Landbouwberichten.
Gemengde berichten.
De volkspartij te Deventer koos met 90
van de 95 stem men tot candidaat voor de Tweede
Kamer Ds. J. van Loenen Martinet te Amsterdam.
De heer Gerritsen kreeg 5 stemmen.
De heer A. v. d. E. te Dordrecht deelt het
volgende in het „Sociaal Weekblad mede
Begin Oct. 1896 opende hier iemand een bierhuis
zonder vergnnning. In hetzelfde pand, dat gunstig
gelegen is en veel aanloop heeft, hadden zijne
voorgangers wel vergunning, zoodat, zou men zeggen,
er voor de politie alle aanleiding was om den
bierhuishouder in 't oog te houden.
Dertien maanden later ging deze al failliet.
Zijn curator vond nu onder de papieren van den
boedel zooveel kwitanties en rekeningen van ge-
leverden sterken drank, dat hij 't wel de moeite
waard vond eens uit te rekenen, hoeveel hiervan
in een zoo kort tijdsverloop was getapt. Ziehier
het lijstje dat nageuoeg volledig is. Behalve 239
flesschen madera en portwijn en 28 liter punch
is in bedoeld bierhuis in het klein verkocht
494 liter jenever, s% flesschen Catzelixer, 144
liter cognac, 31 liter brandewijn en 10 liter
spiritus.
De bierhuishouder rerklaarde aan den curator,
dat de politie nooit een onderzoek bij hem heeft
ingesteld naar cene eventueele overtreding der
drankwet. De man is dan ook nooit bekeurd en
dat nog wel, terwijl hij de met drank gevulde
en aangebroken flesschen steeds op en bij zijn
toonbank had staan.
In het Maandblaadje der Yereeniging voor
Vrouwenkiesrecht wordt melding gemaakt van een
audientie van twee leden van het hoofdbestuur
hij den Minister van waterstaat om inlichtingen
te verkrijgen omtrent de redenen, die er den vorigen
minister toe geleid hadden slechts 2 van de 15
vacante plaatsen bij post en telegrafie voor vrouwen
beschikbaar te stellen. Het bleek dat die gedeel
telijke uitsluiting gegrond was op haar ongeschikt
heid, nachtdienst en dienst in den trein te ver-
richten, bij het laatste ook omdat haar fysieke
kracht te kort zou schieten bij het overnemen
van zware brievenzakken van den postbode. De
Minister vond echter zelf twee van de 15 plaatsen
ook wel wat heel weinig. De genoemde motieven
worden in het Maandblaadje al heel onvoldoende
gevonden.
Uit Buenos-Ayres verneemt de #N. R. Ct.'b
dat de Nederlandsche ingenieurs, die al zoo menig
groot waterbouwwerk in Zuid-Amerika maakten,
weldra weder een groot werk zullen beginnen, n.l.
de opruiming van baren en zandbanken in de
Parand-rivier, speciaal aan de monding bij het
eiland Martin Garcia, daar waar deze stroom zich
vereenigt met den Rio Uruguay en de ontzaglijke
breede Plata-rivier vormt. Op 23 December kwam
de wet tot stand, waarbij de Argentijnsche regeering
gemachtigd werd, voor bedoeld werk, dat over
eenige millioenen loopt, te contracteeren met onze
landgenooten P. J. Dirks en W. Dates, ingenieurs
te Buenos-Ayres.
In het Pruisische Huis van afgevaardigden
heeft de Minister van landbouw o. m. verklaard,
dat de toestand in Nederland nog niet van dien
aard waren, dat aan intrekking van het verbod
van veeinvoer uit dit land kan gedacht worden.
In ons land heeft de invoering van de
kilometerboekjes een nadeeligen invloed uitgeoefend
op het gebruik van rondreisbiljetten. In bijna
alle andere tot het rondreisverkeer toegetredeu
landen is overigens het gebruik dier biljetten weer
belangrijk toegenomen.
Met 1 Mei zullen weer een aantal nieuwe
coupons verkrijgbaar worden gesteld.
-
VIII.
