II
Gemengde berichten.
guldens maailoon binnen de provincie blijven en
zal alzoo worden medegewerkt, om de heerschenae
werkloosheid van den veldarbeider in Friesland te
beperken.
De kandel in aardappelen is thans in Noord-
Braband, dus schrijft men uit Zevenbergen, levendig
en worden verhandeld tot f 1,60 h f 1,75 per
hektoliter.
De stand van de te velde staande vroege aard
appelen aldaar kan, even als elders, gunstig worden
genoemd.
De uitkomst met kunstmest verkregen op
sommige akkers van het eiland Texel, is inderdaad
verrassend. Dit komt des te sterker uit in den
drogen tijd, dien wij beleven. Landen, waar anders
geen groen sprietje zou tieren, staan thans tenge-
volge der bemesting met z.g. kunstmest zoo
voordeelig, dat ze gemaaid zouden kunnen worden.
Een dor bouwland, dat gewoonlijk weinig opbrengt,
werd verleden jaar met kunstmest bewerkt en
bracht ruim 30 hectoliter beste tar we op per hectare.
Thans worden er geheele ladiugen kunstmest op
het eiland aangevoerd.
TER NEUZEIV, 33 Mei 1803.
gisteren hier tweeden Pinkster-
stil. En geen wonder, wie maar
Het was
dag bizonder
eenigszins kon had de stad verlaten om elders
uitspanning te zoeken. De meesten trokken naar
Axel om van de kermis en het muziekfeest ter
gelegenheid van de inwijdiug der muziektent te
protiteeren. Niettegenstaande siechts twee muziek-
gezelschappen, dat van Ter Neuzen en Hulst ter
feestviering waren opgekomen, was er eerie ontel-
bare schare in de oude stad Axel. Het grootste
contigent werd wel geleverd door Ter Neuzen.
Meer dan 500 personen werden van hier daarheen
gevoerd per spoor, terwijl velen per rijtuig de
feestvierende stad bezochten.
De doodsche stilte in onze veste werd des avonds
aangenaam verbroken door de aankomst van het
harmonie-gezelschap uit Jumet, dat in Middelburg
den vorigen dag een concert gegeven had. Met
eene vroolijke, uitstekend uitgevoerde marsch, trok
het gezelschap door onze straten naar het station.
Daar was des avonds evenals des middags eene
ongewone drukte bij het vertrek en de aankomst
der treinen.
Wij hoorden intusschen van geene ongeregeld-
hedeD.
Bij de aanbestedingen, op jl. Yrijdag, van den
jaarlijkschen onderhoud enz. van de waterkeerende
werken, waren de laagste inschrijversvoor den
calamiteusen Annapolder de heer J. de Bree Ez.,
te Ter Neuzen, voor f 3068 raining f 3212,78
en voor den calamiteusen Ardornispolder de heer
P. Monje, te Breskens, voor f 1423raming
1528,12.
Bij koninkhjk besluit is benoemd tot controleur
der directe belastingen enz. te Oostburg de heer
J. P. van Nieuwkuyk, thans waarnemend controleur
aldaar, en is pensioen verleend aan mej. A. Ph.
Hermans, wed. L. H. Haak, directeur van het Rijks-
telegraafkantoor en brievengaarder te Walsoorden,
ten bedrage van f 330.
Hulst. Op 16 Mei jl. raocht een geacht
ingezetene dezer gemeente, de heer Eduard de Silva
een heug'lijk feest vieren, namelijk 25 jaar lid te
zijn van de Zondagsbolders, bij die gelegenheid
werd hem een aangename verrassing bereid, want
stoetsgewijze met de muziek voorop begaven zich
alle leden naar den jubilaris, waar den Koning
der holders hem, met een hartelijke toespraak
(waarin hij onder meer de toewijding opsomde
door hem de vereeniging betoond) een prachtige
zetel en zilveren medaille als souvenir aanbood.
