Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 3053.
Zaterdag 11 Augustus 1894.
34e Jaargang.
Gemengde berichten.
TER NEUZES, 10 Augustus 1894.
Naar wij vernemen zal de voorstelling voor
meisjes in Zeeuwsch kostuum aan H.H. M.M. de
Kouinginnen, te Middelburg, plaats hebben op
Dinsdag 21 dezer des namiddag te half twee ure,
voor het maken der photographieen zullen zij \6oi
elf ure aanwezig moeten zijn in de concertzaal op
de Groenmarkter zal gezorgd worden dat
zij den intocht van H.H. M.M. kunnen zien en
bun een rijtoer door de versierde stad worden
aaugeboden.
Tot sluisknecht aan de Oostsluis alhier is
aaugestdd J. van Gelderen, thans adsistent.
Woensdag morgen, met de vloed, kwam de
Eugelsche stoomboot Gem voor hier beslemd, op
de haven, te gelijk als de tjalk Twee Gebroeders
schipper S. Dijkema, van Selzaete met ledige vaten
naar Amsterdam bestemd, de haven verliet. Door
stroom en wind had er tusschen beide schepen
een aanvaring plaats, waardoor de tjalk aan bak-
boordsboeg veel averij bekwam, even boven de
waterlijn, en in de haven terug kwam gesleept
door de stoomboot, ter herstelling der schade.
Door het bestuur van den polder Nieuwe
Neuzen werd Woensdag alhier aanbesteed, het
verharden van wegen en oprillen, met het onder-
houd daarvan tot en met 30 April 1895. Daarvoor
hebben ingeschreven de heeren K. de Vos alhier,
voor f 2054 en J. Meertens te Hoek, voor f 2030.
Aan den laatste is het werk gegund.
De tjalk Apolonia, schipper E. J. de Bakker
van Walsoordeu, is Woensdagnamiddag bij Bath,
ledig zijnde, wegens den felle wind omver gezeild
en gezonken. De schipper en zijn knecht hebben
zich ter nauwernood in hunne roeiboot kunnen
redden.
Volgens daarvan gedane kennisgeviDg is in
de oeververlichting op het Westhavenhoofd te
Zierikzee, te Stavenisse en te Zijpe thans eene
wijziging gebracht, meer ten gerieve van de binneu-
schcepraart.
Philippine. In geen jaren is de handel in
mosselen zoo slap geweest als in dezen zomer
misschien wel, omdat door het ongestadige weer
groote hitte afgewisseld met onweders, deze waar
spoedig aan bederf onderhevig is. Vele kleine
schippers, die tegen Maart a. s. hunne bank moeten
ontruimen, doordien de paehttijd alsdau verstrekeu
is, weten niet, hoe hunne mosselen aan den man
te breugen, van daar dat de prijzen ook maar laag
zijn. Zij, die goede kwaliteit en vaste klanten
hebben, weten nog 5 tot 5^ franc per baal te
bekomeu, anderen daareutegen leveren hunne mos
selen tegen 4 franc en minder. Woensdag j. 1.
evenwel was de handel buitengewoon leveudig,
zoodat zelfs het aantal voertuigen geen plaatsje op
de kade kon bekomen. Wij willen hopen, dat door
het koele weder begunstigd, deze drukte eenige
weken moge aanhouden, al was het alleen in het
belang van den kleinen visscherman, voor wien buiten
den mosselhandel tegenwoordig niets te verdie-
nen valt.
RECHTSZAKEN.
Door den officier van justitie is ter griffie der
arrondissements-rechtbank te Middelburg gedesis-
teerd (afgezieu) van het tegen een vonnis dier
rechtbank van den 3 Juli 1.1. ingesteld hooger
beroep, waarbij P. V., burgemeester der geraeente
Graauw, van het hem bij dagvaarding ten laste
gelegde werd vrijgesproken.
De dienstbode uit Groede, Leonie Notelaar,
door de rechtbank te Middelburg tot 6 maanden
gevangenisstraf veroordeeld wegens verzuim van
aangifte dat Lampier voornemens was den moord
te Marolleput te plegen, is Woensdag door het
gerechtshof te 's Gravenhage in appel van al het
haar ten laste gelegde vrijgesproken.
Te Zevenaar zijn twee tot dusver onbekende
personen, die over de grenzen werden geleid, uit
den in voile vaart zijnden sneltrein gesprongen.
