Gemengde berichten.
TER NEUZEN, 10 October 1893.
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-rechtbank te Middelbnrg.
343ste ST AATSLOTERIJ.
De verleden Zaterdag in Eriesland geopende
groote jacht beloont tot dusverre de jagers goed.
Er worden vooral veel hazen geschoten. De prijzen
loopen van f 1,50 tot f 2,10 per stuk. Snippen
en patrijzen zijn over het geheel nog weinig ge-
vangen. Voor de lijstervangst waarmede men zich
hoofdzakelijk in de gemeente Gaasterland bezig-
houdt, zijn meer dan 500 vergunningen door den
Commissaris de Koningin voor die gemeente afge-
geven. De aanhoudende zuiden- en westenwinden
zijn ecbter voor deze vangst niet gunstig.
Naar ons van officieele zijde wordt medegedeeld
zijn de schepen van bier afkomstig, sedert 5
October 1.1. in de Spaanscbe havens van quarantaiue
vrijgesteld.
Heden zijn aan de Universiteit te Amsterdam
geslaagd voor bet eerste natuurkundig examen de
heeren J. van de Ree en A. J. Klaassen, beiden
van Ter Neuzen.
30 Sept. j.l. werd te Axel de najaarsver-
gadering van de administratieve vereeniging van
Burg., Seer, en Ontv. in Oostel. Zeeuwsch-Vl.
gehouden. Nadat de voorzitter, bij de betuiging van
welkom aan de opgekomenen, tevens innig leedwezen
had uitgesproken wegens het treurig veriies, hetwelk
de vereeniging had geleden door het overlijden van
den heer Bon Collot d'Escury, burgemeester van
llontenisse, werden voortgezet de in de vorige ver-
gadering geschorste beraadslagingen, om, terwijl aan
alle Rijks— en provinciale ainbteuaren en beambten,
evenals aan de onderwijzers, en buitendien aan
weduwen en weezen van vele dier ambtenaren,
pensioen volgens de wet wordt toegekend, er met
kracht naar te streven, dat in dit opzicht de gemeente-
ambtenaren niet langer eenvoudig aan hun lot
worden overgelaten, altans zonder eenige bescherming
door de wet blijven, wat zeker ook niet strekt in
het belang van den Staat.
Na breedvoerige gedachtenwisseling werd be-
sloten dat de Vereeniging zich ter zake tot de
Regeering zoude wenden.
Daarna was aan de beurt de beantwoording der
in de vorige vergadering gestelde vraag moet in
de geboorte-akte worden vermeld waarom de vader
zelf de aangifte niet heeft gedaan
Ook dit lokte heel wat gedachtenwisseling uit,
waarbij werd vooropgezet, dat de Ambtenaar van
den Burg. Stand zich alleen heeft te houden aan
de artt. 30 en 31 in verband met art. 17 B. W.,
zoodat hij niet verplicht kau geacbt worden de
reden van het niet aangeven door den vader in
de akte te vermelden, maar, in aanmerking
nemende de mogelijkheid dat de Off1 van Justitie
kan noodig hebben te weten waarom. de vader
zelf niet de geboorte—aangifte deed, werd aange-
nomen dat het wenschelijk is te achten aan het
verlangen van den Officier te voldoen, kunnende
men die reden bij het doen der aangifte laten
verklareu, als wanneer men, door daarvan vermelding
in de akte te maken, niet in strijd komt met art. 17.
De vraag werd verder besproken ,/Hoe moet
al. 2 van art. 25 B. W. worden uitgelegd
welke vraag, als vroeger gemeld, was gedaan met
het oog op een door een OfP van Justitie aanbe-
volen model kantteekening op akten van den
Burg, stand.