Diep getroffen voor zooveel blijken van toegene-
genheid bedankte de jubilaris voor de eer hem bewe-
zen, zijne nette en eenvoudige rede sluitende met
een //Lang leve de Zondagsbolders."
Op 26 Mei a. s. zullen te Yeere in het open-
worden verkocht elf huizen met pakhuis,
schuur en tuinen die dus voor een prijsje eigenaar
van een huis wil worden, profiteere van die ge
legenheid aldaar.
Het aantal landverhuizers dat te Rotterdam
in de laatste dagen aankomt voor Amerika is z66
groot, dat in het nieuwgebouwde hotel van de
N. A. S M. aan de Wilhelminakade plaats te
kort komt om hen te herbergen. Ten einde daariu
te voorzien, is een houten gebouw in gebrurk
genomen tegenover dat hotel geplaatst, en waarin
des nachts een 300 personen onder dak gebracht
kunnen worden.
Men meld uit Utrecht
Het bericht dat de Bank van leening was ge-
sprongen, zooals het volk zich uitdrukt, en haar
directeur en boekhouder waren gevangen genomen,
heeft menigeen de schrik op het lijf gejaagd.
Eerstens zijn het toch degenen, die den directeur
aan zijn borgtocht van f 75000 hebben geholpen,
of hem op andere wijze financiee! steunden, die
niet onbeduidende verliezen zullen lijden, daar de
Bank ongetwijfeld de geleden schade op hen zal
verhalen, terwijl verder zij, die panden hebben be-
leend er evtnmin gerust op zijn, dat zij voldoende
zullen worden schadeloos gesteld.
Sedert Woensdag wordt de Bank, die voorloopig
niets meer beleent, dan ook als het ware bestormd
door lieden die hunne panden komen lossen, doch
die, wanneer het voorwerpen van waarde betreft,
meestal onverrichte zake weder kunnen heengaan,
omdat ze niet meer aanwezig zijn.
Het aantal der verduisterde panden moet naar
men verzekert eenige duizenden bedragen, zoodat
het nog geruimen tijd kan duren voordat de juiste
stand van zaken bekend zal wezen.
De eenigen, die zich over de tijdelijke onmacht
van hunne concurrent verheugen, zijn de houders
van huizen met recht van wederinkoop, die dan
ook niet zullen nalateu om van deze gelegenheid
zooveel mogelijk partij te trekken.
Te Laren is (iets wat voor dezen zeker wel
nooit in Nederland voorkwam) in het vrije veld
onder een blad verborgeu gevonden een struis-
vogelei.
Het is afkomstig van een struis, die onlangs uit
het vogelpark van het buitenverblijf Westerveld
te 's Graveland ontsnapte.
Men is er nog niet in geslaagd het dier
te vangen.
Men schrijft uit Enschede aan De Amsterd.
Hollanders, in Duitschland werkzaam of woon-
achtig wordeu door de Duitsche autoriteiten dikwijls
op allerlei wijze bemoeielijkt. Verschillende bewijzen
zouden daarvan kunnen geleverd worden, staaltjes
zelfs, die in het vrije Nederland, waar ieder
vreemdeling als het ware een toevluchtsoord vindt
haasi ondenkbaar zijn. Wel is waar bezitten niet
alle Duitsche plaatsen waar een vreemdeling woont
politiemaatregelen die ons dreigen, als men niet
direct een paspoort Heimathschein of ander verlangd
wordend legitimatiestuk kan vertoonen, met gevan-
genisstraf of uitleiding over de grenzen maar toch
worden in den laatsten tijd telkens Hollanders
naar hun vaderland teruggevoerd ofschoon zij jaren
in Duitschland hebben gewoond, doordat zij misschien
gevaar opleveren aan de armbesturen te vervallen
of omdat men een paar dagen heeft te kort ge-
schoten in het betalen van de noodige Steuer.
