Algemeen Nienws- en Advertentiebl&d voor Zeeawscn- Vlaandere So. 3336. Donderdag 30 Juli 1896. :rr,^rn,,av ,>8J uit„evervA».,.rWA»„K<e Ter 36e Jaargang. Binnenland. ABONNEMENT Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,32|. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- busliouders. v% ADVERTENTIEN: Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. °Pgaaf1Va1n df emaal Plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. f olitieli Overzielit Te Saint-Die is Zondag een standbeeld onthuld voor Jules Ferry. De Minister-president woonde met de Ministers van buitenlandsche zaken en van onder wij s de plechtigheid bij. De drie bewinds- lieden huldigde in redevoeringen den staatsman, die vooral in de onderwijswetgeving en in de koloniale staatkunde blijvende sporen van zijnen arbeid heeft achtergelaten. De bisschop van Saint-Die is in het stadhuis de Ministers komen begroeten, en heeft hen ver- zocht, het feest van Jeanne d'Arc tot een nationalen feestdag te maken en bij de onthulling van het monument van Domremy tegenwoordig te zijn. De Meline heeft in zoo verre gunstig geantwoord, dat hij verklaarde voor een nationalen feestdag ter eere van Jeanne d Arc veel te voelen. Hij betwijfelde echter of dit een jaarlijksch feest moest zijn, omdat het dan niet kon worden gehouden op de grootsche wijze, die de herinnering aan Jeanne d'Arc vorderde. Tc Rijsel is het Zondag weder woelig geweest naar aanleiding van de verkiezing van een lid van den algemeenen raad, die in het zuidwestelijke kanton moest plaats hebben. Een internationalis- tisch socialist is gekozen met 2005 steinmen tegen 1956 op den gematigden tegencandidaat. Aan de Transvaalsche bewindsinannen President Kruger, vice-president Joubert en staatssecretaris Dr. Leyds, zijn door den President der Fransche Republiek verleend respectievelijk aan beide eerst- genoemden het groot officierskruis en aan laatst- genoemde het commandeurs-kruis van hetLegioen van Eer. "W ederom is een deel der Engelsche pers, evenals indertijd met het telegram van Keizer Wilhelm aan President Kruger, hierover geergerd en onver- standig genoeg dit voor te stellen als eene onvrien- delijkheid tegenover Engeland. Maar in hart en nieren zijn de ineeste Engelschen feitelijk met Jameson's aanslag zoo vereenzelvigd, dat zij bij dergelijke gelegenheden de meest gewone voorzich- tigheid uit het oog verliezen en de mannen, die Jameson's misdadig opzet zoo kloek en flink ver- ijdelden, voorstellen als de vijanden van Engeland. Zoo komt de ware gezindheid aan den dag De berichten uit Kreta maken melding van nieuwe gevechten. De porte wil nu trachten den toevoer van wapenen naar het eiland af te snijden. Daarvoor is een eskader aangewezen, dat bestaan zal uit het pantserfregat Nedschimi-Schefket, drie torpedobooten en vijf houten schepen. Maar het zal wel winter worden voordat dit eskader zee kan kiezen. Inmiddels worden in de provincie Kissamo ge- regeld gevechten geleverd, Te Kastelli hebben de Turken zes Christenen gevangen genomen en twee van hen, koelbloedig, en voor de oogen der opstandelingen geslacht. In de provincie Rethymo werd Donderdag een groote veldslag geleverd door de Turksche troepen tegen 1600 christenen. De Turken beweren, dat een groot deel der op standelingen Grieksche vrijwilligers waren. In een bericht uit Athene wordt gemeld, dat dit zeer onwaarschijnlijk is, daar slechts Kretensers naar het eiland vertrokken zijn. In Horakliou is het tamelijk rustig, maar buiten de stad hebben zich een groot aantal der meest beruchte Muzelmannen uit Abadia gelegerd, aan wie door de autoriteiten den toegang tot de stad is ontzegd. Een troep opstandelingen heeft zich aangeboden, om toezicht op deze Abadioten te houden. De Turken schijnen besloten zich zooveel mogelijk te versterken, voordat de termijn voor den wapen- stilstand vastgesteld, is afgeloopen. Het binnenvallen van Grieksche vrijwilligers in Macedonia, heeft daar