop geschorst.
De zitting weder openbaar geworden zijnde komt in be-
handeling
Verleenen gratificatie aan politie en lantaarnopstekers\
Over een voorstel van het Dag. Best, tot toekenning daar-
van staakten in een vorige vergadering de stemmen.
Eenige leden verzoeken tot stemmen over te gaan.
De heer Van der Moer vraagt of de Voorzitter niet kan
rneedeelen hoeveel processen-verbaal in het afgeloopen jaar
door hen wegens overtreding van gemeenteverordeningen
werden opgemaakt.
De Voorzitter kan dit niet juist zeggen, maar het komt
veelvuldig voor; hij ontvangt er soms 10 tegelijk.
Opgemerkt wordt dat dit toch weinig aan het al of niet
verleenen der gratificatie kan afdoen, waartegen de heer Van
der Moer aanvoert dat daar uit van den door de politie betoonden
ijver kan blijken.
In stemming gebracht wordt het voorstel tot het verleenen
eener gratificatie van f 50 aan de politie verworpen met 6
tegen 5 stemmen. Voor stemden de heeren Visser, Grenu,
Dees, Van IJsselsteijn en De Feijter; tegen de heeren Van
der Hooft, De Koeijer, Van der Moer, Van den Hoek, Moes
cn Wieland.
Daarna wordt eveneens met 6 tegen 5 stemmen dezelfde
voor- en tegenstemmers verworpen het voorstel van hot
Dag. Best, tot het verleenen van eene gratificatie van f 50
aan de lantaarnopstekers.
Rekening nieuicjaars-commissie.
Van genoemde commissie is ingekomen hare rekening van
ontvangsten en uitgaven.
Deze wordt goedgekeurd, terwijl aan de commissie dank
zal betuigd worden voor den door haar verrichten arbeid.
H. Verzoek onder wijzer school C, J. Ver hag eom eene
gratificatie voor buitengewone diensten.
Uit overweging dat hij gedurende de vacature. ontstaan
door het vertrek van den onderwijzer Van Doeselaar, in de
maanden December, Januari en Februari in 2 klassen onder-
wijs moest geven, wat meer tijd en inspanning vorderde,
verzoekt adressant hem daarvoor eene gratificatie te verleenen.
De heer Wieland vindt het billijk, dat aan adressant eene
belooning wordt toegekend voor den tijd dat hij in 2 klassen
den dienst heeft vervuld. In den tijd dat de vacature be-
stond, heeft de gemeente het salaris niet moeten betalen en
het is z. i. niet noodig dat de gemeente daarvan voordeel
trekt.
De heer Van der Moer vraagt of er omtrent het adres ook
een ad vies is van het hoofd der school.
De heer Van IJsselsteijn antwoordt ontkennend, er bij-
voegende, dat dit adres is ingezonden buiten het hoofd der
school om.
De heer Van der Moer zou dan het advies van het hoofd
der school willen vragen. Indien daaruit mocht blijken, dat
adressant werkelijk meer diensten heeft verricht, is hij er
ook voor om daarvoor vergoeding toe te kennen.
De heer Van den Hoek waaaschuwt om in dezen voor-
zichtig te zijn, daar men zich op een glibberig terrein gaat
begeven, Er is nog nooit vergoeding gegeven voor dergelijke
diensten, hoewel het meermalen is voorgekomen dat £en
onderwijzer in twee klassen moest onderwijzen.
De Voorzitter wijst er op dat men, in het onderhavige
geval belooning wiliende toekennen, dit dan ook algemeen
zou moeten inaken en ook tot andere gemeente-ambtenaren
uitstrekken.
De heer Van der Moer stelt voor om het adres te stellen
in handen van het hoofd van school C, met de vraag of de
heer Verhage in den genoemden tijd meer diensten heeft
verricht, dan hij onder gewone omstandigheden zou gedaan
hebben.
De heer Wieland vindt het hier een ander geval dan wan-
neer een der ambtenaren door ziekte geen dienst kan doen.
Als een van de 5 agenten ziek is, moeten ze met 4 man
den dienst verrichten, maar dan gaat ook de soldij van den
zieke door. Hier heeft de gemeente er voordeel van gehad,
daar zij f 100 minder moest nitbetalen, daarom zou hij nu ook
royaal willen zijn en een gedeelte dier sorn aan adressant als
belooning willen toekennen.