Zoo b v. werden van uit Munster in Westphalen
den laatsten tijd eenige familien over de grenzen
gezet, die zeer goed in eigen onderhoud konden
voorzien. Een dezer verbannenen, een zeergeloof-
„Ja, ik heb het bemerkt."
„Leugenaar 1" riep de gravin uit en liet het hoofd
op de borst zinken.
Een oogenblik scheen zij verslagen, de pijnlijke
herinneringen verscheurden haar het hartdaarop
vermande zij zich opnieuw en hervatte
z,Gij bemindet elkandersedert hoe lang
Amalia Yeber brak in snikken uit.
„Uw weenen baat niet. Ik verlang eene vol-
ledige bekentenis, freule Veber
En zij legde eene hand op haren schouder en
boog zich tot haar over met eene onheilspellende
flikkering in de oogen.
tSedert hoe lang misbruiktet gij de liefdadigheid
die in den vorm van vriendschap uw persoon om-
ringde, u brood verschafte, een dak, eene positie 1
Zeg het mij, hoe lang?"
Zij schudde haar onmeedoogend, maar siechts een
oogenblik vergat zij zichzelve. De toestand van
Amalia toonde reeds te zeer hoe zwaar Gods hand
haar getroffen had, en bij dit tooneel van ellende,
ziekte en smart mocht het hart eener edelaardige
vrouw geen gehoor geven aan de inblazingen der
verontwaardiging.
ezArme ongelukkige 1" riep de gravin uit, zich
verheffeude en het gelaat met de handen bedekkende.
„Veel rampzaliger dan ik, die het recht heb u en
hem te verachten U en hem 1" herhaalde
zij zachter maar met onverholen hartstocht(./terwijl
gij beiden niet anders kunt doen dan elkander
wederkeerig beschuldigen en verachten. Ik heb
waardig man, antwoordde ons op de vraag waarom
men hem en de zijnen had uitgeleverd ja mijnheer
men wil in bet Amt Mauritz bij Munster geen
Hollanders hebben. De Amtmann aldaar zoekt de
een of andere vaak onmogelijke reden en er uit
u in mijn huis gebracht" vervolgde zij met eene
aandoening die naar waanzin geleek. //Ik heb u
bemind als eene zuster, ik heb u overstelpt met
vriendschapsbewijzen en vertrouwen Ik zou uwen
naam tegen de gansche wereld verdedigd hebben,
indien de geheele wereld tegen u was opgestaan 1
En verder, Amalia? En verder?"
Geen woord, geene beweging ging voor Amalia
verloren. Zij schreide niet meerzij hield de
handen gevouwen onder het laken, terwijl er van
tijd tot tijd een suik aan hare geprangde borst
ontsnapte.
,/Toen gij vertrokken waart en mij niet meer
schreeft, heb ik, door u we ondankbaarheid getroffen,
u van ongevoeligheid beschuldigd en hij antwoordde
Ja zij is ongevoelig 1" Hij, verstaat gij Hij
O, mijn vertrouwen, mijne liefde, mijue achting 1"
Na met bovenmenschelijke kracht zoo lang aan
haar natuurlijk gevoel te hebben weerstand ge-
boden, barstte de gravin in tranen uit. Zij knielde
op den ruwen vloer met de borst tegen het ledikant
geleund en hare lokken streken langs de lippen
van de zieke.
Amalia hief het hoofd op en drukte een kus
op de tressen van Innocenza.
„Gij zijt gewroken fluisterde zij haar in het
oor. //Hij bemint mij niet, geloof mij. Ook ik
bemin hem niet 1" voegde zij er bij en viel op
het kussen terug.
ga je, zoo goed is men niet en reden verstaat de
Amtmann daar niet.
Het is te hopeu, dat de Hollandsche gezant te
Berlijn hier eens een onderzoek naar zal instellen,
opdat de Hollanders in het Amt Mauritz niet
blijven blootstaan aan dergelijke behandeling.
