Gemengde berichten.
rechtszakenT"
Te'egrafische berichten.
tegenwoordigheid en werkvaardigheid niets kunnen
uitvoeren, veroorzaakt de afwezigheid of de onge-
schiktheid van een van beiden mi ook op Zaterdag
stoornis op het werk. Er wordt nu een beweging
op touw gezet om weer een wijziging te krijgen
in de bestekken.
Over den toestand op Lombok wordt het
volgende aan de Soer. Ct. geschreven
Niemand, die hier komt, zal zich een begrip
kunnen vormen van den oorlog die gewoed heeft.
Wei liggen aan het strand duizenden klapperboomen
geveld en hebben vele, die zijn blijven staan, hun
kruin verloren, maar toch ziet men zelfs daar reeds
een menigte woningen herrijzen van planken of
kadjang-matten en met zinken afdaken. Woningen
meestentijds door Arabieren en Chineezen, die
handel komen drijven, daar gesticht. Zij zullen
wel spoedig vervangen worden door grootere toko's.
In het binnenland is de rust volkomen weer-
gekeerd. De sawahs worden beplant en de levens-
middelen zijn, nu de bevolking beveiligd wordt
door onze soldaatjes, tot het normale, dat is een
zeer matig peil, gedaald. Een kuiken kost hier
25 pengs of 5 cents, een volwassen kip het dubbele.
Een sappie met kalf krijgt men voor 15, een
picol rijst voor 2, en de rijst is zeer goed.
Klappers heeft men om zoo te zeggen voor het
plukken, en voor f 20 rijdt men met een span
paarden, al zijn het dan ook maar Biameesjes.
De bevolking gaat sober gekleed. De meeste
mannen en vrouwen dragen het bovenlijf geheel
ontbloot. De eenige weelde, die men kan opmer-
ken, is te vinden in de krissen, die somtijds waarlijk
prachtig zijn. Te midden van klatergoud, rood
en groen email, zijn robijnen en niet zelden diaman-
ten aangebracht. Zulke wapens, die een waarde
van twee k drie honderd rijksdaalders vertegen-
woordigen, zijn geen zeldzaamheid.
TEH NEUZEN, 27 November 1895.
Bij Kon. besluit is benoemd tot kantonrechter-
plaatsvervanger in het kanton Ter Neuzen, J. N.
J. Boom, inspecteur der dir. belastingen, invoerr.
en accijnsen ter Ter Neuzen.
Bij Kon. besluit is benoemd tot gezworen
van het waterschap de Vereenigde polders van
Ossenisse de heer P. Verdurmen.
Boschkapelle. In de raadszitting van 22 dezer
werd tot derden onderwijzer alhier benoemd de heer
P. C. de Roeck te Stoppeldijk.
De Raad dezer gemeente heeft onlangs de
jaarwedde van den heer J. Lafarre, onderwijzer
alhier, met 25 verhoogd, waarop bereids de
goedkeuring van heeren Ged. Staten is verkregen.
Bieryliet, 26 Nov. Heden benoemde de ge-
meenteraad, tot onderwijzeres aan school B, mej.
J. A. H. Rossenberg te Sluis, de eenige sollicitant.
Aan mej. C. G. J. le Nobel, onderwijzeres aan
school A, werd met ingang van 1 Januari eervol
ontslag verleend, wegens vertrek naar Middelburg.
Arrondissements-reclitbank te Middelburg.
De rechtbank heeft in hare zitting van 26 Nov.
de volgende vonnissen uitgesproken
E. E. v. H., oud 23 j., zonder beroep te
Philippine, is wegens mishandeling veroordeeld
tot f 1 boete of I dag hechtenis.
R. E. P., oud 20 j., visscher te Philippine, is
wegens mishandeling voroordeeld tot 3 boete
of 3 dagen hecht.
Yoor bovengenoemde rechtbank had zich Dins-
dag te verantwoorden C. L. W., oud 73 j., particulier
te Philippine, beklaagd van beleediging van den
Het gelukte hem werkelijk den woekeraar te
bepraten om nog honderd duizend mark te geven.
Wel moest hij genoegen nemeu met een gedeelte
daarvan te ontvangen in bank- en spoorwegaan-
deelen, daar Kretschmann natuurlijk niet zooveel
geld in huis had, en hij niet v.oor de tweede
maal hier wilde komen.
Nadat de nieuwe wissel geschreven en de oude
vernietigd waren, verliet Melnik het huis, tot aan
de deur uitgeleid door Kretschmann. De bediende
was aan tafel gegaan, de zoon des huizes was
alleen in den winkel.
