Gemengde berichten. Telegrafische berichten. Leeuw en versierd met het Metalen Kruis en met hot teeken van twintigjarigen officiersdienst. De schrijver der Haagsche Krouiek van de N. Gr. Ct. bericht, dat op het gebied der niet- gereglementeerde ontucht in de laatste weken in den Haag dingen zijn gebeurd die de haren te berge doen rijzen. Onze police des moeurs, zegt hij, is nooit zoo druk in de weer geweest als thans en het gevolg is dan ook, dat niet minder dan vier personen, waaronder drie gehuwden en menschen van stand en positie, wegens schandelijke very rijpen tegen de zedelijkheid zijn overgeleverd aan dejustitie. Dit jaar zal worden aangevangen met den aanmaak van een millioen muntbiljetten van /10, van een nieuw model, in hoofdzaak gelijk aan dat der tegenwoordige muntbiljetten van f 50. De vervaar- diging van elk biljet kost den S^aat 6£ cent. De Minister van buitenl. zaken brengt ter algemeene kenDis, dat bij beschikking van den Belgischen Minister van landbouw, nijverheid en openbare werken, de bepalingen op den invoer in Belgie van rundvee uit Nederland, met ingang van 3 dezer zijn gewijzigd. De tolbureelen zullen nl. open zijn als volgt Stroobrugge (Maldeghem), Maan- en Woensdagen van 2 tot 4 u. 's nam.Watervliet, Zater- en Woensdagen van 9 tot 10 u. 's morg. Bouchaute, Woensdagen van 10 tot 11 u. 's morg.Staak (Assenede), Woensdagen van 2 tot 4 u. 's nam. Selzaete (station), Dins- en Donderdagen van 2 tot 4 u. 's nam.Kieldrecht, Zaterdagen van 10 u. tot middagDe Tromp (Stekene), Woensdagen van 9 tot 10 u. 's morg. TER NEIJZEN, 6 October 1893. Bij Koninklijk besluit is herbenoemd tot lid van het bestuur der waterkeering van de calami- teuze Nieuwe Neuzenpolder de heer H. Woltert Dz. en in dezelfde betrekking voor de Hoofdplaat- en Thomaespolder de heer P. P. Thomaes. Z. D. H. de bisschop van Breda heeft benoemd tot pastoor te Sas van Gent den heer M. J. M. Verhoeven en tot assistent te Ter Neuzen de heer A. G. A. Vermeulen, priester van het seminarie. Tot onderwijzer bij het lager onderwijs te Dordrecht is benoemd de heer P. C. Maat, thans onderwijzer aan school B alhier. Gedurende het loopende jaar zijn aan den spoorweg alhier de volgende zeeschepen ingekomen om aldaar te lossen of te laden Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September 47 39 50 48 40 36 47 47 48 402 29 s., 8 m., 6 ij., 2 k., 1 1., 1 p.p. 24 s., 5 k., 4 ij., 3 in., 1 h, 11., 1 p.p. 31 s., 7 m., 3 ij., 3 L, 2 h., 2 p.p1 k., 1 p. 27 s9 m., 3 h., 3 p.p., 2 k., 2 I., 1 ij., 1 p. 29 s., 4 ij., 2 h., 2 1., 1 m., 1 k., 1 p.p. 23 s., 7 h., 2 k., 1 m., 1 ij., 1 p.p., 1 1. 28 s., 7 h., 5 m., 3 ij., 2 p.p., 1 k., 11. 27 s., 9 h., 6 m., 5 ij., 2 1. 26 s., 7 h., 5 m., 4 ij., 2 k., 2 p.p., 2 1. 121471 84191 114308 111514 85172 88265 100885 120045 112349 938200 Uitgevaren zijn in Januari 32, in Februari 26, in Maart 39, in April 39, in Mei 36, in Juni 25, in Juli 39, in Augustus 41 en in September 39 zeeschepen. dag het bericht van Prelle, dat er zich voor Beatrix een goede gelegenheid aanbood ora als gezelschaps-juffrouw bij eene eenige dame geplaatst te worden. ,/Prachtige uitzichtenriep Prelle met zijn gewone overdrijving, toen hij Beatrix zijn kantoor zag binnenkomen. //Eene betrekking, zooals er maar weiriig in Duitschland zijn Daar kunt u leeren, daar kunt