Een gezelschap blinde wielrijders, leerlingen
van Dr. Campbell's Royal Normal College for the
Blind, vertrok Dinsdag van Londen naar Birming
ham. Acht zateu er op eene, zes op eene tweede,
twee op een derde machine. Geruststellend met
betrekking tot de blinde sportliefhebbers zelven niet
alleen, maar ook voor het gemiuachte volk der
voetgangers (welks veiligheid op den openbaren
weg voor ziende ridders van het wiel reeds erg genoeg
wordt bedreigd) luidt de toegevoegde mededeeling dat
op elke der drie machines de voorrijder niet blind is.
De Senaat te Hamburg heeft tot verbetering
van den gezondheidstoestand een wetsontwerp op
de woninghuur ingediend, waarbij de stad met
hare voorsteden in 36 districten verdeeld wordt.
In ieder district worden afzonderlijke beambten
belast met bet toezicht op de woningen. Yerder
moet iedere woning een deur hebben die gesloten
kan worden, er moet een privaat, een waterkraan
en een afvoer voor vuil water zijn. Siechts een
gezin mag tegelijkertijd van eene woning of een
deel daarvan gebruik maken. Yolwassen inwonende
van beide seksen moeten gescheiden blijven. De
oppervlakte der vensters mag niet minder dan 1,10
der oppervlakte van den grond bedragen. In
slaapkamers moet voor ieder kind onder 10 jaar
0,1 M2, voor ieder ouderen persoon 0,2 M2 venster-
oppervlakte, evenzoo onderscheidelijk 5 Ms en 10
M3 lucht, benevens een oppervlakte van den grond
van 2 M2 en 4 M' voorhanden zijn. Kinderen
onder het jaar, die tot het gezin behooren, worden
niet medegerekend.
Te Sedan, in Erankrijk, sprong verleden week
in de lakenfabriek der H'nia Robert Zoon, de
stoomketel en dit ouheil had vreeselijke gevolgen.
Het geheele gebouw stortte in en alien, die er
zich in bevonden, werden bedolven. Tot nog toe
zijn veertien dooden en twee en zestig zwaar ge-
kwetste werklieden onder de puinhoopen van daan
gehaald. De verwondingen zijn zoo ernstig, dat
er maar zeer weinig hoop bestaat om de ongelukkigeu
in het leven te behouden. De geneesheereu
bleven den geheelen nacht op de plaats waar de
slachtoffers werden verbonden en ook de burgerlijke
en militaire overheden verlieten de plaats van het
onheil niet. De directeur der fabriek lag midden
-tusschen de dooden.
Nog voortdurend zoekt de braudweer naar lijken,
er moet echter zeer voorzichtig worden gewerkt,
want verscheidene muren staan op invallen.
Treurende ouders en andere betrekkingen der
honderd vijftig arbeiders, die in de fabriek werkten,
omringden de plaats van de ramp. Zij moesten,
om nieuwe onheilen te voorkomen, door de politie
met geweld teruggedronger. worden. De fabriek
zelve levert een droevig beeld van algeheele ver-
woestiug op.
In de Paradijsstraat der Duitsche stad Metz
brak verleden week op de tweede verdiepiug van
een huis brand uit. Het onheil werd eerst laat
bespeurd en toeu hulp opdaagde, stond het geheele
huis reeds in vlam. De brandweer had, daar de
straat zeer smal is, een reuzentaak te verrichten en
handen vol werk om den brand bij het aaugewezen
perceel te beperken. Het gevaar vour de bewoners
was ontzettend, want de trappen brandden en ver-
hinderden de vlucht. Een vier en dertig jarige vrouw
wierp, in haar vertwijfeling, haar kind het raam
uit, het werd gelukkig opgevangen toen de moeder
zich enkele seconden later uit het raam liet valleu,
waren de menscheu die op straat stonden, bevreesd
voor het gezicht van den valzij weken achteruit
en de arme vrouw verpletterde den schedel op de
straatsteenen. Ook het kind was ernstig ge.kwetst
en moest naar het hospitaal worden overgebracht.
