J
A 1 g e m e e n
Nienws- en Advertentieblad
voor
Zeeowsch-Vlaanderen.
No. 3597.
7 April 1898.
HET T WEEDS 82ZI3HT.
Donderdao;
38e daar^ao^.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
POLITIEK OVERZICHT.
Te Washington is een kentering ingetreden
door een ongesteldbeid van Mac Kinley, den
president der Unie, welke de grootst mogelijke
rust noodig doet zijn, is de Boodschap aan het
Congres niet gereed gekomen (drie maal heeft de
afgebeulde president een klad ervoor verscheurd)
en de heeren van den Senaat zullen nu, naar
't zeggen van den president der coinmissie van
buitenlandsche zaken, geduld oefenen tot morgen,
terwijl de Kamer zelfs tot Vrijdag kalm wil
blijven
't Zou de toeleg zijn het Congres te doen terug-
komen van het plan om Spanje's antwoord te
gebruiken als directe aanleiding tot de oorlogs-
verklaring.
Ondertusschen worden de oorlogstoebereidselen
van beide zijden voortgezetaan de haven van
New-York is reeds bijna een millioen dollars ten
koste gelegd, alleen voor onderzeesche mijnen en
in Spanje legt men de laatste hand aan de voor-
bereiding der mobilisatie van laud- en zeemacht.
Er blijkt wat van af te moeten, en helaas
wat heel veel ook, van het bericht omtrent het
aanbieden en aanvaarden van Pauselijke bemiddeling
in het Spaansch-Amerikaansch geschil, gelijk die
eenmaal het Duitsch-Spaansch conflict betreffende
de Carolinaeilanden beslechtte.
De zaken zijn aldus gelegen
Alvorens zich tot de Spaansche Regentes te
wenden, deed de Paus, door den nuntius te Was
hington, bij President Mac Kinley aanvragen of
het hem aangenaam wezeu zou wanneer de H. Stoel
der Regentes aanried een wapenstilstand te bewilli-
gen, waarop de President antwoordde, dat hij in-
derdaad gaarne zoude zien dat Z. H. in deze alles
deed wat in zijn vermogen was.
Alsnu volgde de bekende stap bij de Koningin-
Regentes. Maardaaromtrent is minder juist bericht,
blijkt nu, dat daarbij een bemiddelingsvoorstel werd
gedaan. De nuntius vroeg alleen namens den
Paus of de Regentes bereid was op Cuba eenen
wapenstilstand te bewilligen met het doel om aan
de Cubaansche overheden gelegenheid te geven
met de opstandelingen in ouderhandeling te treden
over het sluiten van den vrede.
Minister Moret y Prendergast had hierop een
onderhoud met den Amerikaanschen gezant, den
heer Woodford, en deelde hem mede, dat Spanje
tot de onmiddelijke afkondiging van zoodanigen
wapenstilstand bereid was.
Met zekere bitse kortheid werd van de zijde
van den Amerikaanschen President omtrent de
F FXJILLKTOISI
6)
Naar het Engelsch
VAN
HUGH CONWAY.
IV.
Ik was goed in de gelegenheid om Madeline
Rowan gade te slaan. Hoe vreernd en slecht ter
plaatse schenen haar naam en haar gelaat hier in
deze omgeving. Was zij eerst wat schuw en
teruggetrokken, spoedig, zij het ook ter wille van
Carriston, beschouwde zij mij als een vriend en
praatte vrijmoedig en zonder terughouding met
mij. Toeu bemerkte ik, dat heur aard even goed-
hartig als haar gelaat schoon was. Zij maakte
zulk een gunstigen indruk op mij, dat met
uitzondering van een betwistbare reden ik
overtuigd moest zijn van Carriston's goede keuze
en van zijn geluk, als hij haar trouwde ongeacht
haar uederigen stand en haar geinis van een be-
hoorlijk fortuin. Wanneer zij eenmaal zijn vrouw
was, zou zij in de goede kringen zeker opgang
maken, als zij dat wilde haar houding en blikken
waarborgden dat. En de groote verbetering, die
ik had opgemerkt in zijn gezondheid en zijn stem
ming, gaf mij grond om te gelooven, dat dit
huwelijk zijn leven langer, gelukkiger en beter
zou maken.
En nu mijn tegenwerping, die misschien
belachelijk te noemen is. Ik vond het een be-
zwaar, dat Charles Carriston en Madeleine Rowan
loopende bemiddelingsgeruchten getuigd „Daar
weet ik niets van maar ik verwacht wel elk uur
eene depeche van de Spaansche Regeering, dat een
formeel wapenstilstands-voorstel aan de opstande
lingen is gedaan."