den toestand zoodanig ver- ergerd, dat de Turksche regeering zich genoodzaakt heeft gezien een ernstig protest te richten tot de regeering te Athene. De Grieksche Ministers ver klaren dat zij geheel buiten de zaak staan, en dat vrijwilligers uit Larissa onverwacht zijn opgerukt, om de Macedoniers te helpen. De Voss. Ztg. meent, dat de Grieksche regeering niet zoo onschuldig is als zij wel voorgeeft. Maar de Grieken willeu er ook bij zijn, als eens de buit in Macedonie verdeeld wordt. En zoo lang de regeering van Hellas zich officieel buiten de zaak houdt, behoeft zij niet te vreezen voor on aangenaamheden. De Turksche troepen zijn reeds op twee plaatsen met de opstandelingen in Macedonie slaags geweest. Bij Niausta werden de Turken verslagen door een troepje van 130 manbij Kozani werden 500 Albaniers teruggedreven door 150 Macedoniers. A1 even ongelukkig zijn de Turken in de nabijheid van Monastir, waar zeshonderd opstandelingen een aanval ondernamen op de Turksche troepen. Ilet gevecht had, vooral door den steun dien de landbevolking de opstandelingen verleende, voor de lurken een noodlottigen uitslag. Zij moesten terugtrekken en de opstandelingen in het bezit der ingenomen stellingen laten. F EUILLETON "Zoo, zijt ge daar eindelijk voer de rechter van instructie uit. vZeg mij toch eens, mensch, wat hebt ge eigenlijk uitgevoerd z/Den moordenaar van Herbert Dorner gevangen- genomen," antwoordde Loder met onverstoor- bare kalmte. ,/Die is al lang gevangen," hernam de rechter van instructie. z/Hij is onschuldig," merkte de commissaris op vasten toon op. ,/Hoe kunt ge dat zeggen, tegen zijn bekentenis in!" vroeg de rechter van instructie meer en meer scherp. „Mijuheer, gij veroorlooft u eigen- dunkelijkheden, die die n die alleen bestemd zijn om de waarheid, de voile waarheid aan het licht te brengen," voltooide Loder doodkalm. ,/Ik verwacht dan ook geen verwijten, mijnheer de rechter; ik heb gedaan, wat mijn recht en mijn plicht was, en dat doen wij alien naar onze krachten." Hij wendde zich tot den geneesheer, die hem bij zijn binnentreden vriendelijk had gegroet. z/Nu, dokter," vroeg hij, //kunt ge al iets meer met zekerheid verklaren z/Ik geloof het wel," antwoordde de arts. //De broek is door en door met bloed bemorst. Thans reeds ben ik, zonder microscopisch onderzoek, in .staat om te constateeren, dat het voor het grootste gedeelte dierenbloed, isslechts hier van boven aan de eene pijp vind ik menschenbloed. Het heeft den schijn, alsof men daar bebloede vingers aan afgeveegd heeft. z/Dat zal waarschijnlijk gebeurd zijn na't schrijven van de bloedige letters op den grond," mompelde de commissaris. //Ja ja, de kerel is nu geheel in onze macht." z/Wilt gij eindelijk eens zoo goed zijn mij ver- slag uit te brengen?" vroeg Niederer, terwijl hij toornig aan zijn schrijfbureau plaats nam. De commissaris knikte slechts even en begon toen z/Ik twijfelde reeds in den aanvang aan de waar heid van de bekentenis, die de advocaat Dorner had gedaan, en veronderstelde, dat hij de bedoeling had door die bekentenis de ware toedracht van de zaak voor ons te verbergen. De gronden, waar- op voor mij de onschuld van Dorner berustte, waren in de eerste plaats zijn volslagen onbekend- heid met alle omstandigheden, waaronder de mis- daad had plaats gegrepen, maar nog meer mijn persoonlijke bekendheid met zijn karakter, dat tot mts onedels niet in staat is, een meening, die door al zijn kennissen wordt bevestigd. Had ik aldus in den beginne reeds getwijfeld aan de waarheid der verklaringen, die de gevangene aflegde, zoo werd mijn inzicht bevestigd en versterkt door ver- schillende bijzonderheden, die ik bij het onderzoek waarnam. Yooreerst moet de hooge wissel, die daags na den moord op naam van Wilhelm Dorner werd aangeboden, het eigendom van het slachtoffer geweest en in diens woning geschreven zijn; dit heb ik bewezen door een proef, die ik op den mkt genomen heb. Yerder toonden