BIJVOEGSEL Ter Meuzensche Courant Zaterdag 12 Februari 1898. No. 3574. Buitenland. BE BEITEIIQEBIR. Gemengde berichten. Er zijn er, die na de derde, de laatstgehoudeu zitting van het hof van assisen te Parijs, een nieuwe behandeling van de zaak-Dreyfus vroeger of later onvermijdelijk heeten er zijn er zelfs, die spreken van de vernietiging van de uitspraak van den eersten krijgsraad van 1894; er zijn er, die uit de weigering van den chef van den generalen staf generaal De Boiideffre en den vroegeren Minister van oorlog Mercier om te antwoorden op bepaalde, hun door de verdiging gestelde vragen, de beken- tenis distilleeren van het bestaan van een geheiin stuk, waarop Dreyfus veroordeeling zou gebaseerd zijn en waardoor het vonnis dus onwettig zou zijn gevelder zijn er, die in de- aanwezigheid van de getuigen generaal Gonse, generaal Bois- deffre, kapitein Lebrun-Renault e. a. eergisteren in de zittingzaal tijdens de behandeling der zaak en terwijl zij nog niet waren opgeroepen, een middel zien tot cassatie van de zaak-Zolaer zijn er, die meenen, dat de geregeld weerkeerende conclusion van de verdediging, niets anders be- doelen dan de ongeldig- en onwettig-verklaring der procedure tegen Emile ZolaZola is aange- klaagd wegens de door hem tegen den tweeden krijgsraad ingebrachte beschuldiging de onwettig- heden van den anderen krijgsraad te hebben ge- dekt en nu wordt hem de bewijslevering van deze onwettigheden verhinderd Hoe 't zij, men kan niet zeggen dat de zittings- dag van eergisteren een verloren dag is geweest, al kan dan ook niet gesproken worden van vol- komen opheldering of zelfs maar van een enkelen lichtstraal aan den verren horizon, als eerste bode van den komenden dageraad Is er eergisteren eigenlijk wel steeds gesproken over de door Zola tegen den tweeden krijgsraad ingebrachte beschuldigiugen, is niet veeleer de zaak- Dreyfus op den voorgrond getreden, het Hof en den militairen getuigen van hoogen rang ten spijt Generaal Boisdeffre, generaal Gonse en in de eerste plaats generaal Mercier hebben enkele malen geantwoord op door de verdediging in de zaak-Zola gestelde vragen rakende de zaak-Dreyfus. 't Draaide in hoofdzaak alles om het geheime document. Is er een geheiin stuk voorgelegd, dat de rechters in de zaak-Dreyfus het schuldig aan landverraad heeft doen uitspreken, ja of neen Generaal De Boisdeffre heeft niets anders mede- gedeeld dan men verwachten kon, hij heeft de liouding van den generalen staf gekenschetst zooals men die sinds lang kendede oud-minister van oorlog generaal Mercier was vrij gereserveerd, hij liet niets los, doch deed ook niets om de meening op te heffen dat den rechters van Dreyfus is voor gelegd een geheim stuk, buiten voorkennis van den aangeklaagde. 't Belangwekkendst wel was het vertoog van den vroegeren minister van justitie Trarieux, waarin hij in den breede uitlegde hoe hij allengs tot de overtuiging is gekomen, dat er in de zaak-Dreyfus iets niet in den haak was en hoe hij de partij koos van hen, die licht en klaar- FEUILLET'ON Vrij bewerkt door A MO. 15) Op het kleine plein voor de Conciergerie ver- drong zich een menigte volks. Men schreeuwde en joelde, zong en dronk. Jacques Beauchene baande den meisjes een weg door het gewoel, bracht ze in een groote hal, waar sansculottes met pieken rookend en pratend bijeenstonden, en wenkte een van hen tot zich. tfWat wilt gij, burger?" vroeg deze. Jacques wees hem op Madeleine. ,/Ik wensch in de zalen der gevangenen geleid te worden," zei Madeleine met merkwaardige vast- heid „hier is mijn verlofbewijs." ,/Verlofbewijs," mompelde de sansculotte en keerde het papier om en om. //He, Brutus, kom eens hier Kun jij lezen De geroepene wendde zich om, maar