A lgemeen
Nieuws- en Ad¥ertentieblad
voor
Zeenwsch-Vlaandere
No. 3323.
Dinsdag 30 *)uni 1896.
36e Jaar
gang.
Om de eer van zijn. moete,
BinnenSand.
ABONNEMENT
Yoor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post
Nederland f 1,10. Yoor Belgie f 1,40. Yoor Amerika f 1,32^.
Men abonneert zich bij alle BoekLandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busliouders.
ADYERTENTIEN:
Inzending van advertentien v6or 3 uren op den dag der uitgave.
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Yoor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Fotitiak Overzicht.
Er liggen voor de regeeringen van die rijken,
welker Parlementen den wetgevenden arbeid met
onverdroten ijver voortzetten, alien verlokkingen
van den zomer ten spijt, vele voetangels en klemmen
in de beraadslagingeu, doch kans op een kabiuets-
crisis is er op 't oogenblik zoomin te Rome en te
Madrid, als te Berlijn en te Londen. Er dreigt
wel eens zoo iets, doch 't drijft over als onweers-
luchten op een warmen zomerdag en als er geen
vindingrijke vernuften waren zooals bijvoorbeeld
de Parijsche Times-correspondent, de veelbesproken
De Blowitz, dan zou 't er in de Europeesche
politiek soms hesl droog en dor uitzien,
Als er geen sensatie-nieuwtjes te lanceeren vallen
over toevoegingen aan de triple-alliantie of aan de
Fransch-Russisch coalitie, dan wordt een van de
groote vraagstukken maar weer eens te pakken
genomen en der oplossing nabij geheeten. Zoo
nu ten aanzien van Egypte. Rusland zou, om
Frankrijk plezier te doen, voornemens zijn 't tot
een definitieve oplossing te doen komen door
voortestellen de onzijdigverklaring van het land
der Farao's onder toezicht der mogendheden.
Nog zoo kwaad niet bedacht van De Blowitz
doch hij vergeet, dht goedschiks of kwaadschiks
zou moeten worden verkregen de goedkeuring en
de medewerking van John Bull: Goedschiks zou
Engeland natuurlijk niet uittrekken uit het land,
waar de khedive een stroopop is en kwaadschiks
Het zou waarlijk een te gewaagd ondernemen
zijn het Egyptische vraagstuk te willen oplossen
met kracht van wapenen zelfs Frankrijk, Enge-
land's krachtigste benijder inzake Egypte, zou dat
een geneesmiddel vinden, honderdmaal meer te
duchten dan de kwaal zelve
Indien men uitgaat van de veronderstelliug dat
Italie's Minister van oorlog generaal Ricotti, in
de ontvangst van zijn legerhervormingsvoorstel door
de permanente commissie der Kamer, een afspie-
geling kan zien van of wel een waarborg voor de
verdere behandeling in de Kamer zelve, dan heeft
de regeering een beslist succes verkregen. Doch
't geeft geen besliste zekerheid op een overwinning
in de naaste toekomst en de oppositie zal wel
niets onbeproefd laten om Ricotti's legerplan in
discrediet te brengen en zelfs de radicalen toonen
zich niet gezind zich als een man aan de zijde
der regeering onder Di Rudini te scharen, Ricotti,
die in den Senaat reeds menig stuk van zijn
militaire jas heeft moeten laten, zal in de Kamer
even vrijgevig moet zijn concession zijn de eenige
redmiddelen en als hij zich daaarvoor vinden laat,
FEUILLETON
14)
//Met uw verlof, ik heb er nu voor vandaag
genoeg van," bromde hij knorrig. //Dat heer zal
ons nog een harde noot te kraken geven. Zelfs
zijn spoedige bekentenis houd ik voor een slim-
men zet; hij speculeert zeer behendig op het
medelijden van de jury en zal bij de terechtzitting
niet in gebreke blijven zich voor tc doen als een
edel martelaar, die zich voor zijn moeder opoffert.
Haha, ik zal zijn programma wel wijzigendie
onvoorzichtigheid zal hij zich beklagen. Ons eerste
werk moet zijn, den man op te zoeken, die van
morgen den wissel heeft geind."
nZoo denk ik er ook over," stemde de commis-
saris volmondig toe; //dan komt het overige
vanzelf."
Be rechter van instructie lachte spottend.
i/Ik weet niet, waar gij heen wilt," zeide hij,
terwijl hij hoed en stok nam. //Ik had u wer-
kelijk voor een man van doorzicht gehouden, beste
Loder. Ilet geval is zoo duidelijk, als het kan
en de schuld van dien man zoogoed als bewezen
maar toch zal het nog hoofdbreken kosten. Ja,
ja het is een moeilijk, maar mooi geval; wij zullen
de wereld toonen, dat er buiten mijnheer den ad-
vocaat Dorner nog meer knappe mannen zijn.
