A lgemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch-Vlaanderen.
No. 3530.
Dinsdag 2 November 1897
37e Jaargang.
SBELASTING.
BEE ENPM AK1H G.
PAARDEN- en VEEMARKT,
feuillbton
Binnenland.
ProY. Stoombootdienst op de Wester-Schelde.
Tr,~r„1ina van advertentiSn v6or 3 uren op den dag der uitgave.
POLITIEK OVERZICHT.
4)
A. CONAN DOYLE.
Op onderzoek.
TER REIZEISCHE C011RANT.
ABONNEMENT:
Pe, drie maanden binnen Ter Neuzen /l, Franco p«, postToo,
v, n rn Voor Beleie 1,40. Voor Amerika 1,32J.
Men^abonneert zicii bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENT!!^:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie worrit de pnjs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
De Bnrgemeester der gemeente TER NEUZEN
maakt bekend, dat Openbare Vergader.ng van den
Gemeenteraad is belegd tegen Oonderdag movem
her voormiddags 10 uren.
Ter Neuzen, 1 November 1897.
De Bnrgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
De Bnrgemeester van TER NEUZEN brengt by deze ter
kennis van de daarbij belanghebbenden, dat het door den
beer Directeur der Directe B e _a,s ti n g,e> n
enz. te Miidelburgden 3» October 1S»S, mvor-
derbaar verklaard kohier van de belasting op bedr'J^"./e"
andere inkomsten n°. 3 dezer gemeente, over den jare 1897/8,
op heden aan den Ontvanger der Directe Be
lasting e n ter invordenng, is ter hand gesteld en dat
ieder verplicht is zijnen aanslag, op den bij de wet bepaalde
voet, te voldoen.
Gedaan te Ter Neuzen, den 30 October 1897.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat in die gemeente
zal worden gehouden op Woenstlag, H» November
■ho;.
Ter Neuzen, 29 October 1897.
Bnrgemeester en Wethouders voornoemd,
j A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. W1SKERKE, Secretaris.
In de Belgische Kamer mogen de stroomen
der parlementaire welsprekendheid nu wat rijke-
liiker vloeien. Een voorstel om den redenaars
een half uur voor hnnne redevoeringen toe te
staan, in plaats van een kwartier, is daar aan
De burgemeester van Brussel, de heer Bnls,
zal in bet volgend jaar naar den Congo-staat gaan,
om de opening van den spoorweg van Matidi naar
Leopoldville bij te wonen.
Er heeft in de Duitsche politiek geruimen tijd
een toestand van onzekerheid bestaan, welke zeer
ongunstig werkte op den geregelden gang van
zaken en bij de bevolking een toestand van onte-
vredenheid te voorschijn riep. Het eene gerucht
volgde op het andere dan zou deze Minister heen
DOOR
III.
Het was half zes eer Holmes terugkwam. Hij
was opgeruimd en zeer goed geluimd, iets wat bij
hem van tijd tot tijd werd afgewisseld door een
gemoedsgesteldheid die aan ontzenuwing grensde
„Er schuilt geen groot geheim in deze aange
legenlieid," zeide hij, den kop thee aannemende
dien ik voor hem had ingescbonken, ,/de feiten
schijnen slechts eene verklaring mogelijk te
maken.
„WatHebt gij het reeds opgelost
„Nu dat zou te veel gezegd zijn. Ik heb
een feit outdekt dat een veronderstelling wettigt,
dat is alles. Het is slechts een zeer vage ver
onderstelling. De nadere bizonderheden ontbreken
er nog aan. Ik heb zooeven in oude nommers
van de „Times" gevonden, dat Majoor Sholto van
Upper Norwood, oud-gediende van het 34e regiment
Bombay-Infanterie op den 28 April 1882 over-
ll<iffIk moge zeer onbegrijpelijk zijn, Holmes,
maar ik kan niet inzien tot welke onderstelling
dit leiden kan."
Niet? Gij verbaast mij. Beschouw het dan
van deze zijde. Kapitein Morstan verdwijnt. De
gaan, dan een andere; zelfs de rijkskanselier was
niet meer veilig en moest volgens de loopende
berichten reeds lang op de politieke doodenlijst
worden opgeschreven. l)e oneenigheid, welke over
de hervorming van het militaire strafrecht bestond,
werd als de oorzaak van het verdwijnen des prin-
sen Hohenlohe beschouwd.