nog de ge- neeskundige verklaringen de onschuld van Wilhelm Dorner aan. Er werd, hoewel wij nauwkeurig Het verslag der afdeelingen van de Eerste Kamer over de kieswet is zeer gunstig. Wel worden er bezwaren tegen aangevoerd, maar zij worden niet als overwegend voorgesteld. Een groot bezwaar was de gelijkstelling van het provin- ciaal met het politiek kiesrecht, en ook de regeling van het gemeentekiesrecht, waartegen zelfs voor- standers der wet opkwamen. Sommigen drongen er met ernst op aan, dat voor de invoering der wet de herziening der gemeentewet en de regeling der gemeente-financien zou plaats hebben om de geduchte nadeelen zooveel mogelijk te keeren. De N. R. Ct. ontving eergisteren het vol gende bericht uit Atjeh Drie bataljons zijn naar Tjot Made' vertrokken tot het oprichten eener versterking. Een officieel bericht van denzelfden datum, luidde. Eergisteren verkenning in de 26 Moekims. Bevolking rustig aan den veldarbeid. Op den terugweg bij Tjot Mantjang door kleine benden beschoten. Gewond acht militairen beneden den rang van officier. Bij het gevecht op 20 dezer, waaraan de pretendent-sultan deel nam, verloor de vijand 21 gesneuvelden en 11 gewonden. Volgens een particulier schrijven uit Kota Radja aan het Bat. N. blad ziet het in Atjeh niet bepaald gunstig uit, in politiek evenmin als in militair opzicht. Wij hebben wel, als met groote troepenmacht geageerd wordt, enkel het succes, dat de vijand vlucht en wij zijn boeltje kunnen opruimen, maar nauwelijks zijn de troepen terug, of de kerels zitten weer op het oude plaatsje, en komen wij met een kleinen macht weer eens kijken, dan krijgen wij vuur en verliezen zoo worden onze troepen ouder gewoonte door den vijand afgemat. Generaal Vetter is den 29 Juni vertrokken. In zijn afscheids-proclamatie dankt de generaal het leger voor zijn trouwe hulp. Hij stelt echter een nog langer verblijf der expeditionaire macht in Atjeh in uitzicht, waar nog veel moet gedaan worden. Yan welingelichte zijde wordt meegedeeld, dat de voorgestelde wijzigingen in de infanterie- uniform voor de minderen op het volgende neerkomt Het mouwvest vervalt en wordt vervangen door een kortejas van eenigsins gewijzigd model met roode kraag en schouderlappen, waarop het regi- mentsnummer in rood. De kapot wordt vervangen onderzocht hebben, aan geen der kleederen in de garderobe van den jongen advocaat een bjoedspoor waargenomen. Alleen de broek, die Dorner op den bewusten avond moet gedragen hebben, ver- toonde een paar onbeduidende bloedspatjes." z/De dokter heeft uitdrukkelijk verklaard, dat, door de richting van de snede, de kleeding van den moordenaar bijna in het geheel niet bemorst kan zijn riep Niederer ongeduldig uit, terwijl hij met de vuist op de schrijftafel sloeg. z/Zeer juist, bevestigde Loder, //maar die ver- klaring gold alleen den moord, niet het dooden van den hond, dat, hoewel op dezelfde, wijze toch onder geheel andere omstandigheden plaats had,' Niederer zag den dokter verbaasd aan. z/De commissaris heeft gelijk," beaamde deze z/ik heb hem dit antwoord gegeven op een vraag, die hij mij omtrent deze zaak deed. Het dier werd eveneens door het afsnijden der keel gedood maar de dader, die op zeer gemeenzamen voet met den hond moet gestaan hebben, riep het dier bij zich, en terwijl het tusschen zijn beenen stond, met den kop vertrouwelijk op de knie van den moordenaar, sneed deze onverwachts den hals van het beest door. Natuurlijk moet het bloed, dat uit de wond vloeide, de broek van den moorde naar zeer bemorst hebben." z/Verder," hernam de commissaris op een knor- rigen wenk van zijn meerdere, terwijl hij het scheer- mes en het daaraau gekleefde hondenhaar, zorg- vuldig in papier gewikkeld, uit zijn zak nam en voor den rechter van instructie neerlegde, //deze twee voorwerpen vond ik eveneens op de kamer van Horner, in zijn matras verborgen. Zou de dokter zoo goed willen zijn eens te onderzoeken, door een vrij wijden