Algemeen
Nieaws- en Advertentieblad
voor
Zeeawsch-Vlaandore
herbesteed
No. 3292.
Donderdag 16 April 1896.
36e Jaargang.
abonnement
het uilvoeren van buitenge-
wone herslellingen aan
den Steiger te Stavenisse.
aanbesteden:
Onder geheimzinnige bescherming.
Binneniand
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postYoor
Nederland 1,1°- Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32|.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 lot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
Namens GEDEPUTEERDE STATEN VAN
ZEELAND zal Yrijdag 1 Mei 189G, voorm. 11
uren, in de Abdij, worden
Deze herbesteding zal gescliieden bij enkele
insclirijving, en voorts zooals in het bestek is
bepaald.
Behalve de kosten van zegels, leges- en registratie-
recliten, bedragende ruim 2 percent der aannemings-
som, komt ten laste van den aannemer eene som
van ongeveer f 80.
De inschrijvingsbiljetten kunnen tot 11 uren
voorm. vanden dag der besteding ingeleverd
worden.
Het bestek ligt ter lezing ter Provinciale
Griffie, bij den Hoofdingenieur van den Provincialen
Waterstaat te Mid.delbu.rg, bij den Ingenieur te
Zierikzee, en in de gemeenten BrumisseZienk-
zee, Tholen, Goes, Scherpenisse, Stavemsse,
Colipisplaat, Breskens en Ter A euzen
Het is verkrijgbaar bij U. E. AUER ZOON
te Middelburg, tegen betaling van 1 met
teekeningen en van f 0,40 zonder teekeningen.
Aanwijzing op Maandag 20 April 1396, van
voorm. 11 tot nam. 2 uur.
Nadere inlichtiugen zijn te bekomen bij den
Hoofdingenieur en den Ingenieur voornoemd.
Gedeputeerde Staten voornoemd,
DE BRAUW, Voorzitter.
W. POLMAN KRUSEMAN, Griffier.
Burgemeester en Wethouders van
KOEWACHT zullen op
Woensdag 22 April 1896,
des voormiddags te 11 ure, ten gemeentehuize
1« perceel. Het levereu eu aan den weg
naar Zuiddorpe voeren van 100,000
stuks Lessinesche- of quenastkeien van
9/j. c. M. (recoupius faijonndes), waarvan
hoogstens 52 stuks op den M2. benoo-
digd zijn.
F F UILLETON
Vrij bewerkt door AMO.
«/Neen, neen," antwoordde de vrouw schreiende.
Toen sloeg zij plotseling haar armen om zijn hals,
drukte een innigen kus op zijn wangen en rukte
zich los. //Neen, ik ben uw moeder niet, maar
waak over uw leven, Eduard. Ge moogt niet
sterven, mijn vriend Volg mij niet, ik bezweer
het u. Wij zullen elkander wederzien."
Plotseling keerde zij zich om, snelde weg naar
den stroom, en toen zij dien had doorwaad, ver-
dween zij in het bosch.
Eduard staarde haar na, maar volgde haar niet
hij scheen als aan den grond genageld. Toen hij
haar niet meer zag, wilde hij ook heengaan
maar zijn zinnen waren beneveld, zijn hoofd duizelde.
Zijn knieen begonnen te knikken en bewusteloos
zonk hij op het gras neer.
Toen hij weer tot bewustzijn kwam, kwam het
gebeurde hem weldra weer levendig voor den geest.
Hij herinnerde zich zijn ontmoeting met den graaf
en zijne redding door de geheimzinnige vrouw.
Maar was het geen droom Neen, in den
weeken grond zag hij de sporen van een paardenhoef
eu daarnaast de indrukken van een vrouwenvoet.
Hij keek in het rond, maar zag niets dan de groene
velden aan de eene zijde, den stroom en het bosch
aan de andere. Hij stond op en keerde langzaam
naar het kasteel terug. Ernstig gestemd liep hij
onderweg over het gebeurde te peinzen.
2e perceel. Het levereu en aan genoemden
weg voeren van 0.000 M. Doorniksclie
Kantsteeuen, zwaar 10 a 12 c. M.
Inliehtingen worden verschaft op den dag der
besteding van 's morgens 8 ure af, ter secretarie.
Koewacht, 9 April 1896.
C. DIERICK, Burgemeester.
H. D. YSEBAERT, Secretaris.
i^olitieli Overzicht.
