Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeawsch- Vlaanderen.
No. 3061.
Zaterdag 8 September 1894.
de KERMIS
De Provinciate Stoorabootdienst.
r7.£i2i32J'!?333 3a
34e Jaargang.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binneD Ter Neuzen f 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,82$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushoaders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels/0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Bit lili.il verscliijnt Blinsjl nti - en Vrijil »jr»vontl l»ij den uitgever I". J. 1 A IV BE SAM BE te Ter \euzen.
Burgemeester en Wethouders van
TER NEUZEN maken bekend, dat
aldaar zal nanvangen Ilnnmluir, 17 en eindigen
uiterlijk 's nachts 12 uren van Zaterdag, 23 dezer.
Kermisreizigers worden onvoorwaardelijk niet
toegelaten, tenzij zij eene deugdelijke verklaring
overleggen, waaruit duidelijk blijkt dat zij en hunne
inrichtingen enz. gedurende de laatste twee weken
zich niet hebben opgehouden in plaatsen, waar
in dien tijd gevallen van cholera zijn voorgekomen.
Ter Nenzen, 3 Sept. 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Vervolg en Slot.)
De Fransche revolutie, en dat was hare groote
verdienste, heeft tal van versleten en hinderlijke
middeleeuwsche barrieres omvergeworpen en ons
verlost van het esprit de clocher, een resultaat en,
dat dient erkend te worden, hetwelk alleen kon
worden verkregeu door een zeer krachtig optreden van
het ceutraal gezag, doch zij is in een ander uiterste
vervalleD en heeft ons bezield met een geest van
centralisatie, waarvan de nadeelen (bureaucratie en
nepotisme) reeds lang zichtbaar zijn, maar welke
thans dergelijke verhoudingen aannemen, dat ten
slotte eene nieuwe revolutie in tegenovergestelden
zin onvermijdelijk zou kunnen blijken. Gelukkig,
dat de Engelschen met hun practischen zin reeds
tot het inzicht zijn gekomen, dat het gevaar van
dien kant dreigt.
Een merkwaardig teeken des tijds mag het worden
genoemd, dat zoowel een Cecil Rhodes in Zuid-
Afrika als een George Grey in Australia, gesteund
door tal van energieke mannen, eene vereeniging
trachten tot stand te brengen van alle Engelsch
sprekende volken, doch daarbij uitdrukkelijk op
den voorgrond stellen, dat ieder volk zelfstandig
moet blijven en wat voorzeker van nog meer
beteekenis is, dat Lord Rosebery, de tegenwoordige
premier, niet alleen zelfbestuur voor Ierland verlangt
maar ook voor Schotland en Wales, terwijl hij
openlijk verklaart slechts in decentralisatie de toe-
komst van het land te zien. Opmerkelijk is het,
dat de kwalen van het individu overslaan op den
Staat en omgekeerd. Nemen wij het credietwezen.
FETJILEETON.
32)
„Dus kreeg u het bessensap van mijnheer
Bauerlich vroeg de president. „Waarom hebt
ge daar nooit iets van gezegd
„Hij heeft het mij verboden I Omdat mijn
broeder nooit zou toegelaten hebben, dat ik zoo
iets aannam, moest ik hem ook na zijn dood dien
smaad niet aandoeo, zei Adolf. En wat komt dat
er op aan Ik zou het nu ook gezwegen hebben,
maar de eed, de eed 1" en zij sloeg het oog op
naar Bauerlich, als smeekte zij hem om vergiffenis.
Doch Lageman kwam onmiddelijk met een andere
vraag.
„Liet mijnheer Bauerlich het bessensap bij u
thuis bezorgen, of bracht hij het zelf mee
Weer weifelde Constance, maar na eenig zwijgen
antwoordde zij: //Hij bracht het mee; als de
flesch leeg raakte, zei ik het hem, als er niemand
bij wa3, en dan bracht hij weer wat mee."
ffEn wanneer bracht hij het laatst
flln den voormiddag van den dag, dat mijn
broeder gestorven is; den vorigen dag had ik
hem gezegd, dat het bijna op was, en toen kwam
hij uit eigen beweging om weer nieuw te brengen."
y Hoe veel flesschen
„Dat weet ik niet. Ik had mijn bezigheden,
en daarom zette hij de flesschen zelf in de
keukenkast."
//Dus mijnheer Bauerlich wist goed den weg
bij uP"
#Zeer goed, hij
Tegenwoordig wordt er een zeer groot gebruik en
misbruik van het crediet gemaakt niet enkel meer
door de particulieren maar ook door de meeste
Staten.