Het was een beangstigende atmosfeer, waarin
Parijs in die dagen leefde. Met zijn eigenaardige
lichtzinnigheid en zijn geestig woordenspel spotte
het Parijsche volk echter met de gevaren die het
omringden, bewoog het zich al spelend over af-
gronden, die dreigend gaapten. Ilierdoor kwam
het, dat het gezellige leven der hoofdstad in
het minst niet gedrukt of verzwakt scheen en
de opgewekte vroolijkheid evenmin ontbrak als in
een anderen tijd. De salons der toongevende
dames waren steeds druk bezochtmen danste,
speelde, at en dronk met een zorgeloosheid, men
intrigeerde met een onbevangenheid, die in het
lichtzinnig karakter der bevolking haar verklaring
vonden. Tot de meest bezochte en geliefkoosde
salons behoorden die van burgeres Lucretia en
haar schoone dochter, welke laatste steeds verscheen
met een bloedkoralenketting om den blanken, kla-
siek gevormden hals. Op den avond, dat Ma
deleine daar voor het eerst door haar tante werd
binnengeleid, behandelde men er een pikant nieuwtje
de groote redevoering, die Robespierre den vorigen
avond in de Jacobijnenclub had gehouden.
„Waart gij daar vroeg de afgevaardigde Tal-
lien, de echtgenoot van de schoone, rijke en gees-
tige Spaansche Cabarrus, aan den burger commandant
St. Just. s
„Ja, Robespierre was bewonderenswaard."
,/Hij is altijd bewonderenswaard," zei Tellien,
met een si uwen blik op den grooten officier.
,/En wat zei hij
„0, de zaak was grootschhij sprak met een
klem en een kracht als nimmer te voren. Hij
wees op de gevaren, die de republiek van de zijde
der Girondisten dreigden, met een overtuiging die
TER NEUZEN, 2 Februari 1898.
Naar wij uit doorgaans goed ingelichte bron
vernemen is het in sommige bladen opgenomen
bericht, dat van de verbetering van het kanaal van
Ter Neuzen niets, of voorloopig niets, zal komen,
geheel ongegrond.
Al schijnt het overleg met betrokken eigenaren
van gronden thans afgebroken, zoo inoet echter
een perceel reeds zijn aangekocht.
Voor het maken van werken tot verdediging
van den oever (zinkwerken enz.) tusschen de peil-
raaien XVI en XIX aan de waterkeering van den
calamiteuzen Anna Frisopolder, dienst 1897/98
en 1898/99, Dinsdag te Wissekerke aanbesteed,
was minste inschrijver de heer J. de Bree Ez. te
Ter Neuzen, voor 160,500 voor beide perceeelen.
Voor het eerste perceel bedroeg de raming
73,432,30V2 en voor het tweerie perceel
76,463,38.
Beroepen tot predikant bij de Ned. Herv.
gemeente te St. Laurens c. a. Ds. J. P. van Melle
te Sluis.
Hoek, 1 Febr. Heden werd alhier vanwege
de vereeniging //Doelmatige Samenwerking" aan
besteed de levering van 154,900 Kg. kunstmest
en 6400 Kg. ammoniak.
De levering van beide meststofsoorten werd
gegund aan de minste inschrijver, de Maatschappij
tot verkoop van hulpmeststoffen te Dordrecht,
de kunstmest a 6,05£, de ammoniak a 12,60
per 100 Kg.
Zaamslag, 1 Eebr. Door het bestuur
van den Zaamslagpolder werd prijsopgaaf gevraagd
voor de levering van 920 M8 Pruisische grind,
metende van 1—6 c. M., vrij op de wal aan de
haven aan den Kleine Huissenpolder. Havengeld
voor rekening van de schipper.
Ingeschreven werd doorWOosse te Papendrecht
voorf 1,95, C. Bakker Wz. te Sliedrecht voor
1,844, C. Goedhart te Sliedrecht voor/1,75,
P. A. Dolk te Dordrecht voor 1,68, Vermeuleu
Struikdalen te Nijmegen voor 1,62 en die
Deutsch Rheinisches Kiesgeschaft te Utrecht voor
/1,48, alles per kub. meter.
Gegund aan laatstgenoemde.
Sas vail Gent, 1 Eebr. De veemarkt van
heden, was minder goed bezet dan de vorige week,
aangevoerd waren 19 stieren, 12 ossen, 40 koeien
en vaarzen en 1 kalf, samen 72 beesten, waarvan
er 6 onverkocht bleven.
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-reclitbank te Middelburg.
De rechtbank heeft in hare zitting van 1 Eebr.
de volgende vonnissen uitgesproken
J. O., oud 29 j., werkman te Ter Neuzen, is
wegens meineed veroordeeld tot 3 maanden ge-
vaugenisstraf.
J. L. P., oud 19 j., bootwerker te Ter Neuzen,
is wegens wederspannigheid veroord. tot 1 maand
gevang.
E. F., oud 17 j., zonder beroep te Ter Neuzen,
is wegens wederspannigheid veroord. tot 14 dagen
gevang.