In het Lagerhuis van Engeland verklaarde de
onder-staatssecretaris van buitenlandsche zaken,
Curzon, dat de aandacht van graaf Murawiew was
gevestigd op het niet noemen van Port Arthur
in de nota van 28 Maart. De Russische minister
van buitenlandsche zaken heeft daarop geantwoord
dat hij zich vereenigt met de verzekeringen, die
den 16n Maart zijn gegeven aan den Britschen
gezant te Petersburg.
Het is met goedkeuring van Japan, dat China
Wei-Hai-Wei in pacht aan Engeland heeft afge-
staan. Met de regeering van het eilanderij was
vooraf een overeenkomst gesloten en Engeland
zal bezit nemen van Wei-Hai-Wei, zoodrn. China
in Mei het nog resteerende deel der oorlogs-
schatting zal hebben afgedaan aan Japan.
De Sieele maakt een uitvoerig schrijven open-
baar, geteekend door een „diplomaat," waarin
deze eeu historisch overzicht geeft van de betrek-
kingen tusschen den Duitschen militairen attache
Schwarzkoppen en Esterhazy. Deze is de agent
van Schwarzkoppen geweest, die niet minder dan
112 mededeelingen van hem heeft ontvangen.
Toen Dreyfus in 1894 veroordeeld werd, meende
Schwarzkoppen, dat Dreyfus voor rekening van
een andere macht gespionneerd had. Den 10den
November publiceerde echter de Matin het borderel
en Schwarzkoppen zag toen aan het schrift, dat
Dreyfus veroordeeld was op grond van een van
Esterhazy afkomstig document. Toen later Ester-
hazy doodelijk beangst bij Schwarzkoppen kwam
beloofde deze hem geheimhouding, doch het valt
den Duitschen officier op den duur moeilijk het
zwijgen te bewaren.
Het schrijven eindigt met de woordenHet
staat vast, dat de ware stukkenleverancier van
kolonel Schwarzkoppen Esterhazy en niet
Dreyfus was.
Maandag eindigde Dr. Kosman zijn onder-
richt aan H. M. de Koningin in de Duitsche
taal- en letterkunde. H. M. de Koningin-Regentes
benoemde Dr. Kosman tot officier in de orde van
Oranje-Nassau.
Het galarijtuig, waarin H. M. Koningin
Wilhelmina in den stoet bij inhuldiging en intoeht
zoo buitengewoon veel op elkaar geleken, zoo
veel als een man bij mogelijkheid op eene vrouw
kan gelijken. Hoe meer ik hen bij elkaar zag,
hoe meer mij dit trof. Een vreemde kon hen
zeer goed voor tweeling-broeder en zusler hebben
aangezien. Zij hadden dezelfde mooie gelaatstrek-
ken met dezelfde uitdrukking, dezelfde zachte,
donkere droomerige oogen, zelfs de vorm der
hoofden kwam overeen. Wanneer men hen ver-
geleek, behoefde men geen schedel- of gelaatkundige
te zijn om te zeggen, dat waar de een in uitmuntte,
de auder dit ook deed, waar de een in te kort
schoot, ook de ander dit deed. In geval ik voor
mijn vriend een vrouw had moeten kiezen, zou ik
er zeker eene gekozen hebben, die in aard en
gewoonten geheel met hem verschilde. Zij had
een mooie, luidruchtige drukke vrouw moeten zijn,
met vasten wil en gezond verstand, eene die
hem durfde aanpakken en hem in de bedrijvigheid
hield en niet een beminnelijk, donkeroogig,
droomerig meisje, dat zich gelukkig kon gevoelen
door uren lang aan de voeten van haren beminde
te zitten zonder een woord te spreken. Zij waren
echter een mooi paar, en nooit zag ik twee jon-
gelieden, die elkaar zoo aanhingen, als deze twee
gedurende de herfstdagen, die ik met hen doorbracht.
Spoedig kreeg ik een duidelijk bewijs van hunne
nauwe zielsverwantschap. Op zekeren avond zaten
wij buiten, Carriston, Madeline en ik, en keken
naar de grauwe mist, die in de vallei aan onze
voeten afdaalde.
Twee van het gezelschap zaten natuurlijk hand
in hand, de derde op een bescheiden afstand
niet zoover dat hij niet aan het gesprek kon deel-
nemen, maar ver genoeg om alleen te zien en te
plaats neemt, is beproefd. Het prachtige wit
satijnen met goud georueerde rijtuig is echter nog
pas in ruw hout gereed. HH. MM. hebben het
op de binnenplaats der Koninklijke stallen in
Den Haag bezichtigd en Haar goedkeuring gegeven
om het af te werken.