Na den val stonden beiden onmiddellijk op en
vluchtten weg, voor iemand hen in handen kon
krijgen. Ongetwijfeld zal er voor hen wel reden
hebben bestaan, niet gaarne in Duitschland terug
te keeren.
De deurwaarder T. v. L. teZaandam, tevens
penningmeester van den deurwaardersbond, is ver-
dwenen zonder orde op zijn zaken te stellen en
is dientengevolge ontslagen.
Uit 's Gravenhage meldl men Yan sociaal—
democratische zijde'was vergunning gevraagd de dezer
dagen in het Volkszeebad Scheveningen omgekomen
geestverwant met een roode banier grafwaarts te
dragen. Deze vergunning was geweigerd en een
detachement politieagenten had zich geposteerd
aan de Loosduinsche brug, waar de stoet passeerde.
Uit eene woning daar ter plaatse werd de roode
vlag uitgehangen, waarop ook in de lijkstoet roode
banieren werden ontplooid. Aan de last der politie
om de banieren op te bergen werd niet voldaan
waarop een charge volgde, waarbij een persoon
ernstig aan het hoofd werd gewond. Een banier,
waaraan twee vrouwen zich vastklampten werd door
de polite met geweld ontrukt. Op de begraafplaats,
waar een talrijke schaar de stoet afwachtte, vielen
geen ongeregeldheden voor, behoudens eenige opdrin-
gen van de door de agenten teruggehouden personen
aan wie de toegang tot het kerkhof verboden werd,
terwijl ook de banieren werden geweerd en alleen
de in de volgrijtuigen gezeten personen werden
toegelaten. Aan het graf van den partijgenoot
werd o. a. eesproken door Domela Nieuwenhuis,
die daarbij op het incident zinspeelde. Bij de
schermutseling om de roode vlaggen met de politie
werd de lijkstoet in het Westeinde geheel verbroken,
en werden handtastelijkheden tegenover de politie
gepleegd.
Op de lage maden langs de oostelijke grenzen
van Groningen is de hooioogst zoo goed als mislukt.
Eigenaars van hooi- en weilanden, o. a. de stad
Groningen, die in het zuidelijk deel der provincie
uitgestrekte bezittingen heeft, hebben op de jaar-
lijksche verhuringen of verkoopingen bovendien zeer
slechte zijde gesponnen, daar de graslanden slecht en
de prijzen dus laag waren. Waren nu de omstandig-
heden gunstig, dan zou het voor de hand liggendat de
nog volgende boeldagen van gras flinke sommen
zouden opbrengen. Het tegendeel is echter het
gevaldoor den hoogen waterstand, blijven de
prijzen laag. Voor de kleine landbouwers, die zich,
wat hun vee betreft, reeds ten tweeden male met
voedernood en de gevolgen daarvangedwongen
verkoop, lage veeprijzen etc. bedreigd zagen, isdit
echter een welkom verschijnsel.
Ougelooflijk groot is de aanvoer van aal— of
struikbessen op de Amsterdamsche groenten- en
fruitmarkten uit het Westland en de Streek (Hoorn
Enkhuizen)volgeladen kaagschepen komen daar
met het verfrisschende fruit aan. Zij zijn goedkoop
en gelden slechts gemiddeld 2| ct. het halve kilo,
bij de mand van 10 kilo.
Het voortdurend regenachtige weer is nadeelig
voor den uitvoer naar Engeland. Eerstdaags worden
de Eriesche bessen aangevoerd, welke uitmunten
door groote saprijkheid en zware trossen. Aan
pruimen zal ook geen gebrek zijn.
Als men zich nu maar niet aan dien overvloed
te buiten gaat.
Men meldt uit Harlingen aan de Leeuw. Crt
Een voerman van hier, een gezelschap rondrijdende,
ontdekte dat aan den weg bij het naburig Pieters-
bierum eene vrouw aan den waterkant met iets
bezig was, dat haar nog al inspanning kostte door
het riet kon bij niet zien wat ze daar uitvoerde,
maar naderbij komende bemerkte hij, dat zij bezig
was een knaap van ongeveer zes jaar met het hoofc
onder water te houden. Eerst had ze beproefd
hem er voorover in te duwen, maar door het hevig
tegenspartelen van den jongen gelukte dit niet
toen wist ze hem achterover tot aan de borst er
in te houden, en had de voerman door zijn schreeuwen
niet de oorzaak geweest van de staking van dit
misdrijf, dan had de dood van het kind moeten
volgen. Opgeschrikt door dat schreeuwen, verwij
derde zij zich ijlings met den knaap.