Nog drie andere personen kwamen in de vlainmen
ora en hun verkoolde lijken werden later gevonden.
Men meent, dat de brand, op onvrijwillige wijze
door twee bewoners is gesticht, die dronken te
huis kwamen. Toen na het vallen der vrouw het
gerucht liep, dat meer personen in gevaar verkeerden
en een politie—commissaris en de onder-commandant
van de brandweer, met ware doodsverachting in
het brandende perceel doordrongen, moesten zij
tengevolge van den ontzettenden, verstikkenden
rook terugkeeren. Nadat men de vlammen eindelijk
meester was, werd naar de lijken gezochtmen vond
die op de bovenste verdiepiug. Het waren zekere
weduwe Lang, eeu reizend mandenmaker, die den
avond te voren eerst in het huis was gekomen en
de weduwe nachtverblijf had verzocht en de tweede
dochter der ongelukkige, uit het raam gevallen
vrouw. De man dezer laatste vrouw, een reizend
marskramer, bevond zich niet te Metz en weet nog
niets van het ontzettend onheil, dat zijne familie
heeft getroffen. De deelnemiug in het lot der
ongelukkigeu is in de stad algemeen.
Drie administrateurs van het »Comptoir des
fondz nationaux te Parijs hebben zich met een
bedrag van 1,100,000 frs. uit de voeten gemaakt.
Naar men vreest is het passief der maatschappij
zeer aanzienlijk. Het gerucht loopt dat de raad
van beheer zal bijeenkomen om het Comptoir te
reconstrueereu. De aandeelen, die op de beurs
637 frc. deden, daalden plotseling tot 50 frs.
In de Nijm. Cour. schrijft A. J. C. K.
Ik heb appels gegeten, die meer dan 1800 jaren
geleden rijp geworden waren brood, gemaakt van
tarwe, die gegroeid was voordat de kinderen Israels
door de Roode Zee trokken, besmeerd met boter,
die gemaakt was, toeu Elisabeth Kouingin van
Engeland was, en daarbij wijn gedronken, die reeds
oud was, toen Columbus barrevoets metdejongens
van Genua speelde, is de opmerkelijke verkla-
riug, afgelegd door een schrijver in de St.-Louis
Globe-Democrat.
Deze merkwaardige maaltijd, aldus gaat de schrijver
voort, werd gegeven door een oudheidkuudige,
genaamd Goebel, iu de stad Brussel in 1871.
De appels waren van een steenen kruik, die in de
ru'iuen van Pompeji gevonden was, de onder lava
bedolven stad, van welker inwoners wij de kunst
geleerd hebben om vruchten in te maken. De
tarwe was genomen van een der vertrekken in een
der kleinere pyramiden de boter van een steenen
uilstek in een ouden put iu Schotland, waar ze
eeuwenlang in een oude kruik onder ijskoud water
had gelegen, en de wijn was verkregen uit een
ouden wijnkelder in de stad Corinthe. Er waren
zes gasten aan tafel en ieder had eeu mondvol van
het brood, eeu theelepel vol van den wijn, maar
hij mocht zooveel van de boter elen als hij zelf
wilde, daar er verscheidene ponden van waren. De
kruik met appels bevatte ongeveer twee-derde gallon
en de vrucht was even zoet en aangenaam, alsof
ze den vorigen dag was ingemaakt.
Eene nieuwe secte. Er bestaat in de om-
streken van Kiew, sedert 1892, een nieuwe secte,
die de Malevantchiua genoemd wordt, naar den
naam van zijn stichter Conrad Malevanny, burger
van Taratcha.
In den loop van den winter 1891/92 liep de
mau zijn zaken en daarna eeu krankziunigengesticht,
waar hij drie maanden opgesloten was, geweest,
uit en verbeelde zich een apostel te zijn.
