Gemengde berichten.
224
121471
84191
114308
111514
85172
516656
maatregelen moeten genomen worden om de vesti-
gingen op de Oostkust van Sumatra afdoeude te
beschermen.
Het Europeesch personeel is bij den aanval onge-
deerd gebleven.
TER NEUZE\, 6 Juni 1893.
De volgende leden van den gemeenteraad
van Ter Neuzen zijn dit jaar aan de beurt van
aftreding J. C. Harte, Mr. J. P. Dronkers, A.
Visser en M. van den Hoek.
Met bestemming naar den Congo hebben
zich hier ter reede, op het stoomschip Ella
Woermann, o. a. ook ingescheept 8 Engelsche
zendelingen van Londen, waarvan 3 vergezeld door
hun vrouwen.
Zondagavond werd alhier de aangekondigde ver-
gadering gehonden tot oprichting eener afdeeling van
het Algemeen Nederlandsch werklieden-verbond.
De zeer druk bezochte bijeenkomst werd geopend
door S. van der Hooft alhier, die den heer Th. de
Rot, van Rotterdam, 2e voorzitter van bovengenoemd
verbond, aan de vergaderden voorstelde. Deze had
zich bereid verklaard hier te komen spreken en als
onderwerp genomen //Het program van het werk
lieden-verbond en wat men daardoorkan verkrijgen."
De heer De Rot begon met zijn dank te betuigen
aan hen, die het initiatief hadden genomen tot het
oprichten eener afdeeling van het werklieden-ver
bond hij zeide verder niets met de sociaal-demo-
craten te maken te hebben en verklaarde zijn
standpunt tegenover dezenzij toch prediken
revolutie en hij evolutie, d. i. veranderingeu krijgen
langs geleidelijken weg.
Hierna begon spreker te behandelen het program
van het werklieden-verbond, dat ten doel heeft,
eerstens het verspreiden van het program door woord
en geschrift, hij deelde mede, dat daartoe een
maandblad wordt uitgegeven, waarvan hij wenschte
dat het weer een weekblad kon worden of nog
beter een dagblad.
Ten tweede verklaarde hij, dat reeds 23 jaren
de eisch van algemeen stemrecht in het program
stond en dat nu eindelijk in 1893 door het wets-
ontwerp van den Minister Tak, wien hij daarvoor
dank zegt, aan dezen eisch grootendeels zal worden
voldaan. Hij merkt op, dat de bewering, dat het
volk te dom is voor het stemrecht. meer en meer
moet vervallen door de goede inrichting van het
onderwijs, en dat hij op zijn wandeling door
Ter Neuzen heeft gezien, dat daarvoor ook hier
goede gelegenheid wordt geschonken, waarvoor hij
het gemeentebestuur hulde brengt.
Door het richten van adressen aan de Regeering
is door het verbond reeds veel geld aan zegels
betaald en veel nutteloos, terwijl daarentegen veel
zaken, waaraan anders niet zou gedacht worden,
van de Regeering zijn verkregen.
Het recht van oorlog voeren zou hij gaarne ge-
geven zien aan de Tweede Kamer, gekozen door
het volk, dat de lasten moet dragen, raaar niet aan
het hoofd van den staat.
In de eerste plaats wil het program ook afschaf-
fing van het stclsel van plaatsvervangiDg, daar
hierdoor in het kazerneleven verbetering zou komen,
maar hij zag nog liever afschaffing van het be-
staande leger en de algemeene volkswapening
ingevoerd, zoodat ieder Nederlander, daartoe
lichamelijk geschikt, bij dreigend gevaar in staat
zou zijn het vaderland te helpen verdedigen.