E. B. v. W., oud 23 j., bootwerker te Ter Neuzen,
is wegens huisvredebreuk, beschadiging en weder
spannigheid veroord. tot 6 maanden gevang.
D. V., oud 27 j., koopman te Kloosterzande
(Hontenisse), is wegens huisvredebreuk en weder
spannigheid veroord. tot 1 maand gevang.
P. A. P., oud 23 j., arbeiderte Clinge, is wegens
vernieling veroord. tot f 5 boete of 5 dagen
hechtenis.
Maandag werd voor het gerechtshof te
's Gravenhage (burgerlijke kamer) gepleit in de
volgende zaak
De aannemer K. moest, volgens aanneming van
den Staat, bouwen het post- en telegraafkantoor
te Breskens. Nadat hij te dier zake nog ruim
1500 te goed had, weudde een Belg zich tot
den Staat, om, als arbeider van den aannemer K.,
krachtens art. 1650 B. W. ongeveer 700 te
mogen ontvangen van datgeene wat de Staat nog
aan K. betalen moet. Deze laatste maakte daar-
tegen bezwaar. Naar aanleiding daarvan betaalde
de Staat het gevraagde niet en werd hij deswege
gedagvaard voor den Hoogen Raad, alstoen nog
bevoegd. Daarna werd de aannemer K. failliet
verklaard en deze cedeerde zijn geheele vordering
op den Staat aan zekeren B. te Ter Neuzen, die
ten slotte zijn rechten tegenover den Staat deed
gel den.
De Staat die dus thans voor een deel van
het wegens het aangenomen werk nog verschuldigde
door twee versehillende personen met een vordering
werd aangesproken verzocht aan B. of deze in
de reeds voor den Hoogen Raad aanhangige zaak
van den Belg wilde tusschenkomen, doch B. stoorde
zich daaraan niet en handhaafde zijn vordering
bij afzonderlijke dagvaarding voor de rechtbank
te 's Hageinmiddels was immers afgeschaft de
bepaling dat zaken tegen den Staat voor den
Hoogen Raad moesten gebracht worden. Intusschen
werd door den Staat in de zaak van den Belg
cautie-stelling door den vreemdeling gevraagd,
hetgeen door den Hoogen Raad werd toegestaan,
welke cautie-stelling tot heden door den Belg niet
werd gesteld. Voor de rechtbank nu vroeg de
Staat verwijzing der zaak van B. naar den Hoogen
Raad, waar nog altijd de eerste zaak hangende
was, en dit wel in verband met beide zaken.
De rechtbank, erkenuende dat verband, wees
echter het verzoek tot verwijzing af om reden
van openbare orde. Tegen dat vonnis werden
nu door Mr. W. Thorbecke, den Staat vertegenwoor-
digende, een tweetal grieven voor den Hove aan
gevoerd.
Mr. L. Ph. J. Wuppermann, B. vertegenwoor-
digende, meende, dat deze terecht tegen de ge
vraagde verwijzing bezwaar had en betoogde, dat
daarvoor ook geen reden bestondvolgens hem
was deze zaak niet als een nevenzaak van de
andere te beschouwen voorts was z. i. zeer terecht
de Staat in de kosten veroordeeld.
Het O. M. zal 14 dezer in deze zaak conclusie
nemen.
In de gisteren gehouden vergadering van de
afdeeling Zevenbergen van de vereeniging van
landbouwers die suikerbieten verbouwen, werd
lezing gegeven van het schrijven van het hoofd
bestuur aan den bond van Ned. suikerfabrikanten
(zie ons vorig nummer).
De vergadering was van meeniug, dat de ver-
anderingen in het tegenwoordig contract, vergeleken
met dat van het vorige jaar, weinig of geene ver-
beteringen hadden aangebracht, zelfs dat het contrac
teeren op gehalte in veel minder gunstige conditie
verkeerde, niet alleen wat den prijs betreft, doch
ook wat aangaat het feit, dat de biet niet
meer op eenig rijksproefstation, doch op het
laboratorium der fabriek-koopster zelf wordt onder-
zocht. Indien de fabrikanten het contracteeren
op gehalte niet meer gewenscht achtten, hadden
ze veel liever die contracten moeten afschaffen,
dan voor deze onaannemelijk voorwaarden te stellen.
Het resultaat der beschouwingen was, dat deze
alien meesleepte. Het was dramatisch schouwspel.
Te middernacht moestrn de aanwezige Girondisten
er waren er slechts weinigen de zaal verlaten.
Men zou ze ouigebracht hebben, zoo verbitterd
was de club op hen."