Sommigen meenden dat de Officier hiertoe recht
had met het oog op de redactie van dat onderdeel,
luidendeyde zorg voor de eenvormige in-
sckrijving is aan het openbaar ministerie
opgedragen enz.," en mitsdien een model aan
de hand kon doen, waardoor eenvormigheid in de
kantteekeningen werd bevorderd, terwijl anderen,
met het oog op de bepaling in dat wetsartikel
dat de Ambtenaar eerst de aanteekening stelt en
die daarna aan het O. M. mededeelt, uit de aan-
gehaalde redactie alleen lazen dat de Officier moet
zorgen dat de in de gemeenteregisters gestelde
kantteekeningen letterlijk worden overgenomen in
de registers, ter Rechtbank berustende.
Dit wordt echter nog ter nadere overweging
aangehonden.
Eeue alsnog ingekomen vraag of een Ambtenaar
van den B. S., die, tijdens hij lid van den Raad
en Burgemeester was, als zoodanig was benoemd,
doch nu niet was herkozen als raadslid, toch als
Ambtenaar kon blijven fungeeren, werd niet afge-
werkt maar tot later aangehouden.
De meesten echter gaven hunne meening te
kennen dat de vraag bevestigend moest worden
beantwoord, omdat hij eene der hoeaanigheden
had behouden, krachtens welke hij, tijdens zijne
benoeming, benoerobaar was.
De volgende vergadering zal worden gehouden
te Ter Neuzen.
Blijkens daarvan gehouden aanteekening is
ons de volgende opgaaf verstrekt van de cholera-
gevallen in de daarbij aangehaalde jaren in Zeeuwsch-
Vlaanderen en in Ter Neuzen voorgekomen. Bij
de eerste verschijning der ziekte in ons vaderland
werden in Zeeuwsch-Vlaanderen in 183233
aangetast 85 en overleden 55; in 184849
aangetast 82 en overleden 45. In Ter Neuzen
werden in 1854 aangetast 34 en overleden 19
in 1859 aangetast 8 en overleden 4in 1866
aangetast 32 en overleden 21in 1867 aangetast
3 en overleden 1.
Zuamslug, De dijkraad der waterkeering van
de calamiteuze Margaretha-, Kleine Huissens- en
Eendragtpolders vergaderde j.l. Yrijdag, voornamelijk
om te besluiten omtrent een voorstel tot vedere
verdediging van den oever voor den Kleine Huissens-
polder. Naar het schijnt verkeert den oever voor
dezen polder in geen gunstigen toestand. 'In het
voorjaar van 1892 kwarn eene afschuiving voor in
raai la en in het begin van dit jaar eene bewesten
raai IX, waardoor de laagwaterlijn tot op 50 M.
afstand van den zeedijk kwarn. Er zou, naar men
meent, weinig vermeerdering van stroomsaanval
noodig zijn en geringe verdieping om, bij ongunstige
omstandigheden, weder belangrijke grondverliezen
in het leven te roepen. Het schijnt dat de bestaande
verdedigingswerken geen volledige veiligheid den
polder verzekeren en dat de inlaagdijk niet ver
genoeg landwaarts is gelegen om bij de bestaande
verdediging den polder tegen overstrooming geheel
te vrijwaren. Om het oogenblikkelijk gevaar af te
wenden werd dezen zomer reeds een zinkstuk
geplaatst. Thans werd in de omschrijving van uit
te voeren oeverwerken voorgesteld 3 zinkstukken
te plaatsen tusschen de raaien V en VII, deze te
bestorten, een gedeelte oever over te bestorten en
een steeDen strandhoofd te plaatsen, ter verbinding
van het westelijke zinkstuk met den zeedijk. De
kosten worden begroot op f 29920.
Deze omschrijving werd goedgekeurd.
Besloten werd, naar aauleiding van een daarop
betrekking hebbend schrijven van Ged. Staten de
waterbouwkundige ambtenaren, de overige beambten
en bedienden en de werklieden te verzekeren tegen
ongelukkeu, voor zooveel betreft werken door het
dijksbestuur in eigen beheer uitgevoerd.