Verder zegt spreker, dat ook reeds 23 jaren in
het program staat verandering in het belastingstelsel,
voornamelijk afschaffing der drukkende accijnsen,
daar dit te veel op den minderen man neerkomt en
hoewel hij de tegenwoordige Regeering dankbaar is
voor het goede ook op dezen weg verricht, rneent
TUMII III 111'- 1—t
vrouw. Daar zij de brieven van haren echtgenoot
niet las, gevoelde deze zich wel gedrongen naar
zijne woning terug te keeren, ten einde haar het
geneesmiddel te brengen voor de kwalen die hij
veroorzaakt had. Indien Amalia Veber intusschen
eens gestorven ware Ach De Voorzienigheid
geeft van die onverwachte uitkomsten, en graaf
Ilario stelde vertrouwen in haar.
De bedienden bogen verbaasd voor hunnen
meester, die plotseling uit Rome was teruggekeerd.
De rentmeester vroeg het een en ander, gaf aarzelende
eenige antwoorden, waaraan de graaf weinig aandacht
schonk. De graaf droeg bij het binnenkomen
zijner woning het hoofd hooger dan iemand met
een gerust geweten gewoon is te doen. Zoo tracht
men door zeker vertoon van overmoed geheimen
angst te verbergen. Hij vond zijn huis zeer
veranderd. Met uitzondering van twee vertrekken
en van de kamer, grenzende aan de slaapkamer
der gravin, was alles donker. Het deed hem
onaangenaam aan. Naarmate hij voortschreed
deed de rentmeester door een bediende de luikeu
openen en het plotseling binnenvallende licht deed
het sombere aanzien der verlaten vertrekken des
te sterker uitkomen, waarin eene kille, duffelucht
den binnentredende trof. De graaf zou gewenscht
hebben dat hij alles had gevonden als gewoonlijk
licht, beweging, geluid van stemmen, bezoeken en
vroolijkheid zouden zijn hart zooveel goed gedaan
hebben, waarin de herinneringen voortdurend hunne
doffe slagen deden hooren. Toeo hij zijne werkkamer
binnentrad en de rentmeester de vensters openwierp,
liet hij zich in een stoel vallen, ontdeed zich van
zijne handschoenen en sloeg een blik in den hoogen
spiegel tusschen de ramen. Hij had nog niet naar
zijne echtgenoote gevraagd. Plotseling stond hij
lij dat eene algemeene inkomstenbelasting, be-
ginnende met inkomens van 600 gulden te belasten,
gemakkelijk alle staatsuitgaven zou kunnen dekken,
een minder ingewikkelde administratie zou behoeven,
en een minder aantal dure ambtenaren zou vereischen.
Ook is het streven van het verbond wetten in
't leven te roepen op de uitvoering van den arbeid.
Wel bestaat er reeds zulk een wet, maar die is
volgens spreker niet voldoende. Daarin wordt wel
aelet aan kinderen van 12 tot 16 jaar langer te
werken dan tot 7 uur, maar na dien tijd worden
aan hun lot overgelaten. Beter zou het volgens
hem zijn, dat er ook eene wet bestond, verplich-
teude het gebruikmaken van herhalingsonderwijs.
Daar in de groote steden duizenden vrouwen ge-
noodzaakt zijn hunne mannen te helpen om den
kost te verdienen, kunnen dezen hunne kinderen
zelf niet opvoeden, en de kinderen geraken zoo-
doende door het straatloopen op allerlei slechte
wegen. Dit zou niet zoo zijn, wanneer de kinderen
na 7 uur nog eenigen tijd in de school moesten
doorbrengenzij zouden met hun 16de jaar dan
niet alleen de opgedane kennis hebben behouden,
maar deze zou nog vermeerderd worden.
Er is ook in het program opgenomen algemeene
Zondagsrust, doeh spreker zegt dat, moest het
program in dezen tijd worden opgesteld, dit er wel
niet in zal voorkomen. maar vervangen worden
door /,een rustdag per week" daar algeheele Zondags
rust bij de tegenwoordige inrichting der maatschappij
niet doenlijk is. Wel kan Zondagsrust zooveel
mogelijk worden verleend, maar aan hen, die dit
op Zondag niet kunnen verkrijgen, moest dan toch
op een anderen dag rust worden gegeven, wat nu
niet altijd het geval is.