De openbare schulden der Europeesche Staten
(de geldleeningen gesloten door provincien, gerneen-
ten, waterschappen enz. derhalve niet mede gerekend)
bedragen reeds het enorme cijfer van 125 milliard
francs en dat cijfer wordt nog elk jaar grooter.
Reeds nu zijn verschillende Staten evenals een
particulier niet in staat hunne verplichtingen na te
komen Portugal, Griekenland terwijl andere zooals
Italie en Spanje spoedig zullen volgen.
Zoo ook heeft de ziekte der centralisatie, welke
bij den Staat zooveel kwaad heeft gedaan, daar zij
alle initiatief en zelfstandigheia den kop heeft inge-
drukt ook de afzonderlijke individuen aangetast.
Men schijnt tegenwoordig niets meer in overleg
met zijn medemenschen te kunnen doen, al betreft
het slechts pret maken, zooals dansen en wielrijden,
of er moet eene formeele vereeniging worden
opgericht met een regelmatig bestuur, gekozen
met gesloten briefjes en gebonden aan een uitge-
breid reglement.
Eene geestige parodie werd indertijd gemaakt op
dat eeuwige ^parlementje spelen", eene ziekte
waaraan helaas ook reeds de arbeiders lijden, door
Mr. Lodewijk Mulder in De Kiesvereeniging
van Stellendijk
Waar sprake is, van een stoombootdienst op de
Scbelde, geexploiteerd rechtstreeks door en voor
rekeuing der Provincie,zou men meenen dat daarmede
bij voorkeur belast zullen worden de vertegen-
woordigers der Provincie, die het best bekend zijn
met de behoeften der streken, waarvoor de dienst
in het leven is geroepen. Glad mis, beste vriend.
Het systeem van centralisatie brengt mee dat alles
bedisseld wordt in de binrienkamer van het
Gedeputeerd college, al bestaat dat college gedurende
tal van jaren slechts ait personen, die zelden of
nooit met de booten reizen, laat staan met de
bevolking waarvoor de dienst bestaat, in aanraking
komen. De leden der Staten, die beter met de
nooden en behoeften van die streken bekend zijn
mogen slechts alle zes maanden te Middelburg
eens gaan opspelen, om na afloop der vergadering
weer goede vrienden te worden aan tafel.
Is de aard van het kwaad bekend evenals de
oorzaak dan blijft slechts de vraag over, hoe de
kwaal het best kan worden verholpen
Door decentralisatie natuurlijk. Geen alwetend
en almachtig college van Gedeputeerde Staten, der
halve dat de Provinciale Staten als een registratie-
Hier maakte Valentine zulk een heftige beweging,
dat de verdediger zich omkeerde en vroeg //Heeft
u iets te zeggen
Zij knikte en na bekomen verlof van den
president vertelde zij //Op den dag van mijn
vaders dood, toen Bauerlich voor de tweede maal
bij ons kwam, viel de schemering in. Mijn tante
bracht de kofhe binnen. Hij vroeg ook een kopje,
maar wilde niet toegeven, dat een van ons beiden
in de keuken zou gaan om een kopje te halen
hij wilde dit volstrekt zelf doen en bleef wel tien
rainuten weg."
//Is dit zoo gebeurd vroeg de president nu
aan de oude juffer.
„Ja, ja, nu herinner ik me dat ookik
zou er niet aan gedacht hebben en het beteekent
niemendal."
vMisschien toch wel iets," merkte Lageman
op en hij vroeg den president//Zou u den
getuige Bauerlich hierover nog eens willen onder-
vragen
Bauerlich werd ondervraagd, doch verklaarde
met minachtende houding, dat het wel zoo wezen
kon hij begreep niet, waarom de verdediger daar
zooveel drukte om maakte.
,/Zoo, zoo zei Lageman. //Nu, ik denk er
anders over. Ik begrijp, dat tien minuten ruim
voldoende zijn om de eene flesch tegen de andere
te verruilen en de eene op een geheime plaats
te verbergen."
//Mijnheer, wat durft ge daar zeggen riep
Bauerlich toornigdoch de president gebood hem
te zwijgen en Lageman zei heel kalm
z/lk vorder, dat de flesschen onderzocht worden
om te zien of een daarvan niet reeds van te roren
kantoor beschouwt, doch ouder voorzitterschap van
een lid van het dagelijksch bestunr afkomstig uit
Zeeuwsch—Vlaanderen, eene commissie samengesteld
uit de leden der ProviDciale Staten wonende in of
nabij Vlissingen, Breskens, Ter Neuzen, Walzoorden
en Borssele, welke commissie speciaal belast zoude
zijn met al hetgeen omtrent het verkeer op de
Wester-Schelde geregeld moet wordeD, althans zoo
lang men de geheele provincie nog niet aandurft.