kwam geen stap nader. Zoo moest men ten slotte wel tot hem komen. Lezen antwoordde de man. //Lezen? Wat voor den duivel behoeven wij te lezen Al onze ellende komt van die vervloekte prulschriften. Werpt haar met dat vod de trappen af zij is een aristocratische, men ziet het aan haar bleek gezicht en fijne handen." z/Ts burger Lanjon niet hier?" riep Madeleine in haar angst. ,/Ik wil naar burger Lanjon." z/Burger-intendant Lanjon riep een der sans culottes. //Ja, juist, breng haar daarheen, dan kan zij hem haar zaak voordragen." Onder begeleiding van eenige piekdragers klom men nu nog een paar trappen op en kwam in heid wildengisteren is hij door de verdediging ondervraagd geworden. Het Berl. Tageblatt doet een geheimzinnig ver- haal van den oorsprong van de zaak-Dreyfus, dat wel is waar ongeloofelijk klinkt maar er zijn in deze zaak zoovele onwaarschijnlijkheden waarschijn- lijk geworden, dat wij ook dit verhaal niet met stilzwijgen kunnen voorbijgaan. Het blad vertelt dat in een oostelijk gelegen staatkundig centrum (bedoeld is Petersburg) bij gelegenheid van een vriendschappelijke bijeenkomst van hooggeplaatste diplomaten de zaak-Dreyfus ongedwongen werd besproken. Een der staatslieden, die een zeer goedklinkenden naam draagt, liet zich toen ongeveer als volgt uit z/Ik acht een herziening van het proces-Dreyfus van het Eransche standpunt onmogelijk en mijns inziens is de herziening dan ook buitengesloten. Niet een enkele persoon maar een geheel consor tium heeft militaire plannen van Fraukrijk aan Rusland verkocht. De verzending van al deze stukken naar Rusland geschiedde steeds onder den naam Dreyfus. Dreyfus zelf had van dit misbruik van zijn naam niet het geringste vermoeden en in Rusland zal men in het eerst ook wel niet geweten hebben dat deze naam een gefingeerde was. z/Maar weldra rees er bij Rusland op dit punt verdenking. Men bedacht dat het toch niet waar- schijnlijk was dat een of meer verraders hun eigen naam zoo onvoorzichtig zouden blootstellen. Wat later werd dan ook het geval opgehelderd. z/Intusschen waren de betrekkingen tusschen Rusland en Frankrijk steeds beter geworden en leidden zij tot de entente, later het verbond. Toen deze vorm begon te rijpen, toen Rusland voldoende inlichtingen over het Fransche leger bezat en zijn verhouding tot de republiek zeer nauw beloofde te worden, besloot men aan de Newa, om niet moeilijk te begrijpen redenen, de machthebbenden in Frankrijk op de hoogte te brengen van wat er voorviel. En zoo gaf Rusland zelf in behoorlijken vorm en metgepaste argumenten den verrader, die thans overbodig was geworden, prijs en bewees der republiek tevens een vriend- schapsdienst. z/Nu verkeerde Frankrijk in een moeilijk geval. Te Parijs stond men verstomd, de ontdekking van het consortium van verraders verwekte ontsteltenis, maar men waagde het niet iets tegen Rusland te zeggen. Daarom besloot men toen den gewonen zondebok, Duitschland, voor de zaak te spannen en men liet de verdenking op dit rijk vallen. De ingewijde kringen grepen het snoode middel zonder bedenkeu aan en de openbare meening in Frankrijk geloofde zonder meer aan de beschul diging van Duitschland. Aan den krijgsraad, waar- voor Dreyfus terechtstond, werd eveneer.s in alien vorm medegedeeld dat Duitschland zich van Dreyfus als spion heeft bediend." Afgescheiden van de beweging ,/Sluit Schie dam", gaat 't er in dat stadje hoe langer zoo bedroefder uitzien met het brandersvak. Er zijn reeds eenige honderden branderijen minder dan in vroegere jaren, toen de jeneverstad nog in haar bloei was maar nog steeds gaat de eene na de andere onder den hamer en worden ze gekocht door den slooper en verdwijnen. Zij, die hun zaken niet laten stilstaan