Algemeen
Mieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
AAKBESTERIHG.
So. 3343.
Zaterdag 15 Augustus 1896.
36e Jaargang.
aanbesteden:
Binnenland.
ABONNEMENT
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Pranco per postYoor
Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,32$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Yoor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
Bij deze eourant belioort een bijvoegsel.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen op Zaterdag 22 dezer, des namiddags
4 ure, in het gemeenteraadhuis, in het openbaar
bij enkele inschrijving, in twee perceelen
le perceel. het leggen van klinker-
bestrating en riolen, met bijlevering
van materialen.
2e 1 perceel. het dempen, graven en
schoonmaken van slooten en maken
van rioleering bij de Kerkhoflaan.
Het bestek ligt ter lezing op de gemeente-
secretarie en is aldaar tegen betaling van 35 cent
verkrijgbaar.
Inlichtingen zijn te bekomen bij den gemeente-
bouwmeester, door wien plaatselijke aanwijzing zal
geschieden op Donderdag 20 te voren, des namiddags
3 uren, te beginnen aan de Grenulaan.
Ter Neuzen, .12 Augustus 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. YAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
folitieli Overziclit.
Engelsche bladen melden, dat bij Rethymo een
bende van 900 Turken slaags geweest en terug-
gedreven is door de christenopstandelingen.
De Grieksche officieren, die deserteerden om
op Kreta te vechten, zouden zijn geland in
Sphakia, waar ze met groote geestdrift werden
ontvangen.
Reuter verneemt, dat de onderhandelingen der
mogendheden ten opzichte van Kreta nog tot geen
voorstel hebben geleid, dat bet vooruitzicht opent
op een bevredigende oplossing. Rusland is er
beslist tegen, al te grooten druk op den sultan
te laten uitoefenen. De mogendheden zijn het
niet alien eens over de maatregelen, die moeten
genomen worden om een einde te maken aan den
opstand. De staat van zaken is dus sedert eenige
weken niet veranderd, en het bericht volgens het-
welk Engeland en Rusland tot overeenstemming
FEUILLETON
i)
i.
De nachttrein naar de residentie was op het
punt om het stadje Berghausen te verlaten. De
conducteurs hadden de portieren der waggons
reeds gesloten en de machinist hield de hand
aan de stoomfluit, om het sein tot vertrek te
geven. Daar kwam in snelle vaart een man uit
het stationsgebouw loopen. In zijn ruime mantel-
jas, die in den wind fladderde, geleek hij een
reusachtige vleermuis, die in den herfstnacht
voortvloog.
,/Kan ik nog mee?" hijgde de heer, terwijl hij
het zweet van zijn gelaat wischte.
De station-chef, die hem reeds met een hand-
gebaar beduid had, dat het niet kon, herkende
hem nu bij het licht der lantarens op het perron.
„He, mijnheer Schwerdtner, gaat ge nu reeds
weer heen Kom, maak gauw voort, ik zal
u helpen
De reiziger kon met antwoorden de welwillende
beambte rukte het portier van den naastbijzijnden
■waggon open en duwde den laat komenden bekende
naar binnen. Op hetzelfde oogenblik liet de
stoomfluit zich hooren en de trein kwam in
beweging.
Onze reiziger, een nog jong man kwam bijna
struikelende den coupe binnen; bijna had hij zijn
hoed en reistasch uit de hand laten vallen, in
zijn gejaagdheid was hij als verblind.
zouden zijn gekomen betreffende te Kretenzische
en de Armenische qufrqstie. is van alle grond
ontbloot.
Dit laatste wordt indirect bevestigd door een
scherp artikel van de //Novoje Vreinja," het
Petersburger blad, dat de Europeesche Regeeringen
aanraadt, zich door Engeland niet te laten foppen,
dat door de Oostersche en andere quaesties de
aandacht tracht af te leiden van zijne handelingen
in Egypte en Soedan.
In 't Britsche Lagerhuis werd de onder-minister
Curzon nog eens gepolst over de Oostersche
quaestie.
Hij antwoordde dat de Porte uitvoering heeft
geheven aan de vier puntee, welke onlangs aan
Kreta zijn toegestaan. Wat den invoer van wa-
penen betreft, ernstige vriendschappelijke vertoogen
zijn daarover tot Griekenland gericht. Spreker
gelooft wel, dat de Grieksche Regeering al het
mogelijke doet om den uitvoer van wapenen naar
Kreta te beletten, maar het is mogelijk dat de
schepen bij nacht aan het toezicht ontsnappen.
