Al g em ee b Nieaws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Viaanderea 3190. Zaterdag 17 Augustus 1895. 35e Jaargang. Binnenlaud ABONNEMENT Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Eranco per post: Voor Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,824- Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteureu en Brieven- bushouders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel uieer f 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruiinte berekend. Men kan zich abouneeren tot het plaatseu van 500 regels en meer pet jaar, tot veel verminderden prijs. Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave. fr^olitieli Overzicht. Koniug Leopold van Belgie is naar Londen vertrokken om, ter bevordering der belangen van den Congo-Staat, besprekingeii te hebben met de Engelsche Ministers. Reizende mouarchen zijn in dezen tijd niets ongewoons, maar op deze wijze ,/Voor zaken" heeft zeker nog zelden een gekroond lioofd der reisstaf ter hand genomen. In de gehouden zitting van het interparlementair congres te Brussel voerde de bekende Hongaarsche schrijver Joka'i het woord. De heer Joka'i be- twijfelde het, of de pogiugen zouden slagen om oorlogen te voorkomen en alle internationale ge- schillen door scheidsrechterlijke uitspraken te doen uitmaken. Niettemin achtte de heer Joka'i het den plicht van den voorstanders des vredes, om te blijven aandringen op het instellen van interna tionale scheidsgerechten. Behalve de Hongaarsche schrijver spraken nog de Engelsche, Spaansche en Belgische gedelegeerden, Snape, Marcoartu en Houzeau de Lehaie over dezelfde zaak. Tot eene stemming kwam het nog niet. Met de eeds-aflegging der afgevaardigden is het Britsche lagerhuis nog niet gereed gekomen, zoo- dat de voorlezing der troonrede, die eerst gisteren zou hebben plaats gehad, misschien nog wel een dag zal moeten worden uitgesteld. De speaker of voorzitter, de heer Gully, vras de eerste, die den eed aflegde. Het lioofd van 't Fransch gemeenebest, de heer Faure, is weer te Hiivre terug, na een uitstapje geinaakt te hebben naar Fecamp en naar Dieppe, waar hij zeer hartelijk werd ontvangen. Van generaal Duchesne is uit Mojanga (Mada gascar) bericht ontvangen, dat hij opgerukt is tegen de bij Kinajy, tusschen Andriba en Antanarivo, verschanste Ilovas. Vier duizend Hovas kwamen te Bemarivo, twee dagreizen noordelijk van Marovoay, blijkbaar met het plan om aan de Franschen den toevoer te suijden. Tengevolge van de malaria heerschte onder het Fransche expeditiekorps groote sterfte. Gunstig, ziet men, luiden de berichten nog lang niet, en de lieden, die tegen de expeditie waar- schuwden, ook vooralom het klimaat, krijgen ge- lijk. Bij scheepsladingen keeren de manschappen ziek en stervende terug, en le Temps heeft al den raad gegeven het nabij gelegen eiland Reunion als hospitaal in te richten. ^Zondag heeft te Berliju de plechtige eerste steen- legging plaats van het nationaal gedeukteeken voor FEUILL KTQJSE Ken historische schets. 2) - De Indianen, die den Gouverneur toegezegd had- den goede buren te willen blijven en spoedig te zulleu terugkeeren, bleven door dat alles zoolang uit, dat men in Jamestown ongerust werd. Die verdachte omstandigheid werd nog met een andere vermeerderd. Een der kolonisten ging op zekeren dag op de jacht en keerde niet terug. Men ging op ontdekking uit en vond den man werkelijk op vrij grooten afstand van de stad dood onder een boom liggen een pijl had hem de borst doorboord en hij was gesealpeerd. Het kon wel is waar zijn, dat de moord bedreveu was door een zwervend Indiaan van een vreemden stam, maar het bloedige feit spoorde toch tot voorzichtigheid aan. De Gouverneur liet de stad zooveel mogelijk ver- sterken, de pallissaden werden in beteren staat ge- bracht, en aan schildwachten werd de grootst mogelijke waakzaamheid gelast. Het uitblijven van de Indianen werd veroor- zaakt door de groote toerustingen voor den krijg tegen de blanken, want zij vermoedden terecht, dat zij met lien geen gemakkelijk spel zouden hebben. De toerustingen werden diep in het geheim gemaakt, alleen