blauwen overjas met zwart- hoornen knoopen, twee zakken van voren en martingales iii de taille op den rughij wordt gerold op en ter weerszijden van den ransel ge dragen. De uitmonstering is rood; de gele bal v ordt vervangen door een roode, de witte pompon door een zwarte. Omtrent het voetbekleedsel een zoo integreerend deel der uitrusting van den infanterist en het hoofddeksel is nog niets bepaald. Koning Leopold, die de reis naar Noorwegen deed met de Olaf Kyrre, was zeer voldaan over zijn verblijf aan boord en schonk den kapitein van het stoomschip een prachtige diamanten doek- speld als souvenir. Van btavanger, waar de Koning het stoomschip verliet, begaf hij zich naar Odde. Door den heer F. H. Eydman te Delft is bij den gemeenteraad van Goes eene aanvrage inge- komen voor voorloopige concessie tot het maken van een water] eiding', die de ingezetenen steeds van goed drinkwater, uit zeewater gedistilleerd, zal voorzien. Niet alleen Goes maar ook andere gemeenten zouden van zuiver drinkwater kunnen worden voorzien, door het buizennet over alle dorpen van Zuid-Beveland uit te breiden, om daardoor ook te voorzien in de meermalen voor- komende behoefte aan water voor het vee. De raad besloot het nader in te zenden voorstel m ernstige overweging te nemen. Met den Christelijken Boerenbond na '4 Juli eenvoudig Boerenbond geheeten wil het alsnog niet vlotten. Zelfs den heer Dr. Schaepman, die de gave bezit zijne meening duidelijk toe te hchten, is het niet mogen gelukken misverstand over het doel van den Bond uit den weg te ruimen. Meende de heer Schaepman dat ieder lid van den Bond kon worden, die niet tegen troon en altaar was, in Friesland lichtte de heer Van der Loos de beteekenis van den Bond toe door te verklaren dat in deze geen plaats was yoor Joden en socialisten. Door de te Leeuwarden gevestigde le afdeeling van de I riesche Maatschappij van landbouw is de vraag Of de oprichting van een boerenbond wordt geacht te zijn in het belang van den landbouw na uitvoerige beraadslagingen ontkennend beantwoord. Onder de vele bezienswaardigheden in Zee- land s hoofdstad behooren ook de fraaie gobelins in de Staten-vergaderzaal. Deze kostbare behan^sel- tapijten van den Middelburgschen naaldkunstenaar J. de Maecht hebben door den tijd bijzonder geleden, en de wijze waarop hier en daar herstel is aange- of met dit mes de moord gepleegde kan zijn?" De dokter nam het mes aan' en bekeek het oplettend. z/Het mes is zorgvuldig schoongemaakt maar toch meen ik reeds met het bloote oog bloedsporen daarop waar te nemen," zeide hij. //Eenige krassen op den scherpen kant maken den indruk, ^lsof men er een zacht been mee doorgesneden heeft. Dit haar is ongetwijfeld afkomstig van een hond in de veeartsenijschool zal men kunnen onderzoeken' of het van het bewuste dier is." De commissaris nam daarop nogmaals een pakje, in papier gerold, uit zijn zak en gaf het aan den dokter. z/Wees zoo goed dit terstond te onderzoeken," zeide hij. //Ik heb aan den hals van Turk een stukje van de huid afgesneden en het als over- tuigingsstuk meegebracht." De dokter opende het pakje en deed, wat de commissarris hem vorzocht had. z/Ik ben het volkomen met u eens," antwoordde hij daarop, //dit haar is ongetwijfeld van den ge- dooden hond." z/Hiermede is de schuld van Horner reeds vol- doende bewezen, ging de commissaris met een zegevierenden glimlach voort,/maar ik heb hier nog iets een bloedigen zakdoek. Ik beweer, dat de misdadiger hieraan het wapen en misschien ook zijn handen na de daad heeft afgeveegd." //Ook deze veronderstelling bevestig ik," zeide de dokter. //Ik geloof nu reeds menschen- en dierenbloed aan dezen zakdoek te kunnen con stateeren. Bovendien zijn er eenige zwarte haren in het bloed gedroogd, die in elk opzicht met dis van den dooden hond overeenstemmen." IEVZENSCBE COURAIVT i Ml - limn-- in i 11 him 1, r ,B1 im-i_

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1896 | | pagina 1