u den fijnen toon overnemen, want die dame ontvangt de netste gezelschappen uit de stad. U zult wel van haar gehoord hebben. De bekoorlijke villa aan de Promenade tegenover het terras behoort haar toekeut u haar naam U hebt hem zeker al gehoord zij heet Stella Muller. Nauwelijks had Prelle dien naam uitgesproken, of toevallig opziende, verschrikte hij van Bernau's vertrokken gelaatstrekken. Met glazige oogen staarde deze voor zich heenin zijn anders zoo zacht gelaat was iedere spier gespannen in ziju voorhoofd stonden diepe groeven en zijn dikke wenkbrauwen waren dreigend saamgetrokken. ,/Mensch, Bernau, wat scheeltje? Ben je soms niet wel? Antwoord dan toch Wat zegje, ben je gezondYolmaakt wel? Juffrouw Beatrix, spreek toch en zeg mij of mijnheer Bernau er niet uitziet om iemand vrees aan te jagen. Dat was een aanval van beroerte of een onmacht. Hebt u gisteren avond soms wat veel gegeten Vol bezorgdheid trad Beatrix op Bernau toe. //Wat scheelt u, beste vriend vroeg zij, //wilt ge, dat ik den dokter haal Bij Koninklijk besluit is een pensioen verleend aan den heer J. van Leeuweu, hoofd eener openbare lagere school te Breskens, ten bedrage van f 567. St. Jansteen. In zijne zitting van Donderdag benoemde de raad tot onderwijzer aan de school te Ileikant de heer E. H. M. Bartz, thans als zoodanig werkzaam te Beegden (Limb.) 's Gravenhage, 6 Oct. Tweede Kamer. Het wetsontwerp op de suikeraccijns is met 70 tegen 4 stemmen onveranderd aangenomen. De aanslag der fabriekanten is dns met 12 percent verhoogd en de controle gedurende 2 jaar ingevoerd om daarna te komen tot eene definitieve suiker- regeling. RECHTSZAKEN. Arrondissenients-rechtbank te Middelburg. De rechtbank heeft in hare zitting van 6 October het volgende vonnis uitgesproken A. L., oud 22 j., vrachtrijder te Stoppeldijk, is wegens oplichting veroordeeld tot 3 maandeu gevangenisstraf. Een echt Amerikaansche reclame werd Zater- dagmorgen te Amsterdam op 't Rokin gemaakt, zoo schrijft men thans aan De Amst. Een als heer gekleed persoon sprong plotseling met een parapluie onder den arm van de brug bij de Lange- brugsteeg te water, bleef een minuut onder en kwam daarna boven met de parapluie opgestoken, waarop met duidelijke letters een reclame voor een cacao-firma te Nieuwer-Amstel was geschilderd. De reclame-maker bleef zes a zeven minuten rondzwemmen in het vieze Rokin-water, klom daarna op den wal en stapte in een gereedstaand rijtuig, waarmee hij wegreed, door een groot aantal verbaasde toeschouwers nagekeken. Sedert gasmotoren van 100 en meer paar- dekrachten in Engeland eene ruime toepassing vinden, schijnt de gasmotor ook in ons land een gevaarlijke concurrent van de stoommachine te zullen worden. De heer Albert Vis te Wormerveer althans heeft een gasmotor van 170 Ind. P.K. besteld voor het drijven van zijn rijstpelmolen. Dit is de eerste inrichting van die grootte in Nederland on ook op het vasteland van Europa. In de Pall Mall Gazette lezen wij De heer Daniel Juett is van plan naar Amsterdam te gaan en alles met zich mede te nemen wat de Hollandsche politie van dienst kan zijn. Ik ont- moette, dus vervolgt de bericiitgever, den heer Juett in zijn gezellige kleine woning te Maidenhead. Toen hij vernam dat ik juist uit Holland kwam begon hij mij onmiddellijk te ondervragen. Hij was