Algemeen
Nieuws- en Advertentiehlad
voor
Zeeowsch-Vlaandereu.
Toezicht bouwen Postkantoor
No. 3601.
Dinsdag 19 April 1898.
38e Jaardang.
5EMEEUTERAAD.
Belasting op bedrijfs- en andere inkomsten.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Yoor
Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,32$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
FEUILL KTO 2SI
9)
Naar het Engelsch
VAN
HUGH CONWAY.
VI.
Het voordeel van ietnand, die geen verzonnen
verhaal, doch alleen een trouw verslag van gebeurde
zaken schrijft, is dat hij niet is gebonden aan
de erkende regelen der romanschrijverskunstdat
hij zijn vernuft niet behoeft te scherpen om zijn
lezers te misleidendat hij niets behoeft te ver-
zwijgen of onnoodig veel nadruk moet leggen op
sommige zaken, om geheimzinigheden te scheppen,
die aan het eind van het verhaal worden opge-
helderd. Gebruik makende van mijn voorrecht
als eenvoudig verteller, zal ik daarom hier ver-
halen wat er van miss Rowan geworden was,
zooals ik het mij naar mijn beste weten herinner
eenigen tijd later van haar eigen lippen gehoord
te hebben.
Toen de hegrafenis van de oude Schotsche
SAS TAN GENT.
Burgemeester en Wethouders van SAS VAN
GENT wenschen, tegen nader overeen te komen
voorwaarden, het opzicht van het in die gemeente
te bouwen Postkantoor met Directeurswoning op
te dragen aan hem, wiens teekening met bestek
en begrooting van bovenbedoeld gebouw geoordeeld
wordt het beste te zijn.
Zij, wier teekening met bestek en begrooting
in de tweede en derde plaats komen, gepieten elk
eene premie van f 25,deze teekeningen met
bestek en begrooting blijven eigendom der gemeente.
De platte-grondteekening van het gebouw ligt
ter secretarie der gemeente ter inzage.
Het gebouw mag, met inbegrip van alle onkosten,
ook die van toezicht, niet meerkosten dan 10,000.
De teekening met bestek en begrooting moet
voor den 25 April a. s., vrachtvrij bij den
Burgemeester worden ingezonden.
Nadere inlichtingen te bekomen ter gemeente-
secretaire.
Sas van Gent, den 14 April 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
JOH. VERSCHAFEEL.
De Secretaris,
L. N. STUBBE.
vrouw was afgeloopen en de opgekomen vrienden
vertrokken waren, bleef Madeline alleen in de
kleine boerderij met de twee knechten. Verschei-
dene vriendelijke menschen hadden aangeboden
bij haar te blijven, doch zij had die aanbiedingen
afgeslagen. Zij was niet in een stemming om
gezelschap bij zich te hebben, en bij verschil in
ras en opvoeding zou zij misschien weinig troost
gevonden hebben in de ongedwongen minder
beschaafde uitingen van het medegevoel, dat haar
betoond werd. Zij wilde liever alleen zijn met
haar smart, een smart, die in elk geval wel
moest gelenigd worden door de gedachte aan
haar naderend geluk, want de dag was niet ver
meer, dat haar geliefde tot haar zou komen om
zijn beminde bruid naar het altaar te leiden.
Zij gevoelde, dat zij niet lang alleen zou zijn,
dat Carriston haar te hulp zou Snellen zoodra
hij kennis kreeg van het overlijden harer tante.
In zulk een vreedzame godvreezende omgeving
was zij niet bang om alleen te zijn zonder be-
scherming. Bovendien was haar positie in deze
woning zeer goed aangewezen. De oude vrouw,
die kinderloos was, had aan haar nieht alles
nagelaten, wat zij bij haar dood bezat. Aldus
besloot Madeline rustig af te wachteu tot dat
zij iets van haren geliefde zou vernemen.
POLITIEK OVERZICHT.
De Belgische Senaat heeft met 47 tegen 39
stemmen en 3 onthoudingen het ontwerp tot vol-
komen gelijkstelling van de Vlaamsche met de
Fransche taal in alle officieele stukken goedsre-
keurd.
De Vlamingen te Brussel hebben het aannemen
der wet De Vriendt-Coremans gevierd met een
feestelijke bijeenkomst in de club „Gelijkheid,"
waar o. a. ook de afgevaardigden De Vriendt, Ema
nuel Hiel en Julius Hoste tegenwoordig waren.
Volgens officieuse berichten uit Havanna, te
Madrid ontvangen, kan men het einde van den
opstand verwachten. De regeering der opstan-
delingeu helt meer en meer over tot den vrede
en is genegen om over de onderwerping te onder-
handelen. Verder wordt medegedeeld, dat kolonel
Tejeda Holguin de opstandelingen heeft verslagen,
die 19 man verloren. Aan Spaansche zijde bedroeg
het verlies evenwel 25 man.