de hoofden wisten welken vijand men op het oog had, maar tocli was het weldra Pokahontas bekend, en wel door middel van haar eigen vader, die liaar vertelde dat men al de vreemdelingen zou neerhouwen. Het jonge meisje sidderde van angst bij de gedachte aan het Keizer Willem I. Von Bismarck heeft geschreven, dat hij, wegens gezondheidsredenen, de feestelijklieid niet kan bijwonen. Ter gelegenheid van het oorlogs-jubeljaar, schonk de bekende staalfabrikant Krupp een millioen mark aan de pensioenkas zijner arbeiders. Het gemeentebestuur van Metz heeft tot veler voldoening gelast, dat er geene deputation van vete- ranen of vereenigingen de Fransche grenzen zullen overschrijden, en dat aan de kransen, die op de graven van Fransch grondgebied worden neder- gelegd, geen linten met de Duitsche kleuren mogen worden gehecht. Koning Christian van Denemarken is weer geheel hersteld en beweegt zich, als van ouds, in den huiselijken kring op slot Bernstorff. De Bulgaarsche Metropolitaan Clement heeft nu met de andere leden der uit St. Petersburg teruggekeerde deputatie zijne opwachting gemaakt bij Vorst Ferdinand. Deze betuigde den Metro politaan zijn dank voor de uitmuntende wijze, waarop hij zijn zending had volbracht. Voordat de andere leden werden toegelaten, had de bisschop met den vorst een afzonderlijk onder- houd, dat een uur duurde. Over den inhoud daarvan is niets uitgelekt. Het antwoord der mogendheden op de laatste nota der Porte betreffende de hervormingen in Armenie laat lang op zich wachten. Allerlei ge- ruchten omtrent oneenigheid der mogendheden over den te volgen weg zijn intusschen in de wereld gekomen. Een meer vasten vorm nemen deze geruchten aan in een brief van den corres pondent der Koln. Ztg. te Konstantinopel. Deze verzekert dat Engeland nog de eenige mogendheid is, die Turkije desnoods wil dwingen de verlangde hervormingen in te voeren. Daarom schuift het een sterk eskader uit Egypte naar het Oosten voort. Het Britsche eskader ligt thans voor Bodoum, een dagreis ten Zuiden van Smyrna, onder stoom. Dinsdag is door de dragomans van het Britsche, het Fransche en het Russische gezantschap te Konstantinopel een collectieve nota betreffende de Armenische hervormingen aaii de Porte overhandigd. Zou dat wellicht het langverwachte antwoord zijn De 154e jaardag van H. M. Koningin Wil lie! mina zal te Middelburg gevierd worden door het geven van een kinderfeest door de vereeniging z/Uit het Volk Voor het Volk." De bewoners der Groote Markt trachten gelden bijeen te brengen, lot dat haren heimelijk geliefde bedreigde, en daar zij natuurlijk het moorddadig plan niet kon be- letten, besloot zij Edward Smith althans te waar- schuwen, opdat hij op zijne lioede zou zijn en zijn leven kon redden. Onder een goed gekozen voorwendsel kreeg zij van haren vader vergunning, voor eenigen tijd het kainp te mogen verlaten, en toen liep zij onvermoeid en snel de bosschen door, totdat zij des nachts Jamestown bereikte, doch aan de andere zijde van de rivier. Zonder aarzelen begaf zij zich te water om naar de kolonie te zwemmen. De schildwacht op den wal zag in het water een voorwerp bewegen, doch door de duisternis kon hij niet zien wat het was. Overtuigd dat het een vijand of een roofdier moest zijn, begon de man reeds de lont van zijn geweer aan te blazen om vuur te kunnen geven. Gelukkig kon Pokahontas voortreffelijk zwemmen, en zoodoende had zij den oever reeds bereikt, nog voor de schildwacht gereed was tot schieten. Zij liep snel naar de wallen en hield een groeuen tak ten t eken harer vreedzame bedoelingen omhoogtevens sprak zij eenige In- diaansche woorden, die de man echter niet verstond. Hij riep eenige krijgsinakkers bijeen, en kwam met humie hulp eindelijk te weten dat zij den Gouverneur wilde spreken. Nu werd de poort geopend, Pokahontas binnengelaten en naar Smith gebracht, die zeer verwonderd was toen hij haar zag. Hij had in den laatsten tijd met veel moeite eenig Indiaanseh geleerd en kon zich nu zonder beliulp van een tolk met de Indiaansche onderhouden. Op gejaagden toon sprak zij hem over het ge- vaar waarmede