Gemengde berichten.
TER NEUZEN, 22 November 1897.
Hij doet dit door het geven van concerten.
Wat hij meer ontvangt dan hij strikt noodig heeft
om te leven is hij verplicht aan de armen te
geven. 's Avonds gaf hij een concert, dat door
middel van den omroeper bekend gemaakt was.
Daar de heer Maximor een goed geschoold, uiterst
beschaafd zanger is en over een prachtig orgaan
beschikt, was het wel de moeite waard dit concert
bij te wonen. Den volgenden morgen heeft hij
zijn reis vervolgd en hij dacht in den loop van
den dag Crefeld te bereiken.
Voor de betrekking van gemeente-veldwachter
te IJzendijke hebben zich 47 sollicitanten aange-
meld.
Hoek, 20 Nov. In de heden alhier gehouden
raadszitting werd allereerst lezing gegeven van
een verzoekschrift van den secretaris W. S. J.
Dieleman om eervol ontslag uit zijne betrekking
wegens zijne benoeming tot ambtenaar ter secretarie
te Ter Neuzen. Nadat de leden hun leedwezen
hadden betuigd over bet vertrek van den secretaris
werd met algemeene stemmen besloten het ge-
vraagd ontslag te verleenen, in te gaan met bet
tijdstip dat in de ontstaande vacature zal zijn
voorzien.
Vervolgens werd den heer J. Jurrij verzocht
zich met de vorming eener zoogenaande nieuwjaars-
commissie te willen belasten, waartoe deze zich
wederom bereid verklaarde.
Yerder werden met algemeene stemmen tot
leden van het Burgerlijk armbestuur herbenoemd
de heeren M. de Feijter en S. J. Robijn.
Nog werd besloten tot wijziging der gemeente-
begrooting voor 1897, noodig geworden om te
kunnen bestrijden de kosten van het splitsen van
een der lokalen van de openbare school, terwijl
eenige ingekomen stukken voor kennisgeving
werden aangenomen.
Ook besloot de Raad met vier tegen drie stemmen
afwijzend te beschikken op een verzoekschrift van
M. Bedet en 19 anderen om aan de vereeniging
,/Al doende leert men" vergunning te verleenen
tot het gebruiken van de oude school voor het
louden van repetities en het geven van uitvoeringen;
tegen stemden de heeren Van Wijck, De Jonge,
De Regt en Dieleman, voor de overige leden.
De heer L. J. van Erp Taalman Kip, directeur
der gasfabriek te Harlingen, die verleden Maandag
's avonds 9 uur zijne woning verliet om inspectie
over de verlichting te houden, is sedert niet
teruggekeerd. Men vermoedt dat hem een ongeluk
is overkomen. Door de politie is opsporing en
bericht omtrent den vermiste verzocht. Te
Jutfaas is het roodvonk epidemisch verklaard.
Een loteling voor de nationale militie, wonende
te Barendrecht, was er ingeloot, doch kon als
reden van vrijstelling inbrengen, te zijn eenige
wettige zoon. Zeer onaangenaam werd hij echter
dezer dagen verrast, door de komst van een nieuwen
wereldburger, die hem als broeder zijn vrijstelling
ontnam, zoodat hij weldra den soldateuransel zal
moeten dragen. Naar men verneemt zal de
Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij zich
met ultimo December 1898 afscheiden van de
sedert het jaar 1891 bestaande centrale controle
van Nederlandsche spoorwegen. Ten nadeele
van den veehouder P. K., aan den Ringdijk van
den Haarlemmermeerpolder, is ontvreemd een
schelf hooi van pi. m. 500 Kg., staande bij de
woning, alsmede een boerenwagen. Van den
koopman D. aldaar werd een paard, dat in de weide
liep, gestolen. Langs de IJselkade te Deventer
ligt een gedeelte van de bedding der rivier geheel
bloot. Te Weenen wordt wegens majesteit-
beeld die kelderknecht, Lai Rao, dien wij niet
gezien hebben. Mrs. Bernstone beschrijft hem
verre van gunstig. Small kon echter niet uitvinden
waar de schat verborgen werd gehouden, want,
behalve den majoor en een trouw dienaar die
inmiddels overleden was, was dit aan niemand
bekend. Plotseling verneemt .Small dat de majoor
op sterven ligt. Vol angst dat het geheim van
den schat met hem ten grave mocht dalen, ver-
schalkt hij de waakzaamheid der wachters, baant
zich een weg naar het venster der sterfkamer, en
wordt alleen teruggehouden van naar binnen te
klimmen door de tegenwoordiglieid der beide zonen.