Naar aanleiding van een eu ander werd besloten
de begrooting voor den loopenden dienst te wijzigen
als volgt
Ontvangsten Opcenten van aannemingssommen
verhoogen met f 897,60. Totaal der inkomsten
20266,71*.
Uitgaven Kosten van aanbesteding verhoogen
met f 100. Kosten van buitengewone en ver-
betering van bestaande werken met 29920.
Kosten van verzekering van ambtenaren enz. tegen
ongelukken uit te trekken op f 50. Het totaal
der uitgaven wordt door deze wijzigingen gebracht
op 54779,99.
Koewacht. Door H. M. de Koningin is aan
den heer burgemeester dezer gemeente de som van
f 20 gezonden om die te overhandigen aan de
98jarige Elisabeth van Kronenborgh, die in be-
hoeftige omstandigheden verkeert.
Hier is men druk bezig met aardappelsteken.
In den zwareu grond zijn de aardappelen puik van
smaak en valt de opbrengst mededoch in den
zandigen grond is de plant door de aanhoudende
droogte van dezen zomer te vroeg gestorven. Er
is veel handeldoch de prijs, die eerst 6 frank
was, is thans tot circa 4 fr. gedaald waarom vele
landbouwers nog niet verkoopen en betere prijzen
afwachten en hunne aardappelen inkuilen. Vreesde
men van dezen zomer, dat er geen wintervoeder
zou zijn en sprak men reeds van voedernood
thans zegt men ronduit. dat er in jaren zooveel
beesteneten niet geweest is. Het is dan ook een
waar genoegen de velden, waarop vlas, rogge en
tarwe gestaan hebben, thans geheel bedekt te zien
met wortels en knollen. De landbouwer mag over
zijn „tweeden" oogst tevreden zijn.
De rechtbank heeft in hare zitting van 10 Oct.
de volgende vonnissen uitgesproken
E. A., oud 35 j., arbeider en onbezoldigd rijks-
veldwachter te Clinge, is wegens mishandeling
ontslagen van rechtsvervolging.
1°. P. E. L., oud 18 j., 2°. M. v. G., oud
29 j., werklieden te Clinge (Kauter), zijn wegens
mishandeling veroordeeld ieder tot f 6 boete of
6 dagen hechteuis.
G. B., oud 12 j., zonder beroep, wonende te
Ter Neuzen, thans in de strafgevangenis te Goes,
is wegeus diefstal veroord. tot 2 jaren gevang.
Het verhoor van den vader van miss Juelt
door den rechter-commissaris heeft geduurd van bbn
tot zeven uur. De Jong werd in tegenwoordigheid
van den heer Juett gebracht, wat voor den ouden
man een hoogst pijnlijk oogenblik was. De Jong
betoonde gedurende het verhoor de meest mogelijke
onverschilligheid, had op elke vraag een antwoord
gereed en heette de tegen hem ingebrac'nte be-
schuldigingen steeds liegen. De verdere bijzonder-
heden omtrent het verhoor moeten vooralsnog geheim
gehouden worden.
De heer Juett is naar Londen teruggekeerd.
Hij heeft verklaard dat hij van de Hollanders een
gunstigen indruk medeneemt en was er over uit,
zoo gastvrij en welwillend men hem hier had
ontvangen. Meermalen waren hem de tranen in de
oogen geschoten als hij, voorbij winkels gaande,
het portret zag van zijn zoo geliefde dochter.
De recherche is overtuigd, dat De Jong Marie
Schmitz heeft vermoord tusschen Larenberg en
Bussum. Daarom zocht de heer Batelt met eenige
personen in de bosschen van Larenberg en Denne-
noord, welke laatste buitenplaats vlak tegenover
het paviljoen van Larenberg is gelegen. Vooral
op het onderzoek van deze laatste plaatswas alle
hoop gevestigd.
Een treurig gevolg van de treurige geschiedenis
is reeds, dat de zuster van Marie Schmitz, die
steeds met haar had samengewoond, door de hevige
ontroeringen der laatste tijden zoowel lichamelijk
als geestelijk in een beklagenswaardigen toestand
verkeertzij is o. a. gedeeltelijk verlamd en niet
meer in staat voor zichzelve te zorgen.