Het telegram is gedateerd 15 April. Uit de
inkleeding van het bericht is niet op te maken,
of dit gevecht voor of na de afkondiging van den
wapenstilstand heeft plaats gehad.
De ministerraad heeft besloten aan de vertegen-
woordigers van Spanje in het buitenland eene nota
te zeuden, geredigeerd door den Minister van
Buitenlandsche zaken, om plechtig te protesteeren
tegen het rapport der commissie van den Ameri-
kaanschen senaat, dat lasterlijk is voor de Spaansche
overheden te Havanna naar aanleiding van de ramp
van de Maine, en tegen de besluiten van de
Amerikaansche Kamer, die de pogingen en de
concession, door Spanje gedaan om den vrede te
bewaren, nutteloos te maken. De ministerraad
heeft voorts den Minister van buitenlandsche zaken
gemachtigd den gezant van Spanje te Washington
terug te roepen, zoodra de president de besluiten
van het congres zal hebben bekrachtigd.
Het besluit, waarbij de Cortes wordt bij een-
geroepen, wordt voorafgegaan door eenige overwe-
gingen, die het volgende inhouden De buitenge-
wone omstandigheden van het oogenblik en het
gewicht van de besluiten, die de regeering heeft
voor te stellen en te nemen eischen, dat, ofschoon
de samenkomst van de Cortes nabij is, de datum
daarvan wordt vervroegd, opdat de volkswil het
openbaar gezag moge leiden en licht verschaffen,
waaraan de grondwet de verdediging van de eer
en de onschendbaarheid van het gebied des vader-
lands heeft toevertrouwd."
De geheele pers betuigt hare instemming met
deze besluiten en constateerd, dat zij voldoening
hebben geschonken aan de verwachting van de
openbare meening van alle standen.
A1 de allures worden intusschen aangenomen
van een aanstaand ten oorlog trekken. Ten getale
van 20,000 man zijn troepen verplaatst. Acht
regimenten infanterie trokken naar New-Orleans,
zeven naar Mobile en andere zeven naar Tampa.
Er waren ook nog zaken te regelen, en bij
de hegrafenis had de heer Douglas uit Callendar,
de uitvoerder van het testament, gezegd, dat hij
gaarne spoedig een onderhoud met haar wenschte
te hebben. Hij bood aan den volgenden dag
per rijtuig naar de hoeve te komen, maar miss
Rowan, die behoefte had aan eenige vrouwelijke
benoodigdheden, die zij alleen in winkels kon
krijgen, antwoordde dat zij naar de stad zou
komen, in plaats van den heer Douglas zich te
laten vermoeien door zulk een verren tocht per
rijtuig.
Ondanks het bijgeloovige element in haar karakter,
was Madeline een dapper meisje, en ondanks
haar verfijnde schoonbeid was zij sterk en gezond.
i/\roeg op" luidde de regel in dit nederige huis,
alzoo was zij voor 's morgens zeven uur gereed
om naar de stad te rijden. Aanvankelijk was zij
van plan den knecht mee te nemen, die het ruwe
werk buiten de deur deed, maar hij was aan eenig
werk bezig, en bovendien was hij een praatzieke
kwant, die onderweg zeker aanhoudend zou
babbelen. Dezen morgen wenschte miss Rowan
geen ander gezelschap dan haar eigen gedachten,
een mengeling van droevige en opvroolijkende
gewaarwordingen. Zij kende den weg op haar
duimpje zij duchtte geen kwaad zij zou
Zes regimenten cavalerie, alle beschikbare batterijen
en, op twee na, alle artillerie-regimenten gaan
naar Chickamanga. Ook aan de kust, bepaaldelijk
die van Florida, worden troepen samengetrokken.
Het ,/vliegend eskader" is van zijn oefentocht
te Hamton Roads, Virginie, teruggekomen.
Het blijkt, dat de Italiaansche rnilitaire attache
Panizzardi, evenals Von Schwarzkoppen destijds
deed, zijne terugroeping gevraagd heeft, waarin
Le Siecle een nieuw bewijs ziet voor Esterhazy's
schuld.
Deze heeft nu eindelijk weder eens aan een
verslaggever een onderhoud bewilligd en daarin
verklaard, dat hij besloten heeft ,/zich niet meer
met de zaak in te laten." Hij had met Picquart
willen duelleeren j dit was op diens antwoord
afgestuit,/de eerlijke lieden konden de zaak nu
beoordeelen." Hij hoopte, dat Von Schwarskoppen
zou sprekendat zou veel aan het licht brengen.
