Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad 1
voor
Zeenwsch-Vlaanderen.
DE ZONDEN DER VAOEREN
No. 2974.
Zaterdag 11 November 1893.
33e Jaargang.
Binnenland.
Itij deze cournnt behoort een bijvoegsel.
folitieli Overzicht.
FEXJILLETQJST.
TER NEIIZENSCHE (OIRtYT
ABONNEMENTi
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per postVoor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
AD VESTENTIlN:
Van 1 tot 4 regels/0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
■•it bind verscliijnt llinsilntr- frijilajfavond bij tien uiigever I". J. V A W II E 8 A I D E te Ter Semen.
Er is zeker reden oin ditmaal met bijzondere
belangstelling de verklaringen tegemoet te zien,
welke men met betrekking tot de buitenlandsche
politiek bij de bijeeukoinst van bet Fransche Par-
lement te hooren zal krijgen.
Intusschen, reeds iets werd daaroratrent ver-
nomen, en wel uit den mond van den Minister
van buitenlandsche zaken, Develle, die van een
hem door de kiezers in het arrondissernent van
Bar-le-Duc aangeboden punch gebruik maakte om
eene redevoering te houden.
Beginnende met de verklaring, dat het kabinet
er nog niet over beraadslaagd heeft, welke politieke
lijn het zal volgen, kon de Minister echter reeds
mededeelen, dat de buitenlandsche staatkunde,
welke Frankrijk verder zal volgen, zonder geheime
bedoelingen is en geenerlei avontuur beoogt, gelijk
trouwens bewezen is ten opzichte van Siam en uit
de Fransch-Russische feesten, die de bewondering
van Europa hebben gewekt.
Over de organisatie van het leger sprekende,
zeide de heer Develle, dat Frankrijk gereed is,
maar niemand bedreigt.
En ten slotte sprak de Minister de woorden
Na de republiek onverwinnelijk gemaakt te hebben,
zal het land haar roemrijk maken.
Terwijl op politiek gebied een zekere kalmte
heerscht, welke, zonder nu juist op een naderenden
storm te duiden, toch wel teekenend is zoo kort
vdor de hervatting van den parlementairen arbeid,
heeft men alle gelegenheid zich te vermeien in de
economische vraagstukken, in munt— en haudels-
kwesties.
De te Parijs gehouden conference over Italie's
voorstel ter repatrieering van de zilvereu pasraunt,
welke in Frankrijk, in Zwitserland en in Belgie
ruim is verspreid, is gesloten en binnen een week
reeds wordt de onderteekening van de overeenkomst
tusschen de staten der Latijnsche Unie verwacbt.
Bijzonderheden over die overeenkomst zijn niet
bekend, ten minste niet officieel, doch men vertelt
te Parijs, dat de Fransche regeering gezind is de
Italiaansche pasmunt, die op 't gebied der Groote
Republiek in omloop is, aan Italie uit te keeren
tegen de nominale waarde in goud. Dat gaat
natuurlijk zoo maar niet op eens bij de gansche
massa en daarom zal die repatrieering plaats vinden
bij gedeolten, naar gelang Italie tot betalin^ in
staat is. Voor de bedragen aan pasmunt, welke
onderwijl in de Fransche schatkist blijven ter
Bewerkt door AMO.
16)
ZEVENDE HOOFDSTUK.
Het slot Rosenhain was romantisch schoon gelegen
op een rotsplateau. In de rots was een trap uit-
gehouwen, die naar het lager gelegen dorpje voerde,
dat tot de beerlijkheid behoorde. Ver strekten
zich akkers en weiden uit en daarachter een woud
van dennen en eikeu, dat door een spiegelglad meer
werd bespoeld. Op een balkon van het slot stonden
drie personen op den morgen van denzelfden dag,
dat graaf Hohenstein met Bernau het bewuste
rijioertje maakte.
Wij hebben hen vroeger reeds in eene geheel
andere omgeving leeren kennen Felsheim, Flora
en Franz, de kinderen van den woekeraar uit de
Schoolstraat. Vdor weinige uren was Franz uit Z.
aaDgekomen dat was het eerste bezoek, dat het
jonge paar ontving.
„Een heerlijke omgeving riep de jonkman ver-
rukt,/hier moet men wel frisch en gezond worden
Flora zag haar broeder bezorgd aan. Zij wist
hoe noodig hij het had frisch en gezond te worden
zijn ingevallen wangen en diepliggende oogen voor-
spelden niets goeds.