of ver- koopen, nemen toch maatregelen tot inkrimping. een bureau, waar Madeleine een man gewaar werd, die aan een lessenaar zat te schrijven. Het bleek, dat de burger-intendant Lanjon niet aanwezig wasmaar de man aan den lessenaar zei, na hat papier te hebben ingezien//Het is in orde, de burgeres kan met haar gezelschap de zalen der gevangenen bezoeken. He daar, burger Homard I Wat duivel, burger Homard, zijt ge weer dronken Een kerel met een rooden neus, domme oogen en verward haar richtte zich in een zijvertrek, waar hij op een bank geslapen had, overeind. Hij droeg een sabel en de uniform der natiunole z/Wat is er?" vroeg hij norsch. z/Geleid deze burgeres en haar gezelschap in de zalen der gevangenen, die zij uit een bijzonder zwak bezichtigen wil." z/Vooruit dan I" antwoordde de gardist, terwijl hij voorging. Madeleine met haar geleide volgde hem. In de Conciergerie waren toenmaals somtijds wel duizend personen opgeslotendaar er geen denken aan was, in zoo'n beperkte ruimte een zoo groot getal personen ook maar op eenigzins menschwaardige manier te herbergen, lagen of zaten daar mannen, vrouwen, zelfs kinderen, in een vochtigen walm gehuld, slecht of gedeeltelijk gekleed, hongerig, ziek en met den dood voor oogen, doch met elken vezel zich nog vasiklam- pende aan het leven. Het was een jammerlijk, diep aangrijpend schouwspel. Een kleine afwisseling in het tragisch eentonig dezer gevangenschap brachten de morgenuren, als de veroordeelden werden afgehaald. Dan werd de groote middeldeur geopend een coin- missaris trad binnen met de lijst, namen werden afgeroepen en de geroepenen daalden de kleine trap af, om achter de deur te verdwijnen en nimmer terug te keeren. Zoo hebben Zaterdag weer een aantal werklieden ontslag gekregen in de groote stoombranderij der firma Th. Melchers Co., daar deze, die anders met twee ploegen werkte, dit nu met een ploeg doet. Over een paar weken zullen nog eenige bran derijen van een andere firma stil gaan staan. De Prov. Gron. Ct. schrijft t Is erg met de meiden zong Laurillard en hij had er de volgende ware geschiedenis nog kunnen bijvoegen 't Geldt op zekere plaats in zeker huisgezin als regel, dat de meiden geen vrijers mee in huis mogen hebben en dit vonden ze minder plezierig. Mietje en Koosje weten er echter raad op. Ze laten de vrienden stilletjes binnen en verstoppen ze in de schuur. 'tBed, waar ze slapen, half open, de stoelen met kleeren er voor, de pantoffels onder de stoelen, 't geeft alles de ge- dachte, dat de gedienstigen in 't bed zijn, als de heer des huizes of zijn ega nog eens in de keuken mochten komen. Onderwijl is de schuur het tooneel van een prettig samenzijn, ondanks het weinige comfort dat er heerscht. Wie echter niet sterk is, moet slim wezen. Daar staat een tilbury met zijne lange beenen rustend op een standaard en noodigt het eene paar uit tot instappen. Een heerlijk zitje Door de eene of andere onvoor- ziene omstandigheid evenwel verliest het ding zijn evenwicht en slaat achterover met de beenen tegen de zoldering aan, terwijl het koozende paar half door, half uit de kap tuimelt. 't Bleek den volgenden dag, dat de tilbury erg gehavend was en wel mocht de eigenaaar zeggen ,,'t Is erg met de meiden Van persoonlijke ongelukken werd evenwel niets gehoord. Op den Amsterdamschen straatweg te Utrecht was een hardlooper bezig met het uitoefenen van zijn //vak," terwijl een vrouw geld ophaalde. Een agent van politie, in burgerkleeding, gelastte hem daarmede op te houden, aan welk bevel niet voldaan werd. De agent trachtte daarop den man te arresteeren, doch deze wist zich los te rukken en ging er van door. De vrouw wilde hem volgen, doch werd door den agent vastgehouden en, nadat