Maandagavond omstreeks 6 uur heeft zich
boven 's Gravenhage een hevige donderbui outlast
gepaard met een gelukkig zeldzamen hagelslag.
De meeste steenen hadden een dofwitte kern en
waren door een doorschijnenden ijsmantel omgeven
Sommige, en dat waren de grootste, waren gehee.
ondoorschijnend en zagen er uit als waren eenige
ijsknikkers aan elkander gesmolten.
Wij hebben eenige der gevallen steenen gemeten
en afgeteekend, zegt het Vaderland, waaraan we
deze mededeelingen ontleenen. De zwaarte varl
eerde tot 22^ gram toe, met een doorsnede van
tien tot 35 mM. Sommige waren bijna even breec
en hoog, andere meer plat. Onder Voorburg viel er
zelfs een, die de grootte had van eeu vuist en men
beweert, dat er in Leiden nog grootere zijn gevallen
Dat de vensterruiten, waartegen deze hagel-
steentjes aankwamen, daartegen niet bestand waren
spreekt wel vanzelf. De glazen overkappingen b. v
van de Passage en de beide spoorwegstations bleven
niet gespaard, de kap van het Hollandsche station
had 32 gebroken ruiten. Maar het ergste waren er
de bewoners van de zeeheldenwijk en van het daar-
achter gelegen „Duinoord" aan toe. In de straten
als de Van Speykstraat en die daarmede parellel
oopen zijn bijna van alle woniugen, naar gelang van
de ligging, de voor- of achterglazen stukgeslagen,
5, 11, 13 tot 21 stuks toe, voornaraelijk daar waar
serres zijn. In de Obrechtstraat bleef schier geen
ruit heel en ook de Laan van Meerdervoort heeft
veel geleden. Aan de Bronovo-stichting zijn niet
miuder dan 187 ruiten stuk. Ook de wasch-
in rich ting aan het Kanaal is er erg aan toe, waar
170 ruiten zijn gebroken. In 't Yan Stolkpark
en aan den Kanaalweg is schier geen huis onbe-
schadigd gebleven evenmin in het Holl.-Belgische
Park te Scheveningen.
Ook leden de huizen in de Riouw- en Sumatra-
straten in 't bijzonder veel schade. Maar het meest
lebben de tuinders geleden in de nabijheid van
Duinoord" zijn bij tien tuinder ongeveer 2000
broeikasramen stukgeslagen en bij een collega in
ret Westland zelfs 3000.
De eenigen, die van dit ongewone weder voordeel
trekken, zijn d6 glazenmakers. Hun werkplaatsen
worden als 't ware bestormd, bij velen was het
magazijn te klein om alle hulpzoekende te bevatten
en bij een moest een agent van politie de file regelen
als gold het een komedie-voorstelling. Wij vernamen,
dat een glashandelaar nog 'a avonds per telegraaf
voor ongeveer 6000 gulden vensterglas bestelde.
En dat behoeft niet te verwonderen, als men weet,
dat de totale schade te dezer stede, alleen aan
glasruiten toegebracht, op 25 a 30 duizend gulden
wordt geschat.
In de tuinen hebben de sla en snijboonen zware
schade bekomen. De pluk is schier verloren.
Ook te Leiden werd door den hagelslag aan-
zienlijke schade toegebracht. Van de weverij der
Leidsche Katoenmaatschappij zijn 2200 ruiten, van
het gebouw aan de Heerengracht 1100 ruiten,
in den AcademietuiD gebroken en gebarsten ruim
3000, van de Sterrenwacht 300 ruiten.
In het geheel zijn van de rijksgebouwen aldaar,
naar men aan het Leidsche Dagblad van bevoegde
zijde verzekerde, tusschen de 10- en 20,000 ruiten
stukgeslagen.
Het aantal gebroken straatlantaarns bedraagt
ongeveer 80.
Op de plaats Duivenvoorde onder Voorschoten
hagelden pi. m. 1500 ruiten stuk, terwijl men zegt
dat er bij den heer O. te Wassenaar pi. m. 3500
stuks braken.