Bij het bespreken van wettelijke regeling ter
verzekering van arbeiders tegen ziekte en invaliditeit
zegt spreker aan het vooruaamste punt te zijn
gekomen, daar de alhier op te richten afdeeling
bij voldoende deelneming hiertoe een weerstandskas
wil oprichten. Hij is van meening, dat zulks
eigenlijk van Staatswege moest worden onderuomen.
De werklieden moeten daarom niet alles van den
Staat vragen, maar hiertoe zelf ook bijdragen. Hij
geeft tot voorbeeld Duitschland, waar de werklieden,
de patroons en de Staat ieder een derde bijdragen
en de oude en versleten werklieden voor gebrek
gevrijwaard worden. Spreker vindt het gelukkig
dat er nu reeds gestichten zijn, welke zich het lot der
ouden aantrekken, maar hij zou het veel beter vinden
dat de invalide werklieden deze niet noodig hadden.
Verder zegt spreker, dat bij ziekte de werkman
niet van den patroon kan eischen dat hem loon
wordt uitbetaald, ofschoon er echter wel patroons
humaan genoeg zijn om dit te doen. Is dit het geval
niet, dan moet de werkman bij ziekte in handen
vallen der armbesturen en hoe humaan sommige
armbesturen ook bij de uitkeeringen te werk gaan,
de werkman is dan toch afhankelijk en niet meer
vrij. Hij uoemt het daarom een plicht van den
werkman, om door zich te vereenigen voor hun
gezin te zorgen, opdat wanneer hem een ongeluk
overkomt, vrouw en kinderen geen gebrek behoeven
te lijden. Spreker spoort de werklieden aan hieraan
deel te nemen, (de contributie en uitkeering kan
door hen zelf worden geregeld), doch daar de
werkman niet alles alleen kan doen roept
hij voor dit doel ook den steun der meergegoeden
in, en hoopte hij dat tusschen dezen en den werkman
steeds een goede verstaudhouding raoge blijveu
bestaan. De werkman zal dan niet zoo licht geneigd
zijn om tot revolutie over te gaan een goed woord
kan bij den werkman veel teweeg brengen.
Een luid applaus beloonde den spreker voor
zijne flinke rede.
Hierna dankte Van der Hooft den heer De Rot
voor de duidelijke uiteenzetting van het doel van
het werklieden-verbond; hij dankte ook de bezoekers
weder op, getroffen door eene smartelijke geaachte
hij wenschte de kamer weder te zien waarin het
kind gestorven was zuchtende ging hij heen en
bleef een oogenblik voor de deur staan.
*Zal ik de luiken openen, mijnheer de graaf?"
vroeg de rentmeester.
„Neen antwoordde graaf Ilario, teruggaande.
//Arm kind 1" riep hij uit, toen hij zich moedeloos
weder in zijne kamer nederzette. //Ik zal het
nooit weder zien Een oogenblik later hief hij
het hoofd op.
„Waar is Mevrouw
z/Mevrouw de gravin is uitgegaan."
z/In het rijtuig
Neen mijnheer, de paarden worden niet meer
ingespannen,"
,/Laat mij iets klaar maken om te eten. Waar-
schuw mij als de gravin terugkomt, maar zeg haar
niet dat ik hier ben."
Toen de gravin freule Veber verliet had zij er
een oogenblik aan gedacht een rijtuig te nemen,
zich naar het station te laten brengen en te ver
trekken. Maar het oproerige hart was weldra door
den sterken wil tot z wijgen gebracht. Haar plicht
V<5<5r alles, boven alles haar plichtDoor haar
plichtsgevoel gedreven, was Innocenza huiswaarts
gekeerddaar zag zij het inrijhek geopend en een
knecht die met een koffertje voor haar de trap
opging. Zij bleef een oogenblik staan, alsof de
krachten haar dreigden te begevenhaar hart
bonsde, eene doodelijke bleekheid overtoog haar
gelaat.