Maar, als waanzinnig door haat tegen den doode,
klimt hij dien nacht de kamer binnen, onderzoekt
zijne bizondere papieren, in de hoop eenige aan-
teekeningen betreffende den schat te ontdekken,
en laat ten slotte een herinnering aan zijn bezoek
achter, in den vorm van het korte opschrift op
de kaart. Hij had ongetwijfeld vooraf het plan
beraamd, om, in geval hij den majoor doodde,
hij een of ander bewijs op het lichaam zoude
achterlaten, ten teeken dat het geen alledaagsche
moord wasmaar, van het standpunt der vier
bondgenooten beschouwd, een zekete daad van
gerechtigheid. Dusdanige zotte grillen zijn in
de jaarboeken der lijfstraffelijke rechtspleging vol-
strekt niets ongewoons, en zijn gewoonlijk van
onberekenbaar nut voor de ontdekking van den
misdadiger. Is u dit alles duidelijk
„Volkomen."
„Welnu, wat kan Jonathan Small thans doen
Niets anders dan een wakend oog houden op de
pogingen die worden aangewend om den schat te
vinden. Waarschijnlijk verlaat hij Engeland en
komt slechts bij tusschenpoozen terug. Daar
wordt het vliering-kamertje ontdekt, en onmiddellijk
wordt hij ervan in kennis gesteld. En opnieuw
bespeuren wij de aanwezigheid van den een
of anderen bondgenoot onder de huisgenooten.
Jonathan is met zijn houten been niet in staat
om de kamer van Bartholomeus Sholto te bereiken.
Hij neemt echter een bondgenoot met zich, die
deze moeilijkheid overwint, doch deze stapt met
schenuis een meisje vervolgd, dat in een cafe
gezegd had, dat de Keizerin er eenvoudig uitzag
Dicht bij Quebec in Canada, heeft een berg-
storting plaats gehad, waarbij veertig personen
gedood moeten zijn. Te Luffenham in Engeland
is Woensdag in den trein naar Londen de as van
een beestenwagen gebroken. De waggon vervoerde
tal van paarden die den vorigen dag te Leicester
hadden geloopen. Vele dieren zijn ernstig gewond.
De oude schouwburg te Wiesbaden is bij veiling,
voor 120,000 mark aangekocht door een hotel-
houder, die op het terrein een //reuzenhotel" wil
bouwen. TeMunchen is bij een verbouwing(zonder
machtiging der bouwpolitie), in den Maximilians
Keller een vloer ingestort. Zeven menschen bleven
dood, twee zijn zwaar, acht minder zwaar gekwetst.
In de laatste dagen is onder den Engelschen wal
tamelijk veel haring gevangen, er zijn bommen,
welke in minder den eene week met voile lading
thuiskwamen. De Amerikaanscbe amateur
Doughby heeft de 10 mijlen gereden in 21 min.
