Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeenwsch-Vlaanderen
Burpeester ed Wetloisrs to mte
No. 3277.
Dinsdag 10 Maart 1896.
36e Jaargaog.
BEKENDMAKING.
De Bargemeester der gemeente Ter Neuzeo
Ambtenaar-Bode ter Secretarie
Onder geheimzinnige bescherming.
Binnenland.
ABONNEMENT
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postYoor
Nederland f 1,10. Yoor Belgie f 1,40. Yoor Amerika 1,32|.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADYERTENTIEN:
an 1 lot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Inzending van advertentien v6or >3 uren op den dag der uitgave.
maakt bekend, dat eene Openbare Yergadering van
den Gemeenteraad is belegd tegen Donderdag den
12 Maart 1890, des voormiddags ten 10 ure.
Ter Keuzen, den 9 Maart 1896.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
ZLA-AJVCSL-A-Q-
roepen sollicitanten op naar de betrekking van
aldaar, op eene jaarwedde van 125,
Na gebleken bekwaamheid is de mogelijkheid
tot meer verdiensten niet uitgesloten.
Stukken (eigenhandig geschreven adres op zegel)
franco in te zenden aan den Burgemeester voor
27 Maart e. k.
Zaamslag, 6 Maart 1896.
J. BARENDREGT AzBurgemeester.
P. J. WORTMAN, Secretaris.
Poliiiek Overzicht
De Duitsche en de Oostenrijksche pers komen,
voor een deel in geinspireerde artikelen zegt een
part, telegram uit Berlijn aan de N. R. C., op
tegen de in Fransche bladen uitgesproken veron-
derstelling, dat Italie nu in het drievoudig verbond
nog slechts eene onbeduidende rol kan spelen, en
dat Duitschland en Oostenrijk nu zullen uitzien
naar combination met andere mogendheden. De
derde in den bond zou dus door de twee grootste
verlaten worden, aidus de Fransche pers. Er
wordt echter gezegd, dat de kabinetten te Berlijn
en Weenen geneigd zijn mogelijke stappen van
Italie bij Engeland te ondersteunen, welke eene
verdere behandeling van de moeilijkheden in Abes-
synie zouden beoogen. Iliermee wordt in verband
gebracht, dat keizer Wilhelm II een vrij langdurig
bezoek gebracht heeft aan den Engelschen gezaut
en ook, dat het bezoek van den Oostenrijkschen
Minister Goluchowski te Berlijn aangekondigd is.
De briefwisseling op het slagveld van Kriigers-
dorp gevoerd tusschen Willoughby en Cronje is
ook in het Engelsche Lagerhuis op het tapijt ge-
weest. Chamberlain verklaarde, dat noch de hooge
FEUILLETON
Vrij bewerkt door AMO.
3)
Jean Dumat wist niet, wat hij zou antwoorden.
Hij was ontsteld, nu hij stond naast den man,
die bekend was als de onverschrokkenste smokke-
laar van het kanaal. De oude man had omtrent
den smokkelaar allerlei vertelsels gehoord, die
alle aan het wonderbaarlijke grensden. Het volk
lluisterde, dat Henri Gardel in verbond stond
met den booze hij genoot de hulp en vriendschap
van zijne helsche majesteithijzelf verstond de
zwarte kunst n alien deele. Die vertelsels waren
niet uit de lucht gegrepen, maar werden door ,de
geloofwaardigste bewijzen gestaafd. De stoutmoe-
dige smokkelaar kon door steenen muren en ijzeren
deuren dringen en zich voor aller oogen onzichtbaar
maken. Hij had dit meermalen gedaan, elk oogen-
blik konden duizenden dit met een eed bevestigen.
Nauwelijks ten maand geleden was hij door een
troep tolbearobten gevangen genomen en in een
vertrek zouder venster opgesloten, terwij] de eenige
deur door drie soldaten werd bewaakt. En toch
was Henri Gardel den volgenden morgen verdwenen.
Honderden inalen was hij vervolgd geworden men
had hem in een engte gedreven, die geen uitgangen
had, en bij het doorzoeken der engte was hij
nergens te vinden. Dat alles was zeer vreemd,
en daar de eerlijke Jean Dumat het ontelbare
malen had hooren vertellen, gevoelde hij zich op
dit oogenblik natuurlijk niet bijzonder op zijn
commissaris Robinson, noch de agent De Wet tot
dusver iets van eene dergelijke briefwisseling
hadden geweten. Het verhaal van Willoughby
heeft te Pretoria officieele logenstraffing gevonden,
maar de Transvaalsche regeering eischt thans
dat Cronje persoonlijk te Pretoria inlichtingen
zal geven over die beweerde brielwisseling.