twee andere agenten te hulp waren gekomen, onder hevig verzet naar een politiebureau gebracht. Daar bleek, dat zij een minderjarige was, die de ouder- lijke woning te Rotterdam was ontvlucht. Door den chef-veldwachter te Sloten is proces-verbaal opgemaakt tegen zekeren R. de G., een berucht persoon en lid van de z. g. boezeroenenclub, wegens poging tot moord op den veldwachter Ripper gepleegd, dien hij, een herberg verlatende, getracht heeft met een groot mes een »teek toe te brengen. Ripper werd niet getroffen doordat hij nog bijtijds op zijde sprong. Door de politie te Delft is de hand gelegd op zekeren F., behangersknecht bij de firma Paerels Zn., wegens diefstal van karpetten. Het bleek bij het verhoor dat F. zich toegang verschafte tot het magazijn door een poort aan het Oude Delft, als de andere knechts vertrokken waren. De ge- stolen voorwerpen werden grootendeels te's Graven- hage van de hand gedaan. In het stedelijk ziekenhuis te Utrecht is dezer dagen zekere J. Vos, leerlooiersknecht te Bussum, opgenomen, die het ongeluk had, om na eenige huiden behandeld te hebben van beesten welke waarschijnlijk aan miltvuur waren gestorven, zijn hand aan het gelaat bracht, waar hij een klein wondje had. Binnen een paar dagen was zijn gezicht zoodanig opgezwollen, dat zijne over- brenging naar daar noodzakelijk was. Madeleine gevoelde zich overweldigd door al deze ellende, en een ontroering van medelijden greep nu ook Jacpues Beauchene aan, die er door begon te huiveren. Plotseling echter trad hij verschrikt terug en zag schuw in een bijna don- keren hoek, waar, slechts gekleed in broek en hemd, vermagerd en ellendig, burggraaf Etienne de Leuronsac lag. Wat was er van den trotschen edelman geworden! Toen hoorde Jacques Beauchene een bangen kreet en terstond daarop zag hij, hoe Madeleine aan de voeten van haar vader neder- stortte. Ofschoon van verre staande en blijkbaar slechts een onwillig toeschouwer, bemerkte Jacques Beauchene toch iedere beweging, ieder gebaar hoe Madeleine snikkend met haar teere hand over de vermagerde handen van haar vader streek hoe zij hem zachtjes op de oogen kuste, die zoo diep in hunne kassen lagen hoe zij hem fluisterend moed en vertrouwen insprak. Dit alles zag Jacques met een nauwkeurigheid en een opmerk- zaaamheid, die hem iedere beweging overgetelijk maakte. Wat ging er in die oogenblikken in het gemoed van den man om Niemand kon het zeggen, hij zelf misschien niet eens. Maar steeds was het hem, alsof een inwendige stem hem toeriep Dat is uw werk, daaraan hebt gij schuld, gij en uw domheid en uw verraderlijke misdadigheid Burggraaf Etienne had daar den ganschen tijd op water en brood gezetenal het andere had hem ontbroken. Voeg daarbij de zorg voor zijne kinderen, de voortdurende doodsangsten zijn jammerlijke toestand was waarlijk geen wonder, Thans zag Jacques, hoe Madeleine haar vader heimelijk een haudvol bankbiljetten toestak. Wanneer zij het niet gekund had, zou hij het zeer zeker hebben gedaan, hoezeer zijn voorraad ook geslonken was. Hoewel bloedvergiftiging nog niet geconsta- teerd werd, is de toestand van den man zeer zorgelijk. - In Gouda doet zich bij de afd. van den Bond van Nederl. Onderwijzers 't vreemde ver- schijnsel voor van een werkstaking onder de be- stuursleden. Het bestuur verdeeld de functien onderling en nu schijnt men het daarover niet eens te kunnen worden. De afgetredeu bestuurs- leden wachten al bijna een maand op aflossing. Konijnenvleesch moet volksvoedsel worden. Dat was en is heden ten dage nog de leuze van alle konijnenfokkers-vereenigingen (in het buiten land namelijk) en te recht, want konijnen-vleesch is niet slechts van alle vleesch voor den minsten prijs te fokken, maar