Maar ik breng hem op het schavot, of ik wil op
mijn ouden dag nog een gering klerkje worden."
Met een trotschen, zegevierenden blik ging de
rechter van instructie weg.
zal 't Crispi's aanhang onder Sonnino zeker niet
gelukken de regeering in de minderheid te brengen.
Dat zal voor hen wel een teleurstelling zijn
zij waren de vorige week al aan't verdeelen gegaan
van de portefeuilles, die, naar zij stellig en zeker
meenden, vrij zouden komen als de commissie maar
tegen Ricotti's wetsplan was. En in de commissie
zetelen 8 voorstanders tegenover 1 tegenstander.
Zonderling lijkt 't zoo op het eerste gezicht, dat
dezelfde Kamer, die voor een half jaar Mocenni's
hervormingsplan op legergebied heeft goedgekeurd
met 218 tegen 182 stemmen, nu te vinden is voor
Ricotti's in de hoofdpunten gewijzigde regeling,
doch men rekent op Ricotti's plooibaarheid en
men acht hem met weinig tevreden. In elk geval
kan men staat maken op de terugzendiug van het
wetsplan naar den Senaat in verband met de vele
wijzigingen. Zoo zou't nog wel onmogelijk kunnen
blijken het hervormingsplan nog voor de vacantie
tot wet te verheffen en dus zit Ricotti tusschen
twee stoelenhij kan eischen de onverkorte en
onverwijlde aanneming van zijn legerplan en zet
dan alles op het spel of hij kan zich bereid
verklaren aan alle verlangens der Kamer tegemoet
te komen en dan zal hij ten slotte zijn eigen werk
niet meer herkennen.
Spanje gaat mededingen in den grooten Euro-
peeschen kamp om de hoogste oorlogsbudgetten.
Voor kort nog was het staande leger, de kolonien
inbegrepen, 70000 man, voor 1896/97 alleen voor
Spanje 100,000 en voor Cuba en Philippijnen
200,000 man dat is een toeneming met ruim
driemaal het oorspronkelijke. Wel moet de opstand
op Cuba geuoemd worden als een der hoofdfactoren,
doch die is minder tijdelijk dan men te Madrid
wel zou wenschen De vloot lijdt natuurlijk onder
dezen staat van zaken. Wel geeft men op't papier
een geweidige zeemacht (136 schepen met 16484
man) doch met naam en toenaam duidt men deze
enorme vloot niet aan voor een groot deel
bestaan ze nog niet, voor een ander niet meer en
dan zijn er eenige oorlogsbodems, waarmede men
liefst niet voor den dag komtdat zijn er, die in
een verzameling van historische en voorwereldlijke
zaken een goed vertoon zouden maken
Onderwijl blijft de liberate oppositie geweldig
afgeven op de toegevendheid en zwakheid der
regeering tegenover de Vereenigde Staten een
taktiek, die van groote handigheid getuigtde
openbare meening is tegen elke toegevendheid en
zwakheid, eischt krachtig verzet tegen breeder
Jonathan's doen.
De Duitsche Minister van handel Yon Berlepsch
Zijn ondergeschikte keek hem met een spottend
lachje na. Ten slotte haalde hij zijn snuifdoos
uit zijn zak en nam een snuifje.
z/£en van ons beiden moet noodzakelijk een
uitgemaakte domkop zijn, mijn waarde heerNieder,"
mompelde hij voor zich. //Tot mijn voldoening
geloof ik echter, dat ik die domkop niet ben."
Daarmede ging de commissaris zijns weegs.
Hij verliet het paleis van justitie, stapte in
een rijtuig en reed naar het huis van den advocaat
Dorner.
Daar vond hij de troostelooze moeder van Wil-
helm in gezelschap van de niet minder neerslach-
tige verloofde van den ongelukkige.
VI.
De volgende dagen brachten voor den commissaris
Loder evenveel vermoeienis als vruchtelooze werk-
zaamheden. De ijverige beambte had zich soms
wel mogen verveelvoudigen om gelijktijdig op ver-
schillende plaatsen te zijn.
In de eerste plaats had Loder niet verzuimd,
ambtelijke inlichtingen in te winnen omtrent den
verslagenemaar het politie-register bevatte slechts
duistere aanwijzingen.
De overledene had zich alleen aangegeven als
Herbert Dorner, was nog nooit veroordeeld en
Hessisch onderdaanmaar deze aangiften bewezen
geen verwantschap met den advocaat Dorner, wiens
vader Duitsch Amerikaan was en volgens zijn
eigen aangifte volstrekt geen familie in Duitschland
had gehad.