48s/5 sec., wat record is. Te Kowno werd een
jonge dierentemmer aan het einde der voorstelling
door een tijger aangevallen en toen de andere
dieren bloed zagen, wierpen zij zich alien op den
ongelukkige dien zij verscheurden. Een vreeselijke
paniek onstond onder de toeschouwersin het
gedrang werden 8 personen gedood en velen zwaar
gewond. Een hevige zeestorm heeft in de buurt
van St. Petersburg kanalen en zelfs de Newa
buiten haar oevers doen treden. In de laag ge-
legen wijken van St. Petersburg en omliggende
eilanden zijn de benedenverdiepingen en kelders
ondergeloopen en in verschillende openbare ge-
bouwen is de electrische verlichting gestoord.
ongeveer 1800 personen, die door den vloed dak-
loos zijn geworden, heeft de politie van huisvesting
voorzien. Ook te Reval heeft een hevige storm
gewoed. Te Berlijn zijn 14 Chineezen aange-
komen, die in de omstreken van Stettin voor
den veldarbeid gehuurd zijn 1 In het station
Grosbor is een locomotief op een personentrein
gereden. Vier waggons werden verbrijzeld en
andere beschadigd. Vijf personen zijn zwaar, negen
licht gekwest.
De broodbakker te Vlissingen, bij wien
verleden week Donderdag brand ontstond, werd
als verdacht van brandstichting gearresteerd en
legde bij het verhoor een volledige bekentenis af.
Hij is daarop naar het huis van bewaring te
Middelburg overgebracht.
Uit Vlissingen wordt gemeld dat de ontploffing
in een der ketels van den kruiser Zeeland moet
ontstaan zijn door een brandende kaars, die het
in den ketel aanwezige knalgas deed ontvlammen.
Door eenige vrouwen, wonende in den omtrek
van de Van Spijkstraat te Rotterdam, is aan de
politie medegedeeld, dat zij in de laatste weken
bedrogen zijn bij den koop van eieren aan de
deur. Partijen van 90, 60 en 30 eieren, door
haar gekocht voor 3£ cent per stuk, bleken later
alle bedorven te zijn. De verkooper scheen een
buitenman te zijn, vrij schamel gekleed.
Te Groningen heeft een kleermakersgezel,
den heer J. Jonkers, kassier, met een hamer die
hij uit de kroeg had gestolen, het linkeroog
verbrijzeld. De heer J. die reeds het rechteroog
zijn eenen voet in de creosoot, waarop Toby ten
tooneele verschijnt en een slecht betaald ambtenaar
benevens een half kreupel geneesheer zes mijlen
ver met zich voorttrekt.
„Maar, de geheime bondgenoot, en niet Jonathan
pleegde de misdaad."
//Juist. En niet met Jonathan's instemming,
te oordeelen naar de wijze waarop hij door de
kamer rondsprong. Hij droeg Bartholomeus Sholto
geen wrok toe en zou er de voorkeur aan gegeven
hebben dezen slechts te binden en hem het roepen
onmogelijk te maken. Hij wenschte zijn hoofd
niet aan den strop te wagen. Er was echter niets
meer aan te doende wilde hartstocht van zijn
metgezel was lesgebroken en het vergif had zijn
werk gedaandaarom liet Jonathan Small zijn
teeken achter, liet de kist met den schat naar
omlaag zakken en volgde haar langs denzelfden
weg. Dit was in zooverre ik het ontraadselen
kan, de loop der gebeurtenissen. Het spreekt van
zelve dat hij, wat zijne persoonlijkheid betreft,
van middelbaren leeftijd en door de zon gebruind
moet wezen, daar hij zijn tijd in een oven als
de Andamans-eilanden heeft uitgediend. Zijne
lengte is makkelijk te berekenen naar de lengte
van zijn voet, en wij weten dat hij een baard
draagt. Zijn harig gelaat werd door Thaddeus
Sholto immers met schrik opgemerkt, toen het
zich voor het venster vertoonde. Meer is er niet,
naar ik geloof?"