„Hier zult ge weer beter worden, FVanz zei
ze. „Ik hoop toch, dat je geen boeken bebt
meegenomen, want hier mag je niet studeeren, niet
waar, Werner P Hij moet met je het bosch in
hij moet leeren rijden om met je mee te gaan als
je op Sultan weg galoppeert. Je moet miju man
beschikking van Italie, betaalt dit laatstgenoerade
rijk een rente van twee ten honderd (De Eclair
noemt 2^ percent voor de eerste tien dagen na
aflevering der pasmunt en 3^ percent voor den
overigen tijd.) Eenige dagen lang heeft er ten aanzien
van die rente een schromelijke verwarring bestaan
men rneende dat zij betaald zou worden voor de reeds
aau Italie uitgekeerde sommen, welke niet dadelijk
door de regeering konden voldaan worden. Daar
nu Italie voor zijn leeningeu en voorschotten heel wat
meer interest betaalt, begonnen tal van patriotten
reeds te protesleeren en Italie aan te vallen, terwijl
men toch bij eenig kalm nadenken had kunnen
begrijpen, dat Italie evenmin zulk een cadeautje
zou aannemen van Frankrijk, als dit rijk 't den
Italianen zou aanbieden 1
Nauwelijks is door de beslissingen van Kamer
en Senaat der Vereenigde Staten, de Sherman-bill
gevallen eu is daardoor de kans ontstaan op een
doeltreffende bekamping der economische crisis, of
de secretaris der schatkist heeft den munten der
Unie aangezegd, dat zij zich voor de aanmunting
van zilver hebben gereed te houden. Een ver-
meerdering van het aautal in omloop zijnde dol
lars met eenige millioentjes kan nog best, doch
om den ganscben zilvervoorraad in gangbare munt
om te zetten, zouden een vijftal jaren noodig
zijn
Zoo vlot als sommigen voorspeld en velen gehoopt
hadden, is 't met de kabinetscrisis in Oostenrijk
toch niet gegaau Windischgratz is wel naar den
Keizer getogen, doch 't schijnt dat hij zijn kabioet
toeu toch nog niet heelemasl op orde had. Wel
heeft de met de samenstelling van een kabinet
belaste den keizer rapport uitgabracht omtrent den
staat van zaken, doch overijld gaat men in Oostenrijk
niet te werk.
Onderwijl is de positie van den Hongaarschen
premier ook minder rooskleurig geworden Keizer
Frans Josef is opnieuw van Pest naar Weenen
teruggekeerd zonder het wetsvoorstel regelend het
burgerlijk huwelijk goed te keuren. Wel schijnt
er geen bepaald verschil van meening te bestaan
tusschen den Keizer-koning en zijn bewind in
Hougarije, doch het uitblijven der sanctioneering
kan toch moeielijk het prestige der regeering ver-
hoogen en daar de Ministers Maandag driemaal
vergaderd waren, de laatste maal zells tot diep in
den nacht, is in Hongarije's hoofdstad het gerucht
ontstaan, dat een crisis onvermijdelijk is.
Van officieuse zijde zegt men dat er tusschen
den heerscher en de regeering volstrekt geen verschil
van meening bestaat, alleen wil Frans Josef wachten
zien, Franz Hij zit beter te paard dan iemand,
die het van kindsbeen af geleerd heeft en bij gaat
jagen en visschen. Je moet met hem mee gaan,
Franz, dat zal je veel genoegen verschaffen
„IIij kan met me meegaan, als hij lust heeft",
antwoordde Felsheim, „maar ik vrees, dat hij mij
niet zal bijhouden. Is de koffie al binnengebracht
Ik wil naar het meer om te visschen."
Flora keek door de ruiten der balkondeur.
„De koffie staat gereed," zei ze en ging het
salon binnen. Het drietal zette zich om de ronde
tafel, die met een prachtig kleed bedekt was en
weldra dampte de mokka in de kopjes, terwijl het
gesprek hervat werd.
Flora vroeg hoe het met haar vader ging en
of hij nog geen plan had om de zaken aan kant
te doen.
wHij is aanhoudend bezig met zijn z aken sedert
het huwelijk van jelui gunt hij zich geen rust
meer. Ik bekommer mij er weinig om, maar hij
slaapt 's nachts nauwelijks vier uren."
„Maar dat zal zijn krachten ondermijnen riep
Flora, die niet vergat hoe haar vader haar harte-
wensch vervuld had. „Voor ous behoeft hij niet
meer te zorgen wat hij ons heeft gegeven, ver-
zekert onze toekomst en bovendien hebben wij nog
de opbrengst van het landgoed."
Misnoegd zette Felsheim zijn kopje neder.