het is ook van bijzondere voedingswaarde en volgt daarin op ossenvleesch. Daarbij is het gemakkelijk verteerbaar en als het van jonge dieren afstamt, ook vooral geschikt voor zieken en herstellenden. En wat de kosten aangaat, komt bij rationeele teelt het pond slacht- gewicht op 24 tot hoogstens 30 centen, ja onder bijzonder gunstige omstandigheden kan het zelfs reeds voor 18 centen geproduceerd worden. Maar men moet de goede rassen kweeken. Het konijn is, wat voeder aangaat, zeer gemakkelijk en niet erg kieskeurig. Alle afval van groenten, aardappelschillen, enz. zijn hem welkom, ook korsten brood, schillen van ooft enz. Met den keukenafval van een gemiddeld huishouden kunnen met een weinig haver, hooi en wat krachtvoeder 23 konijnen en hunne jongen onderhouden worden en menige Zondagslekkernij komt zoo gaandeweg ter tafel. Aan hen, die geld hebben, ontbreekt het niet aan vleeschspijs, maar door de konijnenfokkerij kan ook de geringe man zonder groote kosten zulk een lekkernij bekomen. Wat de deugdelijkheid van een goed toebereid konijn aangaat, zoo staat deze niet beneden vele andere vleeschsoorten. Daarom moet ieder, die een tuintje bezit met groenten en dus ook onkruid en een plaatsje heeft voor een paar konijnenstalletjes het eens met een paar konijnen beproeven, want het konijn is niet langer alleen maar speelgoed voor kinderen het is het meest rentegevende nuttige dier, de beste vleeschproducent van den kleinen man. Juist daarom moet ieder, die 't maar eenigszins kan, konijnen fokken. 't Is te hopen, dat deze enkele regels ietwat daartoe mogen bijdragen I ZEETIJDINGEN. Van 9 tot en met 10 Febr. a B Van 9 tot en met 10 Febr. werden langs de Oostsluizen alhier 19 binnenvaartuigen «p- en 15 afgeschut; door de. Westsl. 4 op- en 1 afgeschut. z/Wie is dat daar?" vroeg burggraaf Etienne plotseling en wees op Jacques. z/Hij is onze geleider geweest uit Franche Comte naar hier, vader antwoordde Madeleine. Kent gij hem niet Het is Jacques Beauchene, uw vroegeren geitenhoeder." Burggraaf Etienne scheen te schrikken. Daarna wenkte hij hem met de hand, naderbij te komen. z/Wilt gij mijn kind beschermen, Jacques Beauchene, zooals ge het tot dusver hebt gedaan vroeg hij zacht, met sidderende, bijna vleiende stem. Jacques wilde iets zeggen, maar een wonder- lijke ontroering snoerde hem de keel dicht. ffHeer I" bracht hij eindelijk uit. z/Stil, stilIk ben burger Etienne en gij zijt burger Beauchene niets meer. Wilt gij haar beschermen //Zoo goed ik kan." z/Ook wanneer ik dood ben z/fk zal haar beschermen, tot gij het weder zelf kunt, heer." Burggraaf Etienne reikte hem sidderend de hand, die Jacques eerbiedig kuste. Toen trad hij weder terug en burggraaf Etienne zei tot zijn dochter z/Gij kunt hem vertrouwen, Madeleine, ik ken mijne lieden 1" Ook dat hoorde Jacques, en het was alsof hij er rustiger door werd. Daar klonk plotseling tromgeroffel men moest afscheid nemen. Enkele minuten later stond Madeleine met nog betraande oogen weder op het kleine plein voor de Conciergerie, midden onder het drinkende en zingende volk, dat in wilde sprongen de Carmagnole danste. (Wordt vervolgd). 84 55 55 VAN DE VAN 89 a i VLAG. NAAM. M'\ Van en naar. Lading. Voor Ter 1'euien Ned. Javaan 4785 Rotterdam minerie Eng. «.s. Hailing a 199 Londen stukg. V on Ter lenieui Eng. i.t. Ann Webster 1 2241 Londen •tukg. Voor Gent Noor. 8.s. Botnia 1814 Arendal papierpap Eng. 8.9. Sea Gull 2100 Londen stukg. idem Berlin 3083 Goole idem idem Dynamo 1364 Hull idem Eng. barge Allington 212 Yarmouth visch Van Gent i Eng. «.s. Sea Belle 2152 Londen stukg. idem Ouse 2158 Goole idem Ru9. brik Suomalaine 1179 Kragero ballast .15

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1