Engeland heeft het voorstel niet aangenomen, dat
de mogendheden Turkije zouden helpen in het
blokkeeren van het eilandwant een blokkade is
altijd een twijfelachtige operatie, nog twijfelachtiger
dan een tusschenkomst tusschen den souverein en
zijn volk tot onderdrukking van den opstand,
waarvoor wel eenig excuus schijnt te bestaan.
De Regeering heeft niet gemeend, den sultan
te moeten bijstaan met een vloot, zonder een
waarborg of zekerheid voor Kreta te verkrijgen.
Lord Salisbury heeft zich bereid verklaard, de
vraag te overwegen, of hij zich zal aansluiten bij
de garantie met de andere mogendheden voor de
vervulling van de voorwaarden, welke kunnen
worden overeengekomen tusschen de Porte en het
volk van Kreta. Voor een degelijke oplossing
van het vraagstuk moet men iets van blijvenden
aard hebben. Een dergelijke oplossing is niet in een
paar weken te verkrijgenmen moet geduld heb
ben, maar spreker hoopt, dat men er in zal
slagen, een overeenstemming tusschen beide par-
tijen tot stand te brengen.
De Czaar, die nu bepaald 8 October te Parijs
wordt verwacht, zal op zijn reis door Europa zijn
minister Lobanoff en zijn civiel en militair kabinet
meenemen, dus geheel zelf de zaken blijven leiden.
Tegeuover het minder beleefde voorstel, om
Keizer Wilhelm niet in diens hoofdstad, maar te
Breslau te bezoeken, wordt een ander besluit
gemeld, dat getuigt van welwillendheid jegens
Duitschland.
Een brommerige stem uitte een luide ver-
wensching. Schwerdtner stamelde een veront-
schuldiging, daar hij geloofde in het halfduister
een passagier op de voeten getrapt te hebben
gij groette daarop beleefd en wischte het zweet
van zijn voorhoofd. Inmiddels was de trein in
vollen gang gekomen.
Nu eerst kon hij eens om zich heen zien. Er
waren nog twee reizigers in den coupe. Voor
zoover het licht der lamp aan de zoldering en de
rook van twee sigaren een juiste waarneming toe-
lieten, kwam hij tot het vermoeden, dat zij maunen
van middelbare leeftijd waren. Zij zaten tegen-
over elkaar bij een raampje. De een, die voor-
waarts reed, was zwaarlijvighij had een borste-
ligen snorbaard, en aan de hand, waarmee hij de
sigaar naar den mond bracht, fonkelden eenige
prachtige diamanten. Hij scheen het warm te
hebben, zijn ademhaling was hoorbaar en hij had
zijn hoed afgezethet licht der lamp scheen op
zijn glimmend kaal hoofd. Zijn reismakker tegen-
over hem scheen zich voor de frissche lucht in
acht te nemen en het open raampje slechts te
dulden ter wille van zijn overbuurman. Hij droeg
een langen, donkergrijzen stofmantel, van boven
tot onder geheel dichtgeknoopt, en had een zwar-
ten doek over zijn kin en wangen. Een groote,
grijze hoed met breeden rand overschaduwde zijn
gelaat zoo volkomen, dat niet eens te herkennen
was, of hij een baard had.
In het fluisterend gevoerd gesprek, dat deze
laatste met den dikken heer onderhield, herkende
Schwerdtner hem aan de brommerige stem als de
persoon, die hem zoo onvriendelijk verwelkomd
had. Terwijl hij bij het andere portierraam op
De Czaar heeft nl. aan Prinses Hohenlohe, de
vrouw van den Duitschen rijkskanselier, het levens-
lang bezit van hare Russische goederen Werki,
Joebitsj en Naliboki toegestaan, terwijl de overige
moeten worden verkocht.
Zooals men weet, werd jaren lang over deze
zaak (de erfenis van Prinses Wittgenstein) onder-
handeld en reisde Hohenlohe daarvoor verleden
jaar zelf naar St. Petersburg.
De verkiezings-campagne neemt steeds breeder
proportion aan. Ook in de politiek volgt de
Yankee de Barnum-methode.