„En de medeplichtige
„0, dat is een lastig geheim. Maar spoedig
genoeg zult ge ook daar alles van weten. at
een heerlijke morgen is hetZie hoe die kleine
wolk daar drijft als een gespikkelde veder van
den een of anderen reusachtigen flamingo. Thans
dringt de roode zonne-gloed door de Londensche
ochtend-schemering. Zij beschijnt zeer vele men
schen, maar ik durf wedden, dat niet een hunner
op een vreemdsoortiger wandeling is dan gij en
ik. Hoe nietig gevoelen wij ons met al onze
eerzucht en begeerten bij het aanschouwen van de
groote elementaire krachten der natuurZijt gij
goed op de hoogte met Jean Paul?"
miste, is door deze wandaad thans geheel van
het gezichtsvermogen beroofd.
Verleden week geraakte zekere C. v. B. te
Veldhoven onder een in voile vaart zijnde tram
en werd meer dood dan levend door een nabij-
wonenden boer naar huis gereden. Vrijdag bezweek
hij na een pijnlijk lijden.
Aan het station te Arnhem is bij het rangeeren
de wisselwachter S. S. overreden en gedood.
Door de gemeente- en rijkspolitie is te
Schoonhoven en in de omliggende gemeenten een
groote partij manufacturen en kleeren in.beslag
genomen, afkomstig van diefstal ten nadeele van
den winkelier W. B. aldaar. Als verdacht van
de ontvreemding dezer goederen is gehoord een
werkman van Langerak, die later naar Rotterdam
is opgezonden en ter beschikking van den officier
van justitie gesteld. Een kist met overtuigings-
stukken, die geschat worden op een waarde van
f 500, werd mede opgezonden.
Zaterdagmorgen is het Nederlandsch aakschip
//Anna Petronella," schipper A. Hartman, met
kolen van Pruisen naar Belgie, ter hoogte van
Saeftingen, door de Eugelsche stoomboot „Munifi-
sent" aangevaren en daarna gezonken. De op-
varenden zijn gered.
Vrijdagnacht had aan de Handelskade te
Dordrecht een hoogst droevig ongeluk plaats.
Het schip, De Jonge Andreas, bevaren door
schipper P. van Vessem, thuis behoorende te Made
en Drimmelen, geladen met beetwortelen voor de
suikerfabriek, is gezonken, waarbij eene 25jarige
vrouw en een kind van 7 maanden zijn omgekomen.
Het ongeluk had vermoedelijk plaats, door dat
het achterschip in de klem was geraakt tusschen
de trappen van den steiger der suikerfabriek en
een aak. Daardoor liep het schip vol water. De
opvarenden sliepen in het vooronder.
Toen de schipper en ziju knecht het zinken
bemerkten, konden zij nog juist aan den wal komen,
doch de gelegenheid ontbrak om de vrouw van
den schipper en het kind te redden, daar het schip
plotseling in de diepte verdween.
Te Nederweert is zekere P. H. Verheijen,
arbeider aldaar, op onmenschelijke wijze toegetakeld.
Tusschen de drie gebroeders Hompes en genoemden
V. ontstond twist, waarbij een hunner hem met
een stok een slag toebracht, waarop V. vluchtte.
Hij werd achterhaald en toen werden hem toege-
bracht drie gevaarlijke wonden aan het hoofd,
twee in den hals, drie in den rug en nog wel
twintig kleinere sneden over andere deelen van
zijn lichaam. W. Hompes is door de marechaussdes
van Weert naar de gevangenis te Roermond over
gebracht, doch zijn beide andere broeders wisten
zich hieraan te onttrekken, door de wijk te nemen
naar Belgie.
Donderdagavond ontstond er brand ten huize
van een kleermaker te Barendrecht. Kinderen
zouden appels van den zolder halen, gingen met
een petroleumlampje naar boven, en kort daarna
sloeg de vlam uit het dakwaarschijnlijk hadden
de kinderen een ongeluk met het lampje gehad.
Van den schamelen inboedel kon niets gered
worden. Het vertrek met schuurtje is verbrand.