Indien het zich mocht bevestigen, dat eene
dusdanige onderhandeling heeft plaats gehad, dan
is dit geheel buiten Kriiger omgegaan. Er is
geen enkele reden om Kriiger's goede trouw te
betwijfelen, zeide Chamberlain. De president
wenscht oprecht eene bevredigende oplossingvan alle
aanhangige vraagstukken, maar in den boezem van
het Transvaalsche volk stoot hij zelf op groote
moeilijkheden. //De onderhandelingen met Kriiger
zouden sterk benadeeld worden," aldus de Minister,
z/als aan den president kwade trouw ten laste werd
gelegd, waarvoor geen enkel bewijs in mijn
bezit is."
Een tooneel als in een krankzinnigen-ge-
sticht moet de Italiaansche Kamer-zitting van
Vrijdag opgeleverd hebben, naar alles wat wij er
thans nader van lezen. Het was letterlijk
een gebrul, waarmede de mededeeling van het
aftreden van het Ministerie ontvangen werd. Het
publiek deed druk mede, en zelfs de dames in de
hofloges klapten in de handen als bezetenen.
//Sehurken, dieven, roovers, moordenaars en ban-
dieten" om nog niet eens erger woorden
uit het rijke Italiaansche scheldwoordenboek te
noemen werden de Ministers geheeten, en een
krachtig militair "optreden was noodig, om het
huis ontruimd te krijgen.
Crispi's woning in de stad werd door de politie
bewaaktmaar in zijn landhuis en in de bureaux
der Tribuna en van den Popolo Romano werden
al de ruiten ingeworpen.
Kenschetschend voor den toestand en het denk-
beeld, dat men heeft van het Italiaansch karakter,
is, dat te Parijs het gerucht liep en geloof vond,
dat Crispi was vermoord, en wel met zeven mes-
steken. Reizigers uit Monte Carlo en Yentimiglia
hadden het medegebracht. T Werd later op den
dag formeel uit Rome tegengesproken.
Het lot der weinige, in Erythraea thans nog
overgebleven Italiaansche troepen wekt bezorgd-
heid. Met name maakt men zich ongerust over
Adrigat, dat ingesloten zou wezen en nog slechts
voor enkele dagen levensmiddelen zou hebben.
Verstrooide Italiaansche soldaten komen telkens
zich in het kamp aanmelden. Het verlies is dus
minder groot dan eerst werd gemeld.
gemak. Hij keek den vreemdeling strak aan en
deed daarbij onwillekeurig een schrede achterwaarts.
//Komaan," sprak de smokkelaar lachend, //wat
zegt ge nu? Zie ik er uit als het monster, dat
men gewoonlijk van mij maakt P"
z/Ik heb nog nooit gehoord, dat men van u
een monster maakte," antwoordde Jean. //Integen-
deel, door alien, die u kennen, heb ik slechts
goed van u hooren spreken. Wel honderd malen
heb ik u alle geeds hooren toewenschen door de
visschers van Saint-Malo."
//Zoo, zoo," mompelde Henri Gardel, zichtbaar
gevleid door deze woorden, en toen luid //Nu,
dat is niet zoo verwonderlijk ik heb onze arme
landslieden steeds geholpen, waar ik kon. Maar
ge hebt me nog altijd niet gezegd, hoe gij over
me denkt. Zie ik er uit als een schurk Zeg
het maar ronduit uit
z/Neen, neen, volstrekt niet 1"
//Heb dank, Jean Heb dank Ik zou wel
willen, dat al mijn lan^genooten zoo over mij
dachten. Ja," vervolgde hij eenigszins peinzend,
z/ik heb nooit iemand leed veroorzaakt, behalve
eens toen ik me tegen een Engelschen kruiser
moest verdedigen. Als ik iemand kwaad berok-
kend heb, dan is het alleen de Engelsche regeering.
Ik heb gepoogd, van haar dwang vrij te komen,
en dat zal ik blijven doen. De Engelschman is
altijd mijn vijand en de vijand van mijn land
geweest. Meer dan honderd malen heeft hij ons
land geteisterdaltijd heeft hij ons zooveel moge-
lijk afgezet. Doch dit zullen we nu laten rusten,
ik heb reden om te wenschen, dat gij gunstig
over mij denkt, want in het vervolg zal ik uwe
hulp nu en dan noodig hebben, evenals gij de
President Cleveland schijnt bepaaldelijk niet
voornemens gevolg te geven aan de haast met
zekerheid te verwachten goedkeuring der hefaamde
Cuba-resolutie, door beide Kamers en Congres.