„Dat gel oof ik, dat geloof ik. En ten slotte
„Ten slotte verlangde men, gelijk reeds bekend
is, de gevangenneming van drie en dertig
Girondisten."
Niet ver van beide mannen stond madame
Tallien, een hartstochtelijke vrouw, met gloeiende
oogen. Zij onderhield zich of scheen zich althans
te onderhouden met een wonderlijke oude vrouw,
eene burgeres Theot, die haar met geheimzinnige
gebaren de een of andere toovergeschiedenis ver-
haalde. Doch ofschoon ze opmerkzaam scheen te
luisteren, balde zij toch bij de laatste woorden
van St. Just plotseling de kleine vuist en mom-
pelde zachtjes ,/Alweder drie en dertig hoofden 1"
,/Eu heeft hij de lijst dezer drie en dertig
namen bekend gemaakt?" vroeg Tallien weder.
,/Neen Intusschen men kan ze wel raden.'
„En gij gelooft, dat de Conveutie tot de inhech-
tenisneming besluiten zal
„Zij zal moeten, beste Tallien; ik verzeker u
ik geef voor die drie en dertig hoofden geen drie
en dertig stuivers meer."
,/En ik verzeker u, burger-commandant," mengde
zich plotseling een diepe baststem in het gesprek,
„dat ik voor al de koppen van den Berg te zamen
geen stuiver geef."
St. Just verbleeke en wendde zich naar den
spreker. Het was een bejaard man, van krachtige,
gedrongen gestalte, met vaste, ferme gelaatstrekken
en open, vrijen blik.
„Ha, burger Vergniaud zei St. Just. „Ja
wel, burger St. Just, zoo spreekt burger Vergniaud,
die er trotsch op is een Girondist van het zuiverste
water te zijn en niets gemeen te hebben met de
duivelen van Frankrijk
„Burger Vergniand riep St. Just dreigend.
„Ba antwoordde deze verachtelijk. ,/Zeg aan
uw meester, den grooten Robespierre, dat wij hem
niet vreezen. Hij kan gerust onze gevangenneming
als landverraders in de Conventie eischenmaar
wij zullen de zijne vragen, om eindelijk eens de
hoofden van eerlijke menschen in Frankrijk in
veiligheid te brengen. Wij zullen dan zien, wie
de Conventie uitwerpt."
„Wij zullen het zien burger Vergniaud," wierp
St. Just hem tegen.
„Rustig, burgers, vrede Wij zijn hier niet in
de club," liet zich een andere stem hooren.
„Burgeres Rialmont," riep thans de vrouw des
huizes haren gasten toe, „wil zich de eer geven
een nieuwen tekst op onze goddelijke Marseillaise
voor te dragen."
Iedereen, voor zoover hij in de salons van
burgeres Lucretia verkeerde, kende burgeres Rial
mont. Zij was immer vroolijk, een voortreffelijke
gezelschapsdame en bijzonder gezien, wijl zij meester-
lijk de kunst verstond ieder te onderhouden op
de wijze die hem 't aangenaamst was. Zii was
ontegenzeglijk een vrouw met rijken geest, die
daarin de meeste leden van het gezelschap verre
overtrof. Botsten de geesten op eenmaal te hard
tegen elkander, dan kwam burgeres Rialmont
terstond tusschenbeide met een korte amusante
vertelling, met een voordracht of iets dergelijks.
Zoo ook thans. In de salons van burgeres Lucretia
mocht niet aan politiek worden gedaan en daarom
leidde de altijd bereid gevonden burgeres Rialmont
de geesten door een muzikale voordracht weer
van het kritieke onderwerp af. Zij plaatste zich
afdeeling als haar gevoelen aan het hoofdbestuur
zal te kennen geven, dat dit den Bond der fabri
kanten voorstelle den prijs te stellen op 10,50
zoowel voor de bieten op gewicht als op gehalte
(basis 14- pet.) met een surplus van 0,50 bij
levering aan de fabriek, terwijl de analyse geschiede
op de wijze als verleden jaar.
De volgende vergadering, waarop ongetwijfeld een
antwoord op bovenbedoeld schrijven kan worden
voorgelezen is bepaald op Dinsdag 15 dezer.
Ten slotte werd een woord van aanmoediging
gesproken om voortdurend werkzaam te zijn tot
uitbreiding van het ledental dezer afdeeling, het-
welk nog geen vierde van het aantal bietenver-
bouwers bedraagt.