//Is de graaf tehuis gekomen
^Mijnheer de graaf is zooeven tehuis gekomen,"
antwoordde de bediende, stilstaande om haar te
laten voorbijgaan.
voor de belangstelling waarmede de rede was aan-
gehoord en hoopte dat velen blijk zouden geven
van die belangstelling door toetreding waarvoor hij
de gelegenheid openstelde.
De heer De Rot verzocht nogmaals het woord.
'lij zeide dat, hoewel er geen kennis van was
gegeven, wanneer iemand wenschte te debatteeren
over het door hem verhandelde, hij zich daartoe
bereid verklaarde.
De heer Arie H. Donze vroeg daarop het woord,
niet om met den spreker in debat te treden, raaar
om hem dank te zeggen voor het gesprokene en
hij drukte de hoop uit, dat dit tot opwekking
moge dienen om het voorgestelde doel te bereiken.
De heer De Rot dankte voor deze woorden van
sympathie en verzocht hun, die dadelijk lid wenschten
te worden, te blijven, terwijl zij die dit niet
verlangden verzocht werden het lokaal te verlaten.
32 personen traden als lid toe. Tot leden van
let voorloopig bestuur werden benoemd S. van
der Hooft, P. Eekman, P. Iiingelberg, J. de Doelder
en J. van Aalst.
Gedurende het loopende jaar zijn aan den
spoorweg alhier de volgende zeeschepen ingekomen
om aldaar te lossen of te laden
Maand.
Januari
Eebruari
Maart
April
Mei
Getal.
Geladen met
47
39
50
48
40
29 s., 8 m., 6 ij., 2 k.,
1 1., 1 p.p.
24 s., 5 k., 4 ij., 3 m.,
1 h 1 1., 1 p.p.
31 s., 7 in., 3 ij., 3 1.,
2 h., 2 p.p., 1 k., 1 p.
27 s., 9 m., 3 h., 3 p.p.,
2 k., 2 1., 1 ij., 1 p.
29 s., 4 ij., 2 h., 2 1.,
1 m., 1 k., 1 p.p.
K.m. inhoud.
bruto.
In deze kolom beteekenen de letters s. 9tukgoederen,
m. minerie, ij. ijzer, k. kolen, h. hout, 1. ledig, p.p. pijpaarde,
p. pitchkolen.
Uitgevaren zijn in Januari 32, in Eebruari 26,
in Maart 39, in April 39 en in Mei 36 zeeschepen.
Het Engelsche stoomschip River Derwent,
van Londen met stukgoederen naar Ter Neuzen
bestemd, is Zaterdag, door aanvaring bij Gravesend,
met schade naar Londen teruggekeerd.
Bij koninklijk besluit is benoemd tot gezworen
voor het waterschap de watering Cadzand de heer
I. Risseeuw Iz.
Philippine. De verzendiug van mosselen begint,
na maanden lang stilstand, te herleven. Meer en
meer vertoonen zich vreemdelingen in onze gemeente
en daardoor neernt ook de drukte op de kade toe.
De kwaliteit der mosselen is, volgens de visschers,
beter dan die van het vorige jaar, zoodat men een
goeden tijd te gemoet gaat. In de afgeloopeu week
zijn ongeveer 600 balen verzonden, wat voor dezen
tijd van 'tjaar veel is te noemen.
Borssele, 3 Juni. Heden werden aanbesteed de
gewone onderhoudswerken aan het calamiteuze
waterschap Ellewoutsdijk en den calamiteuze polder
Borssele (raining f 29891).
Hiervoor hadden ingeschreven de heeren A.
Vermorken, te Hontenisse, voor f 32000 P. J.