De verhalen van Casella waren onwaar. Esterhazy
begreep niet, dat het land betrekkelijk zoo rustig
bleef tegenover deze ,/bende kosmopolieten" hij
voelde veel voor straatmanifestatie. Wat hem
betrof, hij zou nu verder in het duister blijven,
en de toekomst zou bewijzen, dat hij daarmee de
wijste partij had gekozen, enz.
Wanneer men het nederig veldviooltje maar
niet eeDs op een dag ruwelijk uit zijn schaduw
te voorschijn haalt
Omtrent de reis onzer Koninginnen meldt men
't volgende
Een echt Parijsch straattooneeltje, dat onderweg
voorviel, vermaakte de jonge Koningin zeer. Ter
hoogte van de rue de Chabrol stonden de paarden
van het Koninklijk rijtuig plotseling voor een
stoomtram, die gelukkig onmiddellijk stopte, terwijl
aan weerszijden twee zwaarbeladen kolenwagens
langzaam en met moeite de op dit gedeelte vrij
sterk hellende rue Lafayette overstaken. De
machinist van de stoomtram, die verhinderd werd
door te rijden door het Koninklijk rijtuig, wierp
den onbeweeglijk op den bok zittenden koetsier
van de Koningin een aantal scheldwoorden naar
het hoofddeze echter zweeg als het graf.
De Koninklijke reizigster die, sedert haar aan-
komst, in het Parijsehe straatgewoel veel belang
scheen te stellen, lachte hartelijk om dit voorval.
Een eind verder lichtte een agent van politie
bevelend zijn witten stok op, ten teeken, dat het
rijtuig moest stilhouden. De koetsier hield de
paarden onmiddellijk in. Ditmaal boog Koningin
Wilhelmina zich buiten het rijtuig en uitte zoo
luide haar vroolijkheid, dat de Koningin-Regentes
zelf er om moest lachen.
Eindelijk liet de agent den stok weer zakken
ten teeken dat de Koninginnen konden passeeren.
Voor de Opera gekomen, tikte de Koningin
weer thuis zijn lang vdor de duisternis de pony
was mak en te vertrouwen, alzoo ondernam Madeline
den tocht van twaalf mijlen geheel alleen in het
primitieve rijtuig.
Onderweg ontmoette zij weinig volk, ja, als zij
het zich goed herinnerde, dan ontmoette zij slechts
een of twee toeristen te voet, die een gedeelte
van hun dagtaak in den vroegen morgen afdeden.
Ik twijfel er niet aan, of Miss Rowan is hun
voorgekomen als een voorbijgaand vizioen van
liefelijkheid. Maar toen zij een paar mijlen van
Callendar was, zag zij een jongen op een pony
naderen. De knaap, die haar van gezicht moet
gekend hebben, hield stil en gaf haar een tele
gram. Zij moest verscheidene schillings betalen
voor de bestelling ervan, zoo ver buiten den kring
van het kantoor. De jongen reed in galop weg,
verheugd dat hem een langen rit bespaard was,
en miss Rowan scheurde den omslag open, dien
zij in de hand hield.
Het bericht lnidde,/De heer Carr is ernstig
ziek. Kom dadelijk over. In Londen zult ge
afgehaald worden."
Madeline begon niet te gillen en viel ook niet
in zwijm. Een enkele zachfe zucht gaf lucht
aan haar smart, toen drukte zij de tanden op
elkaar, en met een gelaat, dat duidelijk verried
TER \EI ZENSCH COIJRAVT
tir»a ir_M.i..a on nvi^n. Ii i I di>n if ir«>v**v P. .M Vll
lilt hind verscfiijnt jinnudntr-, Woensdag- en Vrijdagavond) uitgeionilerd Feestriageo, bij den uitgever I". J. VAX OK RAHDK) te Ter Teuzen.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN
maakt bekend, dat Openbare Vergadering van den
Gemeenteraad is belegd tegen llonderilag 21 April
1SOW, voormiddags 10 uren.
Ter Neuzen, 18 April 1898.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
De Bnrgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
Gezien de circulaire van den Commissaris der Koningin
in Zeeland van 9 April 1898, A no. 298, l8te afdeeling (Provin-
ciaal blad no. 48)
maken bekend:
dat de aanvang van het beschrijvingswerk voor de belasting
op bedrijfs- en andere inkomsten voor het dienstjaar 1898/9,
door den Commissaris der Koningin is bepaald op %Aterda.s>
7 flei en dat het werk der commissien van aanslag
behoort te zijn afgeloopen op 1 October daaraanvolgende
en dat de voornaamste verplichtingan welke het publiek
heeft te vervnllen, zijn voorgesehreven bij de navolgende
artikelen der wet van 2 October 1893 (Staatsblad no. 149)
die luiden
Artikel 15.