Ook te Zoeterwoude kwam een zeer zware donder
bui uit het Noorden opzetten, vergezeld van zulk
een hagelslag, als nog nooit, zelfs door de oudste
menschen niet, is bijgewoond.
De hagelsteenen waren ter grootte van 4, 5 a 6
cM. middelliju, bij eene dikte van 2 a 3 cM.het
waren bijna alle 3terren, zeer doorschijnend als
kristal en juist in het midden een dof wit cirkeltje
gelijk een stukje sneeuw. Niet anders dan met
een hamer waren ze te breken of stuk te slaan.
Enkele zijn er gewogen en varieerden van 2 tot
3 lood.
De schade, door dezen hagelslag aangebracht,
is enorm. Van ruiten der liggende dakramen is
er bijna niet een gespaard gebleven, evenzoo van
de broeirameu de glazen dakpannen aan de wind-
zijde werden alle vernield.
Aan de fabriek van den heer Van Wensen zijn
200 ruiten stuk, aan het Raadhuis 17 zeer groote
ruiten, enz.
Onderscheidene menschen vielen in bezwijming
van den schrik en de ontsteltenis bij het gezicht
van dit noodweer.
Het water in den Rijn spatte tot de hoogte van
een meter op, dit was een schouwspel, dat alle
beschrijving te boven gaat.
Het vee in de wei loeide van schrikde paarden
bliezen van ontsteltenis en liepen alle hollende voor
den wind af tot aan de slooteneenige wierpen
er zich in, andere, niet wetende wat te doen, liepen
weder achteruit, enz., er gebeurde te veel om alles
op te uoemen.
25 minuten na den hagelslag vond men nog
steenen als duiveneieren op de landerijen.
De schade, veroorzaakt aan gebouwen, vruchten
land- en tuinbouw, zal wel eenig in de geschiedenis
zijn voor deze streek.
Te Emmerik zijn een 200tal gouden horloges
met kettingen gestolen.
Hiervan worden vijf personen verdacht, die de
wijk naar Nederland Damen. Zij werden te Zeddam
gezien.
Aan den gemeente-veldwachter Dalers, te's Hee.
renberg, is 't echter gelukt, drie der daders in
hechtenis te nemen, nog in het bezit van 80
horloges. Later werd er nog een gevat.
Naar den laatste wordt nog gezocht.
Bij buitengewoon politieblad wordt door de
Belgische regeering eene belooning van tienduizenc
francs uitgeloofd aan dengeen, die zal doen ontdekken
en aanhouden Jagoikowsky, zich ook wel schrijvende
Jahol kowsky, Cyprieu Philippe, geboren 27 April
1865 te Boboff, gouvernement Voroneije (Rusland),
verblijf gehad hebbende van 2 Nov. 1893 tot 28
April jl. te Luik, onder den valschen naam van
baron Ernest d'Ungern Sternberg, geboren 26 Febr.
1867 le Nestkoutchnoye (Rusland). Signalement
lengte iets meer dan middelmatig, vrij gezet, opge-
trokken schouders, haar blond, voorhoofd hoog,
oogen lichtgrijs, neus plat, kleur vaalbleek, opge-
blazen voorkomen, baard geknipt vfidr vertrek
naar Luik, knevel blond en lang, een kuiltje in
den kin, twee litteekens op den linker bovenarm
en op een der beenen litteekens aan het scheenbeen,
welk been een weinig sleept, de voeten onder het
oopen zeer buitenwaarts gekeerd, hanglippen, half
geopend en sterk vooruit stekend, zelfs als hij
niet spreekt, spreekt zuiver Duitsch, Russisch,
Pools en tamelijk Eransch. Hij heeft van 1886
tot 1890 de academie voor schoone kunsten te
Petersburg bezocht en sedert verblijf gehouden
in verschillende landeu. In 1893 begaf hij zich
in dieust van het vreemdenlegioen in Afrika en
desenteerde na korten tijd in Juli van dat jaar,
terwijl hij den 17 Juli 1893 te Oran het paspoort
deed viseeren, waarvan baron Ernst d' Ungern
Sternberg eenige dagen te voren beroofd was. Sedert
rnudt hij zich in verschillende plaatsen op. In
den nacht van 28 April jl. is hij uit Luik gevlucht
om zich te vestigen te Maastricht onder den
valschen naam van Richter, zich uitgevende aan
sommigen, voor handelsreiziger, aan andere voor
werktuigkundige. Daarna heeft hij zich naar
Amsterdam begeven, waar hij brieven ontving
onder den naam van Auber en zich Stein noemt.