De heer Grenu zegt dat de kwestie van de gratificatie aan
de politie volkomen gelijk is aan deze.
De heer WielandDat was geen vacature.
De heer Grenu meent dat dit wel het geval was en beroept
zich daarvoor op de verklaring van den Voorzitter.
De Voorzitter zegt dat de zienswijze van den heer Grenu
juist is.
De heer Wieland spreekt dit tegen.
De Voorzitter: Er was bij de begrooting op een agent
meer gerekend daar het zoolang duurde eer de begrooting
was goedgekeurd, kon de vijfde agent pas in Juli worden
aangesteld en was er dus tot dien tijd een vacature.
De heer Wieland Neen, mijnheer de Voorzittereen
kind zou u dat anders uitleggen.
De Voorzilter: Dankje voor dat compliment.
De heer Wieland herhaalt dat de gemeente door 't vertrek
van Van Doeselaar voordeel genoten heeft en hij wil daarom
ook aan adressant een deel daarvan afstaan.
De Voorzitter komt ook nog op de zaak der politie terug,
om te betoogen dat er feitelijk wel een vacature was.
De heer Van der Moer wijst er naar aanleiding daarvan
op, dat velen de meening waren toegedaan dat die vijfde
agent niet noodig was.
Verschillende leden merken op dat de zaak over de politie
is afgedaan, en het dus onnut is om daarover nog te spreken.
De heer WielandBij de thans behandelde kwestie geldt
het de vraagwas er een onderwijzer noodig Die was er
noodig. Doordat er dus een vacature was hield de gemeente
geld in den zak en kan zij daarom nu wat geven.
De heer Van IJsselsteijn stelt voor om het adres te stellen
in handen van het hoofd der school, daar hij het toch indis
creet vindt dat een onderwijzer zoo'n verzoek aan den Raad
richt, zonder het hoofd daarin te kennen. We kunnen daarom
zegt hij diens advies vragen en dan overwegen of een
gratificatie billijk is.
Aldus wordt besloten.
7* Adres A. de Boe/der e. a. omvergunning tot hetplaatsen
van karren op gemeentegrond.
In dit adres, ingezonden door de verschillende voerlieden,
wonende in de buurt Java, wordt verzocht om hunne karren,
waarvoor zij geen bergplaats hebben, en die zij nu op den
openbaren weg moeien laten staan, te mogen plaatsen op
een nief gebruikt wordend terrein, behoorende aan school C.
De VoorzitterDit is weer de oude vraag. Het betreft
hetzelfde terrein dat door den heer Van de Ree was gevraagd.
De heer Van IJsselsteijn en andere leden zijn het daarmee
niet eens en vinden het heel iets anders, daar Van de Ree
het terrein wilde bebouwen en men het thans vraagt om er
wagens op te plaatsen, die ten alien tijde kunnen worden
opgeruimd.
De heer Van den Hoek is voor inwilliging, doch zou
voor 't gebruik een recht willen laten betalen, al was 't maar
een gulden.
De heer Van der Moer vindt het eigenlijk maar een vreemde
vraag. Er zouden ook anderen met dergelijke verzoeken
kunnen komen, onder voorgeven dat zij" geen bergplaats
hebben. Een timmerman zou b. v. ook kunnen vragen om
zijn materialen op gemeentegrond te mogen bergen.
De heer Wieland wijst er op dat het hier een eigenaardige
toestand is, daar de menschen vroeger hunne karren op grond
van den waterstaat mochten plaatsen. Daar dit niet^meer
m&g moesten de menschen ze hier en daar op straat zetten.
Hij ziet er geen bezwaar in om tot wederopzeggens de ver-
gunning toe te staan. Spreker heeft met de menschen er
over gesproken op het terrein, dat z. i. best kan gemist
worden, en ze hebben er niets tegen om een kleine huur
te betalen.
De heer Van IJsselsteijn: Er is veel voor, maar ook veel
tegen inwilliging van het verzoek aan te voeren. Ieder kent
de schooljengd eu als die met de daar te plaatsen karren
aan 'trijden gingen, zouden ook ongelukken kunnen voor-
komen. Ik ben dus niet tegen inwilliging van het verzoek,
maar dan zou het terrein van de school moeten afgesloten