Toen de deur achter Melnik gesloten was, gaf
de oude zijn zoon de schildpadden doos in de
hand en zei//Leg dat ding weer voor het raam."
Zij keken elkaar aan, glimlachten en begrepen
elkaar.
Den volgenden dag werden bij Melnik de kof-
fers gepakt en reeds dienzelfden avond verliet de
familie Hannover, ditmaal slechts vergezeld door
de kamenier en de gouvernante der kinderen.
Voor zijn eigen bediening had mijnheer Von
Melnik steeds op reis den huisknecht meegenomen,
doch nu moest die ook aehterblijven; alies moest
ingericbt zijn tot gemak van zijn lieve Melitta, die hij
met zooveel zorgende liefde behandelde, dat zij
vreugdetranen om haar geluk stortte, ondanks de
droefenis over den dood van haar zuster.
TWAALEDE IIOOEDSTUK.
Serafine Eltester stapte met vluggen tred door
het bosch, op weg naar de houtvesterswoning.
Zij kwam van Eutin, waar zij haar breeder in de
burgemeester van Philippine, door aan dezen in
Juni 1895, naar aanleiding van zijn aanslag in
den hoofdelijken omslag, een brief te hebben ge-
richt waarin hij o. a. den burgemeester beschul-
digde, de gemeente te bestelen en zich ten koste
van anderen vet te mesten.
In deze zaak was slechts een getuige gedag-
vaard, de heer J. B. Dhooge, burgemeester van
Philippine, terwijl als verdediger van beklaagde
optrad de heer Mr. K. W. Brevet, advokaat te
Middelburg.
De burgemeester verklaarde den bewusten brief,
geteekend door beklaagde, ontvangen en dien ter
vervolging opgezonden te hebben aan den offieier
van justitie.
De beklaagde verklaarde den bewusten brief te
hebben laten schrijven, daar hij alleen zijn naam
zetten kan. Hij heeft last gegeven om in den
brief te zetten dat hij niet tevreden was met zijn
aanslag, maar niet om de beleedigende uitdruk-
kingen te bezigen. Hij heeft een brief geteekend,
maar wist niet juist wat daarin stond.
Toen beklaagde door den rijksveldwachter ge-
hoord is, heeft hij verklaard den brief in drift
geschreven te hebben.
De beklaagde verzekerde dat de brief geschreven
is door Albert B., ook te Philippine woonachtig.
Volgens zijne voorstelling had deze meer in den
brief gezet dan beklaagde had gewild.
De burgemeester getuigde den brief per post
ontvangen te hebben en herkende de hand van
den schrij ver, den evengenoemden A. B., die sedert
twee jaar in Philippine woont.
De ambtenaar van het openbaar ministerie achtte
het wenschelijk en den schrij ver van den brief
en den rijksveldwachter Goossen te hooren en de
zaak te schorsen totdat deze getuigen zullen zijn
gehoord.
De rechtbank stelde daarop de behandeling dp
zaak uit tot over 14 dagen.
Op eene vraag van den voorzitter deelde de
burgemeester alsnog mede dat B. zeer ongunstjg
bekend staat en een opruier en twistzoeker is.
Op een vraag van den ambtenaar verklaarde c e
burgemeester te twijfelen of de beklaagde zicji,
alvorens te teekenen, zou overtuigd hebben va!n
den inhoud van het schrijven waarvan hier de rec{e
is. De beklaagde is, nadat de brief bij den
burgemeester ontvangen was, niet meer bij dezen
geweest om excuus te maken.
's Gravenhage, 27 Nov. Blijkens een bericht
van den Belgischen gezant zal eerstdaags het be
sluit van diens regeering verschijnen, waarbij met
ingang van 5 December e. k. den invoer in Belgie
wordt toegestaan van rundvee, herkomstig uit
Nederland en bestemd voor de groote abattoirs.
Hetzelfde besluit zal den invoer van schapen toe-
staan.
Maandagavond werd te Vlissingen door den
Belgischen loodsschoener n°. 9 aangebracht de
equipage van de ter hoogte van Westkapelle in
zinkende staat verlaten Zweedsche bark //Indien",
geladen met hout, van Westervik naar Antwerpen.