Visser, te Hansweert, voor f 31490 Joh. de Jonge,
te Biezelinge, voor f 31199; C Bolier Cz., te
Bruinisse, voor f 30996 H. Klaassen, te Zaamslag,
voor f 308S7 J. de Bree Fz., te Ter Neuzen, voor
f 30600 A. van Popt ring, te Bruinisse, voor
f 30515; J. de Rijke, te Middelburg, voor
f 30430 B. den Exter v. d. Brink, te Krabbendijke,
voor f 30400 A. Eoudraine, te Goes, voor
f 30360 J. F. Adriaansens-Polfliet, te Hontenisse,
voor f 30336C. de Wilde Az., te Kattendijke,
voor f 30165 M. v. d. Hoek, te Ter Neuzen, voor
Zij ging door en begaf zich rechtstreeks naar
hare slaapkamer, ontdeed zich van haren mantel en
was eene onmacht nabij. Hare kamenier, die
haar gevolgd was, gaf zij met een teeken te verstaan
dat zij zich zou verwijderen. Daarop met de hand
steunende op den rand van hare schrijftafel, vestigde
zij de oogen op de d,eur.
Daar zou waarschijnliik zoo aanstonds haar
echtgenoot binnenkomen. Haar echtgenootGraaf
Rodolfo Ilario De man die zij had bemind en
geacht boven alle andere menschen, de man die
de echtelijke woning tot eene plaats van onbeschaamde
huichelarij had verlaagd Wat zouden zij elkander
te zeggen hebben Onder hunne voeten waren de
bloemen der liefde voor altijd verdord, en het hart
dat het vertrouwen verloreu had, de ziel waaruit
de liefde was gevloden konden niet anders dan
woorden van afschuw en minachting voortbrengen.
De kamenier kwam terug en verontschuldigde
zich dat zij vergeteu had der gravin een brief te
overhandigen, die tijdens hare afwezigheid was
bezorgd. De gravin lette er niet op en het
meisje bleef onbewegelijk staan met den brief in
de hand.
,/Wat wilt gij vroeg eindelijk de gravin, toen
haar oog op de dienstbode viel.
Zij zag den brief, meende dat hij van haren
echtgenoot zou zijn en weigerde hem aan te nemen.
//De knecht van mijnheer den markies heeft mij
opgedragen deze zelve aan u over te geven."
z/Welke Markies
//Frosio," zeide de kamenier, legde den brief
op de schrijftafel en verwijderde zich.
(Wordt vervolgd).
f 29646 P. A. v. d. Velde, te Ter Neuzen, voor
f 28925 en A. Tholens Dz., te Ter Neuzen,
voor f 28791.
Men schrijft uit Breda
Ondanks de verlagiug van den zoutaccijns blijft
het smokkelen voortduren. Dagelijks zien we
zoutsmokkelaars, die een vrachtje veilig hebben
weggebracht, met den ledigen zak op den rug,
door onze straten gaan.
Toch schijnen het alleen de slimme, goed in
onze grensstreek georienteerde personen te zijn.
De anderen werpen zich met meer kracht dan
vroeger op veldstrooperij waarvan onze arme,
geplaagde landelijke bevolking, meer dan ooit den
last ondervindt.
Vrijdagmiddag is te IJmuiden, bij het graven
van een put, een der arbeiders op aanmerkelijke
diepte plotseling door een iustorting geheel door
het zand bedolven.
Onmiddellijk toog men aan het werk en ieder
die slechts een spade machtig kon worden, ging
aan het graven. Inmiddels hadden eenige opzichters
van de waterstaatswerken de leiding van het red-
dingswerk op zich genomen. Dezen lieten met
veel spoed dadelijk een grooten koker maken en
zoodra men het hoofd van den in nood verkeerende
slechts eenigszins ontbloot had, werd de koker er
over heen gezet ten einde het te beveiligen voor
een mogelijke tweede instortiug.
Na een inspannenden arbeid van twee uren
gelukte het den man door den koker heen, uit zijn
hachelijke positie ongedeerd te voorschijn te brengen.
Te Alfen en Riel (N.-B.) heerscht bij de land-
bouwers totaal gebrek aan veevoeder, zoo schrijft men.