Of zoo iets niet zal gebeuren zult gij zeggen.
Welzeker. Immers, nu reeds is Z.-Vl. vertegen-
woordigd in het Dagelijksch Bestuur, Hetgeen men
10 jaar geleden vrijwel als eene onmogelijkheid be-
schouwdereeds nu is men algemeen overtuigd,
dat de tegenwoordige toestand niet meer houdbaar
is, terwijl men vroeger, toen de toestand nog
slechter was, het hoogst kwalijk nam, als iemand
zich ontevreden durfde toonen.
Wanneer dat zal gebeuren hoor ik u vragen.
Wel beste vriend, als er leergeld genoeg zal zijn
betaald.
Hoe meer de behoefte aan goede verkeersmiddelen
toeneemt, hoe meer geld er nooaig zal zijn, ten
minste zoolang de dienst niet op zoodanige wijze
wordt geexploiteerd, dat zij kan rendeeren. Potje
breek, potje betaal. Maar nu wij weten, dat betalen
tegenwoordig door de meeste menschen met een
pijnlijk gezicht geschiedt, moet gij derhalve
telkens meer betalen, terwijl gij meer en meer
redenen tot ontevredenheid hebt, dan zult gij ten
lange leste beginnen te mopperen en alien die in
hetzelfde geval verkeeren als gij, mopperen mee.
Dat mopperen komt alsdan ongetwijfeld ter oore
van hen die door u belast zijn met het waarnemen
uwer belangen in de Provinciale Staten.
De heeren vertegenwoordigers houden dat gemop-
per niet onder zich, maar gaan geregeld tweemaal
per jaar te Middelburg geducht opspelen voor het
dine) en wij weten het allemaalals kinderen niet
op- of afhouden, dan krijgen zij ten slotte altijd
hau zin. Het ware wel zoo eenvoudig, goedkoop,
beter voor het humeur, kortom practischer daarmede
onmiddellijk te beginnen doch er staat tegenover,
dat men slechte gewoonten niet zoo gemakkelijk
aflegt als oude kleeren. Volhouden is das het
eenige wat er op zit.
Amsterdam, Sept. 1894. L. Stevens.
Met het oog op de gebeurtenissen op Lombok
is bepaald, dat ingelijfden bij de militie te land,
die, onder de wapenen zijnde, tot de geoefenden
geopend en daarna op handige wijze weer dicht-
gernaakt werd."
De rechtbank besloot aan deze vordering te
voldoen. Er meldden zich twee deskundigen aan
een blikslager en de meesterknecht van een
flesschenfabriek, die onder het publiek aanwezig
waren. Zij legden den eed af en begonnen hun
onderzoek onder toezicht van een beambte.
Ondertusschen wendde Lageman zich tot Bauer
lich, die slechts met moeite zijn ontsteltenis kon
verbergen, en zei//Daar straks heeft u Landsberg
aan de Warthe als uw geboorteplaats genoemd;
maar u is toch zeker dezelfde Adolf Bauerlich,
die als kind van vier jaar met uw vader naar
Havelberg verhuisde
v Als dat zoo was, wat dan
yDan zou de jeugdige dwaasheid, waarom ge
naar Amerika zijt gegaan, niets minder zijn dan
een poging tot moord op de oude dame, die met
uw ouders in hetzelfde huis woonde en bij wie ge
u zoodanig in het vertrouwen hadt gedrongen, dat
zij u tot erfgenaam van haar klein vermogen
benoemde."
//Wat durf ge daar zeggen Mijnheer de presi
dent, bescherm mij toch tegen de de aanvallen
van dien heer," riep Bauerlich uit.
z/Het zal u niet aan bescherming ontbreken.
De verdediger zal moeten bewijzen, wat hij zegt."
#Dat kan ik," antwoorde Lageman. Hetgeen
ik van de beklaagde vernam en nog audere dingen
brachten mij op het vermoeden, dat mijnheer
Bauerlich haar vijandig is en haar ten verderve
wil voeren. Het kwam mij voor, dat hij opzettelijk
de ontdekking van de flesch met vergiftigd bessensap
had veroorzaakt en van die gedachte is slechts
van hun wapen zijn overgegaan, of, zich met groot
verlof bevindende, bij hun vertrek met onbepaald
verlof gerekend werden tot de geoefenden te behoo-
ren, bij detacheering bij het leger in Nederlandsch-
Indie, op den voet van het bepaalde bij Koninklijk
besluit van 29 Juli 1873, boven de gewone
gratificatie of premie aan die detacheering verbonden,
zullen genieten eene gratificatie of premie ad honderd
gulden, dus in het geheel drie honderd gulden,
mits zij zich in den loop van de ingetreden maand
September of in de volgende maand voor die
detacheering hebben aangemeld.