't Kan heel wel zijn dat de malsche decoratie-
regen, die Zondag na het feestbanket te Venetie,
toen dus de groote Keizer van Duitschland in
den besten luim verkeerde, mildelijk is neergedaald
op de hoofden of liever op de borsten der hoog-
waardigheidsbekleeders, door de aldus gelukkig
gemaakten, het hoogtepunt der feestelijkheden
wordt geheeten en het belangrijkste van het
Keizerlijk bezoek tevens. Natuurlijk zijn er alweer
nijdigaards, die daar anders over denken en die
meening uitspreken en neerschrijven tevenszij
gunnen den heeren hun onderscheidingen van harte,
doch zouden behalve van de menu's en de feest-
programma's toch ook graag kennisnemen van het
in de conferentien verhandelde. 't Is nader gebleken
dat die gevoerd zijn in een apartje tusschen den
Keizer en den Koning in- tegenwoordigheid van
de te Venetie aanwezige Ministers en gezanteu,
zijnde de heeren Di Rudini (premier), Brin (marine),
Sermoneta (buitenlandsche zaken), Von Biilow
(gezant van Duitschland te Rome), VonEulenburg
(gezaut van Duitschland te Weenen) en generaal
Lanza.
Weet men nu ook al niet wat de tastbare
resultaten op politiek gebied zijn geweest van het
hooge bezoek, de motieven kent men nu zoo
ongeveer, dank zij den officieuseu mededeelingen
in Duitsche bladen. Aanleiding er toe is geweest
het geschrijf der vijandig-gezinde pers aangaande
de aanstaande ontbinding der triple-alliantie en
dan de door Keizer Wilhelm gevoelde behoefte
om zijn collega Humbert zijn deelneming te gaan
betuigen in de geleden verliezen en in het ongeluk,
dat hem heeft getroffen.
Gelukkig schijnen de beide Vorsten 't nogal
niet zoo heel tragisch te hebben genomen, de
feestprogramma's waren wel gevuld en in de uit-
gebreide verslagen van de pret is niets te ontdekken
van rouw of treurigheid, integendeel. Eergister-
avond namen de Duitsche Majesteiten den trein
naar Weenen en nu wordt de triple-alliantie
gezegd opnieuw bevestigd te zijn voor vele jaren.
Zijn hart fluisterde hem toe, dat hij zijn moeder
gezien had, en gaarne zou hij alle bosschen van
Erankrijk doorkruist hebben, als hij eenige hoop
had kunnen voeden om haar te vinden. Maar
hij herinnerde zich wat zij gezegd had, en wist
dus, dat al zijn zoeken tevergeefs zou zijn. Op
het slot gekomen, ging hij dadelijk naar zijn
kamerhij begreep wel, dat zijn voorkomen
bleek en ontsteld zou zijn, en wilde vermijden,
dat iemand naar de oorzaak daarvan vroeg.
Langen tijd dacht Eduard hier nog over het
gebeurde na. Uit het gedrag van den graaf maakte
hij op, dat hij dezen in den weg stondmaar
de reden daarvan kon hij maar niet verklaren.
Eerst wilde hij hem wegens den moordaanslag
voor het gerecht dagenmaar na eenig nadenken
besefte hij, dat het beter was, hem voorloopig
ongemoeid te laten. Dit strookte ook met de
raadgevingen van de geheimzinnige vrouwhij
zou dus voortaan goed op zijn hoede zijn en
zich voor alle gevaren in acht nemen.
Den volgenden morgen gaf hij der jonkvrouw
als gewoonlijk onderricht. Zij scheen niet te
bemerken, dat hij buitengewoon stil en nadenkend
was, althans zij vroeg niet naar de reden daarvan
en was zeer vriendelijk en spraakzaam.
Twee weken waren verloopen en in dien tijd
had Eduard den graaf niet wedergezien en ook
niets van hem gehoord. Evenmin had hij Henri
Gardel weergezien of de geheimzinnige vouw, die
hem het leven had gered. De oude Dumat
kwam daarentegen vaak zijn zoon bezoekenook
wandelde Eduard menigmaal naar de hut van
den ouden visscher aan het strand.
In die twee weken had Marie groote vorderingen
Italie kan onder de gegeven omstandigheden wel
niet anders dan ja en amen zeggen op alles, wat
Wilhelm II voorstelt, zoolang ten minste wordt
volhard bij de groote-mogendheidspolitiek.
De Matabelen geven den Engelschen de handen
vol en 'tis feitelijk de waarheid, wat dezer dagen
werd gezegd, dat het geheele gebied van Rhodesia
eigenlijk opnieuw inoet worden veroverd.