nooit in Holland geweest, zeide hij en De Jong is de eenige Hollander, dien hij kent. Hij is zelf verrast over de gemakkelijkheid waarmede De Jong hem heeft beetgenomen. Instinctmatig wantrouwde hij den kerel, maar toch liet hij daarvan niets blijken, toen hij zag, hoeveel zijn dochter van De Jong hield en hij schreef zijn weinige ingenomenheid toe aan de omstandigheid dat De Jong een vreemdeling was. Gedroeg De Jong zich op een wijze, die in het gezin van Juett voor ongewoon gehouden werd, dan zag men dit door de vingers en schreef men het op naam van ziju Hollanderschap, daar hij misschien iets deed, dat in ziju land zeer gewoon was. De heer Juett ziet er niet uit als iemand, die gemakkelijk bij den neus te nemen is. Hij is groot en flink gebouwd, met blauwe oogen en een vrijmoedig uiterlijk. Geen Engelschman zou mij zoo hebben beetgenomen, zeide hij mij, maar De Jong had het voordeel aan zijn kant dat hij een vreemdeling was. Bovendien kon ik niet denken, dat iemand die door mijn dochter was opgepast en die zoo goed door ons alien behandeld was, zulk een ellendeling zou De gevraagde haalde diep adem. z/Neen, neen, het is niets, het is al beter wDan maar weer dadelijk aan den gang! zei Prelle en verzocht Bernau met Beatrix dadelijk op weg te gaan om haar bij mejuffrouw Muller voor te stellen. #Open alle sluizen van uw wel- sprekendheid, mijn waarde," riep de kleine man, ,/wij moeten deze verbintenis tot stand brengen, ten eerste om juffrouw Dreher goed geplaatst te krijgen en ten tweede om met deze dame in be trekking te komendat is eene aan beveling, dat maakt ons naam Kom, spoedigGeen tijd verloren Tijd is geld Langzaam maakte Bernau zich gereed om uit te gaan hij was vandaag werkelijk vreemd in zijn doen. Had hij vroeger ooit voor den spiegel gestaan om te zien, hoe zijn hoed stond, of gekeken, hoe zijn voorkomen was Eindelijk scheeu hij tevreden te zijn. n/Zij zal mij niet herkennen," mompelde hij, zoodat Prelle noch Beatrix hem verstond. //Ik ben een andere gewordenMijn groote baard, waarmee zij mij altijd zag, is weg en vier jaren in dat „huis" hebben er het hunne toe bijgedragen, dat er van den vroegeren Heinrich Bernau niet veel is overgebleven. Kom, gaat u mee, juffrouw Beatrix Hij verliet met bet meisje het kantoor en ging door de levendigste straten naar de Promenade, waaraan de villa der dame lag. z/Mijn hart klopt, mijnheer Bernau", zei Beatrix, //misschien beval ik haar niet." kunnen zijn, dat hij haar iets misdeed. Ja, zeide mevrouw Juett, de stiefmoeder van het verdwenen meisje, er was veel dat ons in De Jong niet aan- stond, maar altijd zeide hij, hei is zoo, of wij doen in ons land niet anders, en dan haalde hij zijn schouders op en dachten wij niet anders of onze gewoonten en gebruiken waren verschillend van die in Holland. Den nacht voor het trouwen hadden wij meer bedden noodig dau wij hadden en daar het huis vol gasten was, zoo kwam het mij het best voor, dat hij en de oudste jongen, die nu 'in Holland is een kamer buiteushuis zouden nemen. Hij zeide neen. Ze deden zoo iets nooit in zijn land. Het zou schandaal ver- wekken. De menschen zouden vragen, waarom hij dien nacht niet in het huis zijner schoououders had geslapen. Zoo behield hij de beste slaapkamer en Lallie (Sara Juett) ging naar haar oom, om te slapen. Na