Drijvende op de lading is de bark door de
bemanning van den Nederlandscheu loodsschoener
n°. 3, schipper W. J. Jansen, gevischt en gisteren-
morgen, met behulp van eene sleepboot, ter reede
van Vlissingen aangekomen en op de slikken bij
Rammekens gezet, om, na verkregen vergunning,
het in de haven van Vlissingen te brengen.
gevangenis een bezoek had gebracht. Eindelijk
was dit na verscheidene vergeefsche aanvragen
toegestaan, nadat het voorloopig onderzoek gesloten
en de aanklacht gedaan was.
Serafine had haar broeder wel mager en bleek,
maar toch gezond en goedsmoeds gevonden. Wei
was hij uiterst verbitterd wegens het groote onrecht,
dat men hem aandeed, naar hij zeide, en wegens
de partijdigheid, waarmee het voorloopig onderzoek
was geleid, maar die laatste omstandigheid gaf
hem juist hoop, dat de openbare behandeling voor
andere rechters zijn onschuld aan den dag zou
brengen. Zijn eigen lot drukte hem echter minder
dan de zorg, wat er van Gertrude was geworden
hij had zijn zuster dan ook dringend gebeden,
dat zij nasporingen naar haar zou doen.
Serafine had hem verhaald van de prachtige
begrafenis, waarvan zij het bericht in de krant
had gelezen, en handenwringend had hij daarop
uiigeroepen //Terwijl ze de valsche Gertude
begraven, gaat de ware in een vreernd land ten
gronde, en ik kan hier niet vandaan Er moet
haar iets overkomen zijn, anders had ze zeker
wel eenig bericht gezonden!"
Terwijl haar broeder die woorden uitriep, was
Serafine's blik op den beambte gevallen, die bij
het gesprek tegenwoordig was, en zij had zeer
goed bemerkt, dat een spottend lachje om zijn
mond speelde. Stellig beschouwde hij deze uiting
als eene onwaarheid, voor zijn ooren bestemd, en
geloofde hij, dat zij misleid werd of dat zij mede-
hielp om de misdaad te verbergen.
En als zij George's zuster niet geweest was,
zou zij misschien gedaan hebben als anderen; zij
zou hem niet geloofd, en misschien zou zij als
De heer E. baron van Zuylen van Nijevelt
heeft, naar //Architectura" meldt, naar den herbouw
van het kasteel //de Haar" geheel in zijn voor-
maligen staat, nu besloten, ook de kom der gemeente
Haarzuilen in denzelfden geest te verbouwen.
Het rechthuis, tevens herberg, ontworpen door
den architect Joseph Cuypers, de pachthoeven,
bruggen en arbeiderswoningen, onder leiding der
architecten Jac. van Straaten te Utrecht en Jac.
van Gils te Rotterdam, zullen een oud-Nederlandsch
karakter dragen, en op die wijze zal daar een
blijvend Oud-Holland in 't leven worden geroepen.
De aardwerken van grachten en wallen werden
in dit najaar reeds voltooid.
Voor 1 November 1896 moeten alle inwoners
naar hunne nieuwe woningen verhuisd zijn.
Of de //seigneur du village" van zijne huurders
ook eischen zal, dat zij zich in voorvaderlijke
kleederdracht zullen steken
Naar men uit Bruinisse meldt, heeft de
lage waterstand, veroorzaakt door de Noord-Oosten-
winden, daar reeds eenig nadeel berokkend. Enkele
schippers toch kwamen tot de ontdekking, dat e'en
deel der mossels door het afloopende water mede-
gevoerd was.
Tegen een koffiehuishouder te Leiden is
proces-verbaal opgemaakt wegens het in zijn in-
richting voorhanden hebben van een dier automa-
tische toestellen welke tegen een kleinen inleg
gelegenheid geven sigaren of bier of ook wel
niemendal te winnen.
Als de politie aan het opruimen van die dingen
gaat, mag ze wel een pakhuis huren. Die toe-
stelletjes zijn in korten tijd sterk doorgedrongen.
Te Upendam (Noord-Holland) is iemand
uit Amsterdam door de stoomtram overreden en
gedood. Het was een visscher, die bij het opslaan
van den hengel een paar passen achteruit liep op
de trambaan, zonder den komenden treiu op te
inerken, met het noodlottig gevolg, dat hij letterlijk
vermorseld werd.
De ongelukkige laat een vrouw en zeven kinderen
achter.
Zooals men zich herinneren zal, werden op
27 Aug. jl. een 17tal perceelen te Hoogezand,
waaronder vrij omvangrijke, door een grooten brand
in de asch gelegd. Sedert werd er reeds druk
gewerkt, om verschillende perceelen weder omhoog
te brengen, zoodat er den laatsten tijd in het
timmervak veel omging. Timmerlui en metselaars
kwamen van heinde en ver, om daar werk te
zoeken, want, als het tegen den herfst loopt, is
voor dezen een goed karwei veelal een buitenkansje.