de kolonie bedreigd werd en ried hem aan snel de vluclit te nemen. om aldaar een openbare muziekuitvoering te geven, en, indien mogelijk, ook eenige versieringen aan te brengen en het marktplein te illumineeren. Uit den aard der zaak heeft men vooral in Limburg met het grootste leedwezen vernomen, dat het syudicaat, gevormd met het doel om een Nederlandsche wapenfabriek te Maastricht op te richten, aan den Minister van oorlog heeft meege- deeld, dat het aan de door dezen bewindsman gestelde eischen niet kan vol doen en daarom zijn aanbieding heeft ingetrokken. Reeds voor eenige dagen, zoo schrijft de Limb. Koer., kwamen geruchten tot ons, dat deze voor Maastricht zoo gewiclitige ondernemiug in de haven zou schipbreuk lijden. Toch restte toen een kansje op behoud er werd nog met den Minister onder- handeld. Wij onthielden ons daarom tot dusver van elke mededeeling over de loopende geruchten. Thans hebben wij echter zekerheid. De Minister schijnt niet toeschietelijk te zijn geweest en met name zijn eischen met betrekking tot den tijd der levering al te hoog gesteld te hebben. Of dat nu de heeren geldschieters huiverig gemaakt heeft om de zaak voortgang te doen hebben Het schijnt ons zoo. Wat er van zij, het feit, dat Maastricht zijn fabriek, waarop reeds zoo stelllg gehoopt werd, niet zal krijgen, staat maar al te vast. Gewis een groote teleurstelling voor Maastricht, dat voor de groote verliezen, die het door maat- regelen van vroegere hoogwijze oorlogsministers ondervond, van den tegenwoordigen titularis in de wapenfabriek een schadeloosstelling lioopte te krijgeneen grooter teleurstelling nog voor onzen afgevaardigde, den heer De Ras, die ontzaglijk veel moeite en geld ten offer bracht om deze levensquaestie voor de Maastrichtsche arbeiders- wereld en industrie eene gunstige oplossing te geven. Hij mag wel in bittere spijt uitroepen dat is schipbreuk lijden ill de haven. Tegenover des heeren De Ras onvermoeid streven mag en zal Maastricht echter zeggen //Men rekent d' uitkomst niet, doch telt het doel alleen." In de jongst gehouden raadsvergadering te Appeltern is met algemeene stemmen besloten tot toelating van de herkozen raadsleden E. van Osch en D. van Gemert, alsmede van het gekozen lid Th. Banken, niettegenstaande de burgemeester adviseerde het lid Banken niet toe te laten, aan- gezien 't van algemeene bekendheid is, dat bedoeld lid indertijd zich als zouaaf in vreemden krijgs- dienst heeft begeven buiteu toestemming van den z/Hoofdman der bleekgezichteu", zeide zei, ,/gij en al uwe krijgslieden zult onvermijdelijk gedood worden, als gij nog langer hier aan deze kusten ver- toeft. Ze zullen met gansche zwermen u komen be- stoken, tegenover een der uwen staan tien hunner. Vlucht dus, red uw leven, zoo lang het nog tijd is De Gouverneur schudde het hoofd. //Neen, Po kahontas," zeide hij, //de blanke mannen deins;en voor geen gevaar terug. Als de roode mannen hun woord breken en den heilig beloofden vrede verstoren, dan komt het bloed, dat in den strijd zal vergoten worden, voor hunne verantwoording. Er dreigt een onheil, dat vermoedde ik reeds lang. Ik dank u intusschen, Pokahontas, voor uw zelfopofferende trouwindien ge niet meer naar uwen stam durft terug keeren, blijf dan bij mij. Hier zult ge veilig zijnik zelf zal u beschermen." De jeugdige Indiaansche liet droevig het hoofd zinken. Zij had gehoopt dat Edward Smith haren raad zou volgen, maar nu was een ijselijk bloedbad onvermijdelijk. De uitnoodiging om in de stad te blijven, wees zij van de handzij bleef een dag uitrusten, maar den volgenden naclit verdween zij even snel als zij gekonen was. Zij keerde naar het Indiaansche kamp terug, zonder dat iemand den minsten argwaan koesterde. Trouwens, bij niemand kon de gedachte opkomen, dat eene In diaansche squaw haar eigen stam zou verraden zoo iets was ongehoord. De Gouverneur nam krachtige maatregelen om den vijandelijken aanval af te slaan. De vrouwen, kinderen, zieken en zwakken werden op het schip geborgeu, dat in het uiterste geval tot laatste toevlucht kon dienen. De wapenen werden zorgvuldig nagezien, ammunitie