het huwelijk zag hij nergens naar om. Lallie had twee kisten of doozen meegebracht. Toen ze aan het station waren, keek De Jong er even min naar. Het personeel wist, dat ze behoorden aan een paar, dat op de huwelijksreis ging en het verwachtte natuurlijk goed betaald te worden, doch De Jong betaalde niemand. De Jong verteerde geen scbelling te Maidenhead. Hij leende geld van zijn schoonvader en van Zijn vrouw, betaalde zelfs de bruidsbouquet niet, die hij besteld had en gaf niets anders weg dan goedkoope Hol landsche sigaren. Toen De Jong zijn schoonvader mededeelde, dat zijn vrouw er met zekeren William Wilson van New-York vandoor was, weende hij bitter en kermde hij, dat al wat hij wenschte alleen dat was dat hij zijn vrouw weder mocht bezitten. Hij zou haar vergeven en haar weder aannemen. Toch verzocht hij, dat men geen pogingen in 't werk zou stellen om zijn vrouw weer te vinden, want schandaal wilde hij niet. Zijn zuster, zeide hij, be von d zich te Londen en hij wilde den heer Juett medenemen en hem aan haar voorstellen. Zij sprak geen Engelsch zeide hij. De heer Juett sloeg het aan bod af en liep aldus de kennismaking mis met juffrouw Schmitz, die de //zuster" was en die door hem werd beschreven als groot en met een prachtige taille. De heer Juett zal patrouen of stalen mede nemen naar Amsterdam van de kleeren, die zijn dochter meenam en de rekeningen van alle arti- kelen, die haar uitzet uitmaakten. Juett zal zijn 21-jarigen zoon te Amsterdam ontmoeteu. Hij vreest het ergste, want bij haar vertrek had hij nog tot zijn dochter gezegd, dat als haar huwelijk niet gaf, wat zij er van verwachtte, zij het hem zou schrijven; opdat hij geld zou kunnen zendeu, om haar overtocht naar Engeland mogelijk te maken, waar zij altijd een tehuis zou vinden. De Jong en zijne Engelsche vrouw zijn ook in het heideveld aan den rand van het bosch van Rozendaal (bij Arnhem) op een heeten Julidag gezien. Tweemaal zag men hem later zonder vrouw. Hij droeg toen zijn schoenen op den rug. Hij werd door mannen gevolgd, die hem onrustig vonden en nam haastig de vlucht. De heer Juett, de broeder van de vermiste Engelsche dame, heeft te Amsterdam een langdurig onderhoud met den rechter-commissaris gehad en is met De Jong geconfronteerd. Zijne verklaringen moeten even wel vooralsnog geheim blijven. ,/Zou men De Jong niet kunnen hypnotiseeren vraagt iemand in de Amsterd. Ct.. Indien De Jong onder een hypnotischen toestand aan het praten kon gebracht worden zou de justitie een heel eind verder komen met haar onderzoek. Dr. Van Renterghem verklaart echter, dat niet alle personen, die gebypnotiseard zijn, de waarheid zeggen. Naar de Arnh. Ct. uit Londen verneemt, is de politie daar druk in de weer om na te gaan, wat De Jong, toen hij met juffrouw Schmitz drie dagen te Londen is geweest, al zoo heeft uitgevoerd. Een ding staat vast, zegt de schrijver en dit werd mij door den waarnemenden commissaris der City-politie bevestigd, aan wien het onderzoek in die zaak opgedragen is, n.l.,dat DeJong Londen beter kent z/Dat is niet te vreezen", antwoordde Heinrich. z/Vertoon u slechts zooals ge zijt, natuurlijk en eenvoudig. Hoe onschuldiger ge schijnt, hoe meer ge het vertrouwen der dame zult winnen. Zij houdt er van onschadelijke menschen om zich h^en te hebben." ,/Kent u mejuffrouw