Een der abonnes van de Ecbo schijft het volgende
Voor eenige dagen las ik, dat men ook op het
kerkhof te Naarden gezocht heeft, in verband met
de geschiedenis van De Jong. Mijn vraag is thans
deze hoe doet men dat P
Ik stel het volgende Den 28 Juli moet iemand
begraven worden op het Naarderkerkhof. Zooals
veelal de gewoonte is wordt het graf den dag te
voren gegraven en overdekt met planken. Stel
thans, dat De Jong, die slim genoeg is, dit weet,
op welke manier dan ook. Is het nu zoo moeielijk
voor hem, 's nachts dit graf 2 voet dieper te maken,
een lichaam daarin te leggen, het vast te trappen
en er een paar schoppen aarde over heen te strooien,
zoodat de doodgraver hieraan nieis kan bemerken
en de doode, die den 28 Juli begraven moet worden,
wordt hierop gezet, zonder dat iemand verder er aan
denkt, dat een misdaad daaronder verborgen wordt.
Men kan thans wel nagaan welke graven geopend
zijn op den datum, waarop men zich roorstelt dat
de misdaad geschied is. Naarden is uiet zoo groot,
dat het aantal een beletsel kan wezen.
De Jong is bij verschilleude verhooren, die hij
van tijd tot tijd bij den rechter-commissaris ondergaat,
zeldzaam brutaal en oubeschaamd.
Men liet hem een mantel en nog een paar
kleedingstukken zien, die hij verkocht had.
Herkent gij die werd hem gevraagd.
'k Heb zoo'n mantel ten rniuste wel eens
meer gezien, luidde zijn antwoord.
Hebt gij dien aan dezen persoon verkocht
Als die man zegt, dat hij hem van mij
gekocht heeft dan zal het wel zoo wezen. Waar
om zou hij liegen
En kent hij dien man
'k Moet hem wel eens meer gezien hebben.
Waarom hebt gij aan den man gezegd, dat
die kleedingstukken van een overleden zuster van
u waren
Een mensch zegt zooveel. U moet niet alles
gelooven, wat men u vertelt. Maar wat doet er
dat nu toe Wat heb ik met dat gezeur te maken
Tot den officier van justitie, Mr. Ort, zeide hij
»Ik maak een pari met u, dat ik over veertien
dagen vrij ben."
De weddenschap werd natuurlijk niet aangegaan,
ofschoou de officier best had kunnen winnenwant
van invrijheidstelling komi stellig niets, ook al
blijven de bewijzen voor moord nog zoo vaag. De
Jong zit op 'toogenblijk in hechteuis, niet wegeus
verJenking van moord, maar beschuldigd van ver-
duistering van de goedereu van juffrouw Schmitz
en hare zuster.
En daarvoor heeft men voldoende bewijzen om
hem in hechlenis te houden.
Het bericht dat men door middel van hypnotisme
zou trachten De Jong tot bekentenissen te brengen,
wordt tegengesproken.
Wij lezen in het Handelsblad van heden
Reeds gistermiddag hoorden wij het gerucht dat
uit den Amstel het lijk werd opgehaald eener
onbekende vrouw en werd daaraan toegevoegd dat
dit het lijk van Maria Schmitz kon wezen. Toen
wij aan het bureau der Nieuwer-Amstelsche politie
aan den Amsteldijk vroegen of men het lijk eener
vrouw had gevonden, zeide men daarvan niets te
weten. Eveuwel in den namiddag kwarn vanwege
den commissaris van politie te Nieuwer-Amstel
het signalement van het lijk eener vrouw, dat in
den ochtend te negen uur uit den Amstel was
opgehaald. Dit lijk was gevonden onder Nes,
tusschen de herberg De Zwarte Kat en Uithoorn,
een gebied nog behoorende tot Nieuwer-Amstel.