De bekende Spaansche Republikein Castelar
zond aan een der New-Yorksche bladen eene pro-
clamatie aan het Amerikaansche volk, waarin hij
verklaart niet te kunnen gelooven, dat dit volk
de //dwaling en misdaad" zijner vertegenwoordigers
kan goedkeuren. Ook van President Cleveland
verwacht hij beter, dan dat hij deze //onbeschaamde
inmenging" zou gedoogen in geschillen, die alleen
het souvereine Spanje betreffen. De resolutie
brandmerkt hij als //eene despotieke aanranding
der universeele rechtvaardigheid, door winstbejag
en dierlijke kracht."
Te Princetown, New-Jersey, hebben de studenten
eene Spaansche vlag door het stof gesleept en
verscheurd en den kleinen Koning Alfonso in
beeld verbrand.
In het district Yuelto de Abajo (Cuba) moeten
door de opstandelingen 13 steden zijn verbrand.
Het Handelsblad ontving van zijn correspondent
uit Batavia gisterochtend het volgend telegram
z/Een patrouille uit Anagaloeng (Atjeh), sterk
74 bajonetten, is bij Glieng onverhoeds overvallen.
Licht gewond werden kapitein Blokland, de lui-
tenants Stakman, an Hasselt en Van der Meer
en 23 minderenernstig gewond is luitenant
W estendorp. Zeven minderen zijn gesneuveld.
Vermis! worden de wapens van een sergeant en drie
minderen."
De N. R. Ct. ontving gisteren van haar cor
respondent te Batavia het volgend telegram
Een ronde uit Anagaloeng is aangevallen ge
worden 2 minderen werden gedood, luitenant
Stakman, chirurgijn Van der Meer, adjudant Kriiger,
benevens 13 minderen gewond.
Een later telegram meldde
Een ronde van 74 bajonetten werd bij Glieng
overvallen. Licht gewond werd kapitein Blokland,
luitenant Stakman, Van Hasselt, Van der Meer
en 23 minderen.
Zwaar gewond luitenant Westendorp, gedood 7
minderen, vermist 1 sergeant en 3 minderen en
wapenen.
(Anagaloeng is de naam van een Atjeh'sche
Kampong, gelegen aan den linkeroever van de
Atjeh-rivier, 9 K. M. van af de monding.
Op 27 Juli werd de Kampong door onze troepen
mijne zult behoeven. Ik kwam ook hier om uw
zoon te zien, en ik zal hem zien."
z/Zult ge hem redden Y" vroeg de oude visscher.
z/Ik zal het beproeven," antwoordde Henri
Gardel en nogmaals richtte hij den blik naar het
oorlogsschip. //Morgenochtend kom ik u hier of
in uwe woning opzoeken."
Hij keerde zich om en ging lieen. De oude
visscher oogde hem vol bewondering na, tot hij
uit het gezicht verdween. Toen wierp hij liog
een blik op het Engelsche oorlogsschip en richtte
vervolgens zijne schreden naar zijn hut. Hij zette
zich aan tafel, maar hij kon geen eten door de
keel krijgen. De hut kwam hem erg eenzaam
voor, nu zijn zoon er niet meer was; de gewelddaad,
waardoor hij van zijn eenig kind beroofd was,
hield zijne gedachten voortdurend bezig. Evenwel
gevoelde hij zich niet zoo ongelukkig als een
kwartier te vorende belofte van Henri Gardel
deed hem hopen dat hij zijn dierbaar kind zou
wederzien.
Nadat de oude man nog een poos had zitten
peinzen, nam hij nog een glas wijn, stond op en
sloeg den weg naar de stad in. Hij had in de
eenzaamheid geeD lust in het werk en wilde
daarom te Saint-Malo het gezelschap van een paar
oude vrienden gaan opzoeken.
II.
Den avond van dien dag zat Henri Gardel te
Saint-Malo in een kleine herberg aan den zeekant.
Hij was geheel anders gekleed dan des morgens
hij droeg nu de kleeding van een gewoon matroos.
In een klein vertrek achter de groote gelagkamer
zat hij aan een tafeltje tegenover een man in de
bezet en in September 1878 werd er een post
opgericht, die tijdens de concentratie werd op-
geheven.
Op 1 December 1893 is deze plaats door Toekoe
Djohan veroverd en door onze troepen bezet.)