Muller vroeg Beatrix verwonderd. Bernau schudde het hoofd. //Mijn hemel, hoe zou ik aan zulk eene voorname kennis komen Ik oordeelde slechts in het algemeen de dames zijn alle precies hetzelfde". Zwijgend stapten zij een tijdlang naast elkander voort. Bernau scheen geheel in gedachten verdiept. Eindelijk, bij het begin van de Promenade, bleef hij stilstaan en greep Beatrix's hand. //Ik moet u een kleinen dienst vragen, juffrouw Beatrix zei hij //het is eene kleine moeite noem mij in tegenwoordigheid van die dame mijnheer Tacke en niet bij mijn waren naam. U weet, ik heb betere dagen gekeud en om mijn bloedverwanten wensch ik, dat mijn ware naam niet met mijn geringe betrekking verbonden wordt. Wilt u doen, wat ik vraag //Van harte gaarne, mijnheer Bernau. O, vergeving, mijnheer Tacke wil ik zeggen. Ik begrijp echter niet, hoe uw naam geschandvlekt wordt door een eerlijk beroep. Maar daar u dat wilt, kunt u op mij rekenen. Daar zijn wij reeds voor het huis, dat wij zoeken". (Wordt vervolgd.) dau men maar eenigszins vermoeden durft. Om te beginnen, heeft hij in gezelschap van juffrouw Schmitz in Wheeler's-hotel op het Devonshire Square ziju intrek genomen, waar niemand ter wereld, die Londen niet door en door kent, er in 't minst aan zou denken om te gaan logeeren en dat een dokter, met zijn vrouw op een huwelijksreis zijnde, zeker niet betrekken zou. Het hotel ziet er uitwendig zeer onooglijk uit en is op een zeer stil binnenpleintje gelegen, dat door een zeer nauw straatje tot Bishopsgate-Street toegang geeft. In een tegenovergestelden hoek van het pleintje, dat door zeer hooge huizen begrensd wordt, vindt men een warnet van steegjes en gangetjes, die gedeeltelijk in Whitechapel, gedeeltelijk in Petticoat Laue uit- loopeu. Wat de eerste buurt betreft, bierover behoef ik slechts weinig te schrijven wat de Petticoat Lane betreft, mag ik gerust zeggen, dat deze naast Whitechapel een der vuilste en onaanzienl'ijkste gedeelten van Londen uitmaakt. Hier is de wijk- plaats van buitenlaudsche vluchtelingen, smokkelaars, bookmakers en dergelijk slag lieden, die alien van de uitoefening van oneerlijke praktijken leven. Hier vermeent men, dat De Jong zijne sigaren van de hand gezet heeft, waarvan hij, volgens de eigenaren van Wheeler's hotel, een grooten voorraad in ziju bezit had en die hij reeds binnen een half uur kwijt was. Toch weigeren de meeste lieden in deze buurt de politie iets omtrent De Jong mede te deelen, hoewel het zeker is, dat hij hier een gedeelte van zijne 5 dagen heeft doorge- bracht. Doch niet alleen hier, ook in Silvertown, een dokbuurt in Oost-Londen, waar armoede en ellende, naast misdaden heerschen, is De Jong bekend en de poliiie heeft reeds inlichtingen inge- wonnen omtrent den houder van een slaapstee in deze buurt, waar De Jong, eenigen tijd geleden, gewoon was zijn logies te nemen. Mijn zegsman, zoo vervolgt de correspondent die op het gebied van opsporen van misdadigers reeds zijn sporen verdiend heeft, gaf mij de verzekerinsr, dat binnen eukele dagen zeer gewichtige mede- deelingen door hier vertoevende personen zullen gedaan worden, wier uamen ik op 't oogenblik geheim moet houden, doch die weldra een zooge- naamd sub poena van het rechtscollege zullen ontvangen, waardoor zij verplicht zullen zijn om getuigenis omtrent