Sir Hercules Robinson heeft, volgens een mede-
deeling van Chamberlain in het Lagerhuis, het
aanbod gedaan, onmiddelijk 3000 man uit Kaap-
kolonie en 200 man van Natal naar de bedreigde
districten in Matabelenland te zenden. Bovendien
wil hij 250 Basuto's oproepen om hulp te verleenen
bij het onderdrukken van den opstand.
Wij zullen, aldus verklaarde de Minister, een
onderzoek instellen naar de stappen, welke moeten
worden gedaan om de troepen, die naar het bin-
nenland worden gezonden, te kunnen vervangen.
En een telegram uit Kaapstad meldt
Lord Grey, de administrateur in Matabelenland,
heeft het aanbod van Robinson aangenomen, om
300 man van het 7de regiment huzaren en 150
man infanterie te paard uit Natal te zenden. Uit
Kaapstad zullen onmiddelijk 100 bereden infanteris-
ten vertrekken.
Men ziet, dat de cijfers in deze berichten niet
kloppen. De 3000 man in'teerste bericht komen
wel wat hoog voor. Zeker blijkt er evenwel niet,
dat er versterking noodig geacht en deze gezonden
wordt.
Het zenden van Engelsche troepen naar Zuid-
Afrika is natuurlijk, met het oog op de politieke
omstandigheden, moeilijk. 't Kan wantrouwen
wekken bij Transvaal en Vrijstaat. Men kent de
Engelsche imperialistische neigingen. Als de
Matabelen bedwongen zijn, en men heeft de
mannetjes daar toch, dan is't zoo gemakkelijk,
ze nog even ergens anders voor te gebruiken.
,/The Times" verneemt uit KaapstadHet
publiek wordt steeds meer bezorgd over den toestand
in Rhodesia, waar telkens bloedige gevechten
voorvallen. Men vreest, dat de opstand naar
Bechuanaland zal overslaan, hetgeen den toestand
te Boeloewayo zeer zou verergeren. De openbare
meening dringt daarom tenzeerste op bezetting
van Bechuanaland met rijkstroepen aan. Vrij-
willigers gaan van Kimberley naar Rhodesia.
In Spanje zijn Zondag de verkiezingen voor de
Cortes gehouden. Hoe de uitslag zijn zal, behoeft
door niemand betwijfeld te worden. Nergens,
zelfs niet op het Balkanschiereiland weet men
zoo goed verkiezingen te maken als in Spanje.
in de teekenkunst gemaakt; haar vader was er
zeer tevreden over en dankte Eduard in de
vleiendste bewoordingen voor zijn toewijding.
Eduard had intusschen een innige liefde voor
de bekoorlijke jonkvrouw opgevat. Dit kon ook
wel niet anders, want Marie de Piselle was
inderdaad een beminnelijke maagdhaar beeld
stond hem altijd voor oogen. Maar kon hij hopen,
dat zijn liefde beantwoord werd Hij hoopte
hetmaar zou hij haar ooit de zijne mogen
noemen Zijn gezond verstand moest die vraag
ontkenneud beantwoorden. Hij zag in, dat hij de
liefde, die in zijn hart ontloken was, moest
bestrijden, en werkelijk deed hij daar zijn best voor.
XI.
Op zekeren middag, toen Eduard in zijn kamer
aan een teekening zat te werken, hoorde hij den
hoefslag van een paard op het slotplein. Hij
sprong op en liep haaStig naar het venster. Zijn
voorgevoel had hem niet bedrogen, de ruiter was
Leon de Maures. Hij ontstelde bij het zien van
dien manmaar hij herstelde zich en nam het
besluit zijn kamer niet te verlaten, voordat de
graaf zou vertrokken zijn. Hij ging weer zitten
en wilde met zijn teekening voortgaan, doch zijn
hand beefde aauvankelijk te zeer om te kunnen
voortwerken.
Eerst tegen zonsondergang verliet de graaf het
kasteel. Kort daarna ging Marie naar haar kamer
zij was blij, dat- de onaangename gast vertrokken
was, want zij had den geheelen namiddag in zijn
gezelschap moeten doorbrengen. De markies volgde
hem in den tuin, en daar bleven de heeren nog
praten, totdat het geheel donker was geworden.
Toen in 1893 het kabinet-Sagasta optrad, was de
uitslag der Kamerverkiezing, dat 296 liberalen,
60 conservatieven, 50 republikeinen, 16 Carlisten
en 9 Cubaansche autonomisten gekozen werden.
De juiste uitslag der verkiezingen van Zondag is
nog niet bekend, maar naar luid van officieuse
mededeelingen, zouden gekozen worden 300 con
servatieven en 70 liberalen, terwijl de 62 overige
mandaten verdeeld zijn onder de kleinere groepen.