Hij wordt o. a. verdacht van te zijn den dader of
medeplichtige van de op 21 en 28 April en 3
Mei jl. te Luik gepleegde dyuamietaanslagen. Een
ieder die eenige aanwijzing kau doen in deze zaak
wordt verzocht zich te wenden tot den procureur des
Konings te Luik, den rechter van instructie aldaar
of tot den officier van justitie te Maastricht.
Een der Eransche avondbladen bevat een
onderhoud met de moeder van Caserio. Twee
journalisten hebben den priester Crassi vergezeld,
die eeu brief van den moordenaar van president
Carnot aan ziju moeder overbracht.
Na het lezen van den brief was Caserio's moeder
zeer verdrietig.
Toen zij hoorde dat twee journalisten den piester
vergezelden, viel zij heftig tegen beide heeren uit
hun verwijtende dat zij onjuiste berichten gemeld
hadden, zoo bij v. dat eenmaal een Caserio tot de
galeien veroordeeld was, alsof zij een familie van
moordenaars waren. //Van zeven kinderen," zeide
zij, //Was er een van den rechten weg geraakt, en
dat was niet zijn schald, maar die zijuer kame-
raden". De vrouw vertelde nog, dat zij mevrouw
Carnot per brief verzocht had, den president Casimir
Perier te willen vragen de straf van haren zoon,
met het oog op diens jeugd, te veranderen in
levenslange gevangenisstraf. //Ik heb echter niet
veel hoop, dat het verzoek toegestaan zal worden",
voegde zij er bij.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
ijvoegsel van de Ter Ueuzensche Courant.
Vergadering ran Donderdag 9 Augustus 1694.
Voorzitter de heer J. A. van Boven.
Aanwezig de heeren Jac. de Feijter, Joz. de Feijter, Harte,
Moes, Tazelaar, Visser, De Koeijer, Nelemans en Donze.
Afwezig de heeren Wieland, Van IJsselsteijn en Van der
Hooft met mondelinge kennisgeving (een vacature).
Na opening der vergadering leest de secretaris de notulen
der vorige, welke worden goedgekeurd.
Daarna geeft de Voorzitter aan den heer Moes het woord
tot het inleiden van zijn in de vorige vergadering aange-
kondigd voorstel, betreffende de kanaalbrug over den Weste-
lijken kanaalann.
Voor zoover wij de heer Moes konden verstaan, zou hij
liever wachten met het doen van een voorstel tot de ver
gadering beter bezet was, doch hij maakte tegen uitstel
bezwaar, daar het adres dan de Regeering niet meer tijdig
zou bereiken met het oog op de indiening der begrootingen.
Hierop merkt de Voorzitter op, dat het daarvoor toch te
laat is, daar deze toch reeds zijn opgemaakt en de volgende
maand worden ingediend.
De heer Moes zegt daarop, dat door ondervinding meer
en meer de ondoelmatigheid blijkt van de rolbrug over de
Westbinnensluis, waarom hij den Raad voorstelt aan de
Regeering te verzoeken het maken eener nieuwe brug, tus
schen de Sassche brug en de telegraafpalenloods.
De Voorzitter Dus absoluut eene nieuwe brug Zou het
niet beter zijn te wachten met het verzoek tot eene beschik-
king is ontvangen op het adres verzoekende verbetering van
de toeritten
De heer Moes heeft daartegen bezwaar. Het verbeteren
van die toeritten is volgens hem niet voldoende, als tevens
de brug niet kan verlaagd worden, en verbetering is zeer in
het belang van Ter Neuzen, daar met het oog op het gevaar
verbonden aan het berjjden der brug vooral des winters,
de landbouwers zullen trachten hunne producten elders te
verkoopen. Doch niet alleen de landbouwers, maar ook do
voerlui klagen er over, daar zij, met eenigszins zware vracht
de brug moetende passeeren, met een man of wat tegen de
kar moeten helpen duwen om ze op de brug te krijgen
buitendien zeggen de voerlui dat het afrijden nog veel ge-
vaarlijker is. De gemeente heeft reeds groote sommen
beateed om de toegangswegen naar de gemeente te verbeteren
en draagt nog jaarlijks eene som bij om den weg naar Hoek,