Naar aanleiding van een onlangs vermeld
bericht, dat er uit Amerika een nieuwe vijand van
onzen landbouw dreigt, merkt de Haagsche brief-
schrijver van het N. v. d. D. op, dat dit hem
doet denken aan wat er ten tijde van den Minister
Heemskerk geschiedde met den aardappelkever.
Men herinnert zich de waarsehuwingen, met
manifesten en gekleurde prentjes, het„dood
hem oogenblikkelijk
Welnu, eenige jaren daarna vernam 'k eens,
toevallig, dat om al die departementale drukte
was gelachen door de „Ned. Entomologische
Vereeniging", die, als ik 't wel heb, zelfs door
het Rijk wordt gesubsidieerd, maar in die entomo
logische kwestie heelemaal niet was geraadpleegd,
daar zij anders aan den Minister had kunnen
antwoorden, dat zij alles van den coloradokever
wist, o. a. ook dat hij in ons klimaat niet
kan overwinteren en dus niet ernstig te vreezen was.
Zou men nu ook wellicht verstandiger hebben
gedaan en thans wel aan die zeer deskundige ver
eeniging gevraagd hebben wat zij aangaande dien
nieuwen vijand weet
In het Oosten van Drenthe is eene aanmerkelijke
verhoogiug van de huurprijzen van bouw- en
groenland waar te nemen. Perceelen bouwland,
die voor enkele jaren niet verhuurd konden worden,
omdat er geene huurders voor te vinden waren,
vinden nu gretig aftrek. Te Gasselte, waar de
pastorielanderijen om de zes jaren worden verhuurd,
heeft die verhuur in dezen winter plaats gehad
en ruim 30 pet. meer opgebracht dan bij de verhuur
in 1892.
Tot de versehillende oorzaken, die tot de ver
hoogiug van die huurprijzen hebben geleid, behoort
vooral de gunstige uitwerking van kunstmest ge-
noemd te worden, waardoor er van landerijen, wier
opbrengst voor eenige jaren zeer miniem was een
goede oogst kon worden gemaakt.
De letterzetter die met zijn vingers waaraan
loodoxyde kleefde aan een verwonding van zijn
tandvleesch raakte, tengevolge waarvan bloedver-
giftiging ontstond, is na een nameloos lijden over-
leden. De ongelukkige was 18 jaar oud.
Een bewoner der Heintjes Hoeksteeg te
Amsterdam, die dezer dagen als getuige in een
strafzaak was opgetreden, werd tengevolge daarvan
door eenige personen lastig gevallen. Dit begon
hem eindelijk te vervelen, zoodat hij uit zijne
woning vier revolverschoten op de mannen in de
steeg loste, waardoor een hunner in den arm
werd getroffen en de wond in het Binnengasthuis
verbonden werd. Na een lang en hevig verzet,
waarbij de schutter en diens broeder de politie-
agenten met pistool en bijl dreigden, werd de
man gearresteerd.
aan een spinet en zong, na een kort voorspel, met
hare niet zeer omvangrijke, maar sympathieke en
zuivere stem de betooverende, wegsleepende melodie
van Rouget de Lisle, met een der teksten die
in die dagen als paddestoelen uit den grond scho-
ten. Een der aandachtigste toehoorders van
burgeres Rialmont was een groot, breedgeschouderd
man met grove, onaangename gelaatstrekken.
Deze man was Danton, de beroemde minister van
justitie van het Schrikbewind. Hij was forsch
van gestalte, een door en door levenslustig man,
overmoedig, vroolijk, zorgeloos en vrijgevig
allermeest met het geld van anderen, want hij
zelf bezat niets.
„Leve burgeres Rialmont 1" riep hij met
donderende stem, toen de zangeres hare voordracht
geeindigd had.
„Leve de republiek antwoordde deze, getrouw
aan haar stelregel, terwijl ze zich lachend naar
Danton keerde.
Daar viel de blik van den grooten, eenigszins
onbehouwen man, over burgeres Rialmont heen,
op de kleine, schoone Madeleine. Het duurde
slechts een oogenblik, maar zijn oogen fonkelden.
„Wie hebt ge daar bij u, burgeres Rialmont
„Ach, burger Danton, doe haar geen leed,"
bad deze, slim lachende, „zij is werkelijk de
beste patriotsche van Frankrijk, mijn kleine
nicht Madeleine en wanneer gij wilt, kunt
gij u daarvan ieder oogenblik overtuigen. Ga
slechts naar de slotenmakerswerkplaais van burger
Truchon, in de Bcomstraat, niet ver van de Notre
Dame, daar zit zij dag aan dag, uur aan uur
kousen te breien, die zij onder de sansculottes
verdeelt."
(Wordt vervolgd).