Voor iederen milicien die ter detacheering bij
het leger in Oost—Indie wordt aangebracht, alzoo
ook voor den zoodanige die zich onder de wapenen
bevindt, word eene aanbrengpremie van f 10
toegekend.
Het Nieuws van den Dag publiceerde Dinsdag
het volgende bulletin
De vorst van Lombok biedt aan vijftig gevan-
genen in vrijheid te stellen en van verzet af te zien,
indien de troepen terugkeeren.
Een brief van generaal Vetter bereikte kapitein
Lindgreen."
De gevangenneming van kapitein Lindgreen en
zijn detachement, hoewel aan twee onzer bladen
geseindis tot dusver officieel niet bevestigd.
Volgens het Vad. bestaat er hoop, dat deze Jobs-
tijding onjuist is, omdat de hindoe-tempel, waar
het detachement zich verschanst heeft, op eene
hoogte gelegen is, en dus wel gemakkelijk te ver-
dedigen zal zijn. Het oprukken naar Kela, waarvan
eergister geseind werd, heeft denkelijk ten doel
hem te ontzetten.
Men schrijft aan de N. R. Ct.
De kapitein J. C. Lindgreen, wiens naam wij
in de laatste dagen zoo dikwijls in de telegrammen
vermeld vouden, is een der kranigste officieren van
het Indische leger. In 1876 benoemd tot officier,
maakte hij reeds in 1878 en 1879 met het
3e bataillon de beroemde veroveringstochten van
den generaal Van der Heijden in de XXII en
XXIV Moekim mede. Hij werd toen niet alleen
eervol vermeld, maar ontving oek wegens zijn gedrag
de Militaire Willemsorde 4e klasse.
Door de Nederlandsche stoomvaart—maatschappij
Oceaan is den Minister van kolonien aangeboden
naar aanleiding van het voorgenomen dirigeeren
naar Indie van het korps mariniers, daarvoor een
stoomschip beschikbaar te stellen, voldoende ingericht
voor het vervoer van troepen, tegen eene passage
van f 140, met inbegrip van voeding en geuees-
kundige kulp voor korporaals en minderen, per
een scbrede tot het vermoeden, dat hij die flesch
zelf onder den gootsteen heeft verborgen."
Weer viel Bauerlich heftig in doch de president
gebood hem te zwijgen, en hij deed dit op een
toon, die merkbaar verscheelde van de beleefde
voorkomendheid, welke hij tot dusver dezen getuige
betoond had.
z/De reden voor zijn handelingen is hier heden
duidelijk genoeg gebleken maar ik wilde die ook
uit zij u vroegere leven afleiden en heb dit met
de hulp van een bekwamen rechercheur nagespeurd.
Hier zijn de authentieke verklaringen van drie te
goeder naam en faam bekend staande burgers van
Havelberg, die zich het bedoelde geval nog zeer
goed weten te herinneren. Zij wisten ook, dat
de heer Zier, die toeu te Havelberg iQ garnizoen
lag, de poging tot vergiftiging verijdeld heeft en de
oude dame bewoog om geen vervolging tegen den
scbuldige in te stellen. Met zijn hulp werd
Bauerlich naar Amerika gezonden."
Lageman had een pak schrifturen op de tafel
gelegd, en voegde er nu weer andere bij, terwijl
bij vervolgde//Ik heb hier verder authentieke
bewijzen, dat mijnheer Bauerlich zijn vermogen in
Amerika niet op de eerlijkste rnanier heeft verkregen
doch daar zullen wij later wel over spreken. Het
verdient thans meer onze aandacht, dat Bauerlich,
na een twintigjarige afwezigheid in Duitschland
terugkeerende, zijn weldoener, den heer Zier,
opzocht en bij hem de rol van den berouwhebbenden
verloreu zoon speelde. Ik wil gaarne erkennen,
dat dit hem ernst was, doch hij ziet de dochter
van zijn weldoener en vat een bartstochtelijke
liefde voor haar op. Tot elken prijs wil hij haar
bezittendoch hij weet, dat haar vader nooit zija
UNSCHE (OIBWT