Het afidere, pas vernieuwde deel van het huis bleef
gespaard. Het gebouw, dat aan een ander toebe-
„Dat gaat nog al. Ik werkte hem door aan
de hand van Carlyle.
ffDat was even alsof men een sloot voor een meer
aanziet. Hij maakt 66n zonderlinge doch diep-
zinnige opmerking, en weldat het voornaamste
bewijs voor iemands waarlijke grootheid gelegen
is in de overtuiging van zijn eigen nietigheid.
Dat bedoelt een kracht van vergelijking en erkenning
die op zich zelve reeds edel te noemen is. Er
ligt zeer veel geestes-voedsel in Richter. Gij
hebt geen pistool bij u, wel
z/Ik heb mijn stok."
z/Het is waarschijnlijk dat wij iets soortgelijks
zullen noodig hebben als wij hun schuilplaats ont
dekken. Jonathan zal ik u overlaten maar als
de ander lastig wordt, zal ik hem neerschieten."
Terwijl hij dit zeide, haalde hij zijn revolver te
voorschijn en na twee kamers ervan geladen te
hebben, stak hij het in zijne rechter jaszak.
Gedurende al dien tijd hadden wij Toby gevolgd
over den half-landelijken, langs villa's loopende
weg, die naar de wereldstad voerde. Thans echter
kwamen wij in lange straten, waar arbeiders en
dokwerkers reeds bezig waren en onzindelijke
vrouwen luiken en deuren openden. Op den hoek
begonnen de public-houses (tappeiijen) reeds volk
te krijgen en zag men ruw-uitziende kerels naar
buiten komen, die met hunne mouwen hunne
monden afveegden. Groote honden staarden ons
verwonderd aan terwijl wij voorbijgingen, doch
onze ongeevenaarde Toby keek noch rechts nog
links, maar liep voort met zijn neus op den grond
van tijd tot tijd met voldoening blaffende, als om
ons te overtuigen dat hij de creosoot nog rook.
Wij hadden Streatham, Brixton en Camberwell
doorgeloopen, en bevonden ons nu in Kennington
Lane, terwijl wij ons door zijstraten naar het
oostelijk gedeelte van den omtrek van Londen
begeven hadden. De mannen die wij achtervolgden,
schenen een vreemdsoortigen, in zigzagloopenden
weg genomen te hebben, gewis met het idee om
aan elke nasporing te ontsnappen. Zij waren geen
mkelen keer rechttiit geloopen, waarneer zich een
iijstraat of steeg aan hen vertoond had. Aan het
hoorde, is geassureerd, de verbrande inboedel
echter niet.
Donderdag had in de Staalstraat te Amsterdam,
een droevig ongeluk plaats. Daar woonl de 83jarige
vrouw Matteman met haren zoon. Deze was
uitgegaan om vleesch te koopen, nadat hij de
twee op het fornuis staande petroleumstellen,
waarop eten stond te koken, had neergedraaid.
Voor hij weg ging, had hij nog aan zijn moeder
gezegd, dat zij niet noodig had naar het eten te
kijken.
Dit schijnt de oude vrouw toch gedaan te hebben
en daarbij een der stellen omver te hebben ge-
worpen, waardoor hare kleederen in brand ge-
raakten. Op haar hulpgeschrei kwamen de buren
toeschieten, die den brand bluschten en de vrouw
in een tapperij brachten, waarna zij per rijtuig
naar het Israelitisch gasthuis werd gebracht, waar
de brandwonden werden verbonden. Ofschoon er
geen oogenblikkelijk levensgevaar is, is zij toch
aan armen, gezicht, rug en borst zoodanig verbrand,
dat het moeilijk te zeggen valt of zij er van op
zal komen.
De brandweer, die gealarmeerd was, behoefde
geen water te geven.