De Jong en juffrouw Schmitz af te leggen. Onder de vertooningen te Chicago trekken ook die van Hagenbeck's circus met zijne wilde dieren veel menschen. Toen echter de vorige week twee beren, drie luipaards, een leeuw enz. in het perk waren gelaten, kreeg een beer bij ongeluk een slag op den kop met een plank, waarop hij verwoed een der luipaards te lijf ging. Er volgde een hevig gevecht. De twee andere luipaards vielen den leeuw aan, die ze spoedig had afgemaakt. Daarop volgde een schrikkelijk gevecht tusschen leeuw en beer. Het publiek zocht ontsteld een goed heenkomen, waarbij verscheidene vrouwen en kiuderen onder den voet raakten en deerlijk gekwetst werden. Eindelijk slaagde de temmer, zekere Maas, er in, deu leeuw en den beer met zweepslagen te scheiden, maar werd door verschillende andere dieren overvalleu en op den grond gesleurd. Thans schoten zijne helpers toe, met ijzeren stangen en knuppels de dieren bedwingende. De leeuw koos eerst den aftocht toen hem een gloeiende bout in de muil werd gestoken. Maas werd ernstig gekwetst. De kerk van St. Martin's, bij Ludgate in Londen, waar vroeger een talrijke gemeente den dienst bijwoonde, was in den laatsten tijd zoo ontvolkt, dat er soms geen 10 menschen zaten. Dit was veroorzaakt door de ondragelijke lucht die in de kerk werd waargenomen en die men niet kon verklaren. Eindelijk heeft men den vloer opengebroken en de oorzaak bleek nu weldra meer dan 600 lijken waren hier geborgen, sommige in looden, andere in houten kisten, maar alle in de grootste wanorde door elkaar. Daarom vermoedt men, dat deze lijken hier in der haast ingebracht ziju, waarschijnlijk ten tijde der groote pestepidemie, welke Londen teisterde. Men is nu sinds eenigen tijd aan het wegruimen, hetgeen niet zoo heel gemakkelijk gaat, aangezien de houten kisten zoo zacht zijn geworden als sponsen. In New-York is tusschen twee scherpschutters een der zonderlingste weadenschappen aangegaan, waarvan men ooit gehoord heeft. De een, de heer Travis, neemt aan om met drie pistoolschoten drie chinaasappelen te doorboren, waarvan een op het hoofd van een knaap is geplaatst, terwijl deze er een in elke hand houdt Er is om 1000 dollars gewed. De heer Travis zal beschouwd worden de weddenschap verloren te hebben 1°. als hij geen Amerikaan vindt, die genegen is tot wit te dienen 2°. als hij een der chinaasappelen mist3°. als, waar ook, de jongeliug door een der kogels ge- troffen wordt. In een der mijnen van Pontypridd had een mijnwerker terwijl hij aan den arbeid was, een pijp, een schaar en een brander in zijn zak. De schaar moest dienen om de veiligheidslamp te openen, terwijl met behulp van den brander de pijp aangestoken zou worden. De man, die de levens van een 1000 mijnwerkers welke in de met gas gevulde mijn aan den arbeid waren, in gevaar gebracht had moest zich voor den rechter verantwoorden. De rechter zeide dat de bij de wet bepaalde boete 2) ongerijmd en belachelijk was en dat hij den beschuldigde liever tot twee maanden dwangarbeid veroordeelde dan hem de boete op te leggen. Maand. Getal. Geladen met K. m. inhoud. bruto. In deze kolom beteekenen de letters s. stukgoederen, m. minerie, ij. ijzer, k. kolen, h. hout, 1. ledig, p.p. pijpaarde, p. pitebkolen.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1893 | | pagina 2