De candidaat der democraten voor het presi-
dentschap, de heer Bryan, maakt een rondreis door
de oostelijke staten. Zoo zeer schijnt men in
spanning verkeerd te hebben, dat zelfs op de
spoorwegen een buitengewone drukte heerscht.
Ieder wil de politieke geloofsbelijdenis van den
jeugdigen zilverman hooren.
Eergister was hij te New-York reeds Maandag
waren 100,000 entree-kaarten gevraagd voor de
rede welke hij zou houden. Dit getal zal waar-
schijnlijk wel ietwat overdreven zijn, want een
telegram uit New-York aan de //Matin" spreekt
slechts van achttien duizend personen, die de lezing
zouden bijwonen.
Bij het dep. van Kolonien is het volgende,
van gisteren gedagteekende, telegram van den
Gouverneur-Generaal van Ned.-Indie ontvangen
z/Eergisteren vijand verdreven voorbij Seneng in
de heuvels ter weerszijden van het dal van Lamteh.
Toekoe Oemar's benden verspreid.
Yooral bij Tjagoe tegenstand ondervonden.
Gesneuveld een Amboneesche fuselier; gewond
twee Europeesche fuseliers en 14 inlandsche
militairen.
Toekoe Oemar gevlucht naar Lehong, (een
landschap op de N.W. kust, ten zuiden van Lepong),
waarheen kolonel Stemfoort zich gisteren met een
bataljon inscheepte uit de Retien-baai.
Gezondheid en geest der troepen uitstekend."
De correspondent der N. R. Ct. seinde eergister
z/Twee bataljons gaan naar Lampagar.
z/Ons bivouak in Lepong werd beschoten. Twee
minderen werden gedood en twintig gewond. De
actie wordt zuidwaarts voortgezet."
De actie tegen Lepong, merkt het blad hierbij
op, schijnt den vijand eenigszigs verrast te
hebbenanders zou Oemar niet zoo spoedig zijn
gevlucht. Zijne makkers vereenigden zich nu blijk-
dezelfde bank als de dikke heer zich op zijn
gemak zette, oordeelde hij noodig, nogmaals zijn
verontschuldiging aan te bieden voor zijn haastig,
ongewoon binnenkomen.
z/Ik kwam zoo laat, dat ik reeds vreesde niet
meer te kunnen meereizen. Neem mij niet kwalijk,
dat ik zoo onstuimig hier binnenkwam."
Deze beleefdheid scheen den heer in den grijzen
mantel iets vriendelijker te stemmen.
z/Het was alleen wegens den wind door de
open deur," zeide hij halfluid, „en mijn verwenschte
rheumatiek
z/Het verwondert me eigenlijk, dat je zoo ge-
voelig bent," zei de kaalhoofdige met zekeren
spot. //Ik dacht, dat jij in je leven dat wel
ontwend zou wezen. Als men, zooals jij
z/Och watviel de ander hem in de rede.
z/Niemand is gevrijwaard tegen kiespijn."
Hij wierp het overschot van zijn sigaar het
venster uit en keerde het hoofd een weinig naar
Schwerdtner, die zijn hoofd in de kussens drukte
en peinzend voor zich uit zat te staren
z/Waar gaat uw reis heen, mijnheer, als ik
vragen mag P"
z/Naar de residentie," antwoordde Schwerdtner,
zonder zich te bewegen. Bij alle beleefdheid was
hij niet in een stemming om met vreemde een
gesprek aan te knoopen.
De vrager zweeg en hervatte weldra het fluis
terend gevoerde gesprek met zijn reisgezel.
Nu kwam de conducteur, om het kaartje van
den laatst bijgekomen reiziger te knippen. De
man met den breedgeranden hoed ging rechtop
zitten en beschermde zich met zijn mantelkraag
tegen de binnenstroomende frissche lucht.
baar daar en vielen ons bivouak krachtig aan.
Wij veronderstellen, dat het weinig moeite zal
kosten, hen uiteen te jagen, vooral nu hun hoofd
afwezig is.
De beide bataljons, die naar Lampagar gediri-
geerd werden, zullen de heethoofden in de VI
Moekims moeten vasthouden en voorkomen, dat
zij de operatielijn van Kota-Radja door de kloof
van Beradin naar Kroeng-Raba onveilig maken.
Als de invloed van Oemar ter westkust kan
worden vernietigd, dan eerst zal hij vleugellam
wezen. Uit dat terrein trok hij zijne inkomsten
en daar was zijn woord dikwijls overwegend.