Hij trok de naburige dorpeu door, en predikte
de zaligheid van het niets doen, terwijl hij wees
op de nieligheid van de meuschelijke bezigheden.
Zijn redevoeriugen hadden grooten bijval, zoodat
hij weldra een geheele schaar aanhangers telde,
waarvan het grootste aantal bestond uit ziekelijken
dronkaards, hysterischeu en ^geestenzieners."
De Malevantchinen verkoopen hunne boeren-
kleederen en schaffen zich in de stad zwarte pakken
aan, vilteu hoedeu en regenschermen van schreeu-
wende kleuren.
De wetten van hun secte verbieden hun eenig
werk te doen, uitgezonderd keuken- en waschwerk.
XXXII.
Haar bevel liet geene uitzondering toe. De gravin
ontviug niemand. Sedert eene week was de woning
gesloten, en de gravin bewoonde siechts hare slaap-
kamer, waar zij ook het middagmaal gebruikte.
Elken ochtend ging zij vroegtijdig uit; zij begaf
zich naar Amalia en keerde eerst tegen den avond
terug. Op visitiekaartjes die in grooten getale
hare schrijftafel bedekteD, sloeg zij ternauwernood
een oog, al waren zij ook van goede vrienden of
bloedverwauten. Twee uit Rome aangekomen brieven
bleven onaangeroerd. De rentmeester had haar, met
kiesche voorzichtigheid, te keunen gegeven dat het
adres van den graaf hem bekend was, zoodat, indien
iemand dezen mocht willen schrijven
Zwijgend had de gravin het in zijn bescheiden
volzin opgesloten verzoek aaugehoord, en de rent
meester had er zich toe bepaald de twee uit Rome
gekomen brieven steeds eene in het oog vallende
plaats op de schrijftafel te geven, opdat zij den blik
zijner meesteres niet zouden ontgaan. Elken och
tend, als deze was uitgegaan, stak hij het hoofd
door de deur om te zien of de brieven nog op de
plaats lagen waar hij ze had neergelegd. Zij bleven
onaangeroerd.
Dan ging de waardige man zuchtende heen om
aan den graaf te berichten//Uwe brieven zijn
niet geopend." Onder de kaartjes die op hare
tafel lagen had een de aandacht der gravin getrokken
en zij had de wenkbrauwen gefronst toen zij de
letters ontcijferde.
„Alessandro Erosio" had zij gelezeu. Een schok
ging haar door de leden en lang vervlogen herin
neringen doemden voor haren geest op.
De naam van Frosio herinnerde haar zekere
vage woorden, zekeren ironischen glimlach, eene
bijzouderheid vooral waarvan zij de beteekenis toen
ter tijd niet had begrepen. Had Frosio, toen hij
op een zomeravond vertrouwelijk met haar zat te
praten, niet met een zekeren gemaakten eerbied
den hoed afgenomen toen zij verzekerde dat Rodolfo
de beste der echtgenooten was O, dat gebaar
De markies moest alles geweten hebben, en met
eene kwetsende, voorgewende beleefdheidsbetuiging
zijne geheime gedachte vertolkt hebben. De lief-
desverklaring van Frosio, waarvan zij zich geene
rekenschap kon geven bij de groote achting welke
zij voor dien man gevoelde, kwam haar thans als
het natuurlijk gevolg voor van de valsche positie
waarin zij zich zonder het te weten bevond. Het
slechte gedrag van haren echtgenoot had Frosio
tot die vermetelheid verleid en misschien had hij
zich een oogenblik gevleid te zullen slagen, bij
haar wier afgod door een zuchtje van zijn broos
voetstuk kon worden afgeworpen.
Deze gedachten deden haar de ondergane verne-
dering des te dieper gevoelen, de laaghartigheid
van haren echtgenoot, de schaamte over zijne han-
delwijze, de onverdragelijke praatjes, die zich als
vergiftige slangen om hen beiden slingerden zonder
hen ooit los te laten.
(Wordt vervolgd).