2. Ieder die optreedt als bestuurder of beheerend vennoot
van eene hier te lande gevestigde vennootschap, onderlinge
verzekeringmaatschappij, cooperatieve vereeniging, of van eene
vereeniging of stichting die een bedrijf of beroep uitoefent, of
als boekhouder eener hier te lande gevestigde reederij, is ge-
houden daarvan schriftelijk binnen eene maand kennis te geven
bij het bestuur der gemeente waar hij woont.
Het gemeentebestuur handelt met deze kennisgeving opde
wijze voorgesehreven in de laatste zinsnede der vorige paragraaf.
Artikel 16.
Hier te lande wonende beheerende venneoten van Neder-
landsche vennootschappen en maatsehappen, als bedoeld in art.
6 2, en van de in art. 1 b bedoelde commanditaire vennoot
schappen op aandeelen, bestuurders van hier te lande ge
vestigde naamlooze vennootschappen, cooperatieve en andere
vereenigingen, en onderlinge verzekeringmaatschappijen, als
ook boekhouders van hier te lande gevestigde reederijen mogen
niet tot het doen van uitdeelingen of uitkeeringen, waarover
volgens art. 5 1 en 2 en art. 6 2 belasting verschuidigd
is, overgaan alvorens daarvan aangifte gedaan en de over
vroegere uitdeelingen of uitkeeringen verschuldigde belasting
betaald te hebben.
Bij liquidatie mogen de hier bedoelde uitdeelingen of
uitkeeringen niet geschieden, alvorens de daarover verschuldigde
belasting is voldaan.
Artikel 45.
Bestuurders van de bij art. 1 b en c bedoelde naamlooze
vennootschappen, cooperatieve vereenigingen, andere vereeni
gingen en stichtingen, die een bedrijf of beroep nitoefenen,
onderlinge verzekeringmaatschappijen en societeiten, alsook
beheerende vennooten van hier te lande gevestigde comman
ditaire vennootschappen op aandeelen en boekhouders van
hier te lande gevestigde reederijen, zijn gehouden binnen
veertien dagen na de vaststelling van balans of rekening een
zoodanig uittreksel als noodig is tot toelichting der winst,
uitkeeringen of uitdeelingen te doen toekomen aan den
voorzitter der commissie van aanslag, bedoeld bij art. 19 1 b
of 2, die den aanslag moet regelen.
Artikel 47.
5. Hij, die daartoe gehouden, nalaat de verplichtingen
na te komen bedoeld bij art. 15 1 eerste lid, en art. 15 2
.eerste lid, wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste/25.
Gelijke straf wordt opgelegd in geval van overtreding van
*rt. 45.
6. Overtreding van art. 16 wordt gestraft met eene
geldboete van ten hoogste f 400.
Artikel 34.
Handelsreizigers, kramers en alle verdere personon, die hun
bedrijf of beroep rondtrekkende nitoefenen, voor zoover zij
behooren tot de bedoelden bij art. 1 a, h en k, zijn gehouden
onverminderd hunne verplichtingen omschreven bij artt. 12
en 14, zich ter plaatse binnen het Rijk, waar zij zich na het
begin van het belastingjaar het eerst bevinden, bij het ge
meentebestuur schriftelqk aan te melden, met opgaaf van
hun naam, hunne woonplaats en hnn bedrijf of beroep. Ten
blijke dat zij hieraan voldaan hebben, ontvangen zij kosteloos
een door of vanwege het hoofd van dat bestuur onderteekend
Bewijs, dat zij gehouden zijn mede te onderteekenen en op
aanvraag aan ambtenaren der directe belastingen te vertoonen.
Artikel 47.
7. Personen, die van een bewijs voorzien moeten zijn als
bedoeld in art. 34 en die in gebreke blijven dit bewijs op
aanvrage aan bevoegde ambtenaren te vertoonen, worden
gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 25.
Geven zij ter bekoming van dat bewijs aan het bevoegd
gezag een valschen naam, woonplaats, bedrijf of beroep op.
of maken zij gebruik van het aan een ander afgegeven bewijs,
dan worden zij gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 150.
Eindelijk vestigen zij nog de aandacht op de in art. 12 2,
2e lid 1° d aan de ingezetenen van het Rijk verleende be-
voegdheid om zich bij de aanstaande beschrijving de uitreiking
van een beschrijvings-biljet B te verzekeren, door voor of
op 14 »ei n. n. het verzoek daartoe te richten tot den
Ontvanger der directe belastingen over hunne woonplaats.
Ter Nenzen, den 16 April 1898.
De Burgemeester en Wethonders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
De Secretaris,
J. WISKERKE.
TE