De galakoets zal ongeveer f 18,000 kosten.
Door de firma Blooker is aangeboden om op
6 September, den inhuldigingsdag van de Koningin,
aan alle onderofficieren en minderen bij leger en
marine kosteloos cacao te doen verstrekken en
daartoe aan de verschillende garnizoenen, zonder
kosten voor het Rijk, de noodige suiker en cacao
toe te zenden. Dit aanbod is door de ministers van
oorlog en marine aangenomen.
Naar het Vaderland verneemt zal de Tweede
Kamer 26 April bijeenkomen en dan het dienst-
plicht-ontwerp ter dadelijke behandeling gereed
vinden.
Het gezamenlijk bedrag der totnogtoe bij
het subcomite te Amsterdam tot ondersteuning
van de noodlijdende te Amboina toegezegde en inge-
komen bijdragen is 9324,50.
In de Zandkreek, tusschen Noord- en Zuid-
Beveland is men tegenwoordig druk bezig met
het zaaien van mosselzaad, afkomstig uit de
Zuiderzee.
Dit geschiedt met het oog op de goede kwaliteit
van de daar gefeelde mosselen, en wijl de hoeveel-
heid, die daar tot heden werd aangetroffen gering is.
Een vroolijken aanblik levert tegenwoordig
de Zuiderzee om en in de haven van Urk op.
Nu de haringvisscherij in vollen gang is, schijnt
het wel of die visch zish voornamelijk alleen bij
Urk ophoudt. Tallooze botters en booten niet
alleen van Urk, maar ook van Enkhuizen, Marken,
Lemmer, Kainpen, Bunschoten, Huizen en andere
visschersplaatsen aan de Zuiderzee zijn daar
in alle richtingen zeilende, en hebben vooral deze
week aanzienlijke vangsten haring te Urk aange-
bracht. De aanvoer aldaar wordt deze week geraamd
op ongeveer 130 last of 130 X 50 tal r= 6500 tal,
welke voor 1,50 a f 2 per tal werd afgeslagen.
Verreweg het grootste deel dier vangst werd door
vischkoopers van Huizen naar de rookerijen aldaar
vervoerd.
Hoewel de haringvisscherij niet door de geheele
Urker visschersvloot wordt uitgeoefend, wij] de
meeste Urkervisschers steeds op de Noordzee werk-
zaam zijn, toch wordt op het eiland van deze
teelt veel voordeel genoten door de vele visschers
van elders, die dagelijks aldaar verkeeren.
hooren, wat voor zijn oogen en ooren bestemd was.
Hoe sommige onderwerpen, die ik tegenover
Carriston zeker niet zou aangeroerd hebben, in
het gesprek kwamen, weet ik niet juist meer.
Waarschijnlijk had een van beiden een van die
wonder] ijke verhalen opgedischt, die onder de
Schotsche Hooglanders in omloop zijn en die bij
de overlevering van den een aan den ander nog
verfraaid en vermeerderd zijn geworden. Aan haar
angstigen blik bespeurde ik weldra, dat Madeline
even vast in wonderlijke en bovennatuurlijke
zaken geloofde, als Carriston in zijn treurigste
oogenblikken had kunnen doen. Zoo gauw moge-
lijk stoorde ik den loop van dit gesprek, en den
volgenden dag het meisje eenige oogenblikken
alleen aantreffende, zeide ik haar ronduit, dat
onderwerpen van dien aard zoo ver mogelijk van
de gedachten van haar toekomstigen echtgenoot
moesten gehouden worden. Zij beloofde, dat zij
aan mijn wenk gehoor zou geven met droome
rige oogen, die in de verte staarden, alsof ze een
visioen zagen, precies als Carriston.
z/Oh ja," zeide 'ik, //heeft hij ooit met u gespro-
ken over het zien van vreemde dingen
z/Ja, hij heeft er op gezinspeeld."
z/En gelooft ge hem P"
//Natuurlijk doe ik dat; hij vertelde het mij."
Hier zouden redeneeringen niet helpen. //Dat
zal een mooi paar zijn," mompelde ik, terwijl
Madeline wegslipte om Carriston, die naderbij
kwam, te begroeten. //In iederen hoek zullSn
ze geesten zien, en kaboutermannetjes achter elk
gordijn."
De jongelieden twijfelden echter volstrekt niet
aan hun toekomslig geluk rustig en aangenaam
TER NEUZEN, 6 April 1898.
De hulpbinnenloods C. A. van Hoepen alhier,
wordt overgeplaatst naar Vlissingen.