Reeds begon de commissaris aan de mogelijkheid
te twijfelen, om de identiteit van den verslagene
duidelijk vast te stellen, toen hij hulp kreeg van
heeft zijn ontslag gevraagd, dat hem hoogstwaar-
schijnlijk verleend wordt. Als oorzaak van zijn
terugtreden wordt genoemd de tegenwerking, welke
Von Berlepsch zoowel in den Rijksdag als in den
Landdag ondervond bij de uitvoering van zijn
plannen op sociaal-politiek gebied.
Door Gedeputeerde Staten is bepaald dat de
jacht op het waterwild in Zeeland dit jaar geopend
is op 11 Juli a. s.
H. M. de Koningin-Regentes zal den Chi-
neeschen gezant Li Hung Tschang 6 Juli ter
audientie op Soestdijk ontvangen en hem een diner
aanbieden. H. M. heeft den kapitein ter zee Zegers
Veeckens, adjudant van H. M. de Koniugin, aan-
gewezen om bij den gezant gedurende diens verblijf
hier te lande dienst te verrichten.
Aan de Eerste Kamer is een overzicht ge-
zonden van de beraadslagingeu in de Tweede Kamer
over de Kieswet. O. a. bevat het een opsomming
van de amendementen, welke op het wetsontwerp
werden voorgesteld, en het lot, dat aan die amende
menten is ten deel gevallen. Daaruit blijkt, dat
94 amendementen en sub-amendementen in be
handeling zijn geweest; en daarvan zijn er 36
grootendeels van de commissie van rapporteurs
aangenomen, 32 verworpen, 15 ingetrokken of
vervallen en 11 door de Regeering overgenomen.
Dus toch nog al wat wijzigingen voor een ont-
werp, waarvan volgens den heer Van Ilouten
de techniek //menschelijkerwijs gesproken vol-
maakt" was.
Baron Sirtema van Grovestins, adjudant van
H. M. de Koningin, is met Jhr. Van Suchtelen,
ordonnans-officier, naar Padua vertrokken, om in
ontvangst te nemen het stoffelijk overschot van
Prins Frederik van Oranje. Omtrent de identiteit
bestaat geen twijfel. De genoemde heeren zullen
met de kist, die het stoffelijk overschot bevat, per
spoor naar Nederland terugkeeren.
Naar het D. v. Z. H. uit goede bron ver-
neemt, moet bij de a.-r. leden der Staten van
Zeeland voor eene candidatuur voor het lidmaatschap
der Eerste Kamer ernstig in aanmerking komen
Jhr. Mr. T. A. J. van Asch van Wijck, oud-
gouverneur van Suriname.
Het jammerlijke gehaspel over de Roer-
mondsche archieven duurt nog altijd voort. Nu
zijn de staat en de gemeente weer aan 't procedeeren
over de kosten, ontstaan door het beletten van
een zijde, waarvan hij die het minst had verwacht.
Den dag na de arrestatie van Wilhelm liet
mevrouw Dorner zich op zijn kautoor aandienen.
Natuurlijk ontving Loder de zwaar beproefde
vrouw terstond.
Zij kwam met een dringend verzoek bij hem
zij wilde namelijk weten, wie de vermoorde eigeu-
lijk geweest was en of hij tot haar of tot haar
ongelukkigen zoon in de een of andere betrekking
had gestaan. Nu was het wel het eenvoudigst,
dat de commissaris haar de toestemining verschafte,
in het lijkenhuis den vermoorde te gaan zien. In den
nacht was dit besluit bij haar opgekomen en zij wilde
het ten uitvoer brengen, zonder terug te deinzen
voor den vreeselijken aanblik, die haar wachtte.
Loder was onmiddelijk bereid met haar naar
het lijkenhuis te rijden. Te gelijk hoopte hij
de gelegenheid waar te nemen om verschillende
inlichtingen van de moeder van Wilhelm te
verkrijgen, hetgeen hem op den dag dergevange-
neming, bij zijn bezoek aan de oude dame, niet
was gelukt. Zoowel mevrouw Dorner als Augusta,
die hij bij haar aantrof, waren te zeer ontroerd
en ook nog te terughoudend tegenover den dienaar
der justitie, die in haar oog jegens den geliefden
zoon en verloofde een vreeselijk onrecht had begaan.
Met een uitdrukking van innig medelijden
rustte de blik van den commissaris op het door
smart en van aandoening ingevallen gelaat van
de oude vrouw, die tegenover hem in het rijtuig
zat. Een wereld van onuitsprekelijk leed lag
in die door tranen verduisterde oogende pijn-
lijke trek om den mond verried, door welk een
droefheid dat moederhart werd verteerd. Terwijl
een paar dagen geleden nog mevrouw Dorner met
't vertrek der wagens, waarin die archieven ter
overbrenging naar Maastricht waren geborgen.
Men leest in het N. v. d. D.