Het bericht van het vinden van dit lijk was naar
het hoofdbureau van politie aan den Overtoom
medegedeeld. Op het gerucht dat dit lijk was
van Maria Schmitz, begaven zich de officier van
justitie Mr. Ort, de rechter van instructie Mr.
Simons, de hoofd-rechercheur Batelt, de burge
meester van N.-Amstel en een dokter naar de plaats
waar het lijk was gevonden.
Des middags om half vijf werd het lijk van
de vrouw door eene juffrouw uit de Van Woustraat
die Maria Schmitz goed gekeud had, herkend als
te zijn dat van de sedert 31 Augustus jl. ver-
dwenen Maria Sybilla Schmitz. Later in den avond
werd nog door een ander persoon het lijk herkend.
Zooals bekend, is de zuster van Maria Schmitz zoo
ziek en gekrenkt in haar geestvermogens, dat z;j
niet bij het lijk kan gebracht worden.
De agent van politie Van den Idsert heeft het
lijk in den Amstel drijvende gevonden. Gecon-
stateerd werd dat het ongeveer vier h vijf weken
in het water moet hebben gelegen. Het verkeerde
dientengevolge in staat van ontbinding, maar het
gelaat was nog goed te herkennenbovendien
beweerde de juffrouw uit de Van Woustraat, de
broche te herkennen die de drenkelinge nog aan
had. Sporen van geweldpleging werden, zoover
wij vernamen, niet gevonden.
De onbekende vrouw, met wie De Jong op den
31 Augustus is gezien in de tram van het Tulp-
plein naar Schollenbrug, zou dus Maria Schmitz
zijn geweest.
De veronderstelling ligt dan voor de hand dat
hij met het slachtoffer is gaan roeien op den
Amstel en hij haar op een gegeven oogenblik over
boord heeft weten te gooien. Gisteren ochtend
zon het lijk, dat eergisteren avond gekist werd,
naar het schouwlokaal op de Weteringschans worden
vervoerd. De autoriteiten waren te halftien nog
op de plaats waar het lijk voorloopig was neder-
gelegd.
De heer Batelt, die eerst te 2 uur na middernacht
thuis kwam, deelde ons intusschen als zijne over-
tuiging mede, dat het gevonden lijk mejuffrouw
Schmitz uiet is. Deze overtuiging is vooral gegrond
op het vinden van het horloge en andere sieraden
het horloge maakt het niet waarschijnlijk dat men
bier met een slachtoffer van De Jong te doen heeft,
want van zijn Engelsche vrouw heeft hij alles
verkocht, zelfs enkele sieraden van bijna geen
waarde. Bovendien droeg mejuffrouw Schmitz,
voor zoover men weet, geen horloge, en is zij den
laatsten tijd altijd gezien met een grooten hoed,
terwijl het gevonden lijk gedekt is met een klein
hoedje.
Aan het herkennen van het lijk door verschillende
getuigen moet men, meende de heer Batelt, niet
te veel waarde hechten, want het langdurig verblijf
in het water is natuurlijk niet zonder invloed
geweest op den lichaamsvorm, en in de geheele
zaak-De Jong is opnieuw gebleken, hoe voorzichtig
men moet zijn met getuigen—verklaringen, zelfs
de meeste pertinente. Het is herhaaldelijk voor
gekomen dat getuigen, volkomen te goeder trouw,
verklaarden iets gezien te hebben, wat zij slechts
in de couraut hadden gelezen.
Merkwaardig genoeg echter, beantwoordt het lijk
in verschillende opzichten, ook wat de lengte
betreft, nauwkeurig aan het signalement van mej.
Schmitz. Voor het oogenblik verkeert de justitie
nog in twijfel, of het gevonden lijk werkelijk dat
van de lang gezocbte vrouw is. Deze twijfel zal
echter spoedig worden opgelost, want hedenmorgen
zullen nog eenige getuigen in tegenwoordigheid
van het lijk gebracht wordende verklaringen van
deze personen, familieleden van mej. Schmitz,
zullen alien twijfel wegnemen.