De Koran van Toekoe Oemar, die een paar
maanden geleden ie Oemar's woning te Lampisang
werd gevonden, is thans in het bezit van de fa-
milie Kenninck, te Helder. Op een der schut-
bladen van het boek leest men //Op den 25
Mei 1896 (tweede Pinksterdag) is deze Koran
door ondergeteekende buit gemaakt in het huis
van Toekoe Oemar, te Lam Pisang. Kota Radja,
6 Juni 1896. P. Kennick, 2deluit.-kwartiermeester."
Zonder deze verklaring zou men zich moeilijk
kunnen voorstellen, dat het in rood leder gebonden
boek van iemand als Toekoe Oemar afkomstig is,
zoo eenvoudig, zoo doodgewoon ziet het er uit.
Daartoe welwillend in staat gesteld, komt menigeen
een kijkje van het merkwaardige boek nemen.
De Minister van Buitenlandsche Zaken brengt
in de St.-Ct. no. 190 ter kennis, dat ter gelegen-
heid van Onze Lieve Yrouwe Hemelvaart de
Belgische grenskantoren Watervliet, Selzaete
(station), Kieldrecht, Santvliet, Esschen (station en
dorp), Achel (station), Wuestwezel, La Planck en
Vise (station), voor den invoer van vee uit Neder-
land zullen zijn opengesteld op Maandag 17 Aug.
e. k., op de gewone uren, in plaats van op Zaterdag
15 Aug.
De Regeering heeft bij de rijkswerken te
IJmuiden een belangrijke stap gedaan. Er zijn
bij het maken der nieuwe sluizen aldaar reeds
herhaaldelijk moeilijkheden gerezen en sedert eenigen
tijd is er zelfs tusschen het Rijk en den aannemer
der werken, den heer Barend van Buuren, een
rechtskwestie ontstaan. In het aannemingscontract
staat echter een bepaling, volgens welke het rijk
het recht heeft om, indien de werken niet op tijd
gereed zijn, de rest van het werk den tegen-
woordigen aannemer te ontnemen en op diens
kosten door een ander te doen uitvoeren. De
N. R. Ct. verneemt nu, dat het rijk van deze
bepaling gebruik heeft gemaakt door den aanleg
Dienstvaardig reikte de dikke heer het kaartje
van Schwerdtner aan den conducteur over en deze
knipte er met zijn tang een gaatje in. De dikke
fluisterde hem intusschen boos toe//Wel ver-
duiveld, zeg eens, ik heb uitdrukkelijk bedongen,
dat wij alleen zouden blijven Hoewel gefluis-
terd, had Schwerdtner deze woorden toch gehoord.
z/Neem mij niet kwalijk," fluisterde de conduc
teur terug, //geheel toevallig en in de haast heeft
de station-chef zelf dien heer ingelaten. Ge
zult wel bemerkt hebben, dat ik geen tijd meer
had
z/Goed, maar geef voortaan beter acht. Ik
hoop dat het nachtverkeer niet zoo druk is, dat
we nog meer toevloed van reizigers te wachten
hebben."
z/Daar zal ik wel voor zorgen, u kunt er op
rekenen."
De conducteur ging en sloot het portier.
Schwerdtner kroop nog dieper in zijn hoekje
en gaf zich moeite om te toonen, dat hij geen
notitie wilde nemen van het gesprek der heeren,
die zoo gaarne ongestoord wilden blijven.
De heer in den grijzen mantel haalde nu uit
een zijner mantelzakken een koker te voorschijn.
z/lk zal nog maar een sigaar aansteken. Dat
is het beste middel tegen kiespijn," zeide hij.
Doch daar scheen hij iets te bedenken. Hij boog
het lichaam voorover naar Schwerdtner en hield
hem den sigarenkoker voor, welke uit twee klep-
pen bestond, waarvan hij de eene met de vingers
gesloten hield.
z/Wij zijn u misschien lastig met ons rooken
wilt gij daarom liever zelf ook meedoen, mijnheer
Hij vroeg dit met gedempte stem, alsof hij.
TER \ElZEYSI HE (0I R4VT
BMt Mad verscliijnt Maandag-, Woenadag- en Vrijda^avond, uitgezonderd op Keestdagen, bij den uitgever 1". J. VAI 1>K IAKDE te Ter Meuzen.