De bekende Engelsche jager, die in d«a
laatsten tijd op de Eriesche wadden met een kleiu
kanon jacht maakte op waterwild, is Woensdag
andermaal te Finsterwold aangekomen, na zich
eerst vergewist te hebben omtrent den wilstand
op de Dollard. Dagelijks wordt nu gejaagd op
smienten, talingen, eenden en andere watervogels.
Uit Venlo wordt gemeld
Dezer dagen arriveerde hier een zekere heer
Maximor uit Calais, die door zijn vreeselijk lange
haren bijzonder de aandacht trok. Deze heer
maakt tengevolge van een weddenschap een reis
te voet om de wereld, welke reis in 7 jaren
volbracht moet zijn. Hij vertrok 10 Mei van
Marseille en heeft, blijkens overgelegde attesten,
sedert dien 972 plaatsen bezocht. Hij moest
geheel zonder geld zijn reis beginnen en in zijn
onderhoud zelf voorzien.
Het straatschrobben verboden en tegelijkertijd
voorstellen, de geheele stadsreiniging in het
krankzinnigengesticht te plaatsen ziedaar het
heldenstuk, dat B. en W. en de gemeenteraad
van Rotterdam Donderdagmiddag hebben durven
verrichten. En waarlijk een heldenstuk mag dit
genoemd worden, want zoodra het voorstel om het
straatschrobben te verbieden werd ingediend had
den B. en W. den toorn van alle ,/zindelijke"
huisvrouwen, maar vooral die van de dienstmeisjes
die dat straatschrobben-uur even heilig achten
als heur uitgaansavondje op zich.
Twee raadsleden hadden een lesje van moeder
de vrouw medegekregen, misschien wel meerdere,
einde van Kennington Lane waren zij links afge-
slagen door Bond-Street en Miles-Street. Waar
laatstgenoemde straat naar Knigtht's Place afloopt,
bleef Toby stilstaan, en begon toen voorwaarts en
weer terug te loopen, met een hangend en een
opstaand oor, waaruit duidelijk zijne besluiteloos-
heid bleek. Daarop begon hij een cirkel om ons
heen te loopen, terwijl hij ons van tijd tot tijd
aankeek alsof hij ons om raad in zijne verlegen-
heid vroeg.
z/Wat drommel is er te doen met den liond
bromde Holmes#zij zullen toch gewis geen
rijtuig of luchtballon gebruikt hebben."
//Misschien zijn zij hier eenigen tijd blijven
stilstaan," merkte ik op.
z/Ha 1 't is al in orde. Daar gaat hij weer,"
zei mijn metgezel, met een zucht van verlichting.
Het was sok zoo, want na rondgesnuffeld te
hebben, scheen hij plotseling een besluit te nemen
en liep hij nog vlugger en met meer vastberaden-
heid dan tot nu toe voort. Ik kon aan Holme's
gelaat zien, dat hij dacht dat wij nu spoedig het
einde van onzen tocht zouden bereiken.
Onzen weg liep nu Nime Elms af tot wij bij
de groote timmerwerf van Boderick en Nelson
kwamen, juist voorbij de herberg de Witte Arend.
Hier liep de hond, zichtbaar opgewonden het
zijhek in, en de werf op, waar de zagers reeds
aan het werk waren. Hier draafde de hond door
zaagmeel en krullen heen de laan in, tusschen
twee houtstapels door en sprong ten slotte met
vroolijk geblaf op een groot vat dat nog op den
hand wagen stond, waarmede het was binnengebracht.
Met uit den bek hangende tong en schitterende
oogen stond Toby op het deksel, terwijl hij ons
beurtelings aankeek, om een teeken van goedkeuring
vragende. De naden van het vat en de wielen
van den wagen waren met een donkerkleurig vocht
besmeerd, en de lucht was vol met den reuk van
creosoot.
Sherlock Holmes en ik, wij keken elkander
als verbijsterd aan, en begonnen toen luidkeels te
lachen.
(Wordt vervolgd.)