„Lief kind, als vader werkzaam wil zijn, laat
hem dan begaan Wie aan bezigheid gewoon is,
kan niet zoo op eens de handen in den schoot
leggen. Alleen laat hij voorzichtig zijn, dat
hij zich niet bloot geeftik weet het de honden
zijn hem op de hielen, de blauwrokken zien hem
scherp op de vingers," zei Werner.
met zijn sanctie tot er eenige wijzigingen in het
ontwerp zijn gebracht, welker voornaamste is de
door het Vaticaan bestreden ontbindbaarheid van
den Katholieken echt. Zeker is 't echter dat elke
dag toevens de mogelijkheid op een crisis in
Hongarije doet toenemen, te meer daar heden de
begrootingsdiscussien een aanvang nemen, waarbij
Weckerle met vertrouwbare gegevens voor den dag
zal moeten komen.
In de Dinsdag gehouden zitting der Prov.
Staten van Zeeland werd o. m. het volgende be-
handeld
Een voorstel van Ged. Staten om diligent ver-
klaard te worden in zake het adres van J. Mulder
c. s., ambtenaar bij den proviucialen waterstaat, om
bij overlijden aan hunne weduwen en weezen pensioen
te verleenen, daar een door hen ingesteld onderzoek,
hoeveel bij soliede maatschappijen de kosten van
verzekering der weduwen en weezen zouden bedragen,
nog niet is afgeloopen, wordt zonder beraadslaging
of stemming aangenomen.
Hetzelfde geschiedt met een voorstel van Ged.
Staten om diligent verklaard te worden ten aanzien
van het adres van het bestuur der afdeeling ^Zeeland"
van de Vereeniging „Het Nederlandsch Rund-vee-
Stamboek" om een jaarlijksch crediet van f 1100
gedurende drie jaren, nadat door den voorzitter
was medegedeeld, dat een ontwerp-reglement op de
keuringen en het toekennen der prijzen was iuge-
komen en dat daarop reeds het ad vies van het
hoofdbestuur der Landbouwmaatschappij en van den
provincialen veearts der le klasse was ingewonnen,
doch dat de tijd om een en ander na te gaan
ontbroken had.
Op dezelfde wijze wordt aangenomen een voorstel
van Ged. Staten om diligent verklaard te worden
aangaande het adres van den geraeenteraad van
Yerseke, om subsidie en renteloos voorschot voor
wegsverbetering, nadat de voorzitter had medege
deeld, dat de opgevraagde nadere stukken dezer
dagen waren ingekomen.
De verschillende voorstellen van Ged. Staten
worden daarna naar de afdeelingen verzouden.
Bij dat tot het verleenen van een subsidie voor
den tram Brouwershaven-Steenbergen legt de heer
Huvers eene schriftelijke nota met bedenkingen
over, die aan de afdeelingen zal worden overge-
bracht.
Bij dat tot afwijzing van een verzoek van F.
Staal c. s. om de tolheffing op de provinciate wegen
„Heb je hem gewaarschuwd vroeg Franz.
Felsheim haalde de schouders op. ,,Ieder moet
maar voor zich zelf zorgeu 1" was zijn antwoord.
Franz beet zich op de lip en vermeed de oogen
zijner zuster. De liefdeloosheid van Werner Fels
heim had hem reeds meermslen pijnlijk getroffen.
Zijn vader had dien man groote weldaden bewezen,
hij had hem aan het gezelschap van gemeene dieven
en inbrekers ontrukt en als een plant in betere
aarde overgeplanthij had hem zijn kind gegeven,
een te huis en een grondbezitting, die duizenden
hem benijden. En die beweldadigde, had geen
vriendelijk woord over voor zijn weldoeuer. Tegen-
over zijn dienstpersoneel was hij opbruisend en
altijd gebiedend; zelfs tegenover zijne vrouw sloeg
hij een bevelenden toon aan, die Frans hinderde.
Flora scheen dit echter niet te hooren. Liefde is
niet alleen blind, ze is ook soms doof. Als ze
niet hooren wil.
Felsheim stond op, nam vluchtig afscheid, stormde
de rotstrappen af en verdween bij een kromming
van den weg, uit het oog van Flora en Franz.
Nu greep de jonkman de hand zijner zuster, keek
haar lang en zwijgend aan en vroeg toen
»Ben je gelukkig, Flora?"
Zij sloeg haar groote donkere oogen naar haar
broeder op en antwoordde zacht
vDat ben ik."