De gevreesde wijzigingen in het Ministerie hebben
plaats gehad en zich tot kleine propoties bepaald.
En de vreugde der Duitschers is groot, nu ook
met deze onzekerheid langs offieieelen weg een
einde wordt gemaakt aan de ongerustheid, welke
bestond over het lot der hervorming van het
militaire strafrecht. Er zal aan den Rijksdag een
daarop betrekking hebbend ontwerp worden inge-
diend De persoonlijke tusschenkomst des Keizers
moet tot dit resultaat hebben geleid.
„Een lang onderhoud, dat de Keizer voor zijn
vertrek met den rijkskanselier Prins Hohenlohe
heeft gehad in het paleis van den kanselier, heeft
het verblijdende resultaat gegeven", zoo schrijft
de Kolnische Zeitung, //dat de eigenlijke kern,
waartegen in de laatste weken en maanden alle
vrees steun zocht, van nu af kan beschouwd wor
den als een krachtig vereenigingspunt voor alle
partijen, die het handhaven van den staat wenschen.
Dat de Keizer deze wending in het leven heeft
geroepen, kunnen alle oprechte vrienden des vader-
lands hem niet hoog genoeg aanrekenen".
Over den inhoud van het te verwachten voorstel
is nog niets bekend. Wei is waar zijn reeds
enkele bijzonderheden uitgelekt, ,/doch deze zijn
niet voldnende om ons daarvan een vertrouwbaar
beeld te geven". Zoolang de inhoud nog niet
bekend is meent daarom de Kolnische Zeitung,
dat alle partijen het vaderland het best kunnen
dienen, wanneer zij de discussie over het militaire
straf-proces voorloopig uit den publieken strijd
houden.
Generaal Lockhart heeft Vrijdagochtend den
Sempagha-pas genomen. Een Britsch otficier werd
gedood, een ander gevtond.
Hoe groot de verdere verliezen der Engelschen
waren, wordt niet gemeld. De vijand bood niet
lang weerstand aan het vuur van zes dicht bij
elkaar geplaatste batterijen.
De Britsche strijdmacht bestond uit 6200 man
Engelsche troepen, 11,800 man Engelsch-Tndiers
daarvan moesten echter afgetrokken worden de
Indische troepen, die het kamp van Khangarbur
bezet gehouden hebben. De hoogten rechts van den
Sempagha-pas werden door het Northamptonshire
regiment en het 36'ten Sikhs bezet, terwijl de
eenige persoon in Londen dien hij kon bezocht
hebben is Majoor Sholto. Majoor Sholto verklaart
niet geweten te hebben dat hij te Londen was.
Vier jareu later sterft Sholto. Binnen een week na
zijn dood ontvangt de dochter van Kapitein Morstan
een kostbaar geschenk, dat jaarlijks herhaald wordt
en nu eindigt in een brief die haar als een kwalijk
behandeld meisje beschrijft. Op welke kwalijke
behandeling kan dit anders doelen dan op de
verdwijning van haren vader? En waarom zouden
de geschenken onmiddellijk beginnen na Sholto's
dood, of het moest zijn dat Sholto's erfgenaam
iets ran het geheim weet, en een schikking wensclit
te maken? Hebt gij eenige tegenovergestelde
theorie?"
„Maar welk een vreemdsoortige gevolgtrekking
En hoe ver gezochtWaarom zou hij nu eerder
een brief schrijven dan voor tien jareu geleden
Bovendien in den brief staatom haar recht te
doen wedervaren. Welk recht wordt daarmede
bedoeld De veronderstelling dat haar vader
nog in leven is, is zeker te gewaagd. En van
een ander onrecht is u niets bekend."
„Er zijn moeielijkhedenzeer zeker groote
moeielijkheden," zei Sherlock Holmes nadenkend
,/maar onze expeditie van heden avond zal ze
alien oplossen. Ha, daar is een vierwieler en
Miss Morstan zit erin. Zijt gij gereed Dan
was het beter dat wij naar beneden gingen, want
het is reeds even over den tijd."
Ik nam mijn hoed en stevigsten stok, doch
merkte op dat Holmgs zijn revolver uit het
wapenrek nam eil in zijn zak liet glijden. Het
was dus duidelijk dat hij dacht dat ons avond-
werk van ernstigen aard zou kunnen worden.
linkerzijde van den pas door de brigade van generaal
Gaselee schoongeveegd werd. De vallei is zeer
breed en gemakkelijk te begaan in het begin maar
eindigt in ravijnen, die zich, tot aan de grootste
hoogte van den pas, drie mijlen ver uitstrekken.