Naar men verneemt, zal weldra bij de Staten-
Generaal een wetsontwerp inkomen tot wijziging
der gemeentewet in verband met de nieuwe kieswet.
De strekking van dit ontwerp is, dat de ge-
meenten van meer dan 15,000 zielen voor'de
verkiezing van de raadsleden in afdeelingen zullen
worden gesplitst.
Amsterdam zal volgens dit nieuwe ontwerp
worden verdeeld in negen afdeelingen. Het totale
aantal raadsleden wordt daarbij bepaald op 45,
zoodat iedere afdeeling vijf leden zal hebben te
verkiezen. Rotterdam zou in 5 districten verdeeld
worden.
Wij hebben dus nu zegt 't Hbl.
een nieuwe personeele belasting, waarvan een der
grondslagen //nader bij de wet zal worden geregeld"
en waarvan ook de geheele invoering //nader bij
de wet zal worden geregeld". Dat is inderdaad
wettenmakerij //fin-de-siecle".
Juister ware 't indien het Hbl. had gesproken
van wettenmakerij ,/fin-de-ehambre". Want 't ligt
minder aan de eeuw, dan aan de Kamer, die,
hoewel sedert tien jaren dood verklaard, nog
steeds voortgaat met bij testamentaire beschikkingen
z/in extremis" belangrijke regelingen te willen
maken om het nageslacht de handen te binden
zegt de H. Crt.
Men schrijft uit Nijmegen aan de Arnh. Ct.
z/Te dezer stede, waar in art. 94 der algem.
politie-verordening een dergelijke delegatie aan den
burgemeester om, evenals te Zwolle, zonder eenige
beperking dus naar willekeur een wijziging
in het sluitingsuur der koffiehuizen enz. te brengen,
bestaat, blijven thans de koffiehuizen enz.,"als
een gevolg van het bekende arrest van den Hoogen
Raad, in zake de sluiting der koffiehuizen enz. te
Zwolle, des nachts na 12 uur, naar het goedvinden
der houders er van, geopend zonder daarin door
de politie iets gestoord te worden. Deze ideale
staat voor nachtloopers en drinkebroers zal natuurlijk
slechts voortduren, totdat, ingevolge art. 179»der
gemeentewet, die gebleken ongeoorloofde delegatie
van den burgemeester is ingetrokken en aan het
college van B. en W. is opgedragen.
V'ermits de politie-verordening alhier evenals
elders intusschen wemelt van dergelijke delegaties
aan den burgemeester, aan den commissaris van
uniform van een Engelsch zeeman, die ook werkelijk
op het Engelsche oorlogsschip thuis hoorde. Op
de rechtermouw van zijn buis was een anker ge-
borduurd, gedekt door een zilveren kroon; dit
deed hem kennen als een onderofficier der Engelsche
zeemacht. Henri Gardel had hem op straat aan-
gesproken en hem uitgenoodigd als kameraad een
glaasje te drinken de ander had dit guile voorstel
aangenomen. De Engelschman was juist iemand,
zooals Gardel noodig had; hij had hem uitgekozen
uit een vijftigtal zijner scheepsmakkers, die van
hun verlof gebruik maakten om te Saint-Malo
eens rond te zien.
De Engelschman had bijna geheel dezelfde gestalte
als Henri Gardel en ook zijn knevel had in vorm
en kleur veel overeenkomst met dien van den
Franschman tegenover hem.
/Komaan, nu moet ik weg," zei de Engelschman,
door het venster ziende, dat de laatste zonnestralen
reeds verdwenen waren.
z/Maak toch niet zooveel haast," sprak de ander
en liet den Engelschman nog een glas grog brengen.
z/Ik moet te negen uur aan boord zijnje
weethet gaat bij ons streng toe, en ik heb niet
veel lust om kennis te maken met de kat." (Hij
bedoelde het geeseltouw, waarmee de schepelingen
destijds werden afgestraft.)
z/Nu, heb daar geen vrees voor. Het is nog
niet later dan acht uur," verzekerde Henri Gardel,
die de Engelsche taal zoo zuiver sprak als een
geboren Engelschman. „Maar als je werkelijk
zooveel haast hebt, dan zullen we nog even samen
een llesch wijn ledigen en dan dadelijk opbreken.
Op mijn woord, je gezelschap bevalt me zoo bij
zonder goed, dat we tenminste een flesch moeten
TER \EIKE\SCHE (0IR4VT.
Hit verschijnt daanda^-, W«eu§daK- en Vrijtla^avond, uitgeionde*d op Keestdagen, bij den uifgever I*. J. VAM DG lAIUDlS te Ter Weuzen.