Het was gisterenavond zeer gezellig in het
gebouw van de //Vereenigde Handwerkslieden",
waar de leden en enkele donateurs, velen met
hunne dames, waren saamgekomen voor het bij-
wonen van de feestelijke jaarvergaderiug van
genoemde vereeniging.
Nadat de voorzitter in korte woorden de opge-
komenen had verwelkomd, gaf hij het woord aan
den eere-voorzitter, den heer Eijke, om het verslag
over het afgeloopen jaar uit te brengen. Daaruit
bleek dat aan het eind van het jaar de vereeni
ging bestond uit 1 eere-voorzitter, 3 eere-leden, 44
donateurs en 42 gewone leden. Het aantal dona
teurs was met twee verminderd, dat der leden
met 2 toegenomen.
De totale inkomsten bedroegen f 617,50 waar-
onder f 296,70 aan contributie van leden en
donateurs en f 144,96 voor verhuring van het
gebouw en is daaronder ook begrepen verkooj#
van een Rotterdamsch lot a f 108,10, waarmede
het kapitaal der vereeniging verminderde.
Uitgegeven werd totaal 411,20$, waaronder
166 voor rente en aflos van kapitaal voor het
gebouw. Aan ziekeugeld werd slechts uitgekeerd
28,80. Het goed slot der rekening is dus
206,31$.
Hoewel het wenschelijker was dat de vereeniging
ten alien tijde over haar gebouw kon beschikken,
mocht voorshands nog berust worden in gedeelte-
lijke onttrekking, voornamelijk door verhuring aan
het Heilsleger.
Op het gebouw rust eene hypotheek van /"1200
a 4$ terwijl de schuld aan grondkapitaal na
aflos met f 100 nog bedroeg f 300, welke som
weer met f 328 is vermeerderd, wegens aankoop
van een naast het gebouw openliggende strook
grond. Het voornemen bestaat ook deze te be-
bouwen. Daar de noodzakelijkheid van uitbreiding
van het gebouw een gevolg zou zijn van het
toenemen der leden en van grooter verrichtingen,
zou eene nieuwe hypotheek-leening wel zijn te
sluiten en rente-betaling en aflos verzekerd zijn.
Op 31 Dec. bezat de vereeniging aan kapitaal
voor de verschillende fondsen en voor aflos pi. m.
355.
De zangafdeeling //Geduld overwint" neemt
voortdurend in bloei toe. Zij bestond op het eind
van 1897 uit 30 leden en 56 donateurs; het
zuiver goed slot der afdeeling bedroeg f 11,50.
ging het leven voor hen daarheen. Carriston had
onmiddelijk bij Madeline's tante aanzoek gedaan
en kreeg spoedig de toestemming der oude Schotsche.
Eigenlijk was ik een beetje geergerd, omdat hij
bleef volharden bij de vreemde gril, dat hij zijn
waren naam verborgen hield. Hij vertelde mij,
dat hij bang was dat Madeline's tante ongerust
zou worden, wanneer hij haar zeide, dat hij slechts
een aangenomen naam voerde, en als hij aan
Madeline de ware reden daarvau mededeelde, zou
zij zich maar ongelukkig gevoelen. Ook bespeurde
ik, dat hij het romantische plan had gevormd met
haar in het huwelijk te treden zonder haar te
vertellen in welke benijdenswaardige positie zij
zou komen, wat het finantieele betreft. Onge-
twijfeld had zijn verbeeldingrijke geest de gedachte
aan zulk eene verrassing a la Lord Burleigh met
voorliefde gekoesterd.
De laatste dag van mijn vacantie brak aan.
In weinig opgewekte stemming nam ik afscheid
van de meren en bergen, en in gezelschap van
Carriston keerde ik naar Londen terug. Ik was
niet tegenwoordig bij het eigenlijke afscheid nemen
der jonge lieden, dat was veel te heilig om
mij daarbij op te dringen maar toen dit ein-
delijk achter den rug was, stond ik nog vele
minuten te wachten, terwijl Carriston haar hand
in de zijne hield en zichzelven en haar trooste
met telkens te zeggen ,/Het duurt slechts zes
weken slechts zes weken En dan en
dan
Het was Madeline, die zich eindelijk losmaakte
en been gingtoen stapte Carriston met tegenzin
op den primitieven wagen en kwam naast mij zitten.
(Wordt vervolgd.)
EDZEN
»i* tolad verse liijnt Woenidag. en Vrij<la«avonit, uHge»underd op Fee»<d»gen, hij den nttgever J. HI SAXPE te Ter *'enzen.