In Madrid was de verkiezingsstrijd nogal heftig.
Hier trad de markies de Cabrinana, de aanklager
van den oud-Minister Bosch en van de leden van
den gemeenteraad, als candidaat op; hij werd door
Bosch, Romero Robledo en andere tegencandidaten
ernstig bestreden. Allen die het houdeu met een
eerlijk heheer, steunden de candidatuur van mar
kies Cabrinana. Of deze gekozen werd, is uit de
berichten nog niet gebleken. Wel is bekend dat
in Madrid vijf conservatieven en drie liberalen
gekozen zijn. De republikeinen, die bij de vorige
verkiezing zes afgevaardigden te Madrid gekozen
zagen, hebben zich ditmaal van deelneming aan
de verkiezingen onthouden.
In enkele plaatsen hadden ongeregeldheden
plaats, vooral in de provincie Barcelona. Te
Bilbao is de socialistische leider Iglesias gekozen.
Door de Eerste Kamer is aangenomen met 24
tegen 17 stemmen het facultatief stellen van den
eed voor leden van Provinciale Staten en van ge-
meenteraden, regeling der gerechtskosten in straf-
zaken, wijziging der wet op het veeartsenijkundig
toezicht, regeling der schadeloosstelling bij militaire
inundatien, en regeling van het gebruik van stoom-
toestellen.
Te Batavia loopen naar gister aan het
Hbl. wordt geseind geruchten, dat Toekoe Djohan
zich andermaal aan ons wil onderwerpen.
Uit het eergisteren vermelde telegram, dat de
posten Biloel en Lamkoenjit geslecht zijn, leidt
het Nieuws af, dat men weer binnen de gecon-
centreerde linie gaat retireeren en de vooruitge-
schoven posten opgeeft. Een maatregel dus van
zeer ver strekkende gevolgen en het begin van een
nieuwe gedragslijn.
Ook de Amst. Ct. uit het vermoeden, dat
generaal Vetter de postenketen buiten de gecon-
centreerde linie wil opgeven.
Te verwonderen is dit niet.
Die keten behoorde thuis in het stelsel van
generaal Deijkerhoff, en moet met dat stelsel ver-
Toen de markies in het kasteel terugkwam, zocht
hij zijn dochter in haar kamer op om een onderhoud
met haar te hebben; doch zij klaagde, dat ze
zich niet wel gevoelde, en daarom zeide hij, dat
hij den volgenden morgen zou terugkomen. Zij
vroeg, wat hij met haar te bespreken had, doch
kreeg geen antwoord op die vraag.
Den volgenden morgen zat Eduard in de kamer,
waar hij Marie steeds onderricht gaf. Het was
een klein vertrek op de tweede verdieping, met
uitzicht op den tuin; Marie noemde het ,/de
studeerkamer." Het was bijna tijd om de les te
beginnen, en de leermeester wachtte nog slechts
op zijn leerlinge. Hij had de schets van den
ouden molen bijgewerkt en wilde haar op deze
teekening de schaduw leeren aanbrengen.
Een groot deel van den nacht had het geregend,
de lucht was bewolkt en nog viel er bij tusscheu-
poozen een fijne motregen. Het sombere weder
bracht Eduard in een zwaarmoedige stemming,
Al wachtende kwamen de dagen van zijn kinds-
heid hem voor den geest; daarna kwam het beeld
van Marie de Eiselle hem voor oogen en hij peinsde
over de verhouding, waarin hij tot haar stond.
Het verschil in stand en geboorte kwam hem voor als
een ondempbare klove. Dit stemde hem nog treuriger
en ten laatste kwamen hem de tranen in de oogen.
Daar werd de kamerdeur geopend en Marie trad
binnen. Eduard keek op, veegde haastig zijn tranen
weg en wenschte haar goedenmorgen, maar zijn
stem klonk zachter dan gewoonlijk.
z/Wel, mijnheer," zei Marie, //ge schijnt treurig
te zijn hebt ge geweend
//O neen, mejuffrouw," antwoordde Eduard met
een gedwongen lachje.
MEBZEMSCHE (OIRHT.
MM-
Dit 111 ml verscliijnt maandag-, Woensdag- en Vrijdagavonil
FBI—I
uitgezondertl op Fcestda^en, bij den uitgever I".
I I milllllllHIl 11—111 II IWiMHUMMIIMWWWW'Mll*
•f* VAI HE 8AWDE te Ter Meuzen.