Zeer ernstig zijn de bijzonderheden welke ons
meegedeeld worden omtrent de voeding aan boord
van de pas teruggekeerde Friso, en wijl natuurlijk
alles zal aangewend worden om de oorzaak van
de raadselachtige epidemie onder de manschappen
ten onrechte, naar men zegt, beri-beri
genoemd op te sporen, hebben wij niet geaar-
zeld openbaarheid te geven aan de volgende ons
toegezonden vragen.
Naar aanleiding van het steeds toenemende
getal zieken (nu ongeveer 100) van bovengemeld
oorlogschip en de geruchten, welke zich omtrent
de slechte voeding der manschappen gedurende de
terugreis van dien bodem naar het vaderland ver-
spreidden en biina niet te gelooven zijn, wenschte
ik de volgende vraag aan deskundigen voor te leggen
Kan de verstrekking van oneetbaar, bedorven
voedsel gedurende eene zeereis van plm. 60 dagen,
waarvan het grootste gedeelte in de tropen, de
aanleidende oorzaak zijn van deze vreeselijke
ziekte, welke reeds een paar slachtoffers heeft
gemaakt en waarvan nog meer zijn te verwachten
Zou het feit, dat onder den etat-major van
dat schip geen enkel man is aangetast door die-
zelfde ziekte (hunne voeding was anders en beter)
niet reeds antwoord genoeg zijn op deze vraag
Zoo ja, dan richt ik mij tot het geheele Neder-
landsche volk, en vraag, of recht en billijkheid
niet eischen, dat onmiddellijk door de regeering
een scherp onderzoek worde ingesteld en de be-
treffende autoriteiten door haar ter verantwoording
worden geroepen
Onder dankzegging, M. de R., voor de verleende
plaatsruimte,
Hoogachtend, Uw abonnd,
W. R.
Heden ontvingen wij van onzen correspondent
in den Helder de volgende mededeeling, welke
gunstiger moge luiden, doch de behoefte aan
een onderzoek geenszins opheft
De beri-beri-lijders van het oorlogsfregat Johan
Willem Friso zijn goed vooruitgaande. In het
geheel zijn er nu 97 in het marinehospitaal opge-
nomen, waaronder slechts zeer enkele ernstige
zieken. Het meerendeel zal binnen 14 dagen wel
met verlof kunnen worden gezonden. Het aantal
sterfgevallen bepaald zich tot heden tot twee.
De berichten in het Handelsblad zijn overdreven,
zoowel wai de ziektegevallen als de sterfgevallen
betreft.
haar overvloedige, zilverwitte lokken een statige
dame was geweest, bij wie nog duidelijk de sporen
van vroegere schoonheid werden waargenomen, was
zij thaus niet meer dan een gebogen, afgeleefd
oud vrouwtje.
Langen tijd waren beiden zoo diep in droef
gepeins verzonken, dat er geen woord tusschen
hen werd gewisseld.
Toen verbrak de commissaris plotseling 't stil-
zwijgen, door tot mevrouw Dorner de vraag
te richten
z/Zult gij sterk genoeg zijn, om een treurigen,
afschuwwekkenden aanblik te doorstaan P Waar
wij heenrijden is werkelijk geen plaats voor dames
met gevoelige zenuwenzelfs mannen vermijden
zooveel mogelijk, een lijk te zien."
De moeder van Wilhelm antwoordde met een
smartelijken, diep weemoedigen glimlach, terwijl
er een zucht over haar lippen kwam
z/Ik heb het vreezen afgeleerd. Na de smart,
die de gevangenneming van mijn geliefden zoon
mij gebaard heeft, bestaat er voor mij geen ver-
schrikking meer. Ach, ik ben jarenlang te ge-
lukkig geweest," ging zij voort met van innerlijke
ontroering bevende stem//altijd was het mij, of
deze voortdurende zonneschijn eenmaal verduisterd
moest worden, en nu is mijn voorgevoel uit-
gekomen."
z/Ik heb u reeds gezegd, dat gij niet moest
wanhopen alles zal zeker nog wel goed afloopen,"
troostte haar de commissaris. //Ik geloof, ondanks
zijn bekentenis, vast aan de onschuld van uw
zoonwie weet, welk een duister geheim hem
tot die vreeselijke zelfbeschuldiging heeft gebracht."
z/Dat vermoed ik ook," zeide mevrouw Dorner
mmm
TH
JULs
•w*r -a - «r_.ui..Un-nmnilpi'il Oil l^PI*s<illnrr<»n. hSI don iiSio-ovow .V. IT 1W
EBit blutl verscliijnt iMHandae-, Woemdac- en Vrijda$:avon(l, nitgeaooderd ojt Feesldagen, bij den aiigever P. J. VAi' DE SAMDE te Ter Neuzen.
Birsrar.Hara
W-BL■"J'iL'Jii IL'Hi mJJJJ .BBS