De plotseling ingevallen vorst, in den aanvang
zich ook een zeer aanmatigend heer toonende,
heeft aan die drukte voorloopig op het onverwacht
een einde gemaakt. De metselaars konden met de
natte steenen en met kalk, welke vastvroor aan
hun gereedschap, geen goed werk langer leveren
en, waar ze aan een aangenomen taak werkten,
ook geen daghuur meer maken, te meer, daar
oook de werkdag hoe langer hoe korter werd.
Het nieuwe muurwerk moest zelfs gestut worden
om instorten te voorkomen. De kalk wou niet
langer //bakken". Vandaar, dat een deel van het
werkvolk van buiten het voor goed opgegeven
heeft en, door vorst verdreven, tot hunne haard-
steden terug gekeerd is.
Te 's Gravendeel (Z.-H.) is de alleenwonende
90jarige D.van Leen met 'tgelaat in den brandenden
open haard gevallen. Een knaapje, dat de wouing
opende, om den grijsaard brood te bezorgen, zag
het ongeval en riep de buren bijeen, die den
deerlijk verminkte te hulp kwamen en hem
hulp boden.
Door de weduwe B. in de Weistraat te
Utrecht werd j.l. Zaterdag bij de politie aangifte
gedaan, dat men, tijdens zij een paar dagen afwezig
was geweest, bijna al haar huisraad enz., uit haar
woning had ontvreemd, zoomede dat zij vermoedde
dat haar ruim 25jarige zoon, van wien zij, vooral
na den dood van haar man reeds veel verdriet
had gehad, dien diefstal zou hebben gepleegd.
Dat vermoeden werd helaas bevestigd, want toen
het aan de recherche mocht gelukken dien zoon
zuster dit niet gedaan hebben, wanneer zijn woorden
niet hadden overeengestemd met die van haar
moeder, wier waarheidsliefde zij niet in twijfel kon
trekken. Het is waar, hun verhaal klonk avon-
tuurlijk, en hoe dikwijls zij ook had getracht
eene verklaring te vinden voor verscheidene punten
toch waren die duister gebleven, zoowel in de
gesprekken met haar moeder, evenals nu in het
onderhoud met haar broeder.
Welk lijk had men dan uit het Kellermeer
opgevischt Behalve haar moeder, haar broeder
en de oude keukenmeid had iedereen daarin toch
Gertrude herkend. Waarom had Gertrude er op
aangedrongen, dat niemand iets van het ongeval
en van haar redding zou vernemen Hoe was het
verstandige meisje gekomen tot het avontuurlijke
plan om met George te vluchten Daarvoor was
toch geen dringende reden, dacht Serafine. En hoe
had George daarin zoo spoedig kunnen toestemmen
En al was dit te verklaren door zijn grenzelooze
liefde voor Gertrude, hoe had haar bedachtzaine
moeder dan haar toestemming kunnen geven en
de hand geleend om het plan ten uitvoer te
brengen
(Wordt vervolgd.)
in een der buitenwijken der stad op te sporen,
vond zij op een door hem aldaar gehuurde kamer
al de vermiste meubels en andere goederen terug.
Daar hij echter weigerde een en ander weder aan
zijne moeder terug te geven, werd hij Maandag-
morgen door de politie in hechtenis genomen, die
tevens beslag op den boel legde. Naar men zegt
was hij voornemens om binnenkort te huwen en
'chijnt dit de reden te zijn geweest, waarom hij,
zelf niet te veel verdienende, heeft getracht om
op eene goedkoope manier aan een netten inboedel
te komen.
Ter gelegenheid van een kindervoorstelling
viel door een misstap de heer P. Stadegaard te
Zaandam, van een der trappen van het cafe //Neuf"
van den heer J. de Boer, aldaar. De heer Stade
gaard had het ongeluk daarbij op het hoofd te
vallen, waardoor hij onmiddelijk door een-beroerte
werd getroffen, tengevolge waarvan hij na verloop
van een paar uur is overleden.
Het 5jarig dochtertje van den heer De Boer,
dat zich juist aan de trap bevond, kreeg den heer
S. in voile zwaarte op zich, waardoor het kind
een been brak.