Te Ziandam is voor eenige maanden op het
terrein vau de Zaanlandsche stoom—wasch- en bleek-
iurichting en machinale tapijtreiniging vau de
heeren Latenstein en Van de Stadt, op eene groote
diepte eene staalbron ontdekt, die volgens de
analyse, uitgevoerd door de heeren Dr. Van Hamel
Roos eu Harmens, dd. 6 Juli 1893, met uitzonderiug
van de Pouhonbron te Spa alle bekende staalbronnen
in de schaduw stelt, daar waar het water van de
Wilhelmiua-bron bevat 0,1112 grammen per liter
bicarbonasferrosus, dat van deze bron 0,1729
grammen, alzoo 55* pCt. meer bedraagt.
Niet alleen bevat het water dit, groote staalgehalte,
doch daarbij, evenals de Wilhelmina-bron, een
zeer belangrijke hoeveelheid afvoereude zouten.
De geneesheeren te Zaandam, de heeren Drs. Van
Roojen, Kronenberg, Rebel en Sasse, hebben dit
staalwater reeds sedert eenigen tijd met goed
gevolg bij de patienten toegepast.
De goede uitkomsten hebben genoemde firma
aanleiding gegeven tot bestelliug van machinerieen
in het buitenlaud om weldra tot exploitatie te
kunnen overgaan.
De staalwaterbron zal vermoedelijk Czaar Peter-
bron gedoopt worden.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag om-
streeks drie ureu, is in een woning aan den
's Heer Hendrikskinderendijk (bij Goes) bij twee
samenwonende zusters vau middelbaren leeftijd
inbraak gepleegd. Door het inslaan der ruiten
werden zij uit haar slaap gewekt. Twee mannen
stonden voor haar en eischteu haar ueld of haar
leven. Doodelijk verschrikt boden zij den indriugers
een beurs met f 126 aan, zeggende dat zij niet
meer bezaten. Deze som was eenige dagen ge
leden als interest van haar kapitaal ontvangen, en
was bestemd inkoopen tegen den winter te doen.
De dieven trokken, na het ontvangen van het
geld, dadelijk af.
Nooit of uimmer kwam ten huize dier zusters
iemand over den drempel dan zeer intieme kennissn
en een bloedverwant. De jongste der zusters is
menschenschuw en heeft in geen 20 jaren de
woning verlaten.
De politie doet ijverig onderzoek.
Eene uit Duitschlaud komende dame, die
te Venloo eene plaatskaart genomen had om met
de mailboot van Vlissingen via Queensboro naar
Londen te reizen, en Donderdagavond met het ss.
Prinses Marie derwaarts vertrok, is Vrijdagmorgen
tusschen 4 en 5 uur van den achtersteven op de
Theemsover boord gesprongen. Hoewel de machine
onmiddellijk stilhield en eene sloep werd uitgezet
is het niet mogen gelukken de ongelukkige in het
donker te vinden en is zij verdronken. Toen zij
de daad volvoerde, had zij een hondje in den arm
dat daardoor haar lotge.noot werd. Zij heeft geen
andere bagage achtergelaten dan eene parapluie,
waarop de naam van een fabrikaut te Bonn.
Trekking van Vrijdag 6 October.
5de klasse. 16de lijst.
Prijzen van f 100 en daarooven.
No. 16589 10000.
No. 7250 f 1000 en Premie f 30000.
No. 494 5390 1000.
No. 7275 10444 1^724 14106 16757 20487 400.
No. 2059 5213 8090 12800 13179 200.
No. 1410 5776 12594 18162 18681 f 100.
Prijzen van f 70.
52 2734 5277 8056 9997 12630 14833 16464 18984
53 2921 5294 8259 10160 12772 14849 16547 19014
159 3068 5350 8323 10262 12790 14881 16612 19102
279 3158 5665 8472 10396 13025 15066 16652 19140