De oppositie in de Oostenrijksche Kamer is er
in geslaagd, de telegrafisten en journalisten een
etmaal lang van arbeid te voorzien, zonder dat er
iets werd verricht. Zeven en twintig uren werd
door een nieuw soort obstructionisme de Kamer-
zitting gerekt, die daarna is gesloten.
Vrijdag begonnen verscheidene leden der Duitsche
Yolkspartij en de vrijzinnigen te protesteeren tegen
de avondzitting en tegen verschillende besluiten,
die genomen waren. Na veel lawaai vroeg de
Duitsch-vrijzinnige afgevaardigde Gross, het ont
werp van de regeering over de suikerbelasting
aan de orde te stellenen de heer Kaiser vroeg
een hoofdelijke stemming.
De ondervoorzitter zei, dat hij de beslissing
der meerderheid moest eerbiedigen, en dat hij
geen van beide voorstellen wilde aan de orde
stellen.
Dat alles ging met groot rumoer gepaard.
Eindelijk kreeg de heer Lecher, Dnitsch-vrijzinnige,
het woord, telkens in de rede gevallen. Maar
hij ging steeds voort, pratende van 9 tot 1 uur.
Toen werd de vergadering geschorst, maar later
hervat. Lecher bleef door redeneeren tot half
zes in den morgentoen, nadat er een korte
schorsing was geweest, weer tot 9 uurdie man
heeft een wijzertje rond gepraat
De president wilde de vergadering sluiten, maar
men wilde dit niet. Om tien uur werd zij hervat.
Wei werd, op voorstel van den heer Pfersch,
besloten, over te gaan in geheime zitting, zoodat
het publiek kon heengaan
,/Uiterst karig" noemt het ,/Hbl." de som
van 50,000, door de Regeering op de begrooting
van Binnenlandsche Zaken aangevraagd voor de
kosten der Inhuldigingsfeesten.
Zonder onbescheiden te worden, meenen wij te
mogen vragen, zegt het blad, hoe de Re
geering zich voorstelt, in de uitgaven behoorlijk
te kunnen voorzien met slechts 50,000.
Zonder in buitensporigheid te vervallen, zal ook
j de Regeering er zeker prijs op stellen, dat de
Inhuldiging met den noodigen luister plaats vinde
en dat de buitenlandsche vertegenwoordigers, die
er getuigen van zullen zijn, een goeden indruk
van de plecbtigheid ontvangen. En dan is het
oils niet duidelijk, hoe het mogelijk zal zijn, met
de aangevraagde som zelfs in matige eischen te
voorzien.
Op grond van art. 4 litt. d, der wet tot
regeling van de pensioenen der burgerlijke amb-
tenaren zijn bij kon. besluit o. m. debrievengaarders,
conducteurs der brievenmalen, adsistenten en kan-
toorknechts bij de posterijen, respectiev.elijk hij
de telegrafie, aangewezen als gerechtigd tot het
genot van pensioen, na bekomen ontslag, indien
zij den ouderdom van vijf en vijftig jaar bereikt
en den staat ten minste tien jaar in de gezegde be
trekking gediend hebben.
,/De Hollander" komt met de volgende behar-
tigenswaardige waarschuwing
Eer het te laat is.
Wat er te waarschuwen valt
Dat het Personeel over dit jaar (1897) uiterlijk
31 Januari a. s. geheel moet betaald zijn, of
men komt absoluut niet op de kiezerslijst voor
het volgende jaar.
Men weetde belasting over het laatst verloopen
dienstjaar moet dan ten voile zijn betaald. Welnu
het Personeel over het laatst verloopen dienstjaar
is voor 1898 het Personeel van dit jaar.
In het voorjaar was dit anders. Toen liep het
nog over het oude Personeel, dat van Mei tot
Mei liepmaar het nieuwe Personeel loopt van
1 Januari tot 31 December.
En dahromop 31 Januari moet de laatste
termijn van de Personeele belasting betaald zijn.