Verder werd tusschen broeder en zuster niet
over FYlsheim gesproken voor geen van heiden
was dit onderwerp aangenaam. Flora ging met
haar broeder het geheele huis door. Zij liet hem
de prachtige woonvertrekken zien, die geheel nieuw
gemeubeld en behangen waren. Zij voerde hem
iu keuken eu kelder, wees hem de stallingeu en
af te schaffen doet de heer Van Waesberghe Janssens
het voorstel om
1°. met 1 Januari 1894 de gemeenten in Zuid-
Beveland, Schouwen en Duiveland vrij te stelleu
van de bijdragen tot afkoop der tolheffing op de
provinciale wegen
2°. met 1 Jan. 1894 de provinciale tollen af
te schaffen
3°. de tolhuizen met toebehooren na 1 Jan.
1894 te verkoopen.
De heer Van Waesberghe treedt in eene uitvoerige
toelichting, waarin hij o. a. betoogt, dat de bijdrage
voor Zuid-Beveland gelijk staat met eene som van
0,16 per strekkenden Meter, die op Schouwen
met eene van /0,11; dat de tolheffing iu het 4"
district opbrengt gemiddeld f 0,16, maar die in
het 5e gemiddeld f 0,44 per strekkenden Meter.
De tolheffing in het 5e district heeft bij publieke
verpachtingen sedert 1857 ruim f 225,000 opge-
bracht, d. i. meer dan de opbrengst van de wegen,
die met rentelooze voorschotten zijn aangelegd.
Spr. betoogt veder, dat de zuivere bate der tollen
voor de provincie niet meer dan ruim f 7000
bedraagt, welke som op eene begrooting van 5 ton
wel zal te vinden zijn, desnoods door de heffing
van een halven opcent.
Zijn voorstel wordt met dat van Gedep. Staten
naar de afdeelingen verzouden.
Nadat is medegedeeld, dat de presentielijst van
Gedep. Staten ter visie ligt, worden de afdeelingen
getrokkeu.
Naar het Hbl. verneemt, zullen de wets-
ontwerpen tot verbetering van de heffing van
invoerrechten o. a. bevatten de afschaffing van
10 pCt. bijpassing bij eventueele benadering.
Ook zal aan de ambtenaren de bevoegdheid
gegeven worden om, wanneer de aard der
goederen of bijzondere omstandigheden niet
toelaten de benadering uit te spreken, de be-
oordeeling van de juistheid der aangegeven
waarde te brengen voor een daartoe te benoemen
commissie
De strafbepaling betreffende de verzwijging
van de hoeveelheid der goederen, zal gewijzigd
worden. Tot dusver liep men gevaar van straf,
wanneer men 1/13 van het gewicht of de maat
verzweeg in het ontwerp is deze bepaling ge
wijzigd in dien geest, dat men vrij van straf
is, wanneer het verschil minder dan 1/i0 is
ligt het verschil tusschen 1/20 en 1/10. zoo is
een boete verschuldigd van driemaal het invoer-
rechtbij hooger percentage stijgt de boete
tot tienmaal het invoerrecht.
schuren aan den voet van den berg en bracht hem
eindelijk in den tuin, die reeds een herfstachtig
aanzien kreeg.
#Dit is mijn gebied riep zij uit. »Hier ben
ik koningin, weet je wel, Flora is de koningin
der bloemen, en die heb ik hier genoeg.
Werner heeft hier alleen voor mijn plezier dit
groote bed rozen laten aanleggen."
Uit elk woord van zijn zuster bemerkte Franz,
dat zij hem nog altijd met blinde vereering liefhad.
Tot zijn diep leedwezen had hij echter waargenomen,
dat Felsheim noch verstand, noch hart bezat om
deze innige liefde naar behooren te beantwoorden.
Felsheim liep intusschen door de weide voort
en was binnen een kwartier in het bosch, dat men
van het balkon op het slot kon zien. Na dit te
hebben doorgeloopen, kwam hij eindelijk aan een
met wilgen begroeiden dam. Aan zijne voeten lag
het meer, waarop geen menschelijk wezen te ont-
dekken was. Hij was gewoon zijn vischgereedschap
iu een boschje te verbergenhij haalde het te
voorschijn, sloeg aas aan en legde in. Terwijl de
dobber op 't water dreef zonder de geringste bewe-
ging te maken, liet Felsheim zijne gedacbten den
vrijen loop. Hij gevoelde zich volstrekt niet
op zijn gemak in zijne nieuwe omgeving. De weelde,
waarin hij leefde, was hem wel aangenaam, maar
de stilte en kalmte waren hem even onaangenaam
als onwelkom. Een lust naar avonturen en gevareu,
die hij nauwelijks bedwingen kon, zat hem in het
bloed. Van zijn jeugd af had die lust hem gedreven
om het rechte pad, om het burgerlijk leven te
verlaten. Hij had behoefte aan gevaren en avon-
tuurlijke ondernemingen, om zijn moed op de proef
te stelleu. Niet de zuoht naar voordeel en gewin,
A