't Was schemerdonker. Een boerin wierp haar
koeien uit een zak voedsel voor. vZijt ge nog
goed voorzien van hooi," vroeg ik. //'tis geen
hooi, zei ze, het is bunt, daar zijn we nog een
paar dageu mee goed." En dan vroeg ik. „Dan
gaan we de heggen stroopen." 'k Zag een man
met een gevulden zak op den schouder. /,Dat is
geen zout dat ge daar draagt," sprak ik. //Neen,
antwoordde hij, 't is eikenklaver (geplukt eikenloof),
we hebben niets anders I"
Dit teekent den toestand onzer landbouwers.
Op de terreinen achter het Rijksmuseum te
Amsterdam had een loop—wedstrijd plaats, waaraan
de bekende Stewart deelnam, die onlangs van Luik
naar Amsterdam is gewandeld. Stewart liep 54
maal de baan, Snoek, een Amsterdammer, die zich
met hem zou meten, ruim 53 maal en een paard,
dat tegen beiden rende, bracht't slechts tot45.
Stewart overwou't paard viermaal, evenzoo Snoek,
en deze laatste zou misschien tegen Stewart zijn
opgewassen geweest, hadde hij niet in overmoed
een halve baan teruggeloopen, waarbij hij viel, doch
spoedig weer op de been was. Stewart nam van
tijd tot tijd natte doeken in den mond, terwijl Snoek,
als echte Hollander, gedurende den geheelen weg
(plm. 15 K.M) op een „pruimpje" bleef kauwen.
In aaumerking genomen, dat Snoek slechts een
jaar *loopt," zooals hij verklaarde en nog nooit „an
zoo'u rees had meegeloopen", kon van hem getuigd
worden dat hij eervol geslagen is. De wedstrijd
duurde een uur en eindigde te half-vijf. Ook miss
Lully heeft aardig //getrippeld" en wel zeer vlug
tienmaal de baan. Men bewere nu nog, dat alle
vrouwen langzaam ter been zijn
Zaterdagmiddag verdiepte men zich te Hoofd-
dorp in gissingen. Een paard zonder tuig, be-
spannen voor een glazen brik, in eigendom be-
hoorende aan den heer Sistermans aldaar, kwam
in geregelden draf aangeloopen. Aan de brug te
Hoofddorp gekomen, stuitte de wagen, waardoor
eene mand met wijn uit den wagen viel. Het
paard, hierdoor verschrikt, holde het marktveld
op, tot het paard struikelde en de wagen omviel.
Toen men hulp wilde bieden, ontdekte men, dat
niemand in den wagen zat. Bij verder onderzoek
vond men een aanzienlijke som gelds, in eigendom
behoorende aan den heer Jan Smit VII, aannemer
der inundatiewerken te Haarlemmermeer, die met
een koetsier naar Vijfhuizen was gereden, tot
uitbetaling van werk volk. Het paard, dat een
oogenblik alleen had gestaan, had, het wachten
moede, in een oubewaakt oogenblik, zonder passagiers
den terugtocht aangenomen.
In den loop der vorige week zijn een aantal
vreemde paarden, aangekocht door de Reuionte-
commissie voor het leger, teZevenbergen aangekomeu
en bij verschillende landbouwers onder die gemeente
ter weide gedaan. Bij verschillende dezer paarden
doet zich thans eene ziekte voor, die echter, naar
men zegt, tot heden toe niet van ernstigen aard is.
Zekere De G. te Utrecht, die een tiende lot
in de Staatsloterij had, kreeg Vrijdagmiddag bezoek
van een vriend, die hem vroeg of hij zijn briefje
ook wilde verkoopen, in welk geval hij er hem
f 20 voor wilde geven.
Hoewel het De G. aanvankelijk wel wat vreemd
voorkwam, dat zijn vriend, die anders nu juist
niet zoo ruim bij kas was, op eens zoo flink uit
den hoek kwam, dacht hij daarover op dat oogenblik
echter niet verder na en verkocht, toen deze bleef
aanhouden, ten slotte het briefje aan hem voor de
geboden som.
Nadat hij echter vertrokken was, begon De G.
de zaak te wantrouwen, informeerde zich en vernam
daarbij met schrik, dat op zijn nummerdien morgen
de f 10,000 was gevallen, niettegenstaande zijn