Door Ged. Staten van Zeeland wordt aan
de Provincial Staten gevraagd hun college te
machtigen tot het aanschaffen van een nieuwe
stoomboot voor den dienst op de Wester-Schelde,
van gelijke snelheid als de ,/Walcheren en de
,/Zeeuwsch-Vlaanderen" tot een prijs van ten
hoogste 130,000, voor zooveel noodig te dekken
door een leening.
In hun voorstel herinneren Ged. Staien aan
het besluit der Staten van 6 Nov. 1896, waarbij
op preadvies van Ged. Staten verworpen werd een
door zeven leden ingediend voorstel, om onverwijld
over te gaan tot den bouw van een derde
stoomboot voor den dienst op de Wester-Schelde.
Dat ad vies was toen gegrond op de ontijdigheid
van de aanschaffing.
De commissie van toezicht op den Wester-
Miss Morstan was in een donkerkleurigen
mantel gewikkeld, en haar zacht gelaat was rustig,
doch bleek. Zij zou meer dan vrouw geweest
moeten zijn om zich niet een weinig onrustig te
gevoelen bij de vreemdsoortige onderneming waar-
voor wij ons op weg begaven maar toch was hare
zelfbeheersching bewonderenswaardig en zij beant-
woordde kort en zakelijk de weinige vragen die
Sherlock Holmes het nog noodig oordeelde tot
haar te richten.
/Majoor Sholto was een bizonder vriend van
mijn papa," zeide zij ,/zijne brieven waren altijd
vol van toespelingcn op den Majoor. Hij en
papa voerden het bevel over de troepen op de
Andaman eilandendaardoor woonden zij ge
ruimen tijd tezamen. Indertijd werd in papa s
lessenaar een vreemdsoortig papier gevonden, wat
niemand begrijpen kon. Ik veronderstel niet dat
het van eenig aanbelang kan wezen, ik dacht
echter dat gij het wellicht gaarne zoudt willen
zien, en daarom heb ik het medegebracht. Hier
is het."
Holmes ontvouwde het papier zorgvuldig en
streek het glad op zijn knie. Daarna onderzocht
hij het nauwkeurig met zijn dubbele lens.
,/Het papier is in Indie gefabriceerd," zeide
hij, //het was voor eenigen tijd op een bord
geprikt geweest. De teekening erop schijnt het
ontwerp te zijn voor een gedeelte van een groot
gebouw, met talrijke zalen en gangen. Aan den
eenen hoek staat een met rooden inkt geteekend
kruis en links daarboven staat geschreven 3,37
Op den linker hoek staan vier kruisjes op een
liju, waarvan de armen elkander raken. Daarnaast
staat in ruwe karakters
z,Het teeken der vier" Jonathan Small, Ma
homet Singh, Abdullah Khan, Dost Akbar.
Neen, ik beken dat ik niet begrijp in welk
verband dit met de zaak staat. Desniettemin is
het een belangrijk document. Het is zorgvuldig in
een zakboek bewaard gewordenwant het is aan
beide zijden even helder."
z/Wij vonden het in zijn zakboek."
z/Bewaar het dan zorgvuldig, Miss Morstan, want
het zou ous later van nut kunnen zijn. Ik begin
te veronderstellen, dat deze zaak blijken zal inge-
wikkelder en van meer teederen aard te zijn, dan
ik haar in het eerst beschouwd heb. Ik moet
mijne gedachten opnieuw regelen."
Hij leunde achterover in het rijtuig en ik kon
aan zijn geheele houding zien dat hij in zijue
gedachten verdiept was. Miss Morstan en ik, wij
onderhielden ons op gedempten toon over onze
expeditie en den mogelijken uitslag ervan, doch
onze metgezel bleef peinzend en afgetrokken tot
aan het einde van den rit.
Het was een avond in September en nog geen
zeven uur, maar het was een donkere dag geweest
en er hing een vochtige, doordringende mist over
de groote stad. Gelijk zwarte wolken zweefde de
mist over de modderige straten. Langs het strand
drong het licht der lantaarns slechts met moeite
door den nevel heen en wierpen een schaarsch
schijnsel over de glibberige bestrating. De gele
lichtstralen uit de winkelramen drongen naar
buiten door de dampachtige lucht, en wierpen
een spookachtig licht op de menigte daarbuiten.
Deze omstandigheid en het doel waarvoor wij
ons tusschen dat licht en donker voortbewogen,
maakte mij zenuwachtig en zwaarmoedig. Ik