Laten wij in deze voor /Johanna van Woude"
zoo droevige dagen niet vergeten aldus schrijft
de Tel. dat de schrijfster van //Hollandsch
Binnenhuisje" een niet te loochenen aanspraak
heeft op de genegenheid en dankbaarheid van
geheel Nederlandlaten wij niet vergeten, dat zij
met die liefelijke schepping een afdoend bewijs
heeft geleverd van hare hooge, reine opvatting van
het huwelijksleven, en dat /Hollandsch Binnen
huisje" bewust of onbewust eene openbaring is
geweest van haar eigen gelooven en hopen.
Zij heeft getoond, dat het haar niet te doen
was om een financieel voordeelig huwelijk. Zij
heeft als de hoofdpersoon in //Hollandsch Binnen
huisje" met alien eenvoud genoegen willen nemeu
en heeft steeds als zuinige huisvrouw en trouwe
moeder haar plicht betracht, om zich onderwijl
op letterkundig gebied verder te ontwikkelen, en
ook op die wijze welvaart over haar huisgezin te
brengen.
Aan welk nameloos lijden moet zij ten prooi
zijn, nu zij, die door haar letterkundig talent
fijngevoeliger en ontvankelijker voor indrukken
is dan wie ook, zich te verdedigen heeft tegen
een beschuldiging van misdaad, en den rechter
van instructie als eenig menschelijk wezen ziet
te midden van de verschrikkingen van het ge-
vangenisleven
Men zegt dat de aanleiding tot de oneenigheid
in het huishouden van de schrijfster gelegen is in
het feit, dat haar echtgenoot, uotaris geworden,
niet meer passend vond, dat zijn vrouw verder
schreef, en haar dit wilde beletten. Maar wie
vermag aan een roos verbieden om te bloeien, of
aan een vogel ontzeggen om te zingen P
Nog laat het zich aanzien, dat zij part noch
deel heeft aan de daad, waarvan men haar be-
schuldigd heeft, maar zou deze kwestie in ieder
geval geen vingerwijzing zijn, om de wet ten
gunste der vrouw wat te verauderen, en in de
eerste plaats zoo spoedig mogelijk het scheiden
wat gemakkelijker te maken
En indien het onverhoopt toch waar mocht
zijn, dat zij tot die wanhopige daad haar toe-
vlucht heeft genomen, laten wij dan bedenken,
hoeveel lijden en strijden aan dat besluit zal zijn
voorafgegaan, laten wij bedenken, dat zij als trouwe
moeder, als flinke huisvrouw, als gevierd auteur
en als dochter van een geeerd man, wel bitter
door den nood gedrongen moet zijn geweest voor
zij tot zoo iets kwam.
Zij moet als een verjaagd hert in haar radeloos-
heid ten vertwijfeling niet meer hebben geweten
wat zij deedwant dat het ontdekt zou worden
en wel direct; lag voor de hand.
Maar bovenal laten wij bedenken, dat de notaris
steeds gezond en levend op zijn beenen is gebleven
en wel erg vlug is geweest, om een zoo gruwzaam
schandaal te maken, en dat nog wel nu de echt-
scheiding aanstaande was.
In de Belgische Kamer heeft de bekende
socialist Anseele bij de spoorwegbegrooting den
Minister Vandenpeerenboom weder onbarmhartig
onder handen genomen. Hij verweet hem zich
schuldig te maken aan de grootste onrechtvaardig-
heden, tegenover de ondergeschikte ambtenaren,
die voor weinig loon hard moeten werken, terwijl
den grooten heeren allerlei voorrechten worden
toegestaan, zooals vergoeding, vermeerdering van
salaris, reiskosten enz. //Dat gebeurt onder het
bestuur," riep hij uit, //van den zeer Heiligen
Jules van den Peerenboom."
Toen om deze uitdrukking gelachen werd, riep
Anseele weder uit//Zoo, ge wilt niet gaau.
Welnu, wij zullen er u toe dwingen, we zullen
u voortdrijven."
z/De heer Van den Peerenboom" ging Anseele
verder voort, //noemt zich de vader van zijne be-
ambten. Een vader waakt voor het welzijn zijner
kinderen, en behandelt hen goed. Doet gij dat,
vader En toen deze uitval weder met lachen
beantwoord werd, richtte zich Anseele tot de ver-
gadering en zeide //Neeu, hij heeft een steenen
hart en bekrompen hersens." Nog voegde hij den
Minister, die bij eene beschuldiging van loonont-
houding de schouders ophaalde, toe //Gij haalt
uw schouders op, mijnheer de Minister. Ik ver-
zoek u te antwoorden met feiten en niet met
grappen."