werd uitge- Koning en daarna zich niet heeft doen naturali- seeren zopdat hij geen Nederlander is. Staande de vergadering heeft de burgemeester (die geen lid van den raad is) medegedeeld, dat hij, op grond van art. 33 der Gemeentewet, tegen deze beslissing bij Gedeputeerde Staten schriftelijk bezwaren zal indienen. Omtrent het feit, dat door de Antwerpenaren met vele festiviteiten wordt herdacht, n. 1. dat voor honderd jaren voor't eerst weder sedert 1648 groote zeeschepen voor de stad komen, lezen wij de volgende verklaring Sedert den vrede van Munster (1648) was de rivier de Schelde, die van Frankrijk door Belgie en Nederland loopt, gesloten en werden de toe- gangen in Nederlands Zeeland bewaakt. Alle zeeschepen met goederen, voor Zuid-Nederland bestemd, moesten in de noordelijke havens komen ,/lastbreken", om vervolgens hun koopwareu in kleine vaartuigen naar Antwerpen te brengen. In Augustus 1795 werd echter de toegang tot de Schelde door Frankrijk geheel vrijgesteld. Dat bleef zoo tot 1830. Daarna werd door Noord- Nederland tol geheven aan de monden van de rivier, totdat Belgie deze heffing afkocht voor zeventien millioen. In de provincie Zeeland kwamen gedurende de maand Juli bij 39 eigenaren van varkens 46 gevallen van varkensziekte voor. Op Flakkee en omliggende plaatsen blijft het met de vlekziekte onder de varkens treurig gesteld. In sommige gemeenten is deze diersoort bijna geheel uitgestorven. Zulks is itpg meer te bejammeren, omdat hierdoor ook zoo menig gezin van den werkman en arbeider getroffen wordt, die hun hoop, om met den herfst een eigen geslacht varken te hebben, vernietigd zien. Onder het opschrift//Walgelijke toestanden betreffende de vleeschleverantie in Nederland" deelt de General Anzeiger fur Delicatessen-Handlungen een reeks leelijke beschuldigingen tegen de Neder landsche vleesch- en worstleveranciers mede, ont- leend aan een artikel van den directeur van het slachthuis te Barmen, in liet Zeitschrift fur Fleisch uud Milch-Hygienne. Het is in Nederland zoo wordt daar gezegd iets zeer gewoons, dat arbeiders stukken van gestorven runderen in plaats van hun loon ont vangen. Ook wordt zulk vleesch gezouten verkocht voor het verbruik. In de groote worstfabrieken van Deventer, Wije en Olst moet zulk vleesch van gestorven, zelfs deeld en het aantal schildwachten verdubbeld. Het duurde niet lang of de strijd brak los. Op een nacht zwommen donkere gestalten den stroom over en vereenigden zich aan de andere zijde met de Indianen, die daar van alle kanten saamgekomen waren. Toen het vijandelijk leger gevormd was, rukte het in diepe stilte naar de muren van Jamestown op, blijkbaar met het voornemen de kolonisten te overrompelen. Deze echter stonden gereed, en toen de rood- huiden op schotslengte genaderd waren, kregen zij een moorddadig salvo, 't welk hun leerde dat men hunne bedoelingen kende. De Indianen hieven hun gillend krijgsgeschreeuw aan en stortten zich met heldhaftigen moed, ofschoon velen hunner neervielen, op den vijand, op wien zij een regen van pijlen afschoten. Om de verwarring in de stad te vermeerderen, schoten zij brandende pijlen op de rieten daken, tengevolge waarvan weldra eenige pakhuizen en houten huizen in brand stonden. Aan blusschen vie! niet te denken, want eene afdeeling der dapperste Indi anen, alien uitgelezen krijgslieden, aangevoerd door den ouden hoofdman Powhattan, had reeds de wallen beklommen en den strijd in de straten der stad zelve voortgezet. De Gouverneur Smith hield met de dapperste zijner manschappen tegenover hen stand, en nu ontstond een vreeselijke worsteling. De Indiaansche aanvoerder zwaaide zijn bebloeden tomahawk boveu het hoofd van den Gouverneur en zou hem stellig gedood hebben als deze den houw niet had kunnen afweeren. De beide aanvoerders ge- raakten handgemeen, en eindelijk slaagde de krachtige Europeaan er in den ouden Indiaan IDit bind verscliijut i*i r-y»~. iiiaan(ftag-$ lloeiisdatt- en Vrijdag»v<md *>'J |l^SCYCr V A M D E S A 1 D E te Ter leuzen